Antwoord op vragen van het lid Ceder over het bericht 'Het uitbesteden van schuldhulpverlening kan burgers juist chaos opleveren: 'Na anderhalf jaar was geen enkele schuld afgelost''
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D33260, datum: 2025-07-10, bijgewerkt: 2025-07-11 09:57, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Onderdeel van zaak 2025Z13561:
- Gericht aan: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
AH 2704
2025Z13561
Antwoord van staatssecretaris Nobel (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 10 juli 2025)
Vraag 1
Hoe luidt uw reactie op het bericht «Het uitbesteden van schuldhulpverlening kan burgers juist chaos opleveren: «Na anderhalf jaar was geen enkele schuld
afgelost?
Antwoord vraag 1
Mensen met schulden moeten kunnen rekenen op kwalitatief goede en professionele schuldhulpverlening, ongeacht of dit wordt uitgevoerd door de gemeente of door een door de gemeente gecontracteerde partij. De verantwoordelijkheid voor het bieden van schuldhulpverlening ligt bij gemeenten, maar gemeenten hebben ook de mogelijkheid om de bijbehorende taken (deels) te beleggen bij een externe organisatie. In 70% van de gemeenten wordt een deel van de dienstverlening uitbesteed.1 Het is dan aan de gemeente om afspraken over het borgen van de kwaliteit te maken en om op de uitvoering toe te zien. Als uit signalen van inwoners zelf of andere partijen blijkt dat de externe uitvoerder zich niet aan de gemaakte afspraken houdt, is het aan de gemeente om daarop in te grijpen. Het is goed om aan te geven dat er, ongeacht wie de schuldhulpverlening uitvoert, redenen kunnen zijn dat leefgeld (bijvoorbeeld bij beslag op inkomen) onverhoopt later dan gepland wordt uitbetaald. Uiteraard is het dan extra belangrijk om de inwoner daar goed over te informeren, zodat hij/zij daarvan op de hoogte is en in samenwerking met de schuldhulpverlener kan zoeken naar oplossingen.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de conclusie in het artikel dat wanneer gemeenten schuldhulpverlening uitbesteden aan externe bedrijven de hulp sneller stagneert waardoor mensen in nog meer chaos terechtkomen?
Antwoord vraag 2
Ik onderschrijf de conclusie uit het artikel niet dat schuldhulpverlening sneller stagneert wanneer dit door externe partijen wordt uitgevoerd. Het is mij bekend dat schuldhulpverlening soms stagneert, maar dit is niet toe te schrijven aan het al dan niet uitbesteden van de werkzaamheden op het gebied van schuldhulpverlening. Zoals benoemd bij het antwoord op vraag 1 besteedt een grote groep gemeenten (een deel van) de schuldhulpverlening uit. Het is dan van belang dat er tussen de gemeente en de externe partij goede onderlinge afspraken worden gemaakt over de dienstverlening en overdrachtsmomenten. Het is de verantwoordelijkheid van de gemeente om de kwaliteit van schuldhulpverlening te borgen, ongeacht of taken (gedeeltelijk) worden uitbesteed aan externe partijen.
Vraag 3
Deelt u de zorg dat deze uitbesteding van schuldhulpverlening rechtsongelijkheid in de hand werkt, omdat blijkt dat de mate van hulp afhankelijk is van hoe de gemeenteschuldhulp geregeld heeft? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke stappen bent u bereid te zetten om deze rechtsongelijkheid te verhelpen?
Antwoord vraag 3
De dienstverlening rondom schuldhulpverlening is in Nederland decentraal geregeld. Dit betekent dat gemeenten zelf mogen bepalen hoe zij het beleid en de uitvoering van schuldhulpverlening inrichten, zolang voldaan wordt aan de eisen van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs). De Wgs biedt gemeenten ook de mogelijkheid om (een deel van) de uitvoering te beleggen bij een externe partij.2 De verschillen in hoe gemeenten schuldhulpverlening organiseren zijn niet alleen een gevolg van of de werkzaamheden zijn uitbesteed aan een derde partij, maar meer een logisch gevolg van het decentrale karakter van de Wgs.
Ik zie inderdaad dat de uitvoering van schuldhulpverlening niet in iedere gemeente gelijk is. Dit is niet per definitie verkeerd. Wel vind ik dat mensen met schulden moeten kunnen rekenen op een bepaalde basis aan gelijke dienstverlening op het gebied van schuldhulpverlening. Samen met de VNG, NVVK en Divosa heeft SZW hierover in maart 2024 bestuurlijke afspraken gemaakt. Deze zijn nader uitgewerkt in de basisdienstverlening.3 De samenwerkingspartijen en gemeenten werken de komende tijd verder aan de implementatie van de basisdienstverlening en de ontwikkeling van de elementen op langere termijn.4 Indien de schuldhulpverlening (gedeeltelijk) wordt uitbesteed, is het van belang dat gemeenten met de externe partij afspraken maken over de geboden schuldhulpverlening, ook over de onderdelen van de basisdienstverlening.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u de ontwikkeling rondom ongelijkheid tussen gemeenten en de ontoegankelijkheid van schuldhulpverlening die de Nationale ombudsman in dit artikel, maar ook al in eerdere onderzoeken aankaart? 2 Welke kansen ziet u om bij te dragen aan gelijkheid tussen gemeenten en toegankelijkheid tot schuldhulpverlening?
Antwoord vraag 4
Het is mij bekend dat er verschillen tussen gemeenten bestaan in de uitvoering van de schuldhulpverlening. Dit blijkt inderdaad uit onderzoeken van de Nationale Ombudsman, maar ook uit onderzoek van de Nederlandse Arbeidsinspectie.5 De uitvoering van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening is gedecentraliseerd. Dit betekent dat gemeenten de vrijheid hebben om binnen de kaders van de wet uitvoering te geven aan de schuldhulpverlening. Dat er verschillen ontstaan is daarmee niet per definitie verkeerd. Wel vind ik het van belang om ongelijkheid in de uitvoering van schuldhulpverlening tussen gemeenten waar mogelijk te beperken.
Zoals aangegeven in de beantwoording van de derde vraag zie ik in de basisdienstverlening voldoende handvatten om de gelijkheid tussen gemeenten en de toegankelijkheid van schuldhulpverlening te verbeteren.
Vraag 5
Bent u van mening dat het van belang is om inzicht te hebben in hoeveel en in welke gemeenten schuldhulpverlening uitbesteed wordt aan externe bedrijven en welke gevolgen dit heeft voor de mensen onder bewind voering in desbetreffende gemeenten? Zo niet, waarom niet? Zo ja, welke mogelijkheden ziet u tot een vergelijkend onderzoek waarin de beleving van mensen onder bewind voering in gemeenten waar schuldhulpverlening niet wordt uitbesteed wordt vergeleken met de beleving in gemeenten waar dit wel wordt uitbesteed?
Antwoord vraag 5
Het onderzoek van de Nederlandse Arbeidsinspectie naar de
doeltreffendheid van de gemeentelijke schuldhulpverlening heeft
informatie opgeleverd over hoeveel gemeenten de schuldhulpverlening
(gedeeltelijk) hebben uitbesteed.6 Hieruit bleek dat 70%
van de gemeenten (een deel van) de schuldhulpverlening heeft uitbesteed
aan een externe partij, zoals een private partij, een andere gemeente of
een gemeenschappelijke regeling. Het Ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid houdt geen gegevens bij per gemeente van hoe de
schuldhulpverlening is ingericht, omdat gemeenten binnen de Wet
gemeentelijke schuldhulpverlening de mogelijkheid hebben om (delen van)
de uitvoering te mandateren aan andere organisaties.7
Zoals aangegeven in de beantwoording van vraag 2 onderschrijf ik de
conclusie uit het artikel niet. Ik zie geen aanleiding voor een
vergelijkend onderzoek, omdat ik geen signalen ontvang dat
schuldhulpverlening sneller zou stagneren wanneer dit door een externe
partij wordt uitgevoerd.
Vraag 6
In welke mate bent u op de hoogte van de problematiek die bestaat rondom externe bedrijven die schuldhulpverlening op zich nemen voor gemeenten zoals het bedrijf Verder? Welke mogelijkheden ziet u om op te treden tegen de malafide praktijken binnen deze branche?
Antwoord vraag 6
Zoals te lezen in de beantwoording van de tweede vraag, onderschrijf ik de conclusie van het artikel niet dat er bij de hulpverlening door externe bedrijven grotere problematiek speelt dan wanneer de hulpverlening volledig door de gemeente zelf wordt uitgevoerd. Indien er wel sprake is van klachten of malafide praktijken bij externe bedrijven is het van belang om daarvan melding te maken bij de uitvoerder zelf en bij de gemeente in kwestie. Bovendien is het via de Wet op het consumentenkrediet mogelijk om op te treden tegen malafide aanbieders van schuldbemiddeling.8 Dit zijn aanbieders die ongeoorloofd schuldbemiddeling aanbieden aan mensen met (problematische) schulden. Bij (vermoedens van) malafide praktijken kan melding worden gemaakt bij het Bureau Economische Handhaving, al dan niet via de gemeente.
Vraag 7
Hoe luidt uw reactie op de stelling dat gemeenten kiezen om de schuldhulpverlening uit te besteden omdat het te duur is om zelf de schuldhulpverlening te organiseren? Erkent u dat de problematiek verbonden is met de afnemende budgetten van gemeenten en de toenemende taken? Zo ja, welke mogelijkheden ziet u om gemeenten tegemoet te komen en te ondersteunen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord vraag 7
Ik kan mij voorstellen dat het voor sommige gemeenten beter en goedkoper is om (een deel van) de schuldhulpverlening uit te besteden, zeker voor kleinere gemeenten waar het lastiger kan zijn om voldoende expertise over de uitvoering op te bouwen, omdat er simpelweg minder casussen zijn. Ik vind dit niet per definitie een slechte of zorgelijke ontwikkeling, omdat gemeenten ook met externe uitvoerders afspraken kunnen maken over de kwaliteit en de uitvoering van de schuldhulpverlening en daarop toezien. De budgetten die gemeenten ontvangen voor de uitvoering van schuldhulpverlening zijn de afgelopen jaren niet afgenomen. In de meicirculaire van het Gemeentefonds voor 2024 is bovendien structureel 40 miljoen euro per jaar beschikbaar gesteld aan gemeenten voor de dienstverlening op het gebied van armoede en schulden.9 Ik zie daarom voor nu geen reden om de budgetten voor de schuldhulpverlening verder op te hogen.
Nederlandse Arbeidsinspectie, De weg naar een schone lei, 25 juni 2024, https://www.nlarbeidsinspectie.nl/publicaties/rapporten/2024/06/25/de-weg-naar-een-schone-lei.↩︎
Art. 3a. Wet gemeentelijke schuldhulpverlening.↩︎
Kamerstukken II, 2023/24, 24 515, nr. 730↩︎
Kamerstukken II, 202425, 24 515, nr. 799.↩︎
Nederlandse Arbeidsinspectie, De weg naar een schone lei, 25 juni 2024, https://www.nlarbeidsinspectie.nl/publicaties/rapporten/2024/06/25/de-weg-naar-een-schone-lei.↩︎
Nederlandse Arbeidsinspectie, De weg naar een schone lei, 25 juni 2024, https://www.nlarbeidsinspectie.nl/publicaties/rapporten/2024/06/25/de-weg-naar-een-schone-lei.↩︎
Wet gemeentelijke schuldhulpverlening, art. 3a.↩︎
Wet op het consumentenkrediet, art. 47 en 48.↩︎
https://www.rijksoverheid.nl/documenten/circulaires/2024/05/27/meicirculaire-gemeentefonds-2024↩︎