Antwoord op vragen van de leden Beckerman en Van Nispen over het bericht 'Leerlingen pesten elkaar met nepnaaktbeelden, middelbare scholen willen verbod op uitkleedapps'
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D27786, datum: 2025-06-13, bijgewerkt: 2025-06-17 15:20, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20242025-2430).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Mede ondertekenaar: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2025Z08433:
- Gericht aan: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: S.M. Beckerman, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2430
Vragen van de leden Beckerman en Van Nispen (beiden SP) aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Leerlingen pesten elkaar met nepnaaktbeelden, middelbare scholen willen verbod op uitkleedapps» (ingezonden 25 april 2025).
Antwoord van Minister Van Weel (Justitie en Veiligheid), mede namens de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 13 juni 2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024â2025, nr. 2228.
Vraag 1
Bent u bekend met het onderzoek van Pointer (KRO-NCRV) waaruit blijkt dat op meerdere middelbare scholen nepnaaktfotoâs en andere seksueel getinte beelden van leerlingen worden verspreid, die met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) zijn gegenereerd?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw reactie op het feit dat 24 procent van de ondervraagde scholen aangeeft dat pesten met dergelijke AI-beelden voorkomt en dat 10 procent meldt dat dit zelfs meer dan vijf keer per jaar gebeurt?
Antwoord 2
Pesten is vreselijk en onacceptabel, of dat nu fysiek of digitaal gebeurt. Helaas is pesten hardnekkig. Met de komst van AI is het nodig dat we met zân allen nog scherper zijn op het voorkomen van, en waar nodig optreden tegen, pesten. Daar waar scholen strafbare feiten vermoeden, moedigen we hen aan dat ze aangifte doen bij de politie.
Vraag 3
Welke verantwoordelijkheid ziet u hierin voor scholen en welke voor de overheid?
Antwoord 3
Scholen hebben een wettelijke zorgplicht voor de veiligheid op school. Dat betekent concreet dat zij veiligheidsbeleid moeten maken en een aanspreekpunt pesten en een antipestcoördinator moeten hebben. Ook moeten scholen met de jaarlijks verplichte schoolmonitor inzicht krijgen in de feitelijke en ervaren veiligheid, en het welbevinden, van leerlingen.
De overheid biedt met een instellingssubsidie voor stichting School & Veiligheid ondersteuning aan scholen bij het vormgeven van hun veiligheidsbeleid. Bijvoorbeeld met handreikingen en e-learnings. Scholen kunnen voor individueel advies terecht bij hun adviespunt. Bij (zeer) ernstige incidenten kunnen scholen altijd terecht bij het calamiteitenteam.
Ook de landelijke afspraak omtrent het verbod op mobieltjes in de klas draagt bij aan een veilig schoolklimaat. Daardoor is het lastiger geworden om â in ieder geval onder schooltijd â AI-gegenereerde beelden te verspreiden en in te zetten om leerlingen te pesten.2
Vraag 4
Herkent u de zorgen van scholen dat zij onvoldoende middelen, kennis en ondersteuning hebben om AI-gerelateerde pestincidenten tegen te gaan?
Antwoord 4
Wij herkennen dat het voor scholen een lastige opgave is om pesten tegen te gaan en een positief pedagogisch klimaat op school te bevorderen. Tegelijkertijd is dat een randvoorwaarde om tot goed onderwijs te komen. Om die reden heeft het Ministerie van OCW vanaf 2025 extra geĂŻnvesteerd in stichting School & Veiligheid, zodat zij meer en betere ondersteuning aan scholen kunnen bieden.
Vraag 5
Wat doet u op dit moment om scholen, leerlingen en ouders beter te beschermen tegen dit soort digitale beeldmanipulatie en online pesten?
Antwoord 5
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4, heeft het Ministerie van OCW de ondersteuning aan stichting School & Veiligheid geĂŻntensiveerd.
Daarnaast is het van groot belang dat leerlingen digitaal geletterd zijn en dat ze de betrouwbaarheid van online content kunnen beoordelen. In de nieuwe kerndoelen digitale geletterdheid krijgen alle scholen met dit leergebied te maken: privacy, omgaan met anderen en hoe jij je verhoudt tot anderen en tot digitale systemen, zijn allemaal onderwerpen die aan bod komen. Het onderwerp AI heeft ook een belangrijke positie binnen de kerndoelen: wat zijn de risicoâs en beperkingen van een AI-systeem? En hoe kan iemand herkennen dat ze te maken hebben met een AI-systeem?
Vraag 6
Wat kunt u scholen concreet extra aanbieden in de strijd tegen nepnaaktbeelden zodat het wiel niet steeds opnieuw hoeft te worden uitgevonden?
Antwoord 6
Het Ministerie van OCW werkt aan het versterken van de digitale geletterdheid van leerlingen via het curriculum. Het Netwerk Mediawijsheid biedt op de website doorverwijzingen aan naar diverse netwerkpartners waar men terecht kan voor hulp. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de anonieme hulplijn Helpwanted van Offlimits, waar slachtoffers ondersteund kunnen worden om content offline te halen, tips te krijgen voor het doen van aangifte of doorverwijzingen naar andere hulporganisaties als Centrum Seksueel Geweld. Zo wordt op een laagdrempelige manier informatie aangeboden en weten scholen of ouders waar zij terecht kunnen.
Vraag 7
Erkent u dat het gebruik van AI-uitkleedapps en -websites een ernstige bedreiging vormt voor de veiligheid en het welzijn van jongeren, zeker wanneer minderjarigen doelwit zijn en wat gaat u concreet doen om dit aan te pakken?
Antwoord 7
Ja, wij erkennen dat het gebruik van AI-uitkleedapps en -websites een ernstige bedreiging vormt voor de veiligheid en het welzijn van jongeren, zeker wanneer minderjarigen doelwit zijn. Dit gedrag moet dan ook worden aangepakt en slachtoffers, waaronder jongeren, dienen hiertegen te worden beschermd.
Het strafrechtelijk kader biedt verschillende mogelijkheden om tegen dit gedrag op te treden. Zo is het misbruiken, pesten en afpersen met naaktbeelden, waaronder ook met AI-gegenereerde nep naaktbeelden, strafbaar. De strafbaarstelling van artikel 254ba van het Wetboek van Strafrecht omvat onder meer het, zonder toestemming van de afgebeelde, vervaardigen van seksueel beeldmateriaal. Ook het openbaar maken en het voorhanden hebben van dergelijke deepfakes vallen onder het bereik van artikel 254ba van het Wetboek van Strafrecht. Wanneer het materiaal van minderjarigen betreft, is het kinderpornografisch materiaal en valt het onder artikel 252 Wetboek van Strafrecht. Ook is het chanteren met (nep)naaktbeelden (sextortion) strafbaar via afdreiging (artikel 318 Wetboek van Strafrecht) of, wanneer ook gedreigd wordt met geweld, via afpersing (artikel 317 Wetboek van Strafrecht). Bovendien valt het afdwingen van seksuele interactie onder dreiging van openbaarmaking van (nep) seksueel beeldmateriaal onder de reikwijdte van de delictsvormen van aanranding en verkrachting (artikelen 240 t/m 243 van het Wetboek van Strafrecht). Net als bij fysiek seksueel contact wordt op deze manier namelijk inbreuk gemaakt op de lichamelijke en seksuele integriteit.
Naast de strafrechtelijke aanpak is het van groot belang dat de bewustwording over de impact van misbruik met (nep)naaktbeelden vergroot wordt en aan slachtoffers passende hulp wordt geboden. Het is om deze reden dat het Ministerie van JenV jaarlijks een subsidie verleent aan Offlimits die sterk inzet op campagnes, voorlichting en onderzoek op dit gebied en waar ook slachtoffers van online seksueel grensoverschrijdend gedrag terecht kunnen. De anonieme hulplijn Helpwanted van Offlimits kan slachtoffers, zoals bij het antwoord op vraag 6 al benoemd, ondersteunen om content offline te halen, tips te krijgen voor het doen van aangifte of doorverwijzen naar andere hulporganisaties als Centrum Seksueel Geweld.
Daarnaast hebben de Ministeries van OCW, VWS en JenV, samen met Rutgers, Halt, Offlimits, School & Veiligheid en het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid de «Wegwijzer in de aanpak en preventie van ongewenste sexting» gemaakt voor het primair onderwijs en voortgezet onderwijs. De wegwijzer, waarin je onder meer toolkits, stappenplannen en meldpunten voor advies vindt, wordt op dit moment geactualiseerd.
Vraag 8
Deelt u de opvatting van 87 procent van de scholen dat er een verbod moet komen op AI-uitkleedapps en -websites? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen zet u richting een wettelijk verbod?
Antwoord 8
De zorgen van de scholen zijn terecht. We moeten hier dan ook aandacht aan blijven besteden, bijvoorbeeld op school, maar ook thuis en als maatschappij in het geheel. Een algemener verbod op het aanbieden van de uitkleedapps ligt op dit moment echter niet voor de hand. Een dergelijk verbod kan makkelijk omzeild worden door nieuwe of aangepaste technologie of aanbieders die vanuit het buitenland opereren.
Vraag 9
Bent u bereid om samen met platforms als Telegram, TikTok en Instagram te werken aan strengere controle op het delen van gemanipuleerde seksuele beelden van minderjarigen? Zo ja, hoe ziet die samenwerking eruit? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Online platformen zijn onder de Digital Services Act (DSA) al verplicht om te modereren zodra zij weet hebben van online illegale content. In dit geval gaat het om seksuele beelden van minderjarigen; dit materiaal is ten alle tijden strafbaar. De DSA voorziet in harmonisatie van de zorgvuldigheidsverplichtingen voor tussenhandeldiensten. Dat betekent dat de verordening het niet toestaat dat Nederland in het nationale recht aanvullende zorgvuldigheidsverplichtingen opneemt voor aanbieders van tussenhandeldiensten die dezelfde doelstelling hebben als de verordening. Een strenger controleregime is om die reden niet mogelijk.
Er wordt op verschillende manieren samengewerkt met de platformen om dit materiaal zo snel mogelijk ontoegankelijk te maken of te verwijderen. Ten eerste zijn er met de genoemde platformen goede contacten waarbij overleg plaats vindt als er zorgen spelen of ideeën zijn omtrent de aanpak van het tegengaan van dergelijk materiaal. Ten tweede is er in 2023 een publiek-private samenwerking ingericht omtrent het onderwerp online content moderatie waarin verschillende soorten internetpartijen plaatsnemen gezamenlijk met verschillende soorten overheidspartijen. Ten slotte financiert het Ministerie van JenV een laagdrempelig meldvoorziening bij de stichting Offlimits: Helpwanted. Ook via deze stichting wordt regelmatig overleg gevoerd met platformen om het weren van dit type illegaal materiaal te verbeteren.
Vraag 10
Hoe voorkomt u dat de huidige wetgeving achterloopt op de snelle technologische ontwikkelingen rond AI en beeldmanipulatie, zeker als het gaat om de bescherming van minderjarigen?
Antwoord 10
Het kabinet heeft onderzoek laten uitvoeren door het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie Centrum naar de regulering van deepfakes. De centrale vraag in het onderzoek was of de wetgeving in brede zin goed is toegerust op de opkomst van deepfake technologie. De beleidsreactie is begin 2023 aangeboden aan de Tweede Kamer. Het onderzoek concludeert dat de meest onwenselijke deepfakes, waaronder deepnudes, door het (straf)recht goed kunnen worden geadresseerd.3
Vraag 11
Ziet u aanleiding om de huidige wet- en regelgeving rondom digitale kinderporno en deepfakes te herzien of aan te scherpen, zodat deze beter aansluit bij de realiteit van AI-gebruik in pesterijen en intimidatiepraktijken?
Antwoord 11
Op dit moment wordt geen aanleiding gezien voor het herzien of aanscherpen van de huidige wet- en regelgeving rondom online seksueel misbruik van kinderen en deepfakes. Mede gelet op de inwerkingtreding van de Wet seksuele misdrijven, die op 1 juli 2024 in werking is getreden en waarin de strafbepalingen techniekonafhankelijk zijn geformuleerd, sluit de huidige wet- en regelgeving aan bij de realiteit van AI-gebruik in pesterijen en intimidatiepraktijken. Zie in dit verband ook het antwoord op vraag 7 waarin de relevante strafbaarstellingen zijn opgenomen.
Ook in het rapport «Online seksueel geweld» van 21 maart 2025, waarin Offlimits, Stichting Landelijk Centrum Seksueel Geweld, Privacy First, Fonds Slachtofferhulp en Boekx Advocaten de problematiek van online seksueel geweld en de juridische aspecten daarvan in kaart hebben gebracht, wordt geconcludeerd dat het probleem bij het bestrijden van online seksueel misbruik niet zit in het ontbreken van regelgeving. Er zijn voldoende wettelijke grondslagen om online seksueel geweld aan te pakken.4
Vraag 12
Bent u bereid om voorlichting over de risicoâs van AI-beelden en beeldmanipulatie op te nemen in het lesaanbod van burgerschapsonderwijs en digitale weerbaarheid? Zo ja, hoe en wanneer? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 12
Het beoordelen van de kansen en risicoâs die AI-systemen kunnen bieden is al een wezenlijk onderdeel in het leergebied van digitale geletterdheid. Het bespreken van de risicoâs van beeldmanipulatie en het bespreekbaar maken van de negatieve impact ervan past goed binnen zowel het leergebied burgerschap als digitale geletterdheid.
Vraag 13
Bent u bereid om toe te werken naar een landelijke laagdrempelige voorziening waar slachtoffers van bijvoorbeeld deepfakes of ander seksueel getint online beeldmateriaal terechtkunnen?
Antwoord 13
Zoals ook bij het antwoord op vraag 9 aan de orde is gekomen, bestaat al een laagdrempelige voorziening waar slachtoffers van bijvoorbeeld deepfakes of ander seksueel getint online beeldmateriaal terechtkunnen, namelijk Helpwanted, onderdeel van Offlimits. Helpwanted fungeert als centrale ingang voor het bieden van hulp aan slachtoffers van online grensoverschrijdend gedrag in brede zin.
Helpwanted biedt zelf hulp aan slachtoffers, waaronder advies op maat en het verwijderen van onrechtmatige en strafbare content, ondersteunt slachtoffers bij het doen van aangifte of verwijst door naar specialistische hulp. Daarnaast zorgen de medewerkers van Helpwanted ervoor dat, als er sprake is van strafbare content, het strafrechtelijke traject wordt gefaciliteerd, onder meer door ervoor te zorgen dat eventueel bewijs wordt verzameld en opgeslagen. Het starten en uitlopen van de opsporing blijft voorbehouden aan de politie en het Openbaar Ministerie, maar Helpwanted helpt slachtoffers in de aanloop naar de aangifte. Helpwanted fungeert in deze zin als eerste laagdrempelige ingang voor slachtoffers voor het strafrechtelijke traject.
Vraag 14
Bent u bereid om met de Autoriteit online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal (ATKM) in gesprek te gaan en te bespreken of er voldoende middelen en mogelijkheden zijn dergelijke beelden snel verwijderd te krijgen?
Antwoord 14
Uiteraard is het Ministerie van JenV doorlopend in gesprek met de ATKM over de middelen en mogelijkheden die zij hebben ter uitvoering van hun wettelijke taken. De ATKM heeft bevoegdheden om te handhaven op twee vormen van online materiaal: seksueel kindermisbruik (kinderpornografisch materiaal) en terroristisch materiaal. De ATKM is een nieuwe en relatief jonge autoriteit, waarvan de wettelijke bevoegdheden voor kinderpornografisch materiaal pas op 1Â juli 2024 in werking zijn getreden. De ATKM is onder meer opgericht vanwege de specifieke problematiek rond online kinderpornografisch materiaal dat wordt gehost door Nederlandse aanbieders van hostingdiensten of dat op Nederlandse servers is opgeslagen. Zij heeft derhalve de wettelijke mogelijkheden om kinderpornografisch materiaal (inclusief door AI gegenereerde beelden) te laten verwijderen met behulp van een verwijderingsbevel. Voorbeelden van volwassenen heeft zij deze wettelijke mogelijkheden niet.
Vraag 15
Kunt u met Offlimits in gesprek gaan over de online verspreiding van deepfakes op middelbare scholen en wat er volgens Offlimits ondernomen moet worden en de Kamer hierover informeren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 15
Het Ministerie van JenV en Offlimits zijn regelmatig met elkaar, en andere belangrijke partijen, in gesprek over misbruik van (nep) seksueel beeldmateriaal en de aanpak daarvan.
Om de (online) verspreiding van dit soort deepfakes op middelbare scholen tegen te gaan is het belangrijk dat het bewustzijn over de impact van misbruik met (nep)naaktbeelden wordt vergroot, bijvoorbeeld door middel van campagnes, flyers en voorlichting op school.
Daarnaast dient laagdrempelige en passende hulp beschikbaar te zijn, waaronder het offline halen van onrechtmatige en strafbare content. Op bewustwording en hulpverlening wordt door Offlimits op dit moment flink ingezet.
Offlimits heeft daartoe bijvoorbeeld vorig jaar een pilot met gemeente Amsterdam opgezet, waarbij getoetst is in hoeverre meldingen vanuit Amsterdam kwamen en Helpwanted daartoe in de behoefte voorziet, maar ook door lokaal campagnes te doen en informatie te verlenen op scholen middels flyers en posters. Offlimits zou graag zien dat meer gemeenten op deze wijze een stap vooruit zetten in de lokale informatievoorziening.
Daarnaast is in de aanpak van (nep) seksueel beeldmateriaal van belang dat het toezicht vooraf, en de handhaving om achteraf snel af te dwingen dat seksueel beeldmateriaal wordt verwijderd, wordt verbeterd, aldus de conclusies in het rapport «Online seksueel geweld» van 21 maart 2025.5 Hierover zal de Kamer na de zomer worden geïnformeerd door middel van een kabinetsreactie op dit rapport.
Pointer, 24 april 2025, «Leerlingen pesten elkaar met nepnaaktbeelden, middelbare scholen willen verbod op uitkleedapps», Leerlingen pesten elkaar met nepnaaktbeelden, middelbare scholen willen verbod op uitkleedapps | KRO-NCRVâ©ïž
Sinds 1 januari 2024 is het gebruik van mobiele telefoons niet meer toegestaan op middelbare scholen. Vanaf het nieuwe schooljaar (2024â2025) is het gebruik van mobiele telefoons niet meer toegestaan op basisscholen en het (voortgezet) speciaal (basis) onderwijs.â©ïž
Kamerbrief met beleidsreactie op de WODC onderzoeken naar de regulering van deepfakes en immersieve technologieĂ«n van 16 juni 2023, p. 2 en 3.â©ïž
Rapport «Online seksueel geweld» van 21 maart 2025, p. 4.â©ïž
Rapport «Online seksueel geweld» van 21 maart 2025, p. 7.â©ïž