Antwoord op vragen van het lid El Abassi over de berichtgeving omtrent uitlatingen van de heer Wilders die door de politie zijn weersproken
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2025D46012, datum: 2025-11-10, bijgewerkt: 2025-11-12 09:30, versie: 4 (versie 1, versie 2)
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20252026-372).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F. van Oosten, minister van Justitie en Veiligheid (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2025Z18682:
- Gericht aan: F. van Oosten, minister van Justitie en Veiligheid
- Indiener: I. el Abassi, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2025-2026 | Aanhangsel van de Handelingen |
| Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
372
Vragen van het lid El Abassi (DENK) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de berichtgeving omtrent uitlatingen van de heer Wilders die door de politie zijn weersproken (ingezonden 3 oktober 2025).
Antwoord van Minister Van Oosten (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 10 november 2025). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2025–2026, nr. 270.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht van NOS en de berichtgeving van Nieuwsuur waarin de politie vraagtekens plaatst bij het door de heer Wilders tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen geschetste verhaal over een mishandelde vuilnisvrouw in Utrecht?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de politie dit incident heeft gekwalificeerd als een verkeersruzie die uitmondde in een eenvoudige mishandeling, en dat daarbij geen sprake was van een «toeloop van twintig Marokkanen», zoals door de heer Wilders werd beweerd?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3, 4, 5, 6, 10 en 11
Hoe beoordeelt u het dat een fractievoorzitter tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen een incident aanhaalt, terwijl de politie dit beeld nadrukkelijk tegenspreekt? Acht u dit een vorm van misleiding van de Kamer?
Vindt u dat volksvertegenwoordigers een bijzondere verantwoordelijkheid hebben om feiten juist en zorgvuldig weer te geven, zeker tijdens een belangrijk debat als de Algemene Politieke Beschouwingen? Zo ja, welke gevolgen verbindt u daaraan wanneer dat niet gebeurt?
Deelt u de opvatting dat het onterecht framen van bevolkingsgroepen, in dit geval «Marokkanen», op basis van onjuiste of overdreven verhalen een negatieve impact heeft op het maatschappelijk vertrouwen en de sociale cohesie?
Welke mogelijkheden ziet u om te voorkomen dat dergelijke misleidende of onjuiste uitspraken door politici zoals de heer Wilders bijdragen aan stigmatisering en polarisatie in de samenleving?
Kunt u bevestigen dat dit incident van het verschaffen van valse informatie door de heer Wilders over strafrechtelijke zaken niet op zichzelf staat, aangezien de politie enkele weken eerder eveneens uitspraken van de heer Wilders over de zaak-Lisa publiekelijk moest corrigeren?
Acht u het zorgelijk dat er sprake lijkt van een patroon waarin dezelfde politicus onjuiste of overdreven beweringen doet die door de politie ontkracht worden, met het risico van onrust, stigmatisering en verlies van vertrouwen in instituties?
Antwoord 3, 4, 5, 6, 10 en 11
Het staat Kamerleden vrij om hun eigen woorden te kiezen. Als Minister van Justitie en Veiligheid acht ik mij niet in de positie om te oordelen over uitspraken die in de Tweede Kamer door Kamerleden worden gedaan. Zij zijn daar zelf verantwoordelijk voor.
Vraag 7
Bent u bereid om in gesprek te gaan met de politie en het Openbaar Ministerie om te bezien of er aanvullende richtlijnen nodig zijn om misbruik of manipulatief gebruik van politie-informatie in politieke debatten tegen te gaan?
Antwoord 7
Nee. Het betrof geen politie-informatie, maar informatie die beschikbaar is in openbare publieke bronnen.
Vraag 8
Klopt het dat de Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma inmiddels in overleg met de betrokken vrouw heeft besloten dat er alsnog aangifte wordt gedaan? Zo ja, kunt u aangeven hoe dit traject verder wordt begeleid en welke juridische kwalificatie daarbij nu voorligt?
Antwoord 8
Ik laat mij niet uit over individuele casuïstiek.
Vraag 9
Welke waarborgen zijn er dat de uitkomst van een dergelijke aangifte op objectieve wijze wordt beoordeeld, los van politieke framing of druk vanuit welke partij dan ook?
Antwoord 9
Ik vertrouw op een juiste afhandeling van deze aangifte door politie en het Openbaar Ministerie en heb geen aanwijzingen om daaraan te twijfelen.
NOS, 2 oktober 2025, Politie zet vraagtekens bij verhaal Wilders over mishandelde vuilnisvrouw (https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2584874-politie-zet-vraagtekens-bij-verhaal-wilders-over-mishandelde-vuilnisvrouw).↩︎