Verslag
Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan
Verslag (initiatief)wetsvoorstel (nader)
Nummer: 2025D42853, datum: 2025-10-01, bijgewerkt: 2025-10-02 17:03, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E. van der Burg, voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (VVD)
- Mede ondertekenaar: H.J. Post, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 36792 -5 Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan .
Onderdeel van zaak 2025Z15212:
- Indiener: J.N.J. Nobel, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-09-02 15:10: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-09-09 16:30: Procedures en brieven SZW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2025-10-01 14:00: Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
36 792 Wijziging van de Wet tegemoetkomingen loondomein teneinde voor een nieuwe werkgever een recht te regelen op een loonkostenvoordeel voor de resterende duur daarvan
Nr. 5 VERSLAG
Vastgesteld 1 oktober 2025
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, belast met het voorbereidend onderzoek van voorliggend wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de in het verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende door de regering worden beantwoord acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
Inhoudsopgave
Algemene Toelichting
Aanleiding
Voorgestelde oplossing
Verhouding tot jurisprudentie en Europees recht
Caribisch gebied
Uitwerking
Overgangsrecht
Financiële gevolgen
Gevolgen voor uitvoering
Doenvermogen voor werknemers en werkgevers
Internetconsultatie
Regeldruk
Evaluatie
Algemene toelichting
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voorliggende wet. Deze leden hebben hier enkele vragen over.
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het wetsvoorstel. Deze leden hebben nog enkele vragen.
1. Aanleiding
2. Voorgestelde Oplossing
De leden van de D66-fractie danken de regering voor de toelichting, maar blijven, net als de Raad van State, bezorgd over de administratieve last die bij de werknemer wordt gelegd. De regering stelt dat de eis voor een nieuwe doelgroepverklaring noodzakelijk is vanwege privacy-aspecten in bepaalde gevallen van bedrijfsovergang en dat het uitvoeringstechnisch niet mogelijk is om onderscheid te maken tussen deze situaties en een zuivere overgang van rechtsvorm, waar het privacy-aspect niet speelt.
De leden van de D66-fractie vragen waarom er wordt gekozen voor een oplossing die voor de meest eenvoudige gevallen, waarin feitelijk alleen het loonheffingsnummer wijzigt, een onnodige lastenverzwaring introduceert. Het uitgangspunt zou immers moeten zijn een regeling zo lastenluw mogelijk vorm te geven.
Kan de regering nader onderzoeken of dit uitvoeringsprobleem niet op een andere manier kan worden opgelost? Is bijvoorbeeld overwogen om de werkgever de plicht te geven de aanvraag te doen, juist omdat het alternatief van een machtiging door de werknemer al in het voorstel wordt genoemd? Een dergelijke aanpak zou de last bij de werknemer wegnemen, terwijl de door de regering genoemde privacy-waarborgen via de machtiging gerespecteerd kunnen worden. Waarom is deze eenvoudigere, voor de werknemer minder belastende route niet als standaard gekozen?
Verhouding tot jurisprudentie en Europees recht
Caribisch gebied
Uitwerking
Overgangsrecht
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben enkele vragen over het overgangsrecht en mogelijke terugwerkende kracht. De leden merken op dat de regering dit niet wenselijk acht vanwege budgettaire en uitvoeringstechnische gevolgen, zoals staat beschreven op pagina 14 van de memorie van toelichting. Deze leden vragen om nadere toelichting waarom er niet is gekozen om deze wet met terugwerkende kracht te laten gelden. De leden vragen in dit antwoord de verschillende overwegingen te schetsen en daarbij in ieder geval in te gaan op de genoemde knelpunten. Tevens vragen de leden van de GroenLinks-PvdA fractie op welke manier de regering gaat communiceren over het overgangsrecht.
Financiële gevolgen
Gevolgen voor uitvoering
De leden van de GroenLinks-PvdA fractie vragen of de regering het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekering (UWV) al een implementatieopdracht heeft gegeven voor het voorliggende wetsvoorstel. Ook vragen deze leden of de beoogde inwerkingtredingsdatum gehaald kan worden.
Doenvermogen voor werknemers en werkgevers
De leden van de D66-fractie constateren dat het wetsvoorstel meer vraagt van het doenvermogen van werknemers. Juist in een periode van een bedrijfsovergang, die voor een werknemer onzeker kan zijn, wordt van hen een extra administratieve handeling verwacht om een financieel voordeel voor de werkgever veilig te stellen. Is de regering het met de D66-fractie eens dat het onwenselijk is om deze administratieve last eenzijdig bij de werknemer te leggen? Heeft de regering overwogen om in de wet een actieve faciliteerplicht voor de werkgever op te nemen? Dit zou kunnen betekenen dat de werkgever wettelijk verplicht wordt om de werknemer te ondersteunen bij de aanvraag van de nieuwe doelgroepverklaring. Kan de regering reflecteren op de mogelijkheid om werkgevers te verplichten hun werknemers actief en aantoonbaar te informeren en hen hulp aan te bieden bij het aanvraagproces, juist omdat het loonkostenvoordeel de werkgever ten goede komt? Zo nee, waarom is een dergelijke verplichting tot ondersteuning niet overwogen? De leden van de D66-fractie maken zich zorgen over de positie van werknemers met beperkte administratieve of digitale vaardigheden. De Belastingdienst waarschuwt in zijn uitvoeringstoets dat het wetsvoorstel meer vraagt van het doenvermogen van werknemers. Hoewel de regering inzet op "duidelijke communicatie", is communicatie alleen vaak niet voldoende voor werknemers die moeite hebben met het begrijpen of uitvoeren van administratieve processen. Ook vragen deze leden waarom deze uitvoeringstoets niet bij de stukken is gevoegd. De leden van de D66-fractie vragen de regering om te specificeren welke concrete, laagdrempelige ondersteuningsmaatregelen er worden getroffen voor werknemers die extra hulp nodig hebben bij de aanvraag van de doelgroepverklaring. Is de regering bijvoorbeeld voornemens om, naast algemene communicatie, te voorzien in persoonlijke ondersteuning via telefoon, fysieke loketten bij het UWV of proactieve hulpverlening? Hoe wordt gewaarborgd dat deze ondersteuning werknemers bereikt die de standaard digitale communicatie mogelijk missen of niet volledig begrijpen, zodat ook zij het recht op het loonkostenvoordeel voor hun (nieuwe) werkgever kunnen veiligstellen?
Internetconsultatie
Regeldruk
Evaluatie
De leden van de GroenLinks-PvdA fractie vragen wanneer de evaluatie van de Wtl concreet gaat plaatsvinden. Deze leden vragen of de evaluatie wordt meegenomen in een reeds gepland moment of dat er een nieuw (aanvullend) moment wordt gecreëerd.
De Voorzitter van de commissie,
Van der Burg
De griffier van de commissie,
Post