[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Bikker over meer meldingen van minderjarige slachtoffers van criminele uitbuiting

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2025D49211, datum: 2025-12-01, bijgewerkt: 2025-12-01 11:51, versie: 2 (versie 1)

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2025Z19075:

Preview document (🔗 origineel)


AH 502

2025Z19075

Antwoord van minister Van Oosten (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 1 december 2025)

Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2025-2026, nr. 361

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht ‘Meer meldingen van minderjarige slachtoffers van criminele uitbuiting’ 1) en de onderliggende jaarcijfers van 2024 van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen?

Antwoord op vraag 1
Het is vreselijk dat er nog steeds een groot aantal slachtoffers van mensenhandel is. Een toename van het aantal gemelde slachtoffers kan wel betekenen dat mogelijke slachtoffers, waaronder minderjarigen, vaker in beeld van instanties komen en dat hen eventueel hulp en bescherming kan worden geboden. Dit is één van de doelen van de huidige aanpak van mensenhandel. De cijfers van de Nationaal Rapporteur bieden belangrijke aanknopingspunten om de aanpak te verbeteren. Ik zal mij onverminderd blijven inzetten om slachtoffers te beschermen én daders aan te pakken.

Vraag 2

Wat doet u om de meldingsbereidheid van mensenhandel toe te laten nemen?

Antwoord op vraag 2
In het Actieplan programma Samen tegen mensenhandel wordt in actielijn 1 en actielijn 2 ingezet op respectievelijk het creëren van een brede bewustwording en het vergroten van de meldingsbereidheid. Om brede bewustwording te creëren wordt onder meer een gerichte communicatiestrategie opgezet met als doel specifieke groepen te bereiken die in aanraking kunnen komen met mensenhandel. Daarnaast wordt de bewustwording ook vergroot door het geven van voorlichting op scholen en het ontwikkelen van een e-learning voor de reclassering om signalen van mensenhandel beter te herkennen. In het kader van het vergroten van de meldingsbereidheid wordt daarnaast in het Actieplan gewerkt aan het oprichten van een centraal informatiepunt waar slachtoffers, eerstelijns professionals en burgers op een laagdrempelige en toegankelijke manier worden geïnformeerd en eventueel doorverwezen naar het juiste loket voor vragen over aangifte, hulp en opvang. Ook wordt er een verkenning uitgevoerd naar gerichte maatregelen om de verklarings- en meldingsbereidheid van slachtoffers te vergroten. Het Actieplan zet daarmee onverminderd in op het beter signaleren, het creëren van brede bewustwording van wat mensenhandel is en op het meegeven van een duidelijk handelingsperspectief, zodat er ook meer signalen worden opgepikt en worden doorgegeven aan de opsporingsdiensten.

Vraag 3

Welke verklaring heeft u voor de opvallende stijging van het aantal minderjarigen dat slachtoffer wordt van criminele uitbuiting?

Vraag 4

Welke stappen zet u om meer zicht te krijgen op de jongeren om wie dit gaat en wat doet u om te voorkomen dat deze jongeren niet vallen voor de belofte om snel geld te verdienen?

Antwoord op vragen 3 en 4
Criminelen ronselen steeds vaker minderjarigen voor criminele activiteiten zoals het leggen van explosieven, het uithalen van drugs in de Rotterdamse haven of het beschikbaar stellen van hun pinpas voor het witwassen van geld. Minderjarigen met een lichtverstandelijke beperking (LVB), asielachtergrond of een verleden in de jeugdzorg zijn extra kwetsbaar om geronseld te worden en hier slachtoffer van te worden. Criminelen maken misbruik van deze kwetsbaarheid door deze groepen vaak online te benaderen en hen onder valse voorwendselen of onder dwang over te laten gaan tot het plegen van criminele activiteiten. Dit zijn ontwikkelingen die mij zorgen baren. Het is van belang om juist deze groep te beschermen en te voorkomen dat zij slachtoffer worden van criminele uitbuiting. Daarom wordt onder actielijn 6 van het Actieplan programma Samen tegen mensenhandel ingezet op het versterken van de positie van minderjarige slachtoffers. Het gaat om het bieden van handvatten aan professionals en organisaties die in aanraking komen met deze doelgroep zodat zij zich bewust worden van signalen van criminele uitbuiting en slachtoffers tijdiger kunnen onderkennen. Zo is de gratis e-learning BUIT voor professionals, met bijbehorende campagne, sinds mei 2025 beschikbaar. Ook zijn er trainingen voor professionals ontwikkeld over mensenhandel onder minderjarigen en mensenhandel op scholen (Uitbuiting (niet) op school). Deze initiatieven dragen bij het sneller herkennen, signaleren en melden van mogelijke slachtoffers van criminele uitbuiting waardoor zij steeds vaker en beter in beeld komen.

Naast de acties uit het Actieplan wordt er in het programma Preventie met Gezag ingezet op het voorkomen dat jongeren in aanraking komen of doorgroeien in de criminaliteit. Criminele uitbuiting speelt hierin een belangrijke rol. Een initiatief in dat kader is het online hulpportaal Keerpunt. Keerpunt benadert door middel van online outreach potentiële slachtoffers van criminele uitbuiting en probeert hen te bewegen naar het online hulpportaal. Hier kunnen potentiële slachtoffers, hun omgeving en professionals op een laagdrempelige manier chatten met hulpverleners en eventueel worden doorgeleid naar regionale hulpverlening en/of opsporingsinstanties. Ook fungeert Keerpunt als kennisportaal voor slachtoffers, professionals en hun naaste omgeving.

Vraag 5

Is de politiecapaciteit erop gericht om de wervers van deze criminele jongeren op te sporen?

Antwoord op vraag 5

De politie is als een van de betrokken opsporingsdiensten verantwoordelijk voor het opsporen en aanpakken van daders van mensenhandel, meer specifiek gericht op daders die zich schuldig maken aan seksuele of criminele uitbuiting. De politie erkent het belang van het verbeteren van het zicht op de daders van criminele uitbuiting en zet zich hier onverminderd voor in. Zo heeft de politie een intern actieplan criminele uitbuiting opgesteld met als doel het vergroten van de kennis en focus op de bestrijding van criminele uitbuiting. Acties die daarbij worden ondernomen zien bijvoorbeeld op het vergroten van bewustzijn over criminele uitbuiting bij eerstelijns politiemedewerkers zodat kennis en signalering worden verbeterd. Ten aanzien van de inzet van politiecapaciteit zullen altijd in afstemming met het bevoegd gezag keuzes worden gemaakt, dit geldt ook voor mensenhandel.

Vraag 6

Hoe komt het dat het aantal politieonderzoeken naar nationale en internationale seksuele uitbuiting is gedaald? Welke prioriteit hebben dit soort zaken en welke keuzes maken u en de politie in de inzet van de beperkte politiecapaciteit?

Antwoord op vraag 6
De aanpak van mensenhandel, waaronder seksuele uitbuiting, is opgenomen in de Veiligheidsagenda 2023-2026 waar kwalitatieve en kwantitatieve afspraken voor zijn gemaakt. Door de toenemende verwevenheid van de fysieke en de digitale wereld worden de zaken groter en ingewikkelder. Het bevoegde gezag maakt, in afstemming met de politie, keuzes tussen zaken die wel of geen prioriteit krijgen, waarbij wordt gewogen met welke inzet de meeste impact gemaakt kan worden. In de praktijk houdt dit in dat er vaak voor wordt gekozen om de zaken met mogelijk veel slachtoffers en een zo groot mogelijk maatschappelijk effect op te pakken. Of het gaat om internationale of nationale seksuele uitbuiting is daarbij minder relevant, al ziet de politie wel dat de zaken waarbij mogelijk sprake is van internationale seksuele uitbuiting veel minder en in sommige gevallen zelfs geen opsporingsindicaties bevatten die door de Nederlandse politie verder kunnen worden onderzocht.

Vraag 7

Hoeveel extra politiecapaciteit is er nodig om alle meldingen van seksuele uitbuiting op te volgen?

Antwoord op vraag 7
In de Aanwijzing Mensenhandel, de opsporingsrichtlijn van het OM, is opgenomen dat alle signalen van mensenhandel worden onderzocht.1 Er wordt hierbij gekeken of er voldoende relevante kansen voor de opsporing zijn. In het kader hiervan heeft de politie met de Domein Overstijgende Informatiegestuurde Werkwijze (DIGW) een methodiek ontwikkeld waarbij alle signalen van mensenhandel bekeken en beoordeeld worden. In afstemming met het bevoegd gezag worden keuzes gemaakt over welke signalen leiden tot een opsporingsonderzoek en bij welke signalen een andere betekenisvolle interventie buiten het strafrecht om het meest maatschappelijk effect sorteert. Dit betekent dat een toename van het aantal signalen van mensenhandel niet per definitie leidt tot meer opsporingsonderzoeken. Gelet op de huidige spanningen op de arbeidsmarkt zal dit naar verwachting niet toenemen. Het werven, opleiden en behouden van voldoende gekwalificeerde medewerkers is voor de gehele opsporing een uitdaging. Wel lopen er op dit moment initiatieven om de personele capaciteit te verbeteren.

Vraag 8

Welke inzet pleegt u om het bewustzijn van hoteleigenaren en eigenaren van vakantiehuisjes en -parken te vergroten op verhuur door seksuele uitbuiters? 

Antwoord op vraag 8
Medewerkers van hotels en vakantieparken kunnen een belangrijke rol spelen in het signaleren van mensenhandel. De training ‘No Room for Sex Trafficking’ is een certificeringsprogramma gericht op het creëren van bewustwording van mensenhandel onder medewerkers van hotels en vakantieparken. De training wordt gratis aangeboden door CoMensha en is beschikbaar in meerdere talen. Medewerkers worden getraind op het herkennen van signalen van seksuele uitbuiting die zij tijdens hun werk kunnen waarnemen. Denk hierbij aan ongewone veranderingen in het gebruik van beddengoed of handdoeken. Zodra 60% van het personeel de training heeft afgerond, ontvangt het bedrijf een No Room for Sex Trafficking-certificaat.

Vraag 9

Trekt u samen op met Latijns-Amerikaanse landen waar slachtoffers van seksuele uitbuiting in toenemende mate vandaan komen, om het vertrek naar Nederland en andere Europese landen te ontmoedigen? Op welke manier doet u dat? Zo niet, bent u bereid dit te gaan doen?

Antwoord op vraag 9
Het is zorgwekkend te moeten vernemen dat vrouwen die vanwege hun kwetsbare omstandigheden, waaronder het niet hebben van geldige verblijfsdocumenten, seksueel worden uitgebuit in Nederland. Hieruit blijkt wederom dat mensenhandel zich niet tot landsgrenzen beperkt. Daarom is internationale samenwerking een belangrijk onderdeel van de Nederlandse aanpak van mensenhandel. Zo wordt in EU-verband binnen het programma EL PACCTO (Europe Latin America Programma of Assistance against Transnational Organised Crime) samengewerkt met Latijns-Amerikaanse en Caribische landen aan het bestrijden van grensoverschrijdende criminaliteit, waaronder mensenhandel. Binnen dit programma worden onder meer best practices gedeeld, wordt technische ondersteuning geboden (o.a. trainingen en workshops) en internationale samenwerking gefaciliteerd. Daarnaast is Nederland trekker van de werkgroep die ziet op de aanpak van mensenhandel binnen EMPACT (European Multidisciplinary Platform Against Criminal Threats). In het kader hiervan wordt samenwerking met Latijns-Amerikaanse landen versterkt door onder meer een specifiek Operational Action gericht op samenwerking met Latijns-Amerika en de Joint Actions Days Global Chain, gezamenlijke actiedagen waarbij criminele activiteiten op basis van inlichtingen worden aangepakt in samenwerking met verschillende landen en agentschappen. Ook is de politie op dit moment bezig met het verkennen van een uitbreiding van de samenwerking met Latijns-Amerikaanse landen. Ten slotte werken de politie en het OM nauw samen met Spanje, een aankomstland voor veel sekswerkers uit Latijns-Amerika. Zo zijn er afgelopen jaar gezamenlijke actieweken opgezet in samenwerking met de Spaanse politie en is er sinds 2019 permanent een officier van justitie gestationeerd, die onder meer de lokale contacten onderhoudt en samenwerking faciliteert.

 

1) NOS, 17 oktober 2025, Meer meldingen van minderjarige slachtoffers van criminele uitbuiting (https://nos.nl/artikel/2586742-meer-meldingen-van-minderjarige-slachtoffers-van-criminele-uitbuiting).


  1. Aanwijzing mensenhandel (2022A002) | Beleid en Straffen | Openbaar Ministerie↩︎