[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Dobbe en Van Nispen over het belang van verslavingsartsen en de resultaten van een enquête hierover

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2025D37725, datum: 2025-09-08, bijgewerkt: 2025-09-08 17:09, versie: 5 (versie 1, versie 2, versie 3)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20242025-3033).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2025Z11228:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

3033

Vragen van de leden Dobbe en Van Nispen (beiden SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het belang van verslavingsartsen en de resultaten van een enquête hierover (ingezonden 3 juni 2025).

Antwoord van Minister Bruijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 8 september 2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 2531.

Vraag 1

Bent u bekend met de rapportage van de Vereniging Verslavingsgeneeskunde Nederland (VVGN), waarin inzicht wordt gegeven in wat de medische beroepspraktijk vindt van het uitbreiden van de opleiding tot verslavingsarts met 1 jaar interdisciplinaire stage?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat vindt u van de conclusies over de ervaringen van de verslavingsartsen dat de huidige tweejarige opleiding te kort is en inhoudelijk te smal voor een goede start in de praktijk?

Antwoord 2

Ik onderschrijf het belang van de verslavingsarts binnen de Nederlandse gezondheidszorg en hecht er grote waarde aan dat er voldoende verslavingsartsen worden opgeleid voor de toekomstige zorgvraag. Signalen over de kwaliteit van de opleiding neem ik serieus. Het huidige uitgangspunt is dat opleidingen kort zijn waar dat kan en lang zijn waar dat moet. Een verlenging van de opleiding zal immers ook een stijging van de opleidingskosten met zich meebrengen. De rapportage van de VVGN geeft een beeld van hoe een deel van de verslavingsartsen2 de noodzakelijkheid van deze verlening beoordeelt. Het is voor mij van belang om dit beeld van de noodzakelijkheid te verbreden. Daarom zal ik ook het College Geneeskundige Specialismen (CGS) van de KNMG op korte termijn verzoeken om zijn visie te geven op deze noodzakelijkheid.

Vraag 3

Wat vindt u ervan dat 94% van de respondenten vindt dat verslavingsartsen, om mensen met een verslavingsprobleem optimale zorg te kunnen bieden, kennis en ervaring zouden moeten opdoen buiten de verslavingszorg: in de psychiatrie, het ziekenhuis en binnen het sociaal domein?

Antwoord 3

Zoals hierboven vermeld, neem ik signalen over de kwaliteit van de opleiding serieus. In verband met de voorziene stijging van de kosten van de opleiding, is het voor mij echter belangrijk dat een eventuele uitbreiding van de opleiding niet alleen wenselijk, maar ook noodzakelijk is voor de minimale startbekwaamheid van de verslavingsarts.

Vraag 4

Deelt u de mening dat het niet ideaal is dat er momenteel in de opleiding geen sprake is van het opdoen van praktijkervaring middels een stage?

Antwoord 4

Het is niet aan mij als bewindspersoon om te bepalen uit welke onderdelen de opleiding tot verslavingsarts zou moeten bestaan. Dit is een verantwoordelijkheid van de partijen met de inhoudelijke expertise, zoals de beroepsbeoefenaren, de werkgevers en de patiënten.

Vraag 5

Kunt u reflecteren op de conclusie dat verslavingsartsen en aios-verslavingsgeneeskunde, maar ook andere artsen, vinden dat de voorgenomen uitbreiding van de opleiding een inhoudelijke verrijking zou zijn?

Antwoord 5

Ik juich het toe dat de verslavingsartsen KNMG en de aios samen met hun directe collega’s in gesprek blijven over de kwaliteit van de opleiding en ernaar streven deze inhoudelijk te verrijken en te verbeteren. Het is hierbij mijn rol om af te wegen of de inhoudelijke verrijking ook noodzakelijk is voor de startbekwaamheid en er niet voor zorgt dat de zorgkosten onnodig zullen stijgen. Gezien de rol die het CGS speelt in het vaststellen van de vereisten voor de opleidingen tot medisch specialist, vraag ik dit College om zijn visie te geven zodat ik deze mee kan wegen.

Vraag 6

Deel u de conclusies van de rapportage dat een uitbreiding van de opleiding van 2 jaar naar 3 jaar ook geen effect zal hebben op de bereidheid om wel of niet aan de opleiding te beginnen, wat als positief kan worden gezien?

Antwoord 6

Ik heb met interesse kennis genomen van deze conclusie. Het is positief dat een besluit om de opleiding tot verslavingsarts KNMG al dan niet te verlengen, geen negatief effect zal hebben op de bereidheid om voor het vak te kiezen.

Vraag 7

Deelt u de mening dat de uitbreiding van de opleiding van toegevoegde waarde kan zijn voor de kwaliteit van de verslavingszorg in Nederland?

Antwoord 7

Zie beantwoording vraag 5 hierboven.

Vraag 8

Bent u bereid om te onderzoeken of het financieel mogelijk zou zijn de opleiding tot verslavingsarts uit te breiden van 2 naar 3 jaar en welke kosten hieraan verbonden zijn?

Antwoord 8

Zoals uit de voorgaande beantwoording blijkt, dient voor mij allereerst te worden vastgesteld of verlenging van de opleiding tot verslavingsarts noodzakelijk is voor de startbekwaamheid van de verslavingsarts.

De opleiding tot verslavingsarts KNMG wordt bekostigd met een beschikbaarheidbijdrage. Indien een verlenging noodzakelijk wordt geacht voor de startbekwaamheid van de verslavingsartsen, zal de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een herberekening moeten maken om te komen tot een redelijkerwijs kostendekkende vergoeding.


  1. Vereniging voor Verslavingsgeneeskunde Nederland, april 2025, «Uitbreiding opleiding tot verslavingsarts. Wat vindt de medische beroepspraktijk?» (vvgn.nl/kennisbank/doorontwikkeling-opleidingsplan/).↩︎

  2. De enquête is ingevuld door ca. 70 verslavingsartsen KNMG en aios-verslavingsgeneeskunde. In 2022 waren er in totaal 199 artsen geregistreerd als verslavingsarts KNMG (Het arbeidsaanbod van de beroepen geestelijke gezondheid in 2022, NIVEL).↩︎