[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Biologische Landbouw juli 2025

Biologische Landbouw

Brief regering

Nummer: 2025D32855, datum: 2025-07-07, bijgewerkt: 2025-07-08 11:18, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29842 -46 Biologische Landbouw .

Onderdeel van zaak 2025Z14382:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte Voorzitter,

Tijdens het commissiedebat Landbouw, Klimaat en Voedsel op 20 februari 2025 heb ik uw Kamer toegezegd om een brief te sturen over de biologische landbouw, de groei van het areaal biologische landbouw en de vraag naar biologische producten (TZ202503-017). Deze toezegging deed ik naar aanleiding van de vraag van het lid Kostić naar de maatregelen, waarmee de ambitie in 2030 voor biologische landbouw kan worden gehaald. Hieronder ga ik in op deze toezegging en geef ik aan welke maatregelen zijn genomen in het kader van het actieplan ‘Groei van biologische productie en consumptie', sinds de brief van 24 januari 2024 (Kamerstuk 30 252, nr. 148). Ik neem daarin diverse toezeggingen en moties met betrekking tot biologische landbouw mee, maar laat informatie die reeds naar uw Kamer is verzonden achterwege.

Ontwikkeling van het areaal biologische landbouw en de vraag naar biologische producten (TZ202503-017)

Het biologisch landbouwareaal is in 2024 gegroeid van 93.214 hectare (eind 2023) naar 97.239 ha (31 december 2024), inclusief de percelen die in omschakeling zijn. Dat is 5,4% van het totale landbouwareaal in Nederland. Dit blijkt uit de gegevens van Skal Biocontrole. Het aantal aangemelde landbouwbedrijven is nagenoeg gelijk gebleven met 2.266 (2024). Het aantal aangemelde bedrijven in de verwerking en handel is licht afgenomen van 3.188 naar 3.111, maar het aantal bedrijven in de categorie ‘verkoop aan consument’ (denk aan supermarkten) is gestegen met 11% en het aantal verkooplocaties is gestegen met 2%.

In 2024 groeide de omzet van biologisch in de retail met 9,6% naar € 1,77 mld.

euro. Supermarkten realiseerden een groei van 7,9%, terwijl de biologische speciaalzaken met 14,6% stegen tot ruim € 458 mln. omzet1. Deze groei ligt ruim boven de inflatie van levensmiddelen (1,9%), wat duidt op een reële groei van respectievelijk 6% bij supermarkten en 12,7% in de speciaalzaken. De stijging in speciaalzaken is te danken aan meer klantbezoeken en een sterkere online aanwezigheid. Vis, brood, vlees en conserven waren de sterkste groeiers in de supermarkt2.

Het is momenteel te vroeg om te beoordelen of de doelstelling in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid - Nationaal Strategisch Plan (6,5% biologische landbouwareaal in 2027) en de ambitie in het kader van het actieplan ‘Groei van biologische productie en consumptie’ (15% biologisch landbouwareaal in 2030) gehaald gaan worden. De voortgang op de doelstelling in het GLB-NSP wordt in GLB-verband gemonitord. Voor de uitvoering van het nationale actieplan is onlangs de ‘monitor actieplan biologisch’ in de vorm van een website met een nulmeting gelanceerd3. Updates van deze cijfers worden gepubliceerd, zodra ze beschikbaar komen, dit kan per onderdeel op een ander moment zijn. Op dit moment kan er dus nog geen prognose over de haalbaarheid van de doelstelling worden gegeven. De stuurgroep voor de uitvoering van het actieplan (hierna ‘stuurgroep’) monitort de ontwikkeling en stuurt bij waar nodig.

Voortgang uitvoering actieplan

Pijler 1. Meer biologische consumptie en een grotere afzetmarkt

Er is al veel in gang gezet om de afzet van (Nederlandse) biologische producten te vergroten. Daarin heeft de overheid een aanjagende en faciliterende rol die sector en ketenpartijen aanzet om hierop voort te bouwen en uit te breiden. En dat gebeurt steeds meer. Er zijn teveel initiatieven om hen allemaal op te noemen, maar als voorbeeld noem ik hier de inzet van HAK, de ambities van de supermarkten op biologisch en het animo bij boeren en ondernemers om de regionale productie en afzet te stimuleren. Ook bij onze inzet op de markt staat de positie van de agrariër centraal. Vanuit het actieplan wordt naar een gebalanceerde groei van marktvraag én areaal groei in Nederland gestreefd, met oog voor het verdienvermogen van de agrariër én betaalbaarheid voor de consument.

Bekendheid en vertrouwen van biologische producten en het biologische keurmerk vergroten

Met de brief van 24 januari 2024 bent u geïnformeerd over het marktprogramma voor de stimulering van de biologische markt en de inzet om bij de consument de bekendheid van biologische producten te vergroten. Hiertoe is een meerjarige consumentenvoorlichtingscampagne opgestart die loopt van 2024 t/m 2027. De campagne “Biologisch. Met aandacht voor mens, dier en natuur” informeert consumenten met commercials op televisie en online kanalen over wat het biologische keurmerk inhoudt. Consumenten kunnen voor meer informatie terecht op de website allesoverbiologisch.nl4. De campagne is goed ontvangen56 Voor ieder die dat wil (met name afzetkanalen en stakeholders) biedt LVVN via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) animatievideo’s over biologische landbouw en het keurmerk, productwijzers over wat er komt kijken bij de productie en uitingen die zij in hun eigen campagnes en acties kunnen gebruiken. Hierdoor versterken de campagnes elkaar. De campagne van 2025 bevat alleen producten van Nederlandse oorsprong.

Het biologisch keurmerk is door Milieu Centraal aangeduid als één van de 12 topkeurmerken voor duurzame voeding (Kamerstuk 31532 nr. 273)7. Milieu Centraal is momenteel bezig met haar driejaarlijkse beoordeling van de keurmerken. Ditmaal wordt er extra gelet op transparantie en informatievoorziening. Om te kunnen voldoen aan de aangescherpte beoordeling heeft het Louis Bolk Instituut in opdracht van LVVN een Impact Assessment uitgevoerd en deze informatie is toegankelijk gemaakt op de website allesoverbiologisch.nl8. Dit helpt consumenten om informatie te vinden over wat het biologisch keurmerk inhoudt, en hoe de biologische landbouw scoort op duurzaamheid en bijdraagt aan de maatschappelijke opgaven op het gebied van klimaat, stikstof, waterkwaliteit, biodiversiteit en dierenwelzijn.

Om de zichtbaarheid richting consumenten en stakeholders te vergroten is besloten om ook op relevante beurzen te staan. In samenwerking met de sector zijn in 2025 stands ingericht op de PlantFWD- en de PLMA-beurs.

Het vergroten van de vraag naar biologische producten

LVVN heeft oog voor de kansen voor vergroting van de afzet van biologische landbouwproducten richting verwerkende industrie. In het kader van stakeholdermanagement wordt bezien bij welke bedrijven in de voedingsmiddelenindustrie de mogelijkheden voor vergroting van het aandeel NL biologisch en daarmee de vergroting van het biologisch areaal in Nederland aanwezig zijn. Voor het vergroten van de vraag naar biologische producten zijn acties specifiek gericht op de verschillende doelgroepen en kanalen. Deze worden hieronder verder toegelicht. Waar mogelijk wordt aangehaakt bij bestaande initiatieven en het in samenwerking met de sector opgepakt. Dat kan gaan over bijvoorbeeld retail en foodservices, maar ook lokale ondernemers en internationale handel of specifieke thema’s als schoolfruit en zuivel- of sierteelt. Met de inzet op deze diversiteit aan afzetkanalen wordt invulling gegeven aan de motie-Vedder c.s. (Kamerstuk 30 252, nr. 162), waarin de regering wordt verzocht op korte termijn samen met de sector nieuwe acties te ontwikkelen die naast het aanbod van biologisch landbouwareaal en producten ook de vraag naar biologische producten stimuleren.

Retail. In januari 2025 is het vernieuwde dashboard duurzaamheid supermarkten live gegaan9; hierin wordt nu ook biologisch specifiek meegenomen. Op verzoek van LVVN heeft Wageningen Social and Economic Research (WSER) in 2025 de verdiepende ‘biomarktmeter’ gepubliceerd10. Deze marktmeter biedt inzicht in onder meer het aanbod van biologische producten door supermarkten, promotie, prijsstelling en later dit jaar ook de vraag van de consument. Het stimuleert de retail om meer biologische producten aan te bieden. Momenteel doet de Autoriteit Consument en Markt ook onderzoek naar de prijsopbouw van biologische producten.

Medio 2025 worden er animatievideo's voor stakeholders beschikbaar gesteld met uitleg over het biologisch keurmerk, voorbeelden van goed onderbouwde claims en productwijzers met een beschrijving van wat er allemaal nodig is om bepaalde producten te vervaardigen.

Motie-De Groot en Boswijk (Kamerstuk 33576-290) verzocht de regering om een convenant te sluiten over de inzet van supermarkten op het gebied van voorlichting, schapruimte en aanbod van biologische producten. Uit gesprekken met supermarkten bleek dat er geen draagvlak is voor een convenant. Wél hebben zes supermarktketens (Albert Heijn, Lidl, Plus, Jumbo, Dirk en Hoogvliet) doelstellingen gepubliceerd voor biologische producten zoals aardappels, groente en fruit (AGF) en op zuivel, eieren en vlees11. Verder zit een aantal supermarkten in de ‘adviescommissie voor de uitvoering van het actieplan biologisch’ en hebben zij zelf strategieën om biologisch te stimuleren. Zo ontstaan er (nieuwe) samenwerkingsverbanden rondom bijv. het ‘Hutspot akkoord’ voor de afzet van peen, wortel en ui12 of hebben ketens een vervangingsstrategie of zijn zij bezig met nieuwe productontwikkeling. Daarmee beschouw ik de motie als afgedaan.

Foodservices. In 2025 is de marktbewerkingsstrategie 2025-2030 voor het Foodservice Kanaal door RVO ontwikkeld. Voor catering en horeca worden verschillende routes genomen, o.a. gebaseerd op mate van organisatie van de markt. Werkgevers worden gestimuleerd vanuit o.a. goed werkgeverschap, richtlijnen en regelgeving om in samenwerking met de cateringbedrijven het aandeel biologisch in de bedrijfsrestaurants te vergroten. Ook medeoverheden zijn hier actief mee bezig. Er zijn voorbeelden van samenwerkingsverbanden in grote en kleinere gemeenten samen met lokale grote werkgevers die zich actief inspannen voor een ander voedselaanbod, waarbij een bepaald percentage biologisch specifiek meegenomen wordt.

In december 2024 heb ik uw Kamer mijn reactie gestuurd op de vraag van de vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, van 23 oktober 2024, met kenmerk 36 600 XIV, nr. 9/2024D40365 over wanneer ik aan de slag ga met de resultaten van de pilot ‘meer biologische in de catering van de rijksoverheid’ (Kamerstuk 36600-XIV-70). Ik kan u melden dat in het Categorieplan Consumptieve Dienstverlening, wat later dit jaar wordt geüpdatet, stapsgewijs, in lijn met het rapport van CE Delft (Kamerstuk 36 600 XIV, nr. 9), wordt toegewerkt naar een aanbod van 25% biologische producten. Dit betekent dat de betreffende producten in bijvoorbeeld kantines duurder kunnen worden. Ik stel als voorwaarde dat er voldoende alternatieven beschikbaar zijn, zodat de werknemers wel genoeg keuze houden.

In het zeer gefragmenteerde horecakanaal, dat onder druk staat door externe factoren (o.a. hoge exploitatiekosten, beschikbaarheid arbeid), zullen met name de verbeterde verkrijgbaarheid en aantrekkelijkere prijzen de horecaondernemer stimuleren om makkelijker voor biologisch te kiezen. Tegelijkertijd zullen horecaondernemers, die reeds een biologisch assortiment hebben, een platform geboden worden om hun succesverhalen te delen en daarmee andere horecaondernemers te inspireren om te kiezen voor biologische producten. Hier wordt in 2025 mee gestart onder leiding van RVO. Via het Marktprogramma Verduurzaming Dierlijke Producten wordt ook ingezet op een duurzamere inkoop van dierlijke producten in deze afzetkanalen, waaronder biologisch.

Trends in de markt. Er is een onderzoek uitgevoerd naar de (biologische) voedseltrends in 2030. Doel hiervan is om een beeld te krijgen waar de sector qua productontwikkeling op kan inspelen13.

Bioregio’s. LVVN en RVO hebben samen met provincies in 2025 kwartiermakers aangesteld voor de duur van één jaar. Zij hebben de opdracht gekregen om in de provincies Noord-Holland, Utrecht, Brabant, Overijssel, Gelderland en Zuid-Holland een verkenning uit te voeren naar kansrijke ‘bioregio’s’; lokale samenwerkingsverbanden van boeren, tuinders, food services en catering (horeca, maar ook catering in scholen en ziekenhuizen, evenementen, et cetera), supermarkten en speciaalzaken, naar Duits voorbeeld. De kwartiermakers gaan de tweede helft van 2025 kansrijke initiatieven verder uitwerken in concrete plannen.

Subsidieregeling voor de stimulering van de afzet van biologische landbouwproducten. In 2025 wil ik een subsidieregeling publiceren, waarmee kleine, middelgrote bedrijven en micro-ondernemingen gesteund worden om stappen te zetten om nieuwe samenwerkingsverbanden in de keten aan te gaan om nieuwe biologische ketens te ontwikkelen of bestaande ketens uit te bereiden. De regeling ondersteunt hiermee bedrijven om kennis en ervaring op te doen die nodig is voor een goed verdienmodel. Zo worden de barrières voor deze ondernemers verlaagd om de stap naar biologische productie te zetten.

Internationale handel. Er zijn vier marktverkenningen opgeleverd (Duitsland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk en Zweden) die op 23 januari 2025 in een succesvol kansen seminar ‘biologische producten op nabije markten’ zijn gepresenteerd aan een 100-tal deelnemers. Dit heeft o.a. geleid tot handelsmissies, buitenlandse beursdeelname en een ‘Partners for International Business’ (PIB) programma. Dit is een publiek-private samenwerking tussen RVO en een cluster van bedrijven gericht op het realiseren van export ambities op de Duitse markt.14

Voor het tweede jaar is er in februari 2025 een NL paviljoen ingericht op de Biofach in Neurenberg, de grootste biologische beurs voor onderneming-naar-onderneming van de Europa. Twintig Nederlandse bedrijven konden terecht op het NL paviljoen. Tevens was er een programma met bedrijven, gemeentes en provincies om de lokale samenwerking te stimuleren. Het initiatief werd positief gewaardeerd en draagt bij aan de internationale zichtbaarheid van het Nederlandse bedrijfsleven én de inzet daarbij door de overheid.

Schoolfruit en schoolzuivel. In de nationale strategie voor de EU-Schoolregeling 2023-2029 heeft Nederland aangegeven in de periode 2023-2029 in te zetten op een verhoging van het aandeel biologische producten en producten met topkeurmerken (Kamerstuk 31532, nr. 281). In het schooljaar 2023-2024 is gestart met het leveren van biologische producten. Dit werd zeer gewaardeerd door scholen. Sindsdien wordt het aantal porties biologisch fruit en/of groente geleidelijk verhoogd. Een kwart van de geleverde schoolzuivel is biologisch.

Biologische sierteelt. Op 27 september 2024 heeft uw Kamer een brief ontvangen met een reactie op de petitie ‘Eerlijke kansen, perspectief en lef voor een schoner en gezond Nederland’ van de Biologische Sierteelt Nederland vereniging (Kamerstuk 29 842, nr. 45). Gezien de interesse bij gemeenten en provincies om meer biologische bollen en perkgoed af te nemen (Kamerstuk 29 842, nr. 42) en de oprichting van de vereniging, is de toezegging gedaan om te verkennen wat mogelijkheden zijn om een groter aandeel biologisch plantgoed en biologische bloemboeketten in te kopen binnen de overheid en hier vóór het zomerreces de Kamer over te informeren (toezegging TZ202410-069). Deze informatie treft u hierbij.

Uit een eerste verkenning kan geconcludeerd worden dat de inkoop van (biologische) sierteelt binnen de rijksoverheid divers en complex is. De inkoop wordt niet centraal gereguleerd en in de praktijk kiest iedere organisatie (of organisatieonderdeel) haar eigen aanpak. Daardoor is onbekend hoeveel er momenteel biologisch wordt ingekocht. Er is een eerste inventarisatie gedaan onder provincies met als doel inzicht in het biologische inkoopproces van sierteelt te krijgen. Ten algemene kan gesteld worden dat er een beperking in aanbod wordt ervaren, dat er onwetendheid over biologische producten is en een gebrek aan kennis bij inkopers. In vervolg hierop worden nog gesprekken met gemeenten en waterschappen gevoerd, omdat hier een groot aandeel in inkoop van bloemen en groenvoorzieningen wordt verwacht.

Momenteel wordt onderzocht of het mogelijk is om de criteria die gericht zijn op maatschappelijk verantwoord inkopen (MVI-criteria) aan te passen, waarbij biologisch als gunningscriterium meegenomen zou kunnen worden. Daarnaast wil ik een tijdelijke verkenner aanstellen, die bij een aantal rijks- en decentrale overheidsinstanties gaat onderzoeken wat de belemmeringen en kansen in de praktijk zijn.

Pijler 2. Meer biologische productie

Stimulering van de groei van het areaal en productie vergt een integrale aanpak. Voor de groei van de biologische landbouwgrond in Nederland wordt gewerkt aan strategieën voor de plantaardige en dierlijke ketens. Deze zijn onderling verbonden. Hierin wordt de hele keten van productie tot afzet meegenomen en wordt invulling gegeven aan de motie-Vedder c.s. (Kamerstuk 30 252, nr. 162), waarin de regering wordt verzocht zorg te dragen voor een goede balans tussen het toewerken naar de ambitie van 15% biologisch landbouwareaal en het verdienvermogen van de primaire sector.

Plantaardige strategie. In 2024 is gestart met het opzetten van een strategie voor het vergroten van plantaardige productie. De adviescommissie bij het actieplan, bestaande uit ketenpartijen van boer tot retail, heeft knelpunten voor de opschaling van het areaal van akkerbouw, groenteteelt en fruitteelt in beeld gebracht en oplossingsrichtingen aangereikt. Een deel van de oplossingsrichtingen krijgt al aandacht in de betreffende beleidsterreinen, op andere kan extra inzet nodig zijn. Dit resulteert in een strategische agenda voor opschaling van biologische plantaardige productie in balans met doelstellingen vanuit de markt (voorzien in de tweede helft 2025). Er wordt rekening gehouden met de verkenning naar toekomstige consumententrends en de ambities uit de dierlijke strategie voor de ontwikkeling van de melkveehouderij.

Dierlijke strategie. In de dierlijke productiestrategie ligt de focus op het behoud en groei van de biologische melkveehouderij. De biologische melkveehouders én diverse ketenpartijen hebben de ambitie geformuleerd om de biologische melkveehouderij te laten groeien naar 2.500 melkveehouders in 5 tot 10 jaar. Hiermee zou ook bijgedragen kunnen worden aan opgaven op het gebied van klimaat, natuur en dierenwelzijn (Kamerstuk 30252-94). Hiervoor is eind 2023 binnen het markprogramma verduurzaming dierlijke producten een Regiegroep opschaling biologische zuivel en rundvlees opgericht dat vanuit LVVN wordt ondersteund. Om de kennis over het potentieel te vergroten bij partijen in de zuivelketen worden er in samenwerking met LVVN diverse informatiebijeenkomsten georganiseerd. Daarbij wordt geleund op succesvolle pilots in eigen land en wordt gebruik gemaakt van het netwerk van EU organic ambassadors om goede voorbeelden uit andere landen op te halen. Daarmee geef ik invulling aan de motie-Grinwis en van Campen (Kamerstuk 35925-XIV-119), waarin de regering wordt verzocht bij het werken aan perspectief voor de landbouwsector en boeren lessen te trekken uit succesvolle voorbeelden van (Europees) bronbeleid uit andere sectoren, de aanpak van andere landen in met name de EU en uit succesvolle pilots in eigen land, zoals de pilot inzake biologische melk van de provincie Gelderland.

De pluimvee- en de varkenssector zetten ook in op groei en zijn nu zelf bezig met een visie op de ontwikkeling.

Doorontwikkeling. Bionext heeft van LVVN subsidie ontvangen om de doorontwikkeling van de biologische sector te stimuleren. Het Louis Bolk Instituut heeft de overeenkomsten en verschillen tussen natuurinclusieve en biologische landbouw beschreven15. De WUR gaat in opdracht van LVVN samen met de sector een visie ontwikkelen op de biologische melkveehouderij van de toekomst, waarin rekening wordt gehouden met trends op het gebied van onder andere milieu en dierenwelzijn.

Wegwijzer biologisch ondernemen. In 2024 heeft RVO een onderzoek uitgevoerd naar het oriëntatieproces van agrariërs die denken aan omschakelen naar biologische landbouw. Er is onderzocht wat de informatiebehoefte is van deze ondernemers en via welke communicatiekanalen agrariërs deze informatie tot zich willen nemen. Met de bevindingen van het rapport verbetert RVO de informatievoorziening richting deze doelgroep. Hierbij zoekt RVO de samenwerking met andere partijen die agrariërs gebruiken om hun informatiepositie te verbeteren. Daarnaast breidt RVO dit jaar de Wegwijzer uit voor nieuwe doelgroepen, te beginnen met de bioregio’s.

Investeringsfonds Duurzame Landbouw. Het Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL) verstrekt investeringskredieten aan bedrijven die een omschakel-bedrijfsplan gaan realiseren. Ongeveer 50% van de aanvragen (alsook van de goedgekeurde plannen) in het afgelopen jaar is voor een biologisch bedrijf, hetzij voor het omschakelen naar biologisch, hetzij voor de verdere integraal duurzame doorontwikkeling van het bedrijf.

Onderzoek regelingen en regeldruk. RVO heeft een verkenning uitgevoerd waarin belemmerende wet- en regelgeving centraal staat. In deze verkenning is een notitie van Caring Farmers meegenomen. Aanvullend is onderzoek uitgezet bij Biohuis (de vereniging voor biologische boeren) naar de toegankelijkheid van regelingen en waar regeldruk door de biologische boeren wordt ervaren en verminderd kan worden in het kader van de motie-Bromet c.s. (Kamerstuk 6410-XIV nr. 47), welke de regering verzoekt in kaart te brengen van welke regelingen biologische boeren geen gebruik kunnen maken, omdat ze voorlopers zijn, en waar regeldruk voor biologische boeren verminderd kan worden, omdat ze al voldoen aan de Skal-voorwaarden. Dit onderzoek zal dit najaar aan uw Kamer worden toegezonden samen met de uitkomsten van de verkenning 'Iedere boer telt' van RVO en een strategie om de knelpunten en belemmeringen die koplopers ervaren op te lossen. Dat is later dan de toezegging om het vóór het zomerreces van 2025 te sturen (TZ202501-123), maar ik hecht eraan dat dit zorgvuldig en compleet is.

Gelijk EU-speelveld in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Naar aanleiding van de motie-Koekkoek (36410-XIV, nr. 72), waarin de regering wordt verzocht om de adviescommissie Actieplan biologische landbouw op te roepen om het onderwerp ‘gelijk EU-speelveld’ prioriteit te geven is een QuickScan uitgevoerd naar het speelveld in Europa, overeenkomstig de appreciatie van deze motie door mijn voorganger. Het rapport treft u aan in de bijlage. Het is geen uitputtende studie, maar een QuickScan van de strategische plannen van de EU lidstaten in het kader van het GLB en informatie over aanvullende nationale of regionale steun (voor zover bekend). Het rapport is gepresenteerd en besproken met de adviescommissie voor het actieplan biologisch en het monitoringscomité in het kader van het GLB-NSP. Uit het rapport blijkt dat lidstaten als Oostenrijk, Luxemburg, Malta, Slovenië en Italië de hoogste bedragen per hectare aan steun hebben gepland (orde grootte € 177-289 per ha). Nederland is in dit overzicht niet zichtbaar. Biologische en omschakelende boeren krijgen in Nederland via de ecoregeling automatisch niveau goud, maar de ecoregeling draagt niet bij aan de desbetreffende output indicator, waar andere landen wel op boekten. Duiding van de cijfers zonder een diepgravend onderzoek per lidstaat blijkt echter lastig. Daarbij is het belangrijk om rekening te houden met verschillende vormen van landbouw en teelten in Europa en verschillen in bijvoorbeeld grondprijs en arbeidsloon. Het is daarom moeilijk om op basis van deze QuickScan conclusies te trekken over het speelveld in de EU. Hiermee is de voornoemde motie-Koekkoek afgedaan.

Pijler 3. Meer Kennis en Innovatie

Versnellingsspoor. LVVN financiert een vierjarig kennisprogramma van het Louis Bolk Instituut, gericht op de verdere ontwikkeling en innovatie van de biologische landbouw, in het bijzonder akkerbouw en melkveehouderij, onder de noemer ‘Versnelling ontwikkeling biologische dierlijke en plantaardige productiesystemen’. Het gaat vooral om bestaande kennis en lopend onderzoek te integreren middels praktijkonderzoek en kennisontsluiting om met name de groei biologische melkveehouderij en akkerbouw te stimuleren. Daarvoor wordt samengewerkt met Wageningen Research en andere kennispartijen.

Kosten-Batenanalyse. Daarnaast zet het ministerie in op verbetering van de samenwerking en uitwisseling van relevante kennis tussen diverse vormen van duurzame landbouw, zoals natuurinclusieve landbouw, regeneratieve landbouw en biologische landbouw. Zo is in het project Kosten Baten Analyse (KBA) melkveehouderij van Wij.land en Natuurverdubbelaars dat is gestart vanuit natuurinclusieve landbouw, nu biologische melkveehouderij expliciet opgenomen. In 2025 is het rapport ‘Natuurinclusief en biologisch lonen onder de juiste condities’ gepubliceerd16. LVVN heeft gefaciliteerd dat het vervolg van het project Kosten-batenanalyse melkveehouderij van Wij.land en Natuurverdubbelaars voort wordt gezet onder Groeifondsprogramma ReGeNL.

Biomonitor. Op initiatief van de biologische melkveehouderij is door Wageningen University and Research in samenwerking met het Louis Bolk Instituut, met financiering van LVVN, gewerkt aan de ontwikkeling van een Biomonitor. Met dit instrument kunnen de prestaties van individuele biologische melkveebedrijven in beeld worden gebracht op het gebied van o.a. milieu, klimaat, natuur en dierenwelzijn. Inzicht in die prestaties is wenselijk bij beleidsontwikkeling, omdat de biologische bedrijfsvoering andere prestaties kent dan de gangbare sector. De Biomonitor wordt dit najaar opgeleverd en zal aan uw kamer worden toegezonden.

Staatvanbiologisch. Op verzoek van LVVN heeft Wageningen Research (WR) in twee kennisprojecten monitors ontwikkeld om de voortgang van het actieplan en de acties daarbinnen te monitoren: de reeds benoemde monitor actieplan en BioMarktMeter. De resultaten van de monitors staan op de website www.staatvanbiologisch.nl.

EU partnerschap. Biologische landbouw maakt onderdeel uit van het EU partnerschap AGROECOLOGY. LVVN is partner en financiert ook calls. De eerste call is afgerond en de projecten zijn gestart. LBI werkt samen met partners in een project, waarbij er een koppeling wordt gemaakt met het genoemde Versnellingsspoor project.

Onderzoek koolstofvoetafdruk van biologische grondstoffen

De markt ervaart steeds meer de noodzaak van data over de broeikasgasemissies van dierlijke producten in het kader van de EU Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Broeikasgassen die vrijkomen bij de teelt en de productie van grondstoffen voor mengvoer leveren hier een grote bijdrage aan. Voor biologisch veevoer werden de data tot op heden afgeleid van gangbaar. Aangezien de teelt, opbrengst en herkomst bij biologisch anders is, wordt nu expliciet door WUR onderzoek gedaan naar de uitstoot van broeikasgassen bij biologisch mengvoer. Het onderzoek is eind dit jaar gereed.

Kennisverspreiding en onderwijs

Demonstratiebedrijven. LVVN zet in op verdere benutting van de SABE-regeling (Subsidiemodule Agrarische Bedrijfsadvisering en Educatie) voor biologische landbouw. Bij openstelling demonstratiebedrijven wordt biologische landbouw expliciet benoemd.

Onderwijs. In opdracht van RVO/LVVN heeft een kwartiermaker in 2024-2025 geïnventariseerd wat middelbare en hogere beroepsopleidingen en vakscholen in Nederland aanbieden over biologisch in hun opleidingen. Op uitzonderingen na is biologisch is nu nog relatief klein. Wel lijkt er draagvlak onder de scholen om hier meer in te gaan doen en zijn er al concrete ideeën om dit op te pakken. Het rapport wordt rond de zomer opgeleverd en ik neem daarna een besluit over het vervolg.

Experimenteerlocaties. Begin 2025 was de openstelling van de subsidieregeling experimenterelocaties (SREL) uitgevoerd door RVO. Samenwerkingsverbanden konden subsidie aanvragen voor het oprichten van experimenteerlocaties waar boeren, wetenschappers en regionale stakeholders samen werken aan het doorontwikkelen van kennis- en innovatie voor een toekomstbestendige landbouw. Ook vanuit de biologische landbouwsector zijn er aanvragen ingediend voor het oprichten van experimenteerlocaties. In de zomer van 2025 zal worden bekendgemaakt welke aanvragen kunnen worden gehonoreerd.

Administratieve lasten en vereenvoudiging. Eén van de acties uit het actieplan is om bij het ontwikkelen van nieuw beleid belemmeringen voor biologisch te voorkomen. Hier werk ik aan door in een zo vroeg mogelijk stadium relevante beleidsvoorstellen en nieuwe wetgeving, bijvoorbeeld op het gebied van pacht, of de stikstofaanpak en andere dossiers af te stemmen. Ook zet ik mij in Brussel in voor het vereenvoudigen van biologische wetgeving om administratieve lasten te verlagen, zodat het voor de hele biologische keten zo aantrekkelijk mogelijk is om biologisch te produceren. Daarmee geef ik invulling aan de motie-Bromet c.s. (Kamerstuk 36410-XIV-47), waarin wordt verzocht om in kaart te brengen waar de regeldruk voor biologische boeren verminderd kan worden omdat ze al voldoen aan de Skal voorwaarden.

Tot slot

De acties tot nu toe leiden tot zichtbaar resultaat. Ik zie dat het biologisch keurmerk zichtbaarder is, dat supermarkten en andere afzetkanalen ambities formuleren en dat er veel energie zit in regionale initiatieven. De eerste stappen zijn gezet, maar we zijn er nog niet. Het actieplan draagt bij aan het stimuleren van deze ontwikkelingen en het aanjagen van andere partijen. Voor mij is het verdienvermogen en de vrije keuze van boeren van groot belang. Daar zal ik ook in mijn verdere beleid aandacht voor blijven houden.

Hoogachtend,

Femke Marije Wiersma

Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur


  1. https://monitorkeurmerkenretail.nl/download/Rapport_Monitor_Keurmerken_Retail_2024.pdf↩︎

  2. https://bionext.nl/assets/BIONEXT_TRENDRAPPORT_2024.pdf↩︎

  3. https://www.staatvanbiologisch.nl↩︎

  4. https://www.allesoverbiologisch.nl↩︎

  5. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2024/07/31/campagne-effectonderzoek-biologisch-voedsel-flight-1↩︎

  6. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2024/11/30/campagne-effectonderzoek-biologisch-voedsel-flight-2↩︎

  7. https://www.keurmerkenwijzer.nl↩︎

  8. https://www.allesoverbiologisch.nl/↩︎

  9. https://dashboardduurzaamheid.nl/biologische-producten/↩︎

  10. https://www.staatvanbiologisch.nl/biomarktmeter/↩︎

  11. https://www.thequestionmark.org/download/benchmark-organic-report-nl-2025.nl.pdf↩︎

  12. https://www.boerderij.nl/lidl-sluit-hutspotakkoord-met-biologische-telers↩︎

  13. https://www.allesoverbiologisch.nl/documenten/rapporten/2025/06/06/trendrapport-biologisch-2030↩︎

  14. https://www.allesoverbiologisch.nl/documenten/instructies/2025/02/07/marktstudies-biologisch-andere-landen↩︎

  15. https://www.louisbolk.nl/sites/default/files/publication/pdf/biologisch-en-natuurinclusief.pdf↩︎

  16. https://wij.land/wp-content/uploads/2025/06/Onder-de-Streep-2025.pdf↩︎