Ontwikkelingen zorgplicht kansspelen op afstand en cijfers deelname aan kansspelen
Kansspelen
Brief regering
Nummer: 2025D32045, datum: 2025-07-03, bijgewerkt: 2025-07-03 22:19, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Rapport Deelname aan kansspelen in Nederland meting 2025
- Tweede meting effecten nieuwe regels spelersbescherming
- Beslisnota bij Kamerbrief Ontwikkelingen zorgplicht kansspelen op afstand en cijfers deelname aan kansspelen
Onderdeel van kamerstukdossier 24557 -273 Kansspelen.
Onderdeel van zaak 2025Z14122:
- Indiener: T.H.D. Struycken, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2025-09-02 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-11 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
Een goed werkende zorgplicht voor kansspelen op afstand is essentieel om kwetsbare groepen te beschermen en te voorkomen dat spelers en naasten in de problemen raken. Met de per 1 oktober 2024 in werking getreden Regeling speellimieten en bewuster speelgedrag (Rsbs) en de Beleidsregel Verantwoord Spelen 2024 zijn hiertoe maatregelen getroffen.1 Deze maatregelen hebben effect, zo blijkt uit de effectmetingen van de Kansspelautoriteit (Ksa).2 Dit jaar zijn verschillende stappen gezet om de invulling van de zorgplicht binnen de huidige wettelijke kaders verder te verbeteren. Dit zijn belangrijke en noodzakelijke maatregelen, maar er is meer nodig om de bescherming van spelers te waarborgen.
Met deze brief deel ik, naast de effectmeting van de Ksa van de regelgeving van oktober 2024, ook het onderzoeksrapport van Ipsos I&O in opdracht van het WODC dat cijfers bevat over deelname aan kansspelen en risicovol speelgedrag in Nederland. Hieruit blijkt onder andere dat het aantal Nederlanders dat deelneemt aan kansspelen is toegenomen en dat het aandeel risico- en probleemspelers fors blijft.3 Daarnaast zie ik een zorgelijke stijging onder het aantal minderjarigen en jongvolwassenen dat deelneemt aan online kansspelen. Het is dus nodig om aanvullende maatregelen te treffen, zoals inzet op preventie, bewustwording en laagdrempelige hulp, evenals de aanpak van illegaal aanbod en deelname daaraan. Daarnaast werk ik uit hoe de zorgplicht wettelijk verder kan worden geconcretiseerd en aangescherpt, zoals aangegeven in mijn brief over de visie op kansspelen van 14 februari jongstleden.4
Met deze brief informeer ik uw Kamer over:
de tweede effectmeting van de Ksa van de regelgeving van oktober 2024;
ontwikkelingen rond het concretiseren en aanscherpen van de zorgplicht;
het rapport ‘Deelname aan kansspelen in Nederland: meting 2025’.
Hiermee voldoe ik aan de toezegging die ik uw Kamer heb gedaan tijdens het commissiedebat kansspelen van 27 maart jongstleden om voor de zomer een reactie aan uw Kamer te sturen op de effectmeting door de Ksa van de per oktober 2024 ingevoerde maatregelen voor online kansspelen.
Tweede effectmeting Ksa van wijziging regelgeving oktober 2024
De Ksa heeft recent een tweede meting uitgevoerd van de effecten van de per oktober 2024 in werking getreden regels. Voor deze rapportage is gekeken naar de periode vanaf juli 2024 voorafgaand aan de inwerkingtreding van de maatregelen per 1 oktober 2024 tot en met mei 2025. Deze tweede effectmeting heb ik als bijlage bij deze brief gevoegd. Bij mijn brief van 14 februari jongstleden stuurde ik uw Kamer de eerste effectmeting van de Ksa toe.5
Samenvatting onderzoeksresultaten
De resultaten uit de tweede effectmeting geven hetzelfde beeld als de eerste effectmeting. De Ksa concludeert dat er sprake is van een verbeterde spelersbescherming omdat spelers minder verliezen en de kanalisatiegraad in termen van spelers zeer beperkt is gedaald na invoering van de regels.6 Het percentage spelers dat per maand netto meer stortte dan 700 euro, of 300 euro voor jongvolwassenen tot 24 jaar, is verder gedaald naar 2,2 procent. In oktober 2024 was dit 3,8 procent en voor invoering van de nieuwe regels was dit 9,4 procent. Een mogelijke verklaring voor de verdere daling is dat de Ksa de aanbieders begin februari 2025 heeft aangesproken op de uitvoering van de draagkrachttoetsen. Daarnaast stellen spelers gemiddeld minder hoge stortingslimieten in. Na 1 oktober daalde het percentage spelers met hoge limieten (boven de 350 euro en 150 euro voor jongvolwassenen) naar minder dan 50 procent en dat percentage is stabiel gebleven.
De nieuwe regels hebben ook effect op de omvang van de legale markt. Het brutospelresultaat (BSR) van vergunde online aanbieders is in mei 2025 ongeveer 15 procent lager dan in september 2024, vlak voordat de nieuwe regels van kracht werden. In oktober 2024 daalde het verlies per account met 31 procent van 116 euro naar 80 euro per maand. Sinds oktober is het verlies per account redelijk stabiel. Ook het percentage spelers met hoge verliezen van meer dan 1000 euro per maand daalde na oktober van 3,9 naar 0,9 procent en dit is stabiel gebleven. De afname van grote verliezen is ook te zien aan de verdeling van het BSR. Voor oktober 2024 was 74 procent van het BSR van vergunde aanbieders afkomstig van accounts met verliezen van meer dan 1000 euro. Na invoering van de regels is dit gedaald naar 21 procent. De tweede effectmeting laat zien dat de stijging van het aantal accounts doorzet. Voor oktober steeg het aantal accounts gemiddeld met 1,2 procent per maand. Na oktober steeg het aantal accounts sneller, met gemiddeld 2,2 procent per maand. Het gemiddeld aantal accounts per persoon is hierbij voor en na invoering van de regels ongeveer gelijk gebleven, namelijk rond de 2,4 per persoon.
De kanalisatiegraad in termen van spelers is in de tweede effectmeting 93 procent en blijft daarmee hoog. In de tweede effectmeting ontbreekt om technische redenen een overzicht van de kanalisatiegraad in termen van geld. Deze informatie wordt wel opgenomen in de nog uit te brengen rapportage van de Ksa over de effecten van de verhoging van de kansspelbelasting. Deze wordt verwacht eind juli 2025. Hoewel het nu niet mogelijk is om de omvang van de illegale markt te bepalen, laat de tweede effectmeting wel een stijging zien in het zoekvolume naar illegale kansspelwebsites. Vergleken met de maanden voor oktober 2024 is het zoekvolume gemiddeld gestegen met 23 procent. Naast de nieuwe regels is per 1 januari 2025 ook de kansspelbelasting verhoogd. De Ksa geeft aan dat het lastig is om te onderscheiden welke wijziging verantwoordelijk is voor de gemeten effecten.
Beleidsreactie
De tweede effectmeting bevestigt nogmaals, in lijn met de eerste effectmeting, dat de beschermende maatregelen die sinds 1 oktober 2024 van kracht zijn, effectief zijn. Dat is positief. Tegelijkertijd maak ik mij zorgen over de grote hoeveelheid geld die nog steeds omgaat in illegale online kansspelen. Hoewel de kanalisatie in termen van spelers stabiel lijkt te blijven, liet de eerste effectmeting zien dat de kanalisatie in termen van BSR afneemt. In de tweede effectmeting is een stijging zichtbaar in het zoekvolume naar illegale kansspelwebsites. Daarnaast laten de recente cijfers van deelname aan kansspelen zien dat het aantal spelers dat problemen ondervindt door gokken nog steeds groot is. Dat betekent dat er nog belangrijke stappen te zetten zijn, ook met betrekking tot de zorgplicht. Hieronder ga ik eerst in op de stappen die zijn en worden gezet om de zorgplicht te concretiseren en aan te scherpen.
Ontwikkelingen rond concretiseren en aanscherpen zorgplicht
In aanvulling op de maatregelen van 1 oktober 2024 zet de Ksa binnen de huidige kaders van wet- en regelgeving verschillende stappen om beter zicht te krijgen op de uitvoering van de zorgplicht en waar mogelijk te verbeteren. Zo constateerde de Ksa dat aanbieders verschillende methoden hanteerden om te controleren of het speelgedrag van spelers overeenkomst met hetgeen zij financieel kunnen veroorloven. Naar aanleiding daarvan heeft de Ksa nadere invulling gegeven aan de draagkrachttoets die aanbieders sinds 1 oktober 2024 moeten uitvoeren bij spelers die meer willen storten dan 700 euro (vanaf 24 jaar) of 300 euro (jongvolwassenen van 18 tot 24 jaar).7 Daarvoor heeft zij een document gepubliceerd waarin goede en slechte praktijkvoorbeelden staan.8 De Ksa benadrukt dat een draagkrachtoets altijd gebaseerd moet zijn op voldoende, correcte en controleerbare informatie. Daarbij dient gebruik te worden gemaakt van objectieve bewijsstukken, zoals salarisstroken, aangiften inkomstenbelasting of open banking toepassingen. De Ksa heeft in haar toezicht bijzondere aandacht voor de correcte uitvoering van deze toetsen en blijft hier de komende tijd op toezien en waar nodig handhaven.
De Ksa heeft daarnaast op verschillende onderwerpen informatievorderingen bij aanbieders gedaan om inzicht te krijgen hoe zij omgaan met bepaalde onderdelen van de zorgplicht. Voorbeelden hiervan zijn hoe zij omgaan met de opleidingsvereisten in het kader van artikel 6 van het Besluit werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen, de risicoanalyse die aanbieders dienen uit te voeren van hun spelaanbod en de indicatoren die gebruikt worden voor de signalering van risicovol gokgedrag.9 Hieruit blijkt bijvoorbeeld dat aanbieders indicatoren voor risicovol gedrag, zoals hoge speelfrequentie, verschillend interpreteren. Ook blijkt uit de reacties van aanbieders dat veel aanbieders hiervoor leunen op ingekochte algoritmen en AI-systemen. De Ksa start deze zomer met een onderzoek naar hoe aanbieders deze monitoringssystemen gebruiken en hoe ze met de uitkomsten van deze systemen omgaan.
Voorts doet de Ksa gerichte onderzoeken bij individuele aanbieders naar de aard en omvang van extreme verliezen van spelers om te bezien of aanbieders voldoende maatregelen hebben getroffen om spelers tijdig daartegen te beschermen. Dit betreffen langdurige onderzoeken, waarbij de aanbieder wordt aangesproken en een boete kan worden opgelegd indien blijkt dat de bescherming onvoldoende was. Tot nu toe zijn er zeven aanbieders onderzocht of in onderzoek, waarbij er bij drie aanbieders specifiek onderzoek is gedaan naar extreme verliezen bij jongvolwassen spelers. In een zaak heeft dit geleid tot een boete van 734.000 euro.10 Sinds september 2024 heeft de Ksa het aantal toezichthouders die zich bezighouden met de online zorgplicht fors uitgebreid, waardoor zij intensiever toezicht kan houden, meer aspecten van de zorgplicht van aanbieders kan onderzoeken en voldoende capaciteit heeft om bij meerdere aanbieders tegelijk handhavend op te treden als dat passend is.
Zoals ik in mijn brief van 14 februari jongstleden heb aangekondigd, onderzoek ik verdere concretisering en aanscherping van de zorgplicht en in dat kader wijzigingen op niveau van wet of algemene maatregel van bestuur.11 Ik constateer uit de onderzoeksresultaten van de Ksa dat aanbieders op verschillende wijze invulling geven aan hun zorgplicht, bijvoorbeeld op het gebied van signalering van risicovol gedrag en interventies.12 Om te kunnen bepalen op welke wijze de zorgplicht op deze punten kan worden geconcretiseerd en aangescherpt, is advies nodig van onafhankelijk deskundigen. Ook de motie Van Nispen e.a. roept hiertoe op.13 Samen met de Kansspelautoriteit heb ik daarom het Expertisecentrum Gokken van het Trimbos-instituut gevraagd om een expertgroep met onafhankelijke deskundigen samen te stellen om wetenschappelijk onderbouwde aanbevelingen te doen over het concretiseren en aanscherpen van de zorgplicht. Daarbij is het van belang nationale en internationale experts vanuit verschillende disciplines te betrekken, evenals ervaringsdeskundigen. Het Expertisecentrum is gestart met de voorbereidingen voor deze expertgroep, zoals het benaderen van deskundigen en het inrichten van de projectorganisatie. Als de expertgroep is gevormd verwacht het Expertisecentrum vanwege de benodigde zorgvuldigheid niet eerder dan voor de zomer van 2026 aanbevelingen te kunnen doen. Daarbij zal de expertgroep met voorrang aanbevelingen doen over mogelijke fundamentele wijzigingen van de zorgplicht, zodat deze mee kunnen worden genomen in het aangekondigde wetgevingstraject voor kansspelen op afstand conform het tijdpad geschetst in mijn brief van 14 februari jongstleden. Mede gelet op de snelle ontwikkelingen in de online kansspelsector vind ik het van belang dat structureel geadviseerd wordt over de invulling van de zorgplicht. Daarom zal de expertgroep een voorstel doen hoe dit vorm gegeven kan worden.
Aanvullend voert Ipsos I&O in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (hierna: WODC) momenteel een effectmeting uit naar de Regeling speellimieten en bewuster speelgedrag en de netto stortingsgrens uit de Beleidsregel Verantwoord Spelen. Dit onderzoek ziet op het in kaart brengen van de ervaringen en behoeften van spelers op het gebied van speellimieten en is een vervolg op een vergelijkbare meting die in november 2023 is uitgevoerd.14 Dit rapport verwacht ik in oktober te ontvangen. Verder wordt naar verwachting in oktober het rapport ‘Perspectief van Nederlanders op kansspelen meting 2025’ opgeleverd, dat ook in opdracht van het WODC wordt uitgevoerd. Dit betreft een nieuwe meting van een vergelijkbaar onderzoek uit 2024 naar het perspectief van Nederlanders op verschillende relevante en actuele onderwerpen en ontwikkelingen op het gebied van kansspelen.15 De uitkomsten van alle onderzoeken tezamen neem ik mee in de verdere uitwerking van de concretisering en aanscherping van de zorgplicht.
Rapport ‘Deelname aan kansspelen in Nederland: meting 2025’
Ipsos I&O heeft in opdracht van het WODC onderzoek gedaan naar de deelname aan kansspelen en risicovol speelgedrag onder Nederlanders vanaf 16 jaar. Het onderzoeksrapport bied ik hierbij aan uw Kamer aan. Het onderzoek betreft een herhaling van hetzelfde onderzoek uit 2024, als onderdeel van de periodieke monitoring van de effecten van het kansspelbeleid.16 Hierna geef ik een weergave van de belangrijkste onderzoeksbevindingen en geef ik hierop mijn reactie.
Samenvatting onderzoeksresultaten
In het onderzoek zijn schattingen gemaakt op basis van zelfrapportage van 7.608 Nederlanders over het eigen gedrag in de afgelopen twaalf maanden.17 Uit het rapport blijkt dat het aandeel Nederlanders dat deelneemt aan kansspelen sinds de meting uit 2024 is toegenomen. 69% van de Nederlanders vanaf zestien jaar neemt deel aan kansspelen, ten opzichte van 65% in de eerdere meting van 2024. Wanneer loterijen buiten beschouwing worden gelaten is dit 37% ten opzichte van 34% in de eerdere meting. Deze stijging is waar te nemen op zowel fysieke locaties (van 31% naar 33%) als online (van 10% naar 12%).
De toename van deelname aan kansspelen in brede zin is niet toe te schrijven aan één specifieke groep in de bevolking. Er is sprake van een stijging bij mannen en vrouwen, bij meerdere leeftijdsgroepen, bij Nederlanders met verschillende opleidingsniveaus en Nederlanders met en zonder migratieachtergrond. De stijging van deelname aan online kansspelen is opvallend groot bij minderjarigen (16-17 jaar), namelijk van 12% naar 20%. Daarnaast valt ook de stijging onder de deelnemers van 18 tot en met 24 jaar op (van 17% naar 21%).
Er zijn geen veranderingen opgetreden wat betreft risicogroepen. Net als in 2024 behoort het overgrote deel (87%) tot de groep niet-problematische gokkers.18 7% is een laag-risico gokker, 4% gematigd-risico gokker en 2% hoog-risico gokker. Het aandeel gematigd- en hoog-risico gokkers is hoger onder mensen die (ook) deelnamen aan online kansspelen (20%) dan onder mensen die dat niet deden (4%). Meer dan een derde (36%) van degenen die (ook) illegale websites gebruikten om online te gokken, voldoet aan de criteria van hoog-risico gokker en 18% gematigd-risico.
Het type spellen dat men speelt is grotendeels gelijk gebleven ten opzichte van 2024. Deelnemers aan fysieke kansspelen nemen (nog steeds) vooral deel aan loterijen en krasloten. Daarna volgen drie fysieke kansspelen: bingo, speelautomaten en casinospelen, en één online kansspel: online wedden op sportwedstrijden. Twee derde van de spelers van online kansspelen geeft aan enkel op vergunde websites te spelen. 9% zegt (ook) wel eens niet-vergunde websites te bezoeken. Een kwart van de spelers zegt niet te weten of de website waarop hij of zij speelt legaal (vergund) of illegaal (niet-vergund) is. Net als in 2024 is de groep spelers die aangeeft één account te hebben het grootst (44%). Eén op de vijf spelers geeft aan meer dan één account te hebben. Verder blijkt uit het onderzoeksrapport van Ipsos I&O dat het percentage spelers dat aangeeft geen account te hebben, is toegenomen van 10% naar 14%. Daarbij is opvallend dat 7% van spelers die zegt uitsluitend legaal te gokken aangeeft geen account te hebben. Het aanmaken van een account is verplicht bij vergunde aanbieders. De onderzoekers noemen dat deze mensen hun account mogelijk al hebben opgezegd ten tijde van het onderzoek. Verder blijkt dat binnen de groep die niet weet of ze legaal of illegaal spelen het percentage dat met het account van een ander speelt relatief hoog is, evenals het deel zonder account.
Beleidsreactie
Meer Nederlanders nemen deel aan kansspelen dan in 2024. De stijging is zowel te zien bij minder risicovolle kansspelen (loterijen) als risicovolle kansspelen (zoals krasloten en online en landgebonden sportweddenschappen en speelautomaten).19 Met name de flinke stijging van deelname aan online kansspelen onder minderjarigen baart mij zorgen. Pas vanaf 18 jaar mag een persoon bij vergunde aanbieders spelen.20 Voor vergunde kansspelaanbieders gelden strenge wettelijke eisen voor leeftijdscontrole. Zij moeten zeker zijn van de identiteit en daarmee ook de meerderjarigheid van een persoon voordat zij deze mogen inschrijven. Hiertoe moeten zij over persoonsgegevens van de aspirant-speler beschikken en deze gegevens verifiëren.21 De Ksa houdt hier scherp toezicht op en heeft vooralsnog geen signalen dat minderjarigen zichzelf kunnen aanmelden bij legale aanbieders. Naar verwachting spelen minderjarigen op andermans account of bij illegale aanbieders. Momenteel doet de Ksa verdiepend onderzoek naar deelname van minderjarigen aan online kansspelen bij legale aanbieders. Hierbij wordt onder meer met hulp van de banken gekeken naar mogelijke betalingen van minderjarigen naar kansspelaanbieders. Het onderzoek is naar verwachting eind juli afgerond. De vraag hoe minderjarigen deelnemen aan online kansspelen zal tevens worden meegenomen in het eerdergenoemde onderzoek Perspectief van Nederlanders op kansspelen 2025 dat in oktober wordt opgeleverd.
In algemene zin laten de onderzoeksresultaten zien dat meer nodig is om mensen te beschermen tegen de risico’s van gokken en illegaal aanbod tegen te gaan. Hiervoor heb ik verschillende maatregelen aangekondigd in mijn visiebrief op kansspelen van 14 februari jongstleden. De stijging van deelname aan online kansspelen onder minderjarigen en jongvolwassenen benadrukt het belang om extra in te zetten op de bescherming van deze kwetsbare groepen.22 Dit doe ik ten eerste via de voorgenomen wetswijzigingen die onder meer gericht zijn op het tegengaan van verdere normalisatie van gokken. Daarnaast zet ik in op het bestrijden van illegaal aanbod en de deelname daaraan, via zowel intensivering van handhaving door de Ksa binnen de huidige wettelijke kaders, als uitbreiding van de bevoegdheden van de Ksa. Ook werk ik ten behoeve van de verbreding van verslavingspreventie naar het tegengaan van gokschade samen met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Ksa aan een strategische meerjarenagenda gokschadepreventie ter opvolging van de werkagenda verslavingspreventie kansspelen.23
Onder meer in het kader van de werkagenda verslavingspreventie kansspelen zet ook de Ksa extra in op bescherming tegen de risico’s van gokken. Zo wordt vanuit de Ksa gewerkt aan de doorontwikkeling van Loket Kansspel. Naar verwachting wordt in september van dit jaar een nieuwe website gelanceerd. Dit wordt een centraal informatiepunt voor zowel gokkers en hun naasten als niet-gokkers. Zij kunnen hier terecht voor informatie over gokken, voor instrumenten om bijvoorbeeld je gokgedrag te testen en voor laagdrempelige hulp bij (mogelijke) gokproblemen. Bij de ontwikkeling van deze website is specifieke aandacht voor jongeren, bijvoorbeeld in taal- en beeldgebruik. Daarnaast voert de Ksa doorlopend verschillende bewustwordingscampagnes, zoals een campagne ter promotie van Gokstop (Cruks) en een sportzomercampagne over de risico’s van gokken.
De Ksa zet ook specifiek in op het beschermen van minderjarigen en jongvolwassenen en heeft dit als prioriteit opgenomen in haar Toezichtsagenda 2025. Naast het onderzoek naar mogelijke deelname aan vergunde kansspelen door minderjarigen, wordt onderzoek gedaan naar de vraag waarom minderjarigen en jongvolwassenen gaan gokken. Op basis van een inventarisatie van bestaande onderzoeken wordt na de zomer een vervolgonderzoek gestart om de eventuele witte vlekken in te vullen. Daarnaast wordt de voorlichting richting deze groepen verder uitgebreid. Vanuit het Verslavingspreventiefonds lopen verschillende trajecten die zich specifiek richten op deze kwetsbare groep. Er worden bijvoorbeeld aanvullende materialen over gokken ontwikkeld binnen het bestaande preventieprogramma ‘Helder op School’.24 In dit programma worden leerlingen en studenten bewust gemaakt van de gevolgen van onder meer gokken en worden zij gestimuleerd hier niet aan te beginnen. Een ander voorbeeld is de Vereniging van Contract Spelers die voorlichting geeft aan spelersgroepen van alle Ere- en Eerste Divisieclubs over risico’s van gokken op voetbalclubs, inclusief de onder-21 en onder-19 selecties.
De zorgelijke groei van gokken onder minderjarigen heb ik verder onder de aandacht gebracht bij Verslavingskunde Nederland (VKN). In hun programma preventie en vroegsignalering van verslavingsproblematiek, waarbij zij onder meer nauw samenwerken met gemeenten, wordt ook ingezet op het tegengaan van gokproblematiek. VKN gaat bekijken of en hoe zij in hun bestaande preventietrajecten meer aandacht kan hebben voor het voorkomen van gokken onder minderjarigen.
Slot
Het is positief dat de maatregelen die 1 oktober 2024 zijn ingegaan effectief blijken te zijn. Daarnaast zet de Ksa verschillende stappen om binnen de huidige wettelijke kaders de uitvoering van de zorgplicht te verbeteren. Om verdere stappen in de concretisering en aanscherping van de zorgplicht te kunnen zetten, heb ik de benodigde acties in gang gezet, zoals het inrichten van de expertgroep vanuit het Expertisecentrum Gokken en de in deze brief beschreven onderzoeken. Voorts lopen verschillende trajecten in het kader van de werkagenda verslavingspreventie kansspelen om mensen te beschermen tegen gokschade. Juist door in te zetten op preventie van gokproblematiek kan een hoop schade worden voorkomen.
Eind dit jaar verwacht ik uw Kamer nadere contouren te kunnen schetsen over hoe de verschillende aspecten van de aangekondigde maatregelen uit mijn brief van 14 februari jongstleden in wet- en regelgeving kunnen worden ingebed. Dan zal ik uw Kamer ook informeren over de strategische meerjarenagenda gokschadepreventie.
De Staatssecretaris Rechtsbescherming,
T.H.D. Struycken
In de Rsbs zijn maatregelen getroffen die online kansspelaanbieders moeten naleven om spelers van online kansspelen bewuster te maken van hun speelgedrag en om hen beter te beschermen tegen de risico’s van kansspelen. Zij moeten spelers bijvoorbeeld nadrukkelijker wijzen op de risico’s van hun speelgedrag en de hoogte van hun limieten. Met de beleidsregel geeft de Ksa verdere invulling aan de wettelijke verplichtingen van de zorgplicht, waaronder wanneer aanbieders moeten ingrijpen en informeren.↩︎
Bijlage bij Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 245↩︎
Hierin wordt geen onderscheid gemaakt tussen deelname aan legale en illegale kansspelen.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 245↩︎
Bijlage bij Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 245↩︎
Kanalisatie is de mate waarin spelers gebruik maken van het legale aanbod. Kanalisatie wordt uitgedrukt in een percentage, de kanalisatiegraad, waarbij de mate waarin spelers gebruik maken van het legale aanbod wordt afgezet tegen de totale deelname aan kansspelen (legaal en illegaal). Voor de meting van deelname aan kansspelen kan bijvoorbeeld gekeken worden naar het aantal spelers, naar brutospelresultaat (BSR) of naar webverkeer.↩︎
Artikel 3.1.12 lid 6 Beleidsregel verantwoord spelen 2024.↩︎
https://kansspelautoriteit.nl/nieuws/2025/februari/kansspelautoriteit-spreekt-aanbieders/↩︎
Artikel 6 Besluit wering, reclame en verslavingspreventie kansspelen (Stcrt. 2023, nr. 120)↩︎
https://kansspelautoriteit.nl/nieuws/2025/april/boete-e734-000-schending-zorgplicht↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 245, p. 13.↩︎
Kansspelautoriteit, 2023, Onderzoek zorgplicht aanbieders online kansspelen: Stand van zaken.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 267.↩︎
I&O Research, 2023, Speellimieten bij online kansspelen: Een onderzoek naar ervaringen en behoeften van spelers. Bijlage bij Kamerstukken II 2023/24, 24 557, nr. 218.↩︎
Bijlage bij Kamerstukken II 2023/24, 24 557, nr. 240. Hierbij wordt ook de motie Dral en Wijen-Nass meegenomen waarin wordt verzocht onderzoek te doen of door de verhoging van de leeftijdsgrens van 18 naar 21 jaar geen verdere vlucht naar de illegaliteit zal ontstaan (Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 266).↩︎
Bijlage bij Kamerstukken II 2023/24, 24 557, nr. 239.↩︎
Bij zelfrapportage speelt een rol dat de beantwoording van de vragen mede wordt bepaald door de mate waarin de respondenten zich zaken nog (goed) kunnen herinneren. Verder speelt sociaalwenselijke beantwoording mogelijk een rol. De vragenlijst is ingevuld in de periode 7 tot en met 22 maart jongstleden.↩︎
Gemeten met de Problem Gambling Severity Index (PGSI): een veelgebruikte vragenlijst om risicovol gokgedrag te meten. Daarnaast is door de onderzoekers gevraagd naar ervaren problemen door gokken, bijvoorbeeld in sociale/relationele sferen, in financiële zin of in psychische/emotionele zin.↩︎
Uit de marktscan 2024 van de Ksa blijkt dat Nederlanders gemiddeld minder geld uitgeven aan kansspelen dan de gemiddelde inwoner van een EU-land en Nederland daarmee minder groei kent dan andere EU-landen. De Ksa heeft zich hierbij gebaseerd op gegevens van dataleverancier H2 Gambling Capital.↩︎
Artikel 31k lid 2 sub a Wet op de kansspelen en artikel 4 lid 2 Besluit kansspelen op afstand.↩︎
Artikel 31k lid 2 sub a Wet op de kansspelen en artikel 4.11 Besluit kansspelen op afstand.↩︎
Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 245.↩︎
Bijlage bij: Kamerstukken II 2024/25, 24 557, nr. 219.↩︎
Dit is ontwikkeld vanuit het Trimbos-instituut. Eerder is materiaal ontwikkeld om de signalering van en begeleiding bij risicovol of problematisch gokgedrag onder mbo-studenten te verbeteren. Dit project wordt uitgebreid met onder meer draaiboeken voor ouderavonden over dit thema en lesmaterialen om gokken te ontmoedigen.↩︎