[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Stand van zaken van de uitvoering van de motie van het lid Sjoerdsma c.s. over het lokaal bekend stellen van het NIMH-overzicht en het in behandeling nemen van claims van slachtoffers van martelingen en verkrachtingen (Kamerstuk 26049-101)

Indonesië

Brief regering

Nummer: 2025D28176, datum: 2025-06-17, bijgewerkt: 2025-06-23 09:41, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 26049 -125 Indonesië.

Onderdeel van zaak 2025Z12344:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


26049 Indonesië

Nr. 125 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 juni 2025

Naar aanleiding van het verzoek van de Commissie Buitenlandse Zaken van 14 april 2025 (uw kenmerk 26049-101/2025D16328) wil ik u hierbij, mede namens de minister van Defensie, informeren over de stand van zaken van de uitvoering van de motie van Kamerlid Sjoerdsma c.s. over het lokaal bekend stellen van het NIMH overzicht en het in behandeling nemen van claims van slachtoffers van martelingen en verkrachtingen (Kamerstuk 26 049, nr. 101, 14 juni 2023) sinds de voortgangsbrief van 29 december 2023 (Kamerstuk 26 049, nr. 120).

In het kader van de schadevergoedingsregeling voor weduwen en kinderen van personen in Nederlands-Indië/Indonesië die destijds zonder vorm van proces zijn geëxecuteerd door Nederlandse militairen voert het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) historisch verificatieonderzoek uit. Tijdens deze onderzoeken is het NIMH namen tegengekomen van mogelijke andere slachtoffers van standrechtelijke executies, van verkrachtingen en mishandelingen. Die namen heeft het NIMH verzameld in een onofficieel overzicht, dat niet is gepubliceerd.

In bovengenoemde motie is het kabinet verzocht dit gegevensoverzicht “proactief lokaal bekend te stellen … binnen de juridische kaders zoals de privacywetgeving”.

Zoals eerder met uw Kamer gedeeld, zet het kabinet bij de uitvoering van de motie in op een persoonlijke en lokale aanpak boven brede publicatie van het gegevensoverzicht. Deze inzet houdt rekening met het feit dat brede publicatie in strijd zou zijn met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), de beperkte digitale bereikbaarheid van de (hoog)bejaarde nabestaanden van de slachtoffers en de verwachting dat dit voor betrokkenen een emotioneel beladen onderwerp is.

Het kabinet heeft het voornemen het gegevensoverzicht te verstrekken aan een Indonesische stichting die als doel heeft de schadevergoedingsregeling onder nabestaanden breder bekend te stellen en, voor zover door betrokkenen gewenst, te ondersteunen bij het indienen van een schadeclaim. In de geest van de motie is in 2024 een financiële bijdrage verstrekt aan de stichting ten behoeve van haar activiteiten. Met behulp van deze bijdrage heeft de stichting verschillende plekken in Indonesië bezocht waar mogelijke nabestaanden zich bevinden. Dit heeft geleid tot een stijging in het aantal ingediende claims dat met tussenkomst van de stichting is ingediend. Ook in 2025 zal een bijdrage worden verstrekt.

De Nederlandse ambassade in Jakarta staat in goed en regelmatig contact met de stichting. Daarnaast heeft de Nederlandse ambassadeur in Indonesië in 2024 in Zuid-Sulawesi nabestaanden bezocht die onder de regeling een claim hebben ingediend. De ambassadeur heeft met deze personen gesprekken gevoerd over hun ervaringen met het indienen van claims en de steun die zij via de betrokken stichting ontvangen.

In het kader van de schadevergoedingsregeling zijn tot op heden in totaal 394 claims ingediend. Daarvan zijn er inmiddels 146 gehonoreerd. 153 Claims zijn nog in behandeling. Verzoeken op grond van de regeling kunnen tot 31 december 2030 worden ingediend. Als een verzoek niet wordt toegewezen kan een verzoeker tot die datum nog nieuwe documenten aanleveren waarna een nieuwe beoordeling volgt.

De wijze waarop het eerdergenoemde gegevensoverzicht zal worden overgedragen aan de stichting zal moeten voldoen aan de AVG. Daartoe is eerder al een zogenaamde Data Transfer Impact Assessment (DTIA) uitgevoerd. Op dit moment wordt nog een Data Protection Impact Assessment (DPIA) uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten van de DPIA zullen, waar nodig, passende waarborgen getroffen worden ter bescherming van de te verstrekken persoonsgegevens. Pas daarna zal het gegevensoverzicht met de stichting kunnen worden gedeeld. Informatie die niet benodigd is voor het indienen van een claim (bijv. namen van mogelijk betrokken militairen), zal uit het overzicht worden verwijderd.

De verschillende stappen die moeten worden genomen in het kader van een zorgvuldige overdracht van de gegevens hebben de nodige tijd gekost. Het kabinet zet zich ervoor in om de laatste stappen zo spoedig mogelijk af te ronden.

In de motie wordt het kabinet ook verzocht “eventuele claims van slachtoffers van martelingen en verkrachtingen in behandeling te nemen, conform eerdere rechtelijke uitspraken over schadevergoedingen aan slachtoffers hiervan”. Deze claims vallen niet onder de regeling. Zoals vermeld in de brief van 29 december 2023 zullen individuele claims van slachtoffers van marteling en verkrachting worden behandeld en beoordeeld met inachtneming van de eerdere rechterlijke uitspraken op dit punt. Tot nu toe zijn dergelijke claims nog niet ontvangen.

De minister van Buitenlandse Zaken,

C.C.J. Veldkamp