Verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda informele OJCS-raad voor cultuur op 3 en 4 november 2025 (Kamerstuk 21501-34-443)
Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
Verslag van een schriftelijk overleg
Nummer: 2025D44334, datum: 2025-10-16, bijgewerkt: 2025-10-28 13:34, versie: 3 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-34-444).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L. Bromet, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: C.H. Bosnjakovic , adjunct-griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 34-444 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport .
Onderdeel van zaak 2025Z19018:
- Indiener: G. Moes, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-11-27 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2025-2026 |
21 501-34 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
Nr. 444 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 16 oktober 2025
De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap enkele vragen en opmerkingen voorgelegd over de brief van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 7 oktober 2025 inzake de geannoteerde agenda informele OJCS-raad voor cultuur op 3 en 4 november 2025 (Kamerstuk 21 501-34, nr. 443).
De vragen en opmerkingen zijn op 9 oktober 2025 aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Bij brief van 16 oktober 2025 heeft de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap deze beantwoord.
De voorzitter van de commissie,
Bromet
Adjunct-griffier van de commissie,
Bosnjakovic
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de OJCS-raad voor cultuur op 3 en 4 november 2025. Deze leden onderschrijven van harte het belang van cultuur en media voor democratische veerkracht. Zij zijn benieuwd hoe de Minister dit belang ziet, wat zijn concrete inzet zal zijn en welke resultaten hij uiteindelijk hoopt te boeken. Is nu al te voorzien op welke termijn maatregelen te verwachten zijn, zo vragen deze leden.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat Nederland erop inzet om andere Europese landen het Nederlandse voorbeeld te laten volgen om het Oekraïens erfgoed te helpen beschermen, herstellen en herbouwen. Welke concrete doelstellingen zijn er geformuleerd, welk budget is nodig om die doelstellingen te realiseren en welke stappen kunnen worden gezet om de daad bij het woord te voegen, zo vragen deze leden.
Over de gedachtenvorming rond het Europees Democratisch Schild hebben de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie de volgende vragen. Deze leden juichen het van harte toe dat Nederland inzet op het versterken van de culturele en creatieve sectoren in de samenleving. Juist gezien het grote belang dat het kabinet eraan hecht, verwachten deze leden een ambitieus maatregelenpakket waarmee de cultuur- en mediasector versterkt kan worden. Welke voorstellen kunnen deze leden verwachten en hoe moeten deze maatregelen precies bijdragen aan de verhoging van de democratische weerbaarheid? Hoe concreet wordt de mogelijke verklaring over de noodzaak van cultuur, kunst en media voor het beschermen van Europese democratieën en hoe verhoudt de verklaring zich tot de Raadsinzet over cultuur en media binnen het European Democracy Shield? Deze leden merken op dat er wordt nagedacht over een structureel fonds voor journalistiek en publieke media in crisissituaties. Wat is daarop het Nederlandse standpunt? En hoe beoordeelt de Minister de oproep van Culture Action Europe om een zelfstandig Creative Europe-programma te behouden in het meerjarig financieel kader (MFK) 2028–2034? Is er naar het oordeel van de Minister een noodzaak van een aparte pijler voor artistieke vrijheid in het Rule of Law Report? Zo nee, waarom niet en zo ja, op welke termijn kan daarin worden voorzien?
Tot slot vragen de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie naar de Nederlandse inzet voor de eventuele herziening van de richtlijn audiovisuele mediadiensten.
II Reactie van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de OJCS-raad voor cultuur op 3 en 4 november 2025. Deze leden onderschrijven van harte het belang van cultuur en media voor democratische veerkracht. Zij zijn benieuwd hoe de Minister dit belang ziet, wat zijn concrete inzet zal zijn en welke resultaten hij uiteindelijk hoopt te boeken. Is nu al te voorzien op welke termijn maatregelen te verwachten zijn, zo vragen deze leden.
Cultuur en media raken aan de fundamenten van onze democratie, omdat ze zorgen voor reflectie, maatschappelijke dialoog en sociale cohesie. Cultuur versterkt de democratische veerkracht van de samenleving door mensen uit te nodigen zich in anderen te verplaatsen en met elkaar het gesprek aan te gaan. Cultureel erfgoed verbindt. Doordat ze bijdragen aan meer tolerantie is het belangrijk dat culturele activiteiten en erfgoed beschermd worden tegen militaire en hybride dreigingen. Media informeren en controleren en geven een podium aan de geluiden in de samenleving. Daarmee versterken ze democratische veerkracht. In het kader van deze weerbaarheidsopgave ben ik met de culturele- en erfgoedsector in gesprek over het belang van weerbaarheid en de rol die de sector kan vervullen in voorbereiding op en tijdens een crisis. Het nemen van mogelijke aanvullende (financiële) maatregelen voor deze sectoren laat ik over aan mijn opvolger. Voor wat betreft media is de continuïteit van de nieuwsvoorziening, het doorgang laten vinden van de vrije journalistiek en het ondersteunen van mediawijsheid van belang. De plannen ter versterking hiervan worden op dit moment verder uitgewerkt. Ook hiervoor geldt dat ik het nemen van mogelijke aanvullende (financiële) maatregelen laat aan mijn opvolger.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat Nederland erop inzet om andere Europese landen het Nederlandse voorbeeld te laten volgen om het Oekraïens erfgoed te helpen beschermen, herstellen en herbouwen. Welke concrete doelstellingen zijn er geformuleerd, welk budget is nodig om die doelstellingen te realiseren en welke stappen kunnen worden gezet om de daad bij het woord te voegen, zo vragen deze leden.
Unesco stelt dat er sinds het uitbreken van de oorlog meer dan 2,4 miljard dollar schade is geleden aan erfgoed in Oekraïne. De wederopbouw en bescherming van het cultureel erfgoed van Oekraïne vereisen grootschalige middelen en effectieve coördinatie. Nederland juicht daarbij inzet in EU-verband toe, al zijn er op het moment nog geen concrete stappen voorzien waar het gaat om het cultural heritage fund. Lidstaten delen concrete acties in een Team Europe verband, waarbij Oekraïense behoeftes leidend zijn, voortbouwend op de Uzhhorod conferentie in februari 2025. Even belangrijk is het versterken van capaciteit en (digitale) infrastructuur om het erfgoed op lange termijn te behouden en te documenteren, naast het verbeteren van de paraatheid en responsmechanismen voor noodsituaties om cultureel erfgoed te beschermen tegen voortdurende bedreigingen en aanvallen. Nederland werkt daarbij ook met Oekraïne samen om daders in de toekomst verantwoordelijk te kunnen stellen voor de gedane schade.
Over de gedachtenvorming rond het Europees Democratisch Schild hebben de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie de volgende vragen. Deze leden juichen het van harte toe dat Nederland inzet op het versterken van de culturele en creatieve sectoren in de samenleving. Juist gezien het grote belang dat het kabinet eraan hecht, verwachten deze leden een ambitieus maatregelenpakket waarmee de cultuur- en mediasector versterkt kan worden. Welke voorstellen kunnen deze leden verwachten en hoe moeten deze maatregelen precies bijdragen aan de verhoging van de democratische weerbaarheid? Hoe concreet wordt de mogelijke verklaring over de noodzaak van cultuur, kunst en media voor het beschermen van Europese democratieën en hoe verhoudt de verklaring zich tot de Raadsinzet over cultuur en media binnen het European Democracy Shield?
Het is belangrijk dat Nederland een sterke en weerbare culturele sector heeft, omdat een sector die zich snel weet aan te passen aan veranderende situaties veerkrachtiger is. Over dit thema, de rol die de sector hierin zelf kan innemen en mogelijke maatregelen ben ik in gesprek met de Taskforce Culturele en Creatieve Sector en de Taskforce Veilig Erfgoed. Het is aan een volgend kabinet om hier verder mee aan de slag te gaan. Voor wat betreft uw vraag over het European Democracy Shield: dit is een niet-wetgevend initiatief van de Commissie. Deze mededeling wordt in november verwacht. Uw Kamer wordt t.z.t. via een BNC-fiche geïnformeerd.
Deze leden merken op dat er wordt nagedacht over een structureel fonds voor journalistiek en publieke media in crisissituaties. Wat is daarop het Nederlandse standpunt?
Indien met deze vraag gedoeld wordt op een initiatief van de Europese Commissie zoals benoemd in de State of the Union op 10 september 2025: daar zijn op dit moment nog geen beleidsvoorstellen voor gedaan, dus is het voor Nederland niet mogelijk hierop te reageren.
En hoe beoordeelt de Minister de oproep van Culture Action Europe om een zelfstandig Creative Europe-programma te behouden in het meerjarig financieel kader (MFK) 2028–2034?
De Commissie heeft voorgesteld om de huidige programma’s Creative Europe en Citizens, Equality, Rights and Values (CERV) op te volgen en samen te voegen onder de naam AgoraEU. Het kabinet staat positief tegenover het zoeken naar synergie tussen de beleidsdomeinen cultuur, audiovisueel, nieuwsmedia en fundamentele Europese rechten en waarden, dus ook tegenover de sectoroverschrijdende samenwerking die de Commissie bepleit. Het kabinet pleit er daarbij wel voor om duidelijke waarborgen af te spreken om te garanderen dat deze vier prioriteiten binnen AgoraEU een herkenbare positie behouden, en voldoende geoormerkt budget. Concurrentie tussen beleidsdomeinen en sectoren binnen AgoraEU moet worden voorkomen. De herkenbaarheid, toegankelijkheid en doelmatigheid van de instrumenten dient geborgd te zijn.
Is er naar het oordeel van de Minister een noodzaak van een aparte pijler voor artistieke vrijheid in het Rule of Law Report? Zo nee, waarom niet en zo ja, op welke termijn kan daarin worden voorzien?
Ondanks dat ik veel waarde hecht aan artistieke vrijheid, ben ik niet voornemens in Europees verband voor te stellen artistieke vrijheid op te nemen als aparte pijler in de Rule of Law-rapportage. Het is aan een volgend Kabinet om de noodzaak hiertoe te beoordelen.
Tot slot vragen de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie naar de Nederlandse inzet voor de eventuele herziening van de richtlijn audiovisuele mediadiensten.
De richtlijn audiovisuele mediadiensten wordt geëvalueerd door de Europese Commissie. Deze evaluatie wordt eind 2026 verwacht. Die evaluatie zal mogelijk vergezeld worden van een voorstel tot herziening. Als de evaluatie is uitgebracht informeren we uw Kamer weer over de Nederlandse positie indien daar aanleiding voor is.