[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [šŸ§‘mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het uitfaseren van WBS

Schriftelijke vragen

Nummer: 2025D34791, datum: 2025-08-07, bijgewerkt: 2025-08-07 14:45, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z15055:

Preview document (šŸ”— origineel)


2025Z15055

(ingezonden 7 augustus 2025)

Vragen het lid Patijn (GroenLinks-PvdA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het uitfaseren van WBS.

Klopt het dat het Werk Bemiddeling Systeem (WBS), waarmee gemeenten enĀ het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) hun gezamenlijke vacatures publiceren om deze vervolgens regionaal te delen, wordt uitgefaseerd door (onderdelen van) UWV? Bent u hierover geĆÆnformeerd?

Klopt het dat artikel 9 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (SUWI) bepaalt dat UWV, deĀ Sociale VerzekeringsbankĀ (SVB) en gemeenten verplicht zijn samen te werken bij de uitvoering van diverse wetten, met het oog op een doeltreffende en klantgerichte uitvoering?

Acht u het uitfaseren vanĀ WBS zonder een volwaardig alternatief in strijd met deze wettelijke samenwerkingsverplichting?

Waarom wordt WBS al uitgefaseerd terwijl er nog geen functioneel vervangend systeem beschikbaar is? Verschilt dit beeld per gemeente? Heeft u zichtĀ op waar dit fout gaat?

Deelt u de zorg dat het vroegtijdig sluiten van WBS zonder een gelijkwaardig vervangend systeem risico’s oplevert voor de dienstverlening aan werkzoekenden en werkgevers?

Hoe moeten gemeenten en UWV samenwerken zonder dat er een werkbaar alternatief is?

Op welke wijze wordt geborgd dat gemeenten tijdens de overgang naar een nieuw systeem hun wettelijke taken en samenwerking met UWV effectief kunnen blijven uitvoeren?

Bent u bereid om met UWV en gemeenten in overleg te treden om te zorgen dat de (gezamenlijke) dienstverlening niet onder druk komt te staan door deze overgang?