[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op het vragen van lid Piri over het artikel ‘Wat de wonden vertellen’

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2025D45434, datum: 2025-11-03, bijgewerkt: 2025-11-04 13:37, versie: 3 (versie 1, versie 2)

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20252026-331).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2025Z17564:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2025-2026 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

331

Vragen van het lid Piri (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over het artikel «Wat de wonden vertellen» (ingezonden 23 september 2025).

Antwoord van Minister Van Weel (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 3 november 2025).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Wat de wonden vertellen» uit De Volkskrant d.d. 13 september 2025?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Vindt u het onderzoek van De Volkskrant, waaruit blijkt dat de Israëlische krijgsmacht naar alle waarschijnlijkheid gericht op honderden Palestijnse kinderen onder vijftien jaar heeft geschoten en kinderen ernstig heeft verwond door middel van fragmentatiewapens, overtuigend? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Het kabinet heeft geen eigenstandige informatie die het onderzoek van de Volkskrant kan verifiëren dan wel ontkennen. Het kabinet hecht er groot belang aan dat straffeloosheid wordt tegengegaan en dat schendingen van het internationaal recht, humanitair oorlogsrecht, worden onderzocht. Daar spant Nederland zich voor in.

Vraag 3

Wat vertellen deze schotwonden aan het kabinet over de wijze van oorlogsvoering door de Israëlische krijgsmacht?

Antwoord 3

Het artikel concludeert dat de schotwonden in kwestie een indicatie zijn van gerichte aanvallen op kinderen. Het kabinet heeft geen eigenstandige informatie die het onderzoek van de Volkskrant kan verifiëren dan wel ontkennen. Volgens het humanitair oorlogsrecht mogen burgers geen doelwit vormen van militaire aanvallen. Indien burgers direct deelnemen aan de vijandelijkheden, verliezen ze voor de duur van deze deelname hun beschermde status. Het kabinet roept de strijdende partijen, waaronder Israël, om zich te allen tijde aan het humanitair oorlogsrecht te houden.

Vraag 4 en 5

Heeft het kabinet eerder soortgelijke informatie over de wijze van oorlogsvoering door de Israëlische krijgsmacht ontvangen?

Heeft u uw Israëlische counterpart aangesproken op de bevindingen van het onderzoek? Zo nee, bent u bereid dit te doen?

Antwoord 4 en 5

Informatie die het kabinet ontvangt over het Israëlische militair optreden in Gaza leidt al geruime tijd tot serieuze vragen. Het kabinet spreekt Israël hierop zowel bilateraal als multilateraal aan.

Vraag 6

Heeft u uw Israëlische counterpart aangesproken op het feit dat Israël sinds maart 2025 meer dan honderd buitenlandse zorgmedewerkers toegang tot Gaza heeft ontzegd zonder opgave van reden?

Antwoord 6

Nederland heeft Israël veelvuldig opgeroepen en blijft dit doen om veilige en ongehinderde humanitaire toegang tot de hele Gazastrook te faciliteren, zowel voor de invoer en distributie van goederen als de in- en uitreis van internationale hulpverleners. Meest recentelijk heb ik dit gedaan in een gesprek met mijn Israëlische ambtgenoot Saar op 24 oktober jl.

Op 9 oktober jl. bereikten Israël en Hamas overeenstemming over de eerste fase van het plan om het conflict in de Gazastrook te beëindigen (zie ook Kamerbrief d.d. 10 oktober jl.). Dit akkoord biedt, na ruim twee jaar van lijden, geweld en verwoesting, het broodnodige perspectief op een duurzaam einde aan de oorlog. Het is van essentieel belang dat de afspraken over deze eerste fase, waaronder die over humanitaire hulp, volledig worden geïmplementeerd en nageleefd.

Vraag 7

Wat vindt u ervan dat de Israëlische autoriteiten zelfs babyvoeding niet tot Gaza toelaten? Heeft u uw Israëlische counterpart daarop aangesproken?

Antwoord 7

Op Israël rust de plicht om de burgerbevolking in Gaza te voorzien van de noodzakelijke humanitaire hulp of deze hulp te faciliteren. Na het bereiken van het akkoord over de eerste fase van het vredesplan op 9 oktober jl. is de toegang van humanitaire hulp verbeterd. Het kabinet blijft het belang onderstrepen dat Israël zijn verplichtingen onder het humanitair oorlogsrecht naleeft.

Vraag 8

Staat het kabinet in contact met hulpverleners die in Gaza dienen of de afgelopen twee jaar in Gaza hebben gediend? Zo nee, bent u bereid om met enkelen van hen in gesprek te gaan?

Antwoord 8

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een goede, voortdurende dialoog met hulporganisaties, en spreekt – zowel in Nederland als in de regio – regelmatig met hulpverleners die in de Gazastrook werken of hebben gewerkt.

Vraag 9

Hoeveel Israëlische militairen zijn er in de afgelopen twee jaar veroordeeld voor misdrijven gepleegd tegen Palestijnse burgers?

Antwoord 9

Volgens cijfers van de Israëlische mensenrechtenorganisatie Yesh Din, die zich baseert op informatie die is aangeleverd door de Israëlische krijgsmacht, zijn vijf Israëlische militairen veroordeeld voor misdrijven gepleegd tegen Palestijnse burgers in Israël en de Palestijnse gebieden. Daarnaast zijn er nog enkele lopende zaken.

Vraag 10

Op welke manier spant het kabinet zich in voor het vastleggen van oorlogsmisdrijven in Gaza?

Antwoord 10

Nederland heeft altijd duidelijk uitgesproken dat de strijdende partijen zich aan humanitair oorlogsrecht moeten houden. Het kabinet veroordeelt alle schendingen van het internationaal recht, ongeacht wie de schending begaat. Gedegen en onafhankelijk onderzoek is nodig om feiten te verzamelen. Daar draagt het kabinet ook aan bij, bijvoorbeeld via bijdragen aan het Kantoor van de VN Hoge Vertegenwoordiger voor Mensenrechten (OHCHR) en het Internationaal Strafhof.

Vraag 11

Vallen de misdrijven beschreven in het onderzoek van De Volkskrant onder de Wet Internationale Misdrijven? Zo ja, is berechting van Israëlische militairen die in Nederland verblijven op basis van de in het onderzoek beschreven misdrijven tegen Palestijnse burgers, mogelijk?

Antwoord 11

Oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid, genocide, foltering, gedwongen verdwijningen en agressie zijn strafbaar gesteld in de Wet Internationale Misdrijven. Hierbij geldt dat Nederland rechtsmacht heeft over internationale misdrijven indien de verdachte een Nederlander is, het slachtoffer een Nederlander is of de verdachte zich op Nederland grondgebied bevindt. Of een strafrechtelijk onderzoek kan worden ingesteld, hangt onder meer af van de vraag of er voldoende bewijs voorhanden is voor individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid. De opsporing en vervolging van deze internationale misdrijven is voorbehouden aan het Openbaar Ministerie.

Vraag 12

Bent u, bij uitblijven van vervolging in Israël, bereid om in lijn met het complementariteitsbeginsel in het Statuut van Rome ook te pleiten en steun te bieden voor de berechting van Israëlische militairen bij het Internationaal Strafhof?

Antwoord 12

Er loopt reeds een actief onderzoek bij het Internationaal Strafhof (ISH) naar de situatie in de Palestijnse Gebieden, waaronder Gaza, en het is aan het Parket van de Aanklager van het ISH om dat onderzoek nader vorm te geven. Het kabinet respecteert de onafhankelijkheid van de organen van het ISH en mengt zich derhalve niet in het onderzoeks- en vervolgingsbeleid van het Parket van de Aanklager.

Vraag 13

Bent u bereid om een aantal ernstig gewonde kinderen die in de regio geen hoog-specialistische zorg kunnen krijgen, in Nederlandse ziekenhuizen te laten behandelen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 13

Ja. Op 2 oktober jl. besloot het kabinet om enkele kinderen uit Gaza, die acuut complexe hoog-specialistische zorg nodig hebben en waarvoor nu in de regio geen onmiddellijke hulp beschikbaar is, in Nederland te laten behandelen.2

Vraag 14

Bent u bereid om u in te zetten voor de medische evacuatie van Mira, het 4-jarige meisje uit het artikel uit De Volkskrant?

Antwoord 14

Momenteel staan er 15.600 patiënten op de wachtlijst van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor medische evacuatie uit Gaza, onder wie 3.800 kinderen. Om te bepalen welke kinderen voor evacuatie naar Nederland in aanmerking komen, baseert Nederland zich op de triage van artsen in Gaza, die via het Palestijnse Ministerie van Volksgezondheid patiëntenlijsten op basis van medische urgentie met de WHO delen. De WHO coördineert vervolgens het proces van medische evacuaties. Om dit selectieproces via de WHO zo zuiver mogelijk te laten verlopen, volgt het kabinet deze lijn. Het is daarom niet mogelijk een voorkeursbehandeling te geven aan individuele gevallen.

Vraag 15

Bent u bereid deze vragen alle afzonderlijk te beantwoorden?

Antwoord 15

Er is getracht deze vragen zo veel mogelijk separaat te beantwoorden.


  1. https://www.volkskrant.nl/kijkverder/v/2025/schotwonden-palestijnse-kinderen-israel-oorlog~v1778945/↩︎

  2. Kamerstuk 23 432, nr. 611↩︎