36796 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in verband met verscheidene technische en kleine beleidsmatige wijzigingen (Verzamelwet SZW 2026)
Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in verband met verscheidene technische en kleine beleidsmatige wijzigingen (Verzamelwet SZW 2026)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2025D36377, datum: 2025-08-30, bijgewerkt: 2025-09-01 16:18, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: Th.C. de Graaf, vicepresident van de Raad van State
Onderdeel van zaak 2025Z15715:
- Indiener: M.C.G. Keijzer, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-09-02 15:10: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-09 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
No. W12.25.00130/III | 's-Gravenhage, 23 juli 2025 |
Bij Kabinetsmissive van 2 juni 2025, no.2025001220, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in verband met verscheidene technische en kleine beleidsmatige wijzigingen (Verzamelwet SZW 2026), met memorie van toelichting.
Het wetsvoorstel wijzigt een aantal wetten op het terrein van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Het gaat om tekstuele aanpassingen, technische verbeteringen, herstel van omissies en verduidelijking en nadere invulling van eerder gemaakte beleidskeuzes.
De Afdeling advisering van de Raad van State maakt opmerkingen over artikel III en VII van de verzamelwet. In verband hiermee is aanpassing van het voorstel wenselijk.
Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet
Artikel 12 van de Arbeidsomstandighedenwet strekt tot uitvoering van artikel 11 van de Kaderrichtlijn veiligheid en gezondheid van de werknemers op het werk (de richtlijn).1 Volgens de toelichting kent de richtlijn meer rechten toe aan werknemers dan nu is geregeld in de Arbeidsomstandighedenwet. Op dit onderdeel is de implementatie van de richtlijn onvolledig. Het voorstel beoogt de Arbeidsomstandighedenwet op dit punt in overeenstemming te brengen met de verplichtingen die voortvloeien uit de richtlijn. Daartoe regelt het onder meer dat de werkgever werknemersvertegenwoordigers of, bij het ontbreken daarvan de werknemers, hoort over het arbeidsomstandighedenbeleid en de uitvoering daarvan.2
De Afdeling merkt op dat volgens de richtlijn het raadplegen van werknemers door werkgevers inhoudt dat werknemers of hun vertegenwoordigers ook het recht hebben voorstellen te doen die betrekking hebben op de veiligheid en de gezondheid op het werk.3 Het recht van werknemers of hun vertegenwoordigers om dergelijke voorstellen te doen is op dit moment niet geregeld in de bestaande Arbowet. Wel kunnen ondernemingsraden (or-en) aan de werkgever voorstellen doen die de onderneming betreffen. Deze kunnen ook betrekking hebben op het gebied van veiligheid en gezondheid op werk.4
Die mogelijkheid is echter niet voorzien voor alle werknemers, bijvoorbeeld niet voor werknemers die werkzaam zijn in een onderneming die niet or-plichtig is of voor werknemers die werken in een or‑plichtige onderneming, waar geen or is. Ook het voorstel voorziet hierin niet. De Afdeling adviseert daarom in het wetsvoorstel te regelen dat werknemers of hun vertegenwoordiger het recht hebben voorstellen te doen die betrekking hebben op de veiligheid en de gezondheid op het werk.
Wijziging van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES (Wao Bes)
Het voorstel voorziet onder meer in wijziging van artikel 7b van de Wao Bes.5 Daarmee wordt allereerst geregeld dat bij de berekening van de hoogte van de kerstuitkering van het ouderdomspensioen en de overlijdensuitkering6 rekening wordt gehouden met de tegemoetkoming die is gerelateerd aan het prijsniveau van het openbare lichaam waarin de pensioengerechtigde woonachtig is.7
Daarnaast worden met de voorgestelde wijzigingen onder meer de artikelen 44, eerste lid, 47 en 52 van de Wao Bes van overeenkomstige toepassing verklaard op die tegemoetkoming. Daarmee regelt het voorstel specifiek voor de tegemoetkoming dat het niet voldoen aan de inlichtingenverplichting wordt beschouwd als overtreding en wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes maanden of een geldboete van de eerste categorie. Volgens de toelichting wordt dit gedaan vanwege consistentie.8 De toelichting motiveert niet waarom dit specifiek voor de tegemoetkoming nodig is. Ook bevat de toelichting geen motivering van de aldus voorgestelde maximale straffen.
Een technische verzamelwet leent zich alleen voor technische wijzigingen, verduidelijkingen en beleid waarvan verwacht kan worden dat er over de wijzigingen geen inhoudelijke politieke discussie zal ontstaan. Het aanmerken van het niet voldoen aan de inlichtingenplicht als overtreding en de vaststelling van de maximale straf daarvoor, vereisen een inhoudelijke motivering. Dit past niet bij het karakter van een verzamelwet.
De Afdeling adviseert daarom het van overeenkomstige toepassing verklaren van de artikelen 44, eerste lid, 47 en 52 Wao Bes op de tegemoetkoming, uit het voorgestelde artikel 7b, vijfde lid, van de Wao Bes te halen, in een afzonderlijk wetsvoorstel te regelen en te voorzien van een inhoudelijke motivering.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal
opmerkingen bij het voorstel en adviseert daarmee rekening te houden
voordat het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal wordt
ingediend.
De waarnemend vice-president van de Raad van State,
Richtlijn van de Raad van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk.↩︎
Artikel III, onderdeel B.↩︎
Artikel 11, eerste lid, van de richtlijn.↩︎
Artikel 23, derde lid, van de Wet op de ondernemingsraden.↩︎
Artikel VII, wijziging van de Wet algemene ouderdomsverzekering BES, voorgesteld artikel 7b, vijfde lid, Wao Bes.↩︎
Artikel 20 van de Wao Bes.↩︎
Zie artikel 7b, eerste lid, van de Wao Bes.↩︎
Memorie van toelichting, paragraaf 2.6.↩︎