Amendement van het lid Grinwis over de grens voor een ontheffing voor een VVE bij meer dan 50 woningen en een verplichting tot een amvb inzake de weigeringsgronden
Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte)
Amendement
Nummer: 2025D28058, datum: 2025-06-16, bijgewerkt: 2025-06-16 14:45, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van kamerstukdossier 36576 -48 Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte).
Onderdeel van zaak 2025Z12282:
- Indiener: P.A. Grinwis, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 576 | Regels omtrent productie, transport en levering van warmte (Wet collectieve warmte) | |
Nr. 48 | AMENDEMENT VAN HET LID grinwis | |
Ontvangen 16 juni 2025 | ||
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: | ||
I
In artikel 1.2, eerste lid, onderdeel d, wordt āten hoogste 10ā vervangen door āten hoogste 50ā
II
Artikel 4.2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het vijfde lid worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:
c. de afwijzingsgronden, bedoeld in het tweede en derde lid;
d. de voorschriften en beperkingen, bedoeld in het vierde lid.2. Het zesde lid vervalt.
III
In artikel 4.3, vijfde lid, wordt āzesde lidā vervangen door āvijfde lidā.
Toelichting
Dit amendement regelt dat Verenigingen van Eigenaars (VvEās) en verhuurders bij panden met hoogstens vijftig aansluitingen de vrijheid hebben om te kiezen voor een eigen, alternatieve warmtevoorziening, zonder dat ze hiervoor verplicht zijn om een ontheffing bij de gemeente aan te vragen. In het huidig wetsvoorstel wordt de grens op ten hoogste tien aansluitingen gesteld. Hiermee wordt de vrijheid voor VvEās en verhuurders vergroot, zonder dat het maatschappelijke belang, namelijk de groei van het aantal aansluitingen op een collectieve warmtevoorziening, in het geding komt.
In het wetsvoorstel hebben huishoudens in wijken waarvoor de gemeente een einddatum voor de levering van aardgas heeft bepaald (op grond van de Wet Gemeentelijke instrumenten warmte) de mogelijkheid om te kiezen voor een āopt-outā en, in plaats van aansluiting op een collectieve warmtevoorziening, te kiezen voor een alternatieve warmtevoorziening in plaats van aardgas. Ook VvEās en verhuurders hebben deze opt-out, maar daarbij wordt wel een grens gesteld. Voor verhuurders met meer dan tien eigen huurders of een VvE met meer dan tien eigen leden moet er een ontheffing worden aangevraagd bij de gemeente (artikel 4.2). Het college kan de ontheffing afwijzen als het warmtebedrijf hierdoor geen redelijk rendement kan halen of tarieven significant moet verhogen. Bij weigering van de ontheffing heeft de VvE geen andere keuze dan een aansluiting op de collectieve warmtevoorziening. Dit beperkt de keuzevrijheid voor VvEās en verhuurders.
Indiener kiest ervoor om deze keuzevrijheid te vergroten. Hierbij beseft indiener dat er een groot maatschappelijk belang is om in wijken waar de collectieve warmtevoorziening de warmte-oplossing is met de laagste nationale kosten, ook daadwerkelijk deze voorziening aan te kunnen leggen. Deze moet niet in het geding komen door de keuze van grote appartementencomplexen. Ook komt hiermee indirect de keuzevrijheid van andere bewoners in de wijk in het geding. Als een zeer grote VvE (of verhuurder) besluit om niet mee te doen aan het warmtenet dan kan dat de realisatie van een collectieve warmtevoorziening immers in gevaar brengen. Om die reden wordt de grens van tien aansluitingen niet simpelweg geschrapt, maar op ten hoogste vijftig aansluitingen gesteld, in lijn met de definitie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dat spreekt van een zeer grote VvE indien deze uit meer dan 50 adressen bestaat.1
Verder acht indiener het wenselijk dat het, in het kader van een fatsoenlijke rechtsbescherming, ook voor zeer grote VvEās (dus met meer dan 50 adressen) duidelijk moet zijn op basis van welke gronden een gemeente ontheffing mag weigeren. In een algemene maatregel van bestuur moeten daarom nadere invulling worden gegeven aan āgeen redelijk rendementā en āsignificante verhoging van tarievenā. Daartoe worden sub a en b van het zesde lid van artikel 4.2 (een ākan-bepalingā) toegevoegd als sub c en d van het vijfde lid (een āzal-bepalingā).
Grinwis
Centraal Bureau voor de Statistiek, https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2024/14/1-4-miljoen-woningen-onderdeel-van-vereniging-van-eigenarenā©ļø