[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

WODC-rapport 'Van verdenking tot vrijheidsstraf'

Rechtsstaat en Rechtsorde

Brief regering

Nummer: 2025D28850, datum: 2025-06-19, bijgewerkt: 2025-06-23 15:45, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29279 -976 Rechtsstaat en Rechtsorde.

Onderdeel van zaak 2025Z12694:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 976 Brief van de minister en staatssecretaris van Justitie en Veiligheid

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 juni 2025

Hierbij ontvangt uw Kamer het rapport ‘Van verdenking tot vrijheidsstraf. Een statistisch onderzoek naar de invloed van migratieachtergrond op uitkomsten in de strafrechtketen’. Aanleiding voor dit onderzoek zijn de bevindingen uit een eerdere synthese van de inzichten rond de relatieve oververtegenwoordiging van migranten in de strafrechtketen van 3 mei 2021.1 Dit onderzoek ‘Van verdenking tot vrijheidsstraf’ vormt het eerste, kwantitatieve deel van het onderzoek. Het tweede, kwalitatieve deel van het onderzoek zal naar verwachting in het eerste kwartaal van 2026 aan uw Kamer aangeboden worden.

Om goed te kunnen reageren op dit onderzoek van het WODC is het belangrijk om over de volledige resultaten te beschikken. Alleen op die manier kunnen wij recht doen aan de gehele inhoud van het onderzoek. Begin volgend jaar verwacht het WODC het tweede, kwalitatieve, deel van dit onderzoek te publiceren. Daarna zullen wij, in samenspraak met de organisaties in de strafrechtsketen, met een uitgebreide reactie en eventuele maatregelen komen.

De minister van Justitie en Veiligheid,

D.M. van Weel

De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

T.H.D. Struycken


  1. Kamerstukken II, 2020-2021, 35 570 VI, nr. 107.↩︎