Initiatiefnota
Initiatiefnota van de leden Van der Werf, Becker, Mutluer en Bruyning over het stoppen van geweld tegen vrouwen
Initiatiefnota
Nummer: 2025D38961, datum: 2025-09-12, bijgewerkt: 2025-09-12 17:37, versie: 2 (versie 1)
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid (D66)
- Mede ondertekenaar: F.H. Bruyning, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
- Mede ondertekenaar: B. Becker, Tweede Kamerlid (VVD)
- Mede ondertekenaar: S. Mutluer, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van kamerstukdossier 36811 -2 Initiatiefnota van de leden Van der Werf, Becker, Mutluer en Bruyning over het stoppen van geweld tegen vrouwen.
Onderdeel van zaak 2025Z16804:
- Indiener: J.J. van der Werf, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: B. Becker, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F.H. Bruyning, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S. Mutluer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (đ origineel)
36 811 | Initiatiefnota van de leden Van der Werf, Becker, Mutluer en Bruyning over het stoppen van geweld tegen vrouwen |
Nr. 2 | INITIATIEFNOTA |
Inhoudsopgave p.
Hoofdstuk 1 â Achter de voordeur.
Hoofdstuk 2 â In de hulpverlening
Hoofdstuk 3 â Bij de rechtbank.
Hoofdstuk 4 â Beschermd achter de voordeur
Hoofdstuk 5 â Beschermd in de hulpverlening
Hoofdstuk 6 â Beschermd bij de rechtbank
Beslispunten
Financiële gevolgen
Hoofdstuk 1 âAchter de voordeur
Afgelopen zomer werd opnieuw duidelijk dat vrouwen in Nederland nog altijd niet veilig zijn. Ook niet achter hun eigen voordeur. In tien jaar tijd zijn 448 vrouwen slachtoffer geworden van femicide. In 80% van de gevallen gebeurde dit achter de voordeur, en in 91% van de gevallen was de dader een man, meestal een partner of ex-partner.1 Daarnaast worden honderdduizenden personen slachtoffer van huiselijk geweld dat plaatsvindt achter de voordeur.2 Hoe kan het dat we er nog steeds niet in slagen deze slachtoffers voldoende te beschermen?
Dit is gedeeltelijk te wijten aan dat we te lang zijn blijven hangen in een gevaarlijke aanname: namelijk dat geweld stopt bij het verbreken van de relatie.3 Dat als het slachtoffer besluit weg te gaan bij de pleger, de rust weer terugkeert. Dat het niet de pleger, maar de relatie is, waar het probleem ligt. De realiteit is anders. Geweld stopt vaak niet na het verbreken van een relatie â maar kan het risico op geweld juist vergroten.4 Geweld sluimert door, escaleert en kan slachtoffers zelfs fataal worden.5
Een andere aanname vanuit de maatschappij is dat geweld achter de voordeur veelal plaatsvindt bij mensen en gezinnen die het sociaaleconomisch moeilijker hebben. Terwijl al jaren bekend is dat geweld achter de voordeur in alle lagen van de samenleving voorkomt.6 De mensen in de wachtkamer bij Sterk Huis, Filomena en andere belangrijke hulporganisaties, zien direct dat geweld achter de voordeur bij alle verschillende gezinnen kan spelen. In alle culturen, alle opleidingsniveaus en alle leeftijden.
Daar komt bij dat wanneer sprake is van een echtscheiding of onenigheid over een omgang- of gezagsregeling, nog te vaak wordt uitgegaan van een âvechtscheidingâ, waarbij beide partijen verantwoordelijkheid en schuld dragen. Zo wordt huiselijk geweld nauwelijks meegewogen in zaken rond omgang en gezag. De veiligheid van het slachtoffer wordt hierdoor niet altijd voldoende gewaarborgd.7
Uit onderzoek van het CBS blijkt dat 1.3 miljoen Nederlanders slachtoffer zijn van huiselijk geweld, waaronder 120.000 kinderen.8 Bij 185.000 personen gaat het om structureel geweld. Zij maken het elke dag, elke week, elke maand mee.9 Deze cijfers zijn helaas slechts het topje van de ijsberg.10 Slachtoffers die géén melding doen, geen melding durven te doen of die zich niet realiseren dat zij slachtoffer zijn van psychisch geweld, blijven buiten beeld.
Onder huiselijk geweld vallen verschillende vormen van geweld: het kan gaan om fysiek geweld, dwingende controle, stalking en seksueel geweld gepleegd door iemand uit de huiselijke kring.11 Psychisch geweld komt het vaakst voor. 6% krijgt te maken met psychisch geweld, gevolgd door fysiek geweld (4%) en stalking (2%). 1% is slachtoffer van seksueel geweld in huiselijke kring.12 Psychisch geweld kent verschillende definities en loopt uiteen van treiteren en pesten tot vernederen, intimideren en bedreigen.13 Een specifieke form van psychisch geweld is intieme terreur. Intieme terreur is een ernstige vorm van partnergeweld en kenmerkt zich door controle en dwang, wat zich kan uiten in het isoleren, vernederen, intimideren tot ernstig fysiek en seksueel geweld. Ook controle van de financiën en dreigementen richting slachtoffers of kinderen spelen een rol.14 200.000 personen in Nederland zijn slachtoffer van intieme terreur.15
Voor sommige slachtoffers wordt het geweld fataal. Iedere acht dagen wordt er in Nederland een vrouw vermoord. In zes op de tien gevallen is zij om het leven gebracht door haar man, vriend of ex-partner.16 Vrouwen worden daarbij vaker slachtoffer dan mannen.17 Jaarlijks zijn veertig tot vijftig vrouwen slachtoffer van femicide.18
Slachtoffers van huiselijk geweld moeten kunnen rekenen op goede bescherming, ook nadat zij de moedige beslissing nemen om hun relatie te verbreken. Dat begint bij het serieus nemen van signalen van geweld, geloven in hun verhaal en het vooropzetten van hun veiligheid. Daders blijven op dit moment - via juridische, maar ook andere âonzichtbareâ wegen - invloed uitoefenen op het leven van hun slachtoffer en kinderen. Zonder dat hulpverlening, omstanders of de rechter de mogelijkheden heeft om in te grijpen. Het is tijd om de gaten in ons systeem te dichten. Deze initiatiefnota beoogd betere bescherming voor slachtoffers van geweld achter de voordeur te creĂ«ren, waarbij specifiek aandacht wordt gevraagd voor bescherming achter de voordeur, bij de hulpverlening en in de rechtbank.
In de volgende twee hoofdstukken worden de verschillende problemen en tekortkomingen in het aanpakken van geweld achter de voordeur uiteengezet. Hoofdstukken vier tot zes schetsen de door deze nota voorgestelde verbeteringen en maatregelen die moeten zorgen voor een betere bescherming.
Hoofdstuk 2 â In de hulpverlening
âDe GGZ besloot de hele antisociale
persoonlijkheidsstoornis-diagnose te negeren,
want âdaar kunnen we niks mee als hulpverlenersâ, en nooit te kijken
naar
de veiligheid achter gesloten deuren.â19
Manon
Het moment waarop een slachtoffer besluit een gewelddadige relatie te verbreken, zou het begin moeten zijn van veiligheid en herstel. In werkelijkheid is voor veel slachtoffers het moment dat zij besluiten om te vertrekken, het startsein zijn van een nieuwe fase van gevaar.20 Er kan méér geweld worden gebruikt en het risico op moord wordt groter.21 Het is verleidelijk om opgelucht te kijken naar een relatiebreuk, alsof daarmee het geweld â en het gevaar â is geweken. Terwijl er juist dan een hoog risico is op een nieuwe periode van geweld: intensief, onvoorspelbaar en soms buiten het zicht van hulpverlenende instanties.22 Ook als hulpverleners goed zicht hebben op het geweld, hebben zij vaak geen of onvoldoende handvatten om in te grijpen.23
Het missen van signalen van geweld
Nog te vaak zien we dat de aandacht na een relatiebreuk verslapt. Het herkennen, begrijpen en aanpakken van postrelationeel geweld is lastig. Daar komt bij dat hulpverlening bij alle vormen van huiselijk geweld ontzettend versnipperd is: kennis over langdurige, psychologische geweldspatronen is niet overal beschikbaar en signalen van structurele dreiging komen soms pas bij elkaar als het al is geëscaleerd.24 Het informatiesysteem en de kennisdeling tussen organisaties is daarbij nog te versnipperd om slachtoffers voldoende te beschermen.25
Personeelstekorten en capaciteitsproblemen kunnen zorgen voor een (terechte) focus op acute risico's, waardoor signalen van stalking, bedreiging en psychisch geweld minder aandacht krijgen. Bij sommige schakels, bijvoorbeeld bij de politie die ook op véél andere terreinen actief moet zijn, is nog niet altijd prioriteit en daadkracht voor de aanpak van huiselijk geweld.26 Daarbij speelt de misvatting dat het geweld is geweken zodra de relatie is beĂ«indigd een hardnekkige rol. Terwijl het einde van de relatie juist een bekende 'triggerâ is voor daders van intieme terreur en femicide.27
Onvoldoende kennis over huiselijk geweld
Daders slagen er geregeld in om de omgeving van het slachtoffer en hulpverlening te manipuleren of tegen het slachtoffer op te zetten.28 Met een berekenend doch charmant optreden weten ze cruciale signalen te ontkennen en te maskeren, wat kan leiden tot desastreuze inschattingsfouten. Ook persoonlijkheidsstoornissen worden niet altijd meegewogen, terwijl dat wél kan helpen om het patroon van geweld te herkennen. Adequate training voor iedereen die een rol heeft in de aanpak van huiselijk geweld: van de agent op straat, de huisarts tot aan de jeugdbescherming, is nog niet overal beschikbaar. Ook hulpverleners zelf geven aan meer concrete kennis te willen over huiselijk geweld.
Het gevolg is dat risico's vanuit de dader worden onderschat en het slachtoffer niet altijd worden geloofd. Zij blijven vervolgens achter met het gevoel dat zij het zelf moeten oplossen, vaak zonder enig handelingsperspectief om de agressor uit de situatie te doen verdwijnen.
Geen veilige opvang
Daar komt bij dat wanneer het slachtoffer de dappere beslissing neemt bij een gewelddadige partner weg te gaan, zij niet altijd direct naar een veilige plek kan. De opvang van vrouwen en kinderen in onveiligheid loopt spaak, mede door het oplopende tekort aan woningen. Naar schatting komen gemeenten op dit moment 800 plekken tekort, met als gevolg dat vrouwen en kinderen op een wachtlijst worden geplaatst.29 Gemeenten geven aan dat er inmiddels een strengere selectie plaatsvindt bij opvanglocaties, personen met acuut gevaar niet altijd direct worden opgevangen of slachtoffers wordt gevraagd ânog even vol te houdenâ.30 Slachtoffers worden noodgedwongen opgevangen in hotels en vakantieparken, waar niet altijd de duurzame, structurele ondersteuning geboden kan worden die slachtoffers nodig hebben.31
Hoofdstuk 3 â Bij de rechtbank
âDe jeugdzorg kan nu eigenlijk ook niets. Zeker niet bij gezag dragende ouders. Het gezag van de dader zou al in een vrij snel stadium ontheven moeten worden. Nu ben je uit de relatie en sta je nog steeds onder zijn regime.â
Merel
Huiselijk geweld blijft buiten beeld
Na het verbreken van een gewelddadige relatie breekt geregeld een nieuwe strijd aan: een juridisch gevecht om de kinderen. Ouders zijn het bijv. niet eens over bij wie het ouderlijk gezag moet liggen of hoe de omgangsregeling eruit moet komen te zien. Om de veiligheid van het kind, maar ook het slachtoffer van huiselijk geweld te waarborgen zouden veiligheidsrisico's standaard moeten worden meegewogen bij een besluit over omgang- of gezag.32
Uit een recent onderzoek van het Verwey-Jonker instituut blijkt echter dat huiselijk geweld nauwelijks wordt meegewogen in omgang- en gezagzaken.33 Echtscheidingen die nu worden gezien als âvechtscheidingâ of âcomplexe scheidingâ worden in de rechtbank behandeld als een âcommunicatieprobleemâ, waarbij ouders er samen niet uitkomen.34 Vaak vanuit de veelvoorkomende gedachte: âwaar er twee vechten, hebben er twee schuld.â35
Uit buitenlands onderzoek is echter gebleken dat in meer dan de helft van de scheidingen die in de rechtbank wordt aangemerkt als âvechtscheidingâ sprake is van huiselijk geweld.36 Het is gevaarlijk om alle zaken te behandelen als een vechtscheiding en (het dreigen met) geweld volledig buiten beeld te laten. Dit kan ervoor zorgen dat plegers hun macht kunnen blijven uitoefenen. Geweld kan hierdoor, zelfs na de rechtsgang, voortzetten, escaleren of zelfs fataal worden.37 Bekend is dat daders van intieme terreur een omgangsregeling met de kinderen soms misbruiken om de controle en dwang over het slachtoffer voort te zetten.38 Juridische professionals moeten het onderscheid kunnen maken tussen een 'normale echtscheiding' of een scheiding waarbij sprake is van huiselijk geweld of intieme terreur.39 Alleen dan kan de juiste afweging worden gemaakt over wat het beste is voor ouders en hun kinderen.
Ook als (on)veiligheid wel ter zitting wordt gebracht, wordt veelal gefocust op de veiligheid van het kind, niet op die van de partner.40 Rechters baseren zich in beginsel op het gelijkheidsbeginsel: beide ouders moeten het kind kunnen blijven zien, waarbij wordt verondersteld dat een band met beide ouders óók het beste is voor het kind.41 Co-ouderschap is het uitgangspunt. Uiteraard is deze benadering in veel scheidingen juist wenselijk. Maar wanneer sprake is van huiselijk geweld hoeft deze benadering niet altijd de meest veilige optie te zijn, ook niet voor het kind.42 Ook zij kunnen zich onveilig voelen óf zijn bij de ouder die de andere ouder heeft mishandeld.43
Nadelige gevolgen als huiselijk geweld ter zitting wordt gebracht
Uit onderzoek blijkt ook dat advocaten en slachtoffers het gevoel hebben dat het ter zitting brengen van huiselijk geweld nadelig is voor de positie van het slachtoffer.44 Rechters zouden het kunnen zien als âniet-constructiefâ, âsfeer bedervendâ of âmoddergooienâ van de ene ouder richting de ander. De rechtszaal richt zich het liefst op de toekomst, wat in veel familierechtzaken ook terecht is. Maar hierdoor worden onderliggende redenen achter de echtscheidingsproblematiek en de mogelijke veiligheidsrisico's die zich kunnen voordoen niet altijd volledig uitgevraagd.45 Naast het risico op de escalatie van geweld, verzwakt dit ook de positie van slachtoffers in de rechtbank, en hoe we kijken naar gescheiden ouders en vrouwen in onze samenleving. Hun verhaal, hoe krachtig dit soms ook is, wordt nog te vaak niet geloofd.
Onder druk gezet bij mediation
Op grond van artikel 48 lid 1 van het Verdrag van Istanbul mogen slachtoffers van huiselijk geweld niet worden gedwongen tot deelname aan bemiddeling/ mediation.46 In de praktijk ervaren slachtoffers en hun advocaten echter wel degelijk druk om hieraan mee te doen.47 Zelfs als sprake is van onderbouwd huiselijk geweld, sturen rechters soms aan op mediation om tot afspraken te komen over omgang en gezag.48 Mediators en professionals die interventies uitvoeren gaan doorgaans uit van een gelijkwaardige verhouding tussen beide ouders, waarbij niet duidelijk wordt wie wat doet, tegen wie en met welke impact. Zij hebben daarnaast minder kennis over de machtsbalans en het geweldspatroon dat zich tussen beide partijen voordoet.49 Zo worden slachtoffers van huiselijk geweld nogmaals slachtoffer: maar dit keer van het systeem. De gedachte 'dat ouders er samen wel uit kunnen komenâ miskent het geweld dat slachtoffer hebben ervaren en kan juist ten koste gaan van het belang van het kind.
Geen gebruik van screeningsinstrumenten
Om veiligheidsrisico's goed in te kunnen schatten, kunnen bepaalde screeningsinstrumenten of risicotaxaties worden ingezet.50 Deze instrumenten geven zicht op de ernst en de aard van het geweld en of bijvoorbeeld sprake is van dwingende controle. Maar in de rechtszaal, of voorafgaand aan de zitting, worden deze instrumenten zelden tot nooit gebruikt.51 Dit geldt niet alleen voor advocaten en rechters, ook de Raad voor de Kinderbescherming maakt zelden een analyse van het geweld.52 Het risico dat zich hierdoor voordoet is dat veiligheidsrisico's worden onderschat, kinderen gevaar lopen en slachtoffers niet voldoende worden beschermd door ons rechtssysteem.
Daar komt bij dat advocaten, rechters en andere juridische professionals niet altijd voldoende kennis hebben over huiselijk geweld, femicide en intieme terreur.53 De focus is het afgelopen decennium komen te liggen op echtscheidingsproblematiek. Dat is waar de meeste medewerkers ook in zijn geschoold. Er wordt hierdoor soms door een andere bril naar een zaak gekeken. Kennisvermeerdering en het gebruik van screeningsinstrumenten kunnen helpen vaker de juiste afweging te maken. Deze instrumenten moeten niet op zichzelf staan, maar onderdeel zijn van een bredere analyse van het geweld dat voorafging aan de scheiding.
Hoofdstuk 4 â Beschermd achter de voordeur
âJullie hadden de melding van mijn zussen serieus moeten nemen.
Ik kon zelf niet bellen.
Ik heb gewacht totdat hij sliep en durfde zelf niet te slapen, niet
wetende of ik dan nog
wel wakker zou worden.â
Eveline
Het beschermen van slachtoffers van huiselijk geweld - in welke vorm dan ook - begint bij aandacht hebben voor wat zich afspeelt achter de voordeur. Het Nederlandse idee om 'je vooral niet te veel te bemoeien met de anderâ moet veranderen. Omstanders, hulpverleners en politieagenten moeten signalen niet alleen kunnen opvangen, maar ook direct handelen als zij een vermoeden hebben dat er iets aan de hand is. Er moet daarbij specifiek aandacht zijn voor de complexe situatie van psychisch geweld.
Een verwaarloosd huis, een snauw naar iemands partner of een gekke verandering in iemands gedrag gedurende een relatie. Het zijn signalen die je gemakkelijk mist als hulpverlener of agent als je voor een halfgesloten deur staat. Soms wordt pas na binnenkomst duidelijk dat er iets helemaal mis is en zélfs dan is het soms moeilijk te doorgronden. Vaak is er wel een vermoeden dat er iets niet klopt, maar ontbreekt het hulpverleners nog aan de ruimte om door te pakken wanneer zij signalen van geweld opvangen. Hulpverleners, bijvoorbeeld agenten die met een melding van mishandeling te maken krijgen, moeten veel vaker de achter de voordeur kunnen kijken. Zij moeten daarbij beide partners afzonderlijk spreken en op zoek gaan naar het achterliggende patroon van geweld. Alleen dan kunnen zij een goede inschatting maken over wie gevaar loopt en bescherming of ondersteuning nodig heeft. Hierbij is het belangrijk dat degene die het huisbezoek uitvoert over genoeg kennis en expertise beschikt om een juiste inschatting te kunnen maken. Huisbezoeken moeten daarom hand in hand gaan met kennisvermeerdering bij professionals.
Ook onderwijs- en zorgprofessionals zoals leraren, huisartsen, verpleegkundigen of schoolmedewerkers die een vermoeden hebben van huiselijk geweld en intieme terreur spelen een belangrijke rol in het signaleren van geweld. Handelingsverlegenheid speelt bij hen nog té vaak een rol. Zorgen over het doen van een onterechte melding zijn begrijpelijk, maar kunnen er ook voor zorgen dat geweld lang onbesproken en ongemeld blijft. Daarom moet er een wettelijke meldplicht van huiselijk geweld voor onderwijs- en zorgprofessionals worden ontwikkeld.
De hulpverlening voor slachtoffers van geweld achter de voordeur is erg versnipperd. Politie, jeugdbescherming, Veilig Thuis, regionale organisaties en veiligheidsteams dragen allemaal een klein stukje verantwoordelijkheid, maar het ontbreekt soms aan de middelen óf moed om door te pakken. Hulpverlening kan hierdoor vastlopen. Daarom is het nodig om de eindverantwoordelijkheid bij één regisseur te leggen. Deze nota pleit voor een aanpak waarbij één regisseur per casus, die ook de mogelijkheid krijgt om doorbraken te forceren als dat nodig is. Dit vereist niet noodzakelijkerwijs het oprichten van een nieuwe schakel, maar juist een goede beoordeling bij wie als beste een regiefunctie kan worden neergelegd.
Ook signalen en meldingen zijn versnipperd over verschillende organisaties. Elke organisatie heeft een klein stukje aan informatie, een klein stukje regie en een klein stukje aan verantwoordelijkheid. Maar niemand ziet het gehele plaatje. Betere bescherming vraagt ook om betere samenwerking. Cruciaal daarbij is dat informatie over meldingen rond één gezin of persoon niet langer versnipperd zijn over organisaties maar worden gebundeld. Alle relevante instanties, van politie tot jeugdbescherming tot Veilig Thuis moet toegang hebben tot geregistreerde signalen en meldingen van huiselijk geweld . Hiervoor is ook nodig dat we knelpunten in privacywetgeving die effectieve informatie-uitwisseling belemmeren in kaart brengen en aanpakken. Het is essentieel om hulpverleners een volledig beeld te geven, in plaats van dat zij moeten werken met losse puzzelstukjes. Binnen de privacywetgeving moet worden bekeken wat mogelijk is om knelpunten in de informatie-wisseling zo veel mogelijk weg te nemen.
De toegankelijkheid van hulp is voor slachtoffers erg laag. Zo houden de huidige hulplijnen nog te weinig rekening met de situatie waar slachtoffers zich in kunnen bevinden. Zo is het ontzettend moeilijk voor iemand die slachtoffer is van dwingende controle om naar Veilig Thuis te bellen. De angst om gehoord te worden door een partner is soms zo hoog dat slachtoffers besluiten geen contact op te nemen. Betere bescherming achter de voordeur vraagt ook om het erkennen van hun situatie en het bieden van een zo laagdrempelig mogelijke hulplijn, specifiek ingericht op hun situatie. Dit vraagt ook om een 24/7 chatlijn voor slachtoffers van huiselijk geweld en dwingende controle.
Geregeld heeft een dader al een verleden met huiselijk geweld en/of dwingende controle. De signalen en meldingen zijn, bijvoorbeeld in een eerdere relatie, al eens gezien en genoteerd.54 Slachtoffers en omstanders kunnen een vermoeden hebben dat er iets niet klopt, maar omdat zij geen toegang hebben tot deze informatie, tasten zij volledig in het duister. Slachtoffers en nabestaanden zeggen soms achteraf: âals ik zijn verleden had geweten, was ik eerder weggegaan of had ik eerder om hulp gevraagd.â Dat kan veel verschil maken. Op dit moment is er geen mogelijkheid voor slachtoffers of familieleden om deze informatie op te vragen. Het is belangrijk om de privacy van plegers te waarborgen: het moet niet mogelijk zijn om zomaar elk delict van een (ex-)partner op te vragen. Maar als sprake is geweest van huiselijk geweld, intieme terreur of stalking, verdient een slachtoffer en haar familie het om dat te weten. Er moet dan ook een Nederlandse versie van Clare's law komen, die slachtoffers informatie biedt op het moment dat er sprake is van een veiligheidsrisico.55
Hoofdstuk 5 â Beschermd in de hulpverlening
âIk was bang voor hem. En dan het slachtoffer zo dicht in de buurt van de dader laten komen en ook nog verwachten dat er juist gecommuniceerd wordt. Omdat hij mij fysiek nooit iets heeft aangedaan moest het van de medewerkers. Zij vonden dat twee volwassenen dat moesten kunnen. In het belang van de kinderen.â56
Anne
Het is cruciaal dat de hulpverlening goed toegerust is om postrelationeel geweld te herkennen en te handelen in het belang van de veiligheid van het slachtoffer. Ook in de hulpverlening is op dit moment nog niet altijd voldoende kennis over de risico's.57 Dat komt ook door het feit dat er veel verschillende schakels zijn betrokken. In de gehele keten, van jeugdzorg en hulpverlening tot politie en justitie moet kennisvermeerdering komen over huiselijk geweld, intieme terreur en femicide. Maar naast kennisvermeerdering moeten zij ook voldoende wetgeving en juridische kaders hebben waarbinnen zij kunnen optreden. Het wetsvoorstel strafbaarstelling psychisch geweld moet daarom zo snel mogelijk worden behandeld en ingevoerd.
In de kennisvermeerdering zal ook aandacht moeten zijn voor persoonlijkheidsstoornissen en narcistische daders. Juist het kunnen herkennen van een pleger die zijn omgeving probeert te manipuleren kan ervoor zorgen dat intieme terreur sneller wordt herkend. Wanneer sprake is van een persoonlijkheidsstoornis moet dit altijd worden meegewogen door de hulpverlening. Wél is een belangrijke kanttekening daarbij dat bij veel plegers een persoonlijkheidsstoornis helemaal geen rol speelt. We moeten erkennen dat ook héél normale mensen gewelddadig kunnen zijn.
Meldingen van geweld achter de voordeur, maar ook van postrelationeel geweld, moeten we serieus nemen. Als hulpverleners zoals agenten, zorgprofessionals of omstanders aangeven dat sprake is van huiselijk geweld, moet daarop worden gereageerd en de hulpverlening om het slachtoffer heen gaan staan. Daarom moet als er sprake is van huiselijk geweld automatisch worden gekeken of er een contactverbod, huis- en straatverbod of locatieverbod kan worden opgelegd, tenzij dit direct ingaat tegen de wens en behoefte van het slachtoffer. Op die wijze kan afstand worden gecreëerd tussen slachtoffer en dader. Wél moet dit altijd hand in hand gaan met andere hulpverlening voor het geval dat het verbod wordt overtreden.58
Als slachtoffers de moedige beslissing nemen de relatie te verbreken, te vluchten of tijdelijk hun huis te verlaten, moeten zij direct kunnen rekenen op veilige begeleiding naar een veilige plek. Dat vraagt om structureel voldoende opvang voor slachtoffers van huiselijk geweld en opschaling van het aantal plekken. Gezien het huidige tekort aan woningen moet er per gemeente een plan worden ontwikkeld voor de uitstroom uit de vrouwenopvang en het beschikbaar komen van woningen zodat doorstroom weer mogelijk wordt.
Wanneer hun veiligheid in het geding is moeten vrouwen altijd de mogelijkheid hebben om naar een opvang stappen. Maar er moet wel meer aandacht komen voor het âdubbel slachtofferschapâ dat hierdoor plaatsvindt. Het is niet de dader, maar het slachtoffer dat wordt geconfronteerd met de nadelige gevolgen van het verlaten van je eigen huis. We moeten ons misschien afvragen of het niet vaker de dader zou moeten zijn die uit huis wordt geplaatst en (tijdelijk) ergens anders wordt ondergebracht? De pleger mag nu meestal in zijn eigen huis blijven, omringd door zijn of haar eigen spullen en vertrouwde omgeving. In situaties waarin dat mogelijk is, moeten vaker worden gekeken of de dader uit huis kan worden geplaatst tot er een structurele oplossing is gevonden. Uitbreiding van het tijdelijk huisverbod zou hierbij een rol kunnen spelen, in samenhang met andere maatregelen.
Hoofdstuk 6 â Beschermd bij de rechtbank
âAan mijn verhaal over de jarenlange fysieke en psychische mishandelingen had de familierechter geen enkele boodschap. Ik kreeg zelf het advies van mijn advocaat om er niets over te zeggen. Dat wekt alleen maar irritatie op, zei ze.â
Anna
De veiligheid van slachtoffers van huiselijk geweld, en hun kinderen, is in de rechtbank niet op orde.59 Huiselijk geweld wordt nauwelijks meegewogen bij beslissingen over omgangsregelingen en ouderlijk gezag. Terwijl al lang bekend is dat omgangsregelingen met kinderen worden ingezet als wraak- of pressiemiddel of om het geweld voort te zetten.60 Het beschermen van slachtoffers vereist ook dat zij een sterkere positie krijgen in de rechtbank, dat hun zorgen serieus worden genomen én altijd naar de risico's worden gekeken van een eventuele omgangsregeling.
Op dit moment is het gelijkheidsbeginsel tussen ouders het belangrijkste principe in het familierecht. Beide ouders hebben recht op omgang met het kind Ă©n het kind verdient contact met beide ouders. In zaken van huiselijk geweld kan dit echter een gevaarlijke aanname zijn.61 Deze initiatiefnota pleit er dan ook voor de veiligheid van het slachtoffer van huiselijk geweld zwaarder mee te laten wegen in de rechtbank. Rechtszaken moeten gericht zijn op waarheidsvinding, waarbij niet alleen wordt gekeken naar de veiligheid van het kind, maar ook expliciet naar de veiligheid van beide ouders. Dit vereist ook een fundamentele beleidswijziging: de jarenlange focus op âhet vechtscheidingsmodelâ moet compleet anders, waarbij er een onderscheid komt tussen 'normaleâ echtscheidingen en scheidingen waarbij huiselijk geweld een rol speelt.
Dit vereist in ieder geval kennisvermeerdering bij alle professionals in het familierecht. Advocaten, rechters, gerechtsjuristen en de Raad van de Kinderbescherming moeten geschoold worden in het herkennen van huiselijk geweld, intieme terreur en rode vlaggen van femicide. In de Wet op de Rechterlijke organisatie moet een verplichting worden opgenomen dat familierechters zich periodiek laten bijscholen over huiselijk geweld. Iedereen die in de familierechtsector werkt moet bijgeschoold worden om het onderscheid te maken tussen een klassieke echtscheiding en een scheiding waarbij huiselijk geweld een rol speelt. Uiteraard zijn er gevallen waarin dit onderscheid lastig te maken is. In die gevallen moeten juridische professionals de mogelijkheid hebben om advies te vragen van een onafhankelijke expert, zodat er een juiste afweging kan worden gemaakt.
Om de veiligheid van het slachtoffer voorop te stellen moet bij alle complexe scheidingen worden gescreend op huiselijk geweld. Hiervoor moet standaard gebruik worden gemaakt van erkende screeningsinstrumenten en risicotaxaties. Deze instrumenten kunnen helpen om het geweld op onafhankelijke wijze boven tafel te krijgen, zonder dat het slachtoffer kan worden beschuldigd van âmoddergooienâ of een niet-constructieve houding. Ook wanneer niet duidelijk is wie het slachtoffer is, of er tegenstrijdige verhalen zijn, kunnen deze instrumenten helpen om een juiste afweging te maken. Als in een screening duidelijk wordt dat het om situationeel geweld gaat vanuit beide kanten, kan deze informatie worden gebruikt om verdere escalatie te stoppen.
Dergelijke screeningsinstrumenten moeten ook, gevraagd en ongevraagd, ingezet kunnen worden bij mediation, bijvoorbeeld als er een ouderplan moet worden opgesteld door middel van mediation. Het is onacceptabel dat slachtoffers druk ervaren om mediation aan te gaan met degene die hen heeft mishandeld, omdat zij anders nadeel ondervinden in de rechtbank. Voorafgaand aan mediation moet worden gescreend of er sprake is van huiselijk geweld en of het slachtoffer druk ervaart. Indien uit deze screening blijkt dat er inderdaad enige druk wordt gevoeld, moet direct van mediation worden afgezien. Ook wanneer beide cliënten aangeven wél mediation te willen moet worden onderzocht of er enige druk wordt ervaren om te voorkomen dat een slachtoffer enkel onder dwang van pleger mediation aangaat.
Wanneer sprake is geweest van geweld achter de voordeur, psychische mishandeling of dwingende controle, moet ook worden gekeken naar de opvoedvaardigheden van de pleger/de ouders. Hoewel niet altijd sprake is van geweld tegen zowel de partner als de kinderen, moet wél altijd voldoende rekening worden gehouden met de beste opvoeding voor het kind en de invloed van huiselijk geweld op kinderen.62 Wanneer sprake is geweest van huiselijk geweld, moet het mogelijk zijn om ouderschaps- en agressiecursussen op te leggen aan de pleger, specifiek gericht op huiselijk geweld. Veel plegers van huiselijk geweld komen zelf namelijk óók uit een gezin waar geweld een rol speelt. Door cursussen aan te bieden over het bij zichzelf te signalen én hun handvatten geven hier mee om te gaan kan voorkomen worden dat het geweld zich voortzet.
In sommige gevallen is het geweld zo ver opgelopen dat er een strafrechtelijke zaak loopt jegens pleger. Kinderen lopen, met name bij intieme terreur, hierbij het risico ingezet te worden als pressiemiddel. Niet alleen tegen het slachtoffer, maar ook nabestaanden kunnen in een gevaarlijke situatie belanden als ouderlijke gezag- en/of omgangsregelingen worden misbruikt om het geweld voort te zetten. Op dit moment lopen strafrechtelijke en civiele zaken vaak compleet langs elkaar heen.63 Dit kan soms leiden tot tegenstrijdige beslissingen die de veiligheid van slachtoffers en kinderen in gevaar brengt. De rechtbank Rotterdam heeft in een pilot âgezinskamerâ straf- en civiele zaken gecombineerd, waarbij strafrechtelijke informatie onder regie van de familierechter kan worden gewogen.64 Er moet veel vaker worden ingezet op dit soort combizittingen in het straf- en familierecht. Hierbij moet de rechter altijd in ogenschouw nemen of de rechtsbescherming van de pleger voldoende wordt gewaarborgd.
Naast dat deze maatregelen essentieel zijn om de veiligheid van het slachtoffer te waarborgen, is Nederland hier ook expliciet toe verplicht op basis van het Verdrag van Istanbul. Artikel 31 van het Verdrag vereist dat huiselijk geweld een relevante factor moet zijn bij het nemen van beslissingen inzake omgang en gezag. Artikel 31 lid 1 vereist daarnaast dat niet alleen rekening moet worden gehouden met de rechten en veiligheid van het kind, maar ook met die van het volwassen slachtoffer. Ondanks dit vereiste is er voor rechtbanken nog steeds geen toetsingskader ontwikkeld om een goede afweging te maken. Het Hof Arnhem-Leeuwarden heeft al meermaals aangegeven dat er op grond van artikel 31 een toetsingskader moet komen.65 Er moet daarom zo snel mogelijk een toetsingskader worden ontwikkeld op basis van het Verdrag van Istanbul om huiselijk geweld een belangrijkere rol te geven in de rechtbank.
Beslispunten
De Kamer wordt gevraagd om aan de regering te verzoeken de volgende maatregelen te nemen:
H4 â Beschermd achter de voordeur
Maak huisbezoeken vaker mogelijk bij een vermoeden van huiselijk geweld, waarbij alle gezinsleden altijd separaat worden gesproken en onderzoek wordt gedaan naar het onderliggende patroon van geweld.
Ontwikkel een wettelijke meldplicht van huiselijk geweld voor onderwijs- en zorgprofessionals.
Eén regisseur per casus, die de mogelijkheid krijgt om doorbraken te forceren.
Verwijder knelpunten in de informatie-uitwisseling tussen instanties en bundel signalen en meldingen van huiselijk geweld.
Ontwikkel een 24/7 chatlijn voor slachtoffers, familieleden en omstanders, waarbij niet hardop gesproken hoeft te worden.
Er moet een Nederlandse versie van Clareâs law komen, die slachtoffers informatie biedt op het moment dat er sprake is van een veiligheidsrisico.
H5 â Bescherming in de hulpverlening
Kennisvermeerdering bij hulpverleners en alle juridische professionals over huiselijk geweld, intieme terreur en femicide.
Versnel de behandeling en invoering van het wetsvoorstel strafbaarstelling psychisch geweld.
Maak vaker gebruik van contactverboden, huis- en straatverboden en locatieverboden.
Zorg voor structureel voldoende plekken in de vrouwenopvang met per gemeente een plan voor de uitstroom naar beschikbare woningen.
Verken of de dader vaker uit huis kan worden geplaatst in plaats van het slachtoffer.
H6 â Beschermd bij de rechtbank
Weeg de veiligheid van slachtoffers van huiselijk geweld zwaarder mee in zaken rondom omgang en gezag.
Maak standaard gebruik van screeningsinstrumenten en risicotaxaties bij complexe scheidingen.
Ontwikkel een screening bij mediation om te voorkomen dat slachtoffers onder druk worden gezet.
Maak vaker gebruik van ouderschapscursussen voor de pleger wanneer sprake is geweest van huiselijk geweld.
Maak gebruik van combizittingen van straf- en familierecht waarbij direct naar ouderlijk gezag wordt gekeken.
Ontwikkel een toetsingskader op basis van het Verdrag van Istanbul, zodat huiselijk geweld als belangrijke factor wordt meegewogen bij zaken rond omgang en gezag.
Financiële gevolgen
De voorgestelde maatregelen zijn in grote mate technisch en procedureel van aard en brengen daarom beperkte structurele kosten met zich mee. Veel verbeteringen bestaan uit het beter benutten van bestaande instrumenten, zoals locatie- en huisverboden, het wegnemen van belemmeringen in informatie-uitwisseling of het leggen van een eindverantwoordelijk bij één (al bestaande) organisatie. Ook het uitbreiden van bestaande hulplijnen kan binnen de huidige structuren worden georganiseerd tegen relatief geringe middelen.
Voor aanvullende trainingen van professionals en het creëren van extra opvangplekken zijn aanvullende investeringen nodig. Deze kosten zijn overzichtelijk en goed te verantwoorden in het licht van de maatschappelijke en persoonlijke schade die partnergeweld met zich meebrengt. Bovendien kunnen deze preventieve investeringen op termijn besparingen opleveren voor zorg, jeugdzorg, politie en justitie.
Van der Werf
Becker
Mutluer
Bruyning
Universiteit Leiden, âFactsheet femicide in Nederland 2014-2024', te raadplegen via femicidemonitor.nlâ©ïž
CBS, Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024, 26 november 2024: Bijna 1,3 miljoen 16-plussers slachtoffer van huiselijk geweld | Nieuwsbericht | Huiselijk Geweldâ©ïž
Avontuur, âhet negeren van huiselijk geweld is een systeemfout bij de aanpak van âcomplexeâ scheidingenâ, 2 december 2022, NJB 28.â©ïž
Nederlands Jeugdinstituut, Movisie & CCV, âBlinde vlekken en botsende beeldenâ, 13 februari 2024, te raadplegen via: Blinde vlekken en botsende beelden bij partnergeweld en complexe scheidingen | Publicatie | Huiselijk Geweldâ©ïž
Expertisecentrum huiselijk geweld en kindermishandeling, âsignalenwijzer femicide en intieme terreurâ, februari 2025: Signalenwijzer-Femicide-2025-1.pdfâ©ïž
Rijksoverheid, âAanpak van huiselijk geweldâ, te raadplegen via: Aanpak van huiselijk geweld | Huiselijk geweld | Rijksoverheid.nlâ©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
CBS, Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024, 26 november 2024: Bijna 1,3 miljoen 16-plussers slachtoffer van huiselijk geweld | Nieuwsbericht | Huiselijk Geweldâ©ïž
CBS, Prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024.â©ïž
Movisie, âfactsheet huiselijk geweldâ, juli 2021, te raadplegen via: Factsheet: Huiselijk geweld 2021 | Movisieâ©ïž
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, âEmotioneel of psychisch geweld â factsheet', te raadplegen via: Emotioneel of psychisch geweld - factsheet | factsheet | Huiselijk Geweldâ©ïž
CBS, Impactmonitor aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling 2024, 17 december 2024: 3. Omvang, aard, en kenmerken | CBSâ©ïž
CBS, prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024, 25 november 2024, te raadplegen via: 2. Psychisch geweld in huiselijke kring | CBSâ©ïž
VNG, âfactsheet intieme terreurâ, te raadplegen via: Factsheet intieme terreurâ©ïž
CBS, prevalentiemonitor Huiselijk Geweld en Seksueel Grensoverschrijdend gedrag 2024, 25 november 2024, te raadplegen via: 2. Psychisch geweld in huiselijke kring | CBSâ©ïž
CBS, Slachtoffers moord en doodslag 2023, 29 augustus 2024: 125 mensen vermoord in 2023 | CBSâ©ïž
Veilig Thuis, Feiten en cijfers over huiselijk geweld, december 2024.â©ïž
CBS, slachtoffers van moord of doodslag, 29 augustus 2024: 125 mensen vermoord in 2023 | CBSâ©ïž
De quotes die in deze initiatiefnota zijn gebruikt, zijn afkomstig uit de bundel van Amnesty International âPsychisch geweld, elf vrouwen doorbreken de stilteâ, waarin elf vrouwen hun verhaal doen over hun ervaring met psychisch geweld. De gehele bundel is te raadplegen via de website van
Amnesty International.â©ïžRuiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Veilig Thuis, âFasen van partnermoordâ, te raadplegen via: Fasen-partnermoord-terreur_flyer-A5-DEF.pdfâ©ïž
Expertisecentrum huiselijk geweld en kindermishandeling, âsignalenwijzer femicide en intieme terreurâ, februari 2025: Signalenwijzer-Femicide-2025-1.pdfâ©ïž
Movisie, âMeer concrete kennis nodig over huiselijk geweld en kindermishandelingâ, 16 november 2021, te raadplegen via: Meer concrete kennis nodig over huiselijk geweld en kindermishandeling | Movisieâ©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âDoorbreken geweldspatroon vraagt gespecialiseerde hulpâ p. 184-86, 26 mei 2014, te raadplegen via: Doorbreken geweldspatroon vraagt gespecialiseerde hulp - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Zie o.a. Inspectie Justitie en Veiligheid, âInspectieonderzoek naar de aanpak van de stalking door Bekir Eâ p. 40-44, 9 oktober 2019, te raadplegen via: Aanpak stalking van HĂŒmeyra Ergincanli schoot ernstig tekort | Inspectie Justitie en Veiligheidâ©ïž
Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, âKinderen, gezinnen en huishoudens in onveiligheid wachten te lang op veilig thuisâ, 3 oktober 2024; Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, âSignalen jeugdbeschermingsketenâ, oktober 2024; Inspectie Justitie en Veiligheid, âGestalkt, Gezien. Gehoord? Aanpak (ex-)partnerstalking, 11 januari 2024.â©ïž
Expertisecentrum huiselijk geweld en kindermishandeling, âsignalenwijzer femicide en intieme terreurâ, februari 2025: Signalenwijzer-Femicide-2025-1.pdfâ©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Pointer, â800 plekken tekort in vrouwenopvang: âwe willen niet dat vrouwen straks op de bank moeten slapen.â 8 juni 2025: 800 plekken te kort in vrouwenopvang: âWe willen niet dat vrouwen straks op de bank moeten slapenâ | Pointer | KRO-NCRVâ©ïž
VNG, âLandelijke regie nodig voor veilige opvangplekkenâ, 5 juli 2025, te raadplegen via: Landelijke regie nodig voor veilige opvangplekken | VNGâ©ïž
Brief van Valente aan de Tweede Kamer voor het commissiedebat Zeden en (on)veiligheid van vrouwen, 31 maart 2025, te raadplegen via: Brief Valente t.b.v. commissiedebat inzake (on)veiligheid vrouwen d.d. 3 april 2025 - Vereniging Valenteâ©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2); Verwey-Jonker Instituut, âKwestie van lange adem, Kan huiselijk geweld en kindermishandeling echt stoppen?â, 2020, te raadplegen via: Kwestie-van-lange-adem-werkende-elementen.pdfâ©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, p.5, 15 april 2025.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, p.25, 15 april 2025.â©ïž
UK Ministry of Justice, âAssessing Risk of Harm to Children and parents in Private Law Children Casesâ Final Report, Juni 2020, te raadplegen via: A https://assets.publishing.service.gov.uk/media/5ef3dcade90e075c4e144bfd/assessing-risk-harm-children-parents-pl-childrens-cases-report_.pdfâ©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek, waarom screening op huiselijk geweld essentieel isâ, november 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2); Verwey-Jonker Instituut, âKwestie van lange adem, Kan huiselijk geweld en kindermishandeling echt stoppen?â, 2020, te raadplegen via: Kwestie-van-lange-adem-werkende-elementen.pdfâ©ïž
Ruiter et al, âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2); Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, p. 19.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Avontuur en van Hoof, âGezag en omgang in de context van dwingende controle/ intieme terreurâ, NJB 21, 14 juni 2024; Ruiter et al, âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Avontuur en van Hoof, âGezag en omgang in de context van dwingende controle/ intieme terreurâ, NJB 21, 14 juni 2024; Ruiter et al, âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Avontuur en van Hoof, âGezag en omgang in de context van dwingende controle/ intieme terreurâ, NJB 21, 14 juni 2024; Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituut;â©ïž
Artikel 81 lid 1 van het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld, Istanboel, 11 november 2011 (hierna: het Verdrag van Istanbul).â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, p 23.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, p 23.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, p. 29.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, p. 19.â©ïž
Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025, Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Een recent voorbeeld is de moord op de 39-jarige Joeweela, NOS, âpak mannen eerder op om femicide te voorkomenâ, 21 juli 2025, te raadplegen via: 'Pak mannen eerder op om femicide te voorkomen'â©ïž
Government UK, Domestic Violence Disclosure Scheme, April 2023: Domestic Violence Disclosure Scheme (accessible) - GOV.UKâ©ïž
Amnesty International, âPsychisch geweld: elf vrouwen doorbreken de stilteâ, maart 2025.â©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
WODC, âhandhaving en veiligheid bij strafrechtelijke contact-, locatie- en gebiedsverboden ter bescherming van slachtoffersâ, 19 juni 2019.â©ïž
NJB 21, 14 juni 2024; Verwey-Jonker Instituut, âWaar geweld uit beeld raaktâ, 15 april 2025: Huiselijk geweld nauwelijks factor bij beslissingen rond omgang en gezag - Verwey-Jonker Instituutâ©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Ruiter et al. âDe conflictscheiding als complexe gezinsproblematiek. Waarom screening op huiselijk geweld essentieel is.â November 2020, Pedagogiek 40(2).â©ïž
Avontuur, âhet negeren van huiselijk geweld is een systeemfout bij de aanpak van âcomplexeâ scheidingenâ, 2 december 2022, NJB 28.â©ïž
Raad voor de Rechtspraak, âEvaluatie pilot âgeĂŻntegreerde aanpak huiselijk geweldâ - fasen 1 en 2â, 2021.â©ïž
Raad voor de Rechtspraak, âEvaluatie pilot âgeĂŻntegreerde aanpak huiselijk geweldâ - fasen 1 en 2â, 2021.â©ïž
Hof Arnhem-Leeuwarden 21 januari 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:771; 10 juni 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:5781; 4 november 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:10347; 16 november 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:10770 en 23 december 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:11968.â©ïž