[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

De achterstanden van kinderen van Europese arbeidsmigranten en de financiering van scholen

Schriftelijke vragen

Nummer: 2025D34073, datum: 2025-07-18, bijgewerkt: 2025-07-18 12:40, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z14789:

Preview document (šŸ”— origineel)


2025Z14789

(ingezonden 18 juli 2025)

Vragen van de leden Patijn en Haage (beiden GroenLinks-PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de achterstanden van kinderen van Europese arbeidsmigranten en de financiering van scholen.

Ā 

1. Bent u bekend met de artikelen in Trouw en NRC over de achterstanden van kinderen van arbeidsmigranten en de financieringsproblemen waar scholen dan tegenaan lopen? 1) 2)

2. Hoe beoordeelt u het dat door de financieringssystematiek niet alle scholen met leerlingen met een taal- en leerachterstand voldoende middelen krijgen om de leerlingen te ondersteunen en dat scholen daarvoor in vergelijkbare gevallen niet dezelfde vergoedingĀ krijgen?

3. Bent u bekendĀ met de financieringssystematiek voor scholen met veel leerlingen met een taal- en leerachterstand, waarbij de achterstandsscore per leerling en de daaraan gekoppelde bekostigingĀ afhankelijk is van het land van herkomst, de zogenaamde OA-score? 3)Ā 

4. In de gewichtenregeling is te lezen hoe de berekeningssystematiek in elkaar zit, waaronder de verschillende verzwarende factoren voor kinderen uit Noord-Afrika (1,11), Turkije (2,29) en de 'nieuwe Europese landen' (0,61), terwijl de problematiek van de leerlingen uit Oost-Europese landen minimaal vergelijkbaar is met die van leerlingen uit Noord-Afrika en Turkije. Hoe beoordeelt u het feit dat scholen met veel kinderen van Oost-Europese arbeidsmigranten door deze systematiek in de knel komen met de ondersteuning van deze leerlingen?

5. Hoe beoordeelt u dat scholen met veel kinderen van Oost-Europese arbeidsmigranten, die voorheen veel kinderen uit Turkije en Noord-Afrika hadden, in de afgelopen jaren soms bijna de helft van het extra geld voor begeleiding van leerlingen met een achterstand hebben moeten inleveren?

6. Hoe beoordeelt u dat scholen met veel Oost-Europese arbeidsmigranten vaak te maken hebben met kinderen die van de ene op de andere dag als gevolg van de economische situatie (ontslag, verlies van woning) hun kinderen van school halen vanuit het perspectief van de kinderen en van de ouders?

7. In de artikelen in Trouw en NRC geeft de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en WetenschapĀ aan dat er gekeken wordt naar ā€œde weging van Oost-Europese landenā€, kunt u aangeven hoe het staat met de voortgang van deze herijking?

8. Als de herijking niet leidt tot veranderingen in de weging, bent u dan bereidĀ om naar een andere weging te kijken, bijvoorbeeld naar het inkomensniveau?

9. In de rapportages van het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs (NCO) wordt op schoolniveau gekeken naar het inkomensniveau 4), bent u van mening dat het hebben van een laag inkomen het meest bepalend is voor de onderwijskansen? Acht u de NCO-rapportages een geschikt en betrouwbaar criterium om deĀ weging van een school te bepalen?

10. Bent u ervan op de hoogte dat figuur 1.2Ā (blz. 7) van het NCO over het inkomensniveau van ouders mogelijk zal verdwijnen uit de NCO-rapportage? Kunt u toelichten op welke wijze u in dat geval zicht blijft houden op het inkomensniveau van ouders bij de bepaling van de achterstandsindicatoren?

11. Als de herijking wel leidt tot een nieuwe weging wat is dan het vroegst mogelijke moment waarop deze doorgevoerd kan worden?

12. Ben u ervan op de hoogte dat scholen nu al in de problemen komen met de begeleiding van deze leerlingen? Kun u aangeven of u het wenselijk acht dat er zo snel mogelijk een oplossing moet komen voor deze scholen en hun leerlingen?

13. Kunt u toezeggen dat de Kamer uiterlijk voor het einde van het zomerreces geĆÆnformeerd wordt over de voortgang van de CBS-herijking van de berekeningssystematiek, inclusief een concreet tijdpad in de aanpassing van de toekenning van de achterstandsgelden en eventuele obstakels in de aanpassing van de regeling?

Ā 

1) Trouw, 20 december 2024, 'Wel achterstanden, geen geld voor deze kinderen'.

2) NRC, 14 april 2025, 'Kind van arbeidsmigrant kan opeens vertrokken zijn: "Voor een deel van de ouders is onderwijs niet heel belangrijk"' (https://www.nrc.nl/nieuws/2025/04/14/kind-van-arbeidsmigrant-kan-opeens-vertrokken-zijn-voor-een-deel-van-de-ouders-is-onderwijs-niet-heel-belangrijk-a4889849).

3) Zie CBS, 5 november 2019, 'Herziening gewichtenregeling primair onderwijs'Ā (https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2019/45/de-nieuwe-onderwijsachterstandenindicator).

4) NRO, oktober 2023, 'Hoe gaat het met uw (oud-)leerlingen? Rapportage naar aanleiding van het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs', voorbeeldrapport (www.nationaalcohortonderzoek.nl/sites/nco/files/media-files/FAKE_NCO_BO_Voorbeeldrapport_2023.pdf), zie figuur 8.2,Ā blz. 31 'Landelijk percentage leerlingen dat naar havo of vwo doorstroomt naar geslacht, migratieachtergrond en inkomen'.

Ā