[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Kabinetsreactie op uitspraak in kort geding m.b.t. 42 voormalige Afghaanse ambassadebewaker

Bestrijding internationaal terrorisme

Brief regering

Nummer: 2025D37557, datum: 2025-09-05, bijgewerkt: 2025-09-10 14:04, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 27925 -1012 Bestrijding internationaal terrorisme.

Onderdeel van zaak 2025Z16256:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte voorzitter,

Op 2 september jl. heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in een kort geding van 42 eisers. Deze eisers willen als voormalige bewakers van de ambassade in Kaboel, in dienst van een lokaal Afghaans bedrijf, dat de Staat hen en hun gezinsleden overbrengt naar Nederland. De kantonrechter heeft een voorziening met die strekking getroffen.

Het kabinet heeft besloten zich niet bij het vonnis van de rechter neer te leggen en in hoger beroep te gaan via een zogenoemd turbospoedappel. Het kabinet is van mening dat het vonnis onomkeerbare gevolgen met zich meebrengt, alleen al omdat terugkeer naar Afghanistan van de bewakers en gezinsleden die naar aanleiding van het voorlopige vonnis naar Nederland worden overgebracht momenteel niet mogelijk is.

Ook heeft het vonnis verstrekkende gevolgen. Het ministerie maakt ook in andere landen gebruik van inhuur van externe dienstverleners voor beveiligingsdiensten, maar ook schoonmaak en tuinonderhoud. Overbrenging van deze groep bewakers naar Nederland zou een mogelijk precedent scheppen voor alle extern ingehuurde medewerkers in andere landen in crisissituaties. Het kabinet is van mening dat de werkgeversverantwoordelijkheid voor extern ingehuurd personeel (inclusief bewakers) bij de externe partij ligt.

Ook is het vonnis volgens het Kabinet gebaseerd op onjuiste feitelijke en juridische uitgangspunten, bijvoorbeeld door het gelijkschakelen van de Hongaarse bewakers in dienst van dezelfde externe dienstverlener met de Afghaanse bewakers. Als EU-onderdanen hadden zij echter recht op consulaire bijstand en hierover zijn voorafgaand aan de acute evacuatiefase afspraken gemaakt. Zij zijn door speciale

eenheden van een partnerland naar het vliegveld gebracht en uiteindelijk zonder tussenkomst van Nederland gerepatrieerd naar Hongarije.

Het gerechtshof is verzocht het vonnis te schorsen. Totdat daarop is beslist, is het kabinet verplicht de benodigde stappen te ondernemen om zich aan het vonnis te houden. Op dit moment staat het ministerie van Buitenlandse Zaken via de Landsadvocaat hierover in contact met de advocaat van de bewakers.

Het kabinet begrijpt dat het instellen van hoger beroep teleurstellend nieuws is voor de betrokkenen. Het is daarom belangrijk om zo snel mogelijk duidelijkheid te krijgen over deze kwestie. Het hof zal de zaak op 29 september a.s. ter zitting behandelen.

De minister van Buitenlandse Zaken,





D.M. van Weel