NIVEL rapport Gezondheidseffecten van het stroomstootwapen
Politie
Brief regering
Nummer: 2025D31772, datum: 2025-07-03, bijgewerkt: 2025-07-04 11:28, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Gezondheidseffecten van het stroomstootwapen
- Beslisnota bij NIVEL rapport Gezondheidseffecten van het stroomstootwapen
Onderdeel van kamerstukdossier 29628 -1278 Politie.
Onderdeel van zaak 2025Z14005:
- Indiener: D.M. van Weel, minister van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2025-09-02 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-11 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
Diverse partijen hebben in het verleden aandacht gevraagd voor de mogelijke gezondheidseffecten van de inzet van het stroomstootwapen. Om die reden heeft het WODC in 2019 op verzoek van mijn ambtsvoorganger een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd naar wat op dat moment wetenschappelijk bekend was over mogelijke gezondheidseffecten van het stroomstootwapen.
Dit onderzoek mondde uit in het rapport ‘Gezondheidseffecten van blootstelling aan stroomstootwapens (Tasers) in de context van wetshandhaving’.1 De bevindingen en conclusies van dit WODC-rapport gaven mijn ambtsvoorganger geen aanleiding om deze risico’s als hoog in te schatten. Hoewel de fabrikant een gezondheidswaarschuwing geeft, hebben de onderzoekers in 2019 vastgesteld dat deze waarschuwing niet is gebaseerd op wetenschappelijke evidentie. Tegelijkertijd gaven de onderzoekers aan dat er op dat moment nog niet veel onafhankelijke wetenschappelijke kennis beschikbaar was. Om die reden heeft mijn ambtsvoorganger de korpschef destijds gevraagd om, bij brede invoering van het stroomstootwapen in de Nederlandse politiepraktijk, een wetenschappelijk vervolgonderzoek op te zetten.2
Dit vervolgonderzoek is uitgevoerd door het Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg (NIVEL) en de GGD Amsterdam. Vanaf het moment van de invoering van het stroomstootwapen in 2022 is in nagenoeg alle gevallen waarin daadwerkelijk met een stroomstootwapen stroom is afgegeven aan een doelpersoon, een Medisch Arrestanten Zorg (MAZ-)arts gewaarschuwd. Deze artsen hebben hun verrichtingen elektronisch en op uniforme wijze vastgelegd in het landelijk Registratienetwerk Forensische Geneeskunde.3
In de periode maart 2022 t/m december 2024 is deze medische data verzameld ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek en door het onderzoeksteam van het NIVEL en de GGD gebruikt voor de monitoring van mogelijke gezondheidseffecten van het stroomstootwapen.4
De onderzoekers hebben op basis van hun onderzoeksbevindingen het rapport ‘Gezondheidseffecten van het stroomstootwapen. Een monitoringsonderzoek gericht op medische beeldvorming in de Nederlandse politiepraktijk’ opgesteld.
Dit rapport bied ik u hierbij aan.
De evaluatie van het stroomstootwapen5, de monitorrapporten6 van de inzet van het stroomstootwapen in de basispolitiezorg, het WODC-onderzoek uit 20197 en het recente rapport van het NIVEL en de GGD Amsterdam bieden geen aanknopingspunten om het stroomstootwapen als een potentieel dodelijk geweldmiddel te beschouwen.
De kernbevinding van de onderzoekers die de Gezondheidsmonitor stroomstootwapen maakten is dat de inzet van het stroomstootwapen in de Nederlandse politiepraktijk weinig kans geeft op lichamelijk letsel waarvoor behandeling en/of beoordeling door het ziekenhuis nodig is. De onderzoekers hebben de zaken van personen die zijn overleden in de context van politieoptreden waarbij het stroomstootwapen betrokken was grondig geanalyseerd. Bij één persoon werd door de forensisch-patholoog vastgesteld dat het stroomstootwapen mogelijk in geringe mate een rol heeft gespeeld bij het overlijden. Bij de overige onderzochte casussen speelde het stroomstootwapen geen rol bij het overlijden. Er is, het geheel overziende, geen aanwijzing dat het risico op (ernstig) letsel groter is wanneer meer dan vijf seconden stroom wordt afgegeven. Wel zijn er aanwijzingen dat bepaalde groepen – zoals jongvolwassenen (18–25 jaar) en mensen met verward gedrag of middelengebruik – een verhoogd risico hebben op valletsel.
Ik zie om deze redenen geen aanleiding om de eerder door mijn ambtsvoorganger genomen beslissing om agenten van de basispolitiezorg die worden ingezet voor het afhandelen van incidentmeldingen tijdens hun dienst mede uit te rusten met het stroomstootwapen te herzien.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D.M. van Weel
Bijlage bij Kamerstuk 29 628, nr. 902.↩︎
Kamerstuk 29 628, nr. 916.↩︎
Bijlage 2 tweede halfjaarbericht politie 2020.↩︎
Bijlage 2 eerste halfjaarbericht politie 2022.↩︎
O. Adang, B. Mali en K. Vermeulen, Het stroomstootwapen in de basispolitiezorg? Evaluatie van de pilot, Politieacademie, april 2018.↩︎
B. Mali, Het stroomstootwapen in de basispolitiezorg?, monitor van de inzetperiode 1 februari 2019-1 augustus 2019, Politieacademie, oktober 2019; B. Mali, Het stroomstootwapen in de basispolitiezorg?, monitor van de inzetperiode 1 februari 2019-1 feb 2020, Politieacademie, juni 2020; B. Mali, Het stroomstootwapen in de basispolitiezorg?, monitor van de inzetperiode 1 februari 2020-1 jan 2022, Politieacademie, juli 2022.↩︎
Gezondheidseffecten van blootstelling aan stroomstootwapens (Tasers) in de context van wetshandhaving. Een systematisch literatuuronderzoek, WODC 2019.↩︎