Verzamelbrief welzijn dieren buiten de veehouderij - Overig
Dierenwelzijn
Brief regering
Nummer: 2025D32192, datum: 2025-07-03, bijgewerkt: 2025-07-04 10:48, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.F. Rummenie, staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- Handreiking Dierenwelzijn gemeentelijke handhavers
- Adviesrapport de toepasbaarheid van dodingsmethoden voor grote watervogels en egels in wildopvangen door niet-dierenartsen
- Beslisnota bij verzamelbrief welzijn dieren buiten de veehouderij - Overig
Onderdeel van kamerstukdossier 28286 -1398 Dierenwelzijn.
Onderdeel van zaak 2025Z14171:
- Indiener: J.F. Rummenie, staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- 2025-09-02 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-10 11:15: Procedurevergadering LVVN (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter,
Met deze brief informeer ik de Kamer over de voortgang op een aantal dierenwelzijnsonderwerpen, moties en toezeggingen op het gebied van dieren buiten de veehouderij. De volgende onderwerpen komen aan bod:
Dierenambulances en wildopvang
Terugkoppeling overleg gemeenten over bewaarplicht van dieren met een vermoedelijke eigenaar n.a.v. motie van leden Graus en Kostić (Kamerstuk 28 286, nr. 1367)
Motie van het lid Graus over het onderzoeken of kosten van de basisopleiding voor dierenambulancemedewerkers gedekt kunnen worden uit de opbrengsten van verhoogde bestuurlijke boetes (Kamerstuk 28 268, nr. 1368)
Overig
Herziening beleidsregel kwaliteit opvang diersoorten en adviesrapport dodingsmethoden binnen de wildopvang
Handreiking voor gemeentelijke boa’s ter ondersteuning van handhavingsketen
Toezegging gesprek Dier & Recht over dwang- en trainingsmiddelen (TZ202410-208)
Dierenambulances en wildopvang
Terugkoppeling overleg gemeenten over bewaarplicht van dieren met een vermoedelijke eigenaar n.a.v. motie van leden Graus en Kostić (Kamerstuk 28 286, nr. 1367)
De motie Graus en Kostić verzoekt de regering om er zorg voor te dragen dat alle betrokken overheden voldoen aan hun opvang- en zorgplicht van dieren die niet op de huis- en hobbydierenlijst staan (Kamerstuk 28 286, nr. 1367). In de beantwoording van deze motie gaf ik aan dat de bewaarplicht een autonome plicht is voor gemeenten, waar ik geen sturende rol in heb. Ik gaf ook aan dat ik in gesprekken met gemeenten het belang van de nakoming van hun bewaarplicht zou benadrukken en de Kamer zou informeren over de voortgang van deze gesprekken (Kamerstuk 28 286, nr. 1377).
Ik heb contact gehad met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over dit onderwerp en op mijn verzoek zal de VNG informatie over de bewaarplicht verspreiden onder gemeenten. Bij dit verzoek worden gemeenten opgeroepen om maatregelen te treffen om de bewaarplicht in te vullen, als zij dat nog niet hebben gedaan. Dit kan bijvoorbeeld door afspraken te maken met opvangcentra binnen de gemeente of door zelf opvangmogelijkheden te creëren. Wanneer het gemeenten lukt om vooraf na te denken en afspraken te maken over hoe ze aan hun bewaarplicht kunnen voldoen, zorgt dit voor meer duidelijkheid op momenten waarop dieren worden aangetroffen in de openbare ruimte, die vermoedelijk een eigenaar hebben. Wildopvangcentra worden dan minder overvallen door opvangaanvragen, waarbij het in de praktijk vaak om dieren gaat die niet op de huis- en hobbydierenlijst staan. Hier is weinig plek voor in de opvangcentra. Ik hoop daarom dat zoveel mogelijk gemeenten mijn verzoek zullen oppakken. Ik beschouw deze motie hiermee als afgedaan.
Motie Graus inzake het onderzoeken of kosten van de basisopleiding voor dierenambulancemedewerkers gedekt kunnen worden uit de opbrengsten van verhoogde bestuurlijke boetes (Kamerstuk 28 268, nr. 1368)
De motie Graus verzoekt de regering te onderzoeken of de opbrengsten van verhoogde bestuurlijke boetes kunnen worden ingezet om de kosten voor de basisopleiding van dierenambulancemedewerkers te dekken (Kamerstuk 28 286, nr. 1368).
Ik wil zelf ook graag dat deze basisopleiding doorgang vindt en daarom heb ik al middelen gereserveerd. Deze middelen kunnen echter niet komen uit de door lid Graus voorgestelde dekkingsbron, omdat dat op te veel praktische bezwaren zou stuiten en het niet gebruikelijk is dat inkomsten uit bestuurlijke boetes aan een specifiek doel worden uitgegeven. Ik ben momenteel in gesprek met de Spreekbuis Wildopvangcentra en Dierenambulances over een subsidieaanvraag die zij gaan indienen met betrekking tot de basisopleiding. Ik ben van plan die subsidie te verlenen en verwacht dat dit deze zomer kan gebeuren. Ik beschouw de motie hiermee als afgedaan.
Herziening beleidsregel kwaliteit opvang diersoorten en adviesrapport dodingsmethoden binnen de wildopvang
In eerdere verzamelbrieven gaven mijn voorgangers aan te werken aan de herziening van de Beleidsregels kwaliteit opvang diersoorten (hierna: de beleidsregel), omdat deze niet meer aansloot bij de praktijk van de wildopvang en bij de Omgevingswet. De beleidsregel bevat het protocol met kwaliteitseisen waar wildopvangcentra aan moeten voldoen. Inmiddels kan ik mededelen dat de herziening is afgerond en dat de herziene beleidsregel sinds januari 2025 van kracht is1.
Omdat de herziening van sommige artikelen veel afstemming vergde, duurde het traject langer dan vooraf was ingeschat. Ik ben blij met het resultaat. Niet alleen sluit de beleidsregel nu aan op de Omgevingswet, maar deze is nu ook beter werkbaar voor zowel medewerkers van wildopvangcentra als de toezichthouders.
Nu de herziening van deze beleidsregel is afgerond, is de volgende stap om ook de beleidsregel met het protocol voor de opvang van invasieve uitheemse soorten te herzien en samen te voegen met de beleidsregel. Hierdoor ontstaat één overzichtelijk protocol voor alle wildopvangcentra. Dit traject van het herzien en samenvoegen van de beleidsregels is onlangs van start gegaan. Omdat de beleidsregel voor opvang van invasieve uitheemse soorten in veel opzichten lijkt op de reeds herziene beleidsregel zal dit proces naar verwachting minder tijd in beslag nemen dan de herziening die is afgerond. Ik houd de Kamer op de hoogte van de ontwikkelingen.
Daarnaast komt het binnen wildopvangcentra regelmatig voor dat dieren geëuthanaseerd moeten worden, maar is het om verschillende redenen niet altijd mogelijk om hier een dierenarts voor in te schakelen. De wildopvang gaf daarom aan behoefte te hebben aan een overzicht van dodingsmethoden die door niet-dierenartsen kunnen worden uitgevoerd én die zo min mogelijk leed veroorzaken voor zowel de dieren als de medewerkers, dit alles binnen de wettelijke kaders.
In 2023 heeft mijn voorganger het Centre for Sustainable Animal Stewardship (CenSAS) gevraagd om hier een adviesrapport over uit te brengen. Dit rapport is onlangs gepubliceerd en stuur ik u mee met deze brief. Het rapport richt zich specifiek op dodings- en bedwelmingsmethoden die toepasbaar zijn bij grote watervogels en egels en bevat protocollen om deze diersoorten op een humane manier te bedwelmen en te doden, inclusief verdere aanbevelingen voor praktische implementatie. Om zeker te zijn dat de protocollen in de praktijk bruikbaar zijn, is de wildopvangsector betrokken geweest bij de ontwikkeling van de protocollen. Ik dank CenSAS voor het rapport en blijf in gesprek met de wildopvang om te volgen hoe de protocollen worden gebruikt door de sector.
Overig
Handreiking voor gemeentelijke boa’s ter ondersteuning van handhavingsketen
Bij de verzamelbrief van oktober vorig jaar (Kamerstuk 28 286, nr. 152) heeft de Kamer een plan van aanpak ontvangen voor de versterking van de signaleringsrol van gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) t.a.v. dierenwelzijn. Het plan van aanpak was een verzoek van de Kamer n.a.v. een motie van oud-lid Futselaar (Kamerstuk 28 286, nr. 1155). Bijgaand stuur ik u de in dit plan aangekondigde handreiking met een signaalkaart, waarmee boa’s signalen van dierverwaarlozing en -mishandeling efficiënt kunnen doorzetten naar de juiste handhavende partij. Deze handreiking wordt verspreid via het boa-platform en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG).
Ik ben blij met de handreiking en de samenwerking met de VNG, het boa-platform en de handhavingsketen in de totstandkoming ervan. Met de implementatie van de signaalkaart wordt weer een stap gezet in het versterken van de handhavingsketen rond dierenwelzijn. Handhavers krijgen hiermee een duidelijke richtlijn om effectiever en gestructureerd op te treden bij signalen van dierenleed, wat uiteindelijk bijdraagt aan een betere bescherming van dieren in Nederland.
Toezegging gesprek Dier & Recht over dieronvriendelijke hulp- en trainingsmiddelen (TZ202410-208)
Zoals toegezegd tijdens het commissiedebat dieren buiten de veehouderij op 23 oktober 2024 kom ik in deze brief terug op het gesprek met Dier&Recht over dwangmiddelen en trainingsmiddelen bij paarden (TZ202410-208). Het gesprek met Dier&Recht heeft 17 april 2025 plaatsgevonden. Het was een informatief gesprek, waarin het gebruik van verschillende hulp- en trainingsmiddelen bij paarden is besproken. Ik blijf met Dier&Recht in gesprek over dit onderwerp en beschouw de toezegging daarmee als afgedaan.
In het tweeminutendebat Wetgevingsoverleg Aanpassingswet bewijslasttermijn consumentenkoop levende dieren op 20 januari 2025, is eveneens een motie aangenomen inzake het instellen van een algemene maatregel van bestuur voor een verbod op alle dieronvriendelijke hulp- en trainingsmiddelen (Kamerstuk 36 163, nr. 13). Zoals aangegeven in de reactie op deze motie verken ik momenteel of bepaalde vormen van gebruik van de meest risicovolle middelen via een algemene maatregel van bestuur kunnen worden aangewezen als verboden vorm van dierenmishandeling (Kamerstuk 28 286, nr. 1384).
Jean Rummenie
Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur