[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Vernieuwing Wet op de consignatie van gelden en grondslagen consignatie

Toekomst financiële sector

Brief regering

Nummer: 2025D49868, datum: 2025-12-03, bijgewerkt: 2025-12-04 09:45, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 32013 -313 Toekomst financiële sector.

Onderdeel van zaak 2025Z21111:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Geachte voorzitter,

De Wet op de consignatie van gelden (Wcg) is aan herziening toe. De wet is verouderd en werkt in de praktijk niet goed meer. De wet regelt de bewaring door de staat van geld van burgers en instellingen. Dit geld, dat wordt bewaard in de zogeheten consignatiekas, is bestemd voor derden die het geld niet zelf in ontvangst kunnen nemen, zoals erfgenamen die onbekend zijn of schuldeisers die zich niet hebben gemeld. Het Ministerie van Financiën beheert de consignatiekas. Met deze brief informeer ik u, mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, over de knelpunten in de huidige wetgeving, en over mijn voornemen om de Wcg en de grondslagen voor consignatie in andere wetgeving te vernieuwen.

 

De huidige Wet op de consignatie van gelden

De Wcg bestaat hoofdzakelijk uit technische regels over de wijze waarop en de voorwaarden waaronder geconsigneerd kan worden, en regels over de wijze waarop het geld door de rechthebbende kan worden verkregen. De grondslagen om te mogen consigneren, staan niet in de Wcg. Deze zijn te vinden in specifieke wetten, zoals het Burgerlijk Wetboek, de Faillissementswet of de Omgevingswet. De huidige Wcg dateert van 1980 en is sindsdien niet noemenswaardig gewijzigd.1 De wet is verouderd en om die reden aan vernieuwing toe. Ook de grondslagen voor consignatie zijn in de loop der tijd niet of nauwelijks aangepast.

Knelpunten in de praktijk

De huidige Wcg en de bestaande grondslagen voor consignatie leiden in de praktijk tot een aantal knelpunten. Grofweg zijn die in vier categorieën in te delen.

 

  1. Knelpunten als gevolg van de ouderdom van de Wet op de consignatie van gelden

Veel bepalingen uit de Wcg sluiten niet meer aan op andere inmiddels geldende wetgeving. Zo sluiten de bepalingen uit de Wcg tekstueel en inhoudelijk niet goed aan op de Algemene wet bestuursrecht, waaraan ik ben gebonden bij de uitoefening van mijn bevoegdheden op basis van de Wcg. Ook is de betekenis van sommige bepalingen door tijdsverloop in combinatie met een summiere memorie van toelichting uit 1980 of onheldere redactie onduidelijk geworden of achterhaald. Dat geldt bijvoorbeeld voor bepalingen die nog uitgaan van contante storting van gelden, terwijl consignatie tegenwoordig altijd giraal gebeurt.2 Als gevolg hiervan ontstaat onduidelijkheid en rechtsonzekerheid voor de gebruikers van de consignatiekas en ontstaan problemen in de uitvoering. Deze knelpunten in de Wcg nopen tot algehele herziening en modernisering van deze wet.

 

  1. Onduidelijkheden en inconsistenties in de bestaande grondslagen voor consignatie

De grondslagen om in een bepaald geval te mogen consigneren zijn voor het grootste deel al lange tijd niet meer herzien. Dit leidt tot problemen in de praktijk. Zo bevatten bepalingen inconsistenties of onduidelijkheden. Daardoor is in sommige gevallen niet goed duidelijk wat de strekking van de consignatiegrondslag is, hoe ver deze reikt of hoe deze zich verhoudt tot vergelijkbare bepalingen. Dit probleem speelt met name bij erfenissen, waarbij voor erfgenamen en notarissen niet duidelijk is aan welke voorwaarden zij moeten voldoen om te mogen consigneren. Ook bij consignatie in het kader van faillissementen bevatten de grondslagen voor consignatie onduidelijkheden. Ik onderzoek of deze bepalingen vernieuwd kunnen worden en daarbij inconsistenties en onduidelijkheden weggenomen kunnen worden.

 

  1. Ontbrekende grondslagen voor consignatie

Het komt regelmatig voor dat burgers of instellingen behoefte hebben aan de mogelijkheid om te consigneren, terwijl daar momenteel geen grondslag voor bestaat. De Wcg biedt wel de discretionaire bevoegdheid om in een individueel geval consignatie toe te staan, maar niet als er structureel behoefte aan een mogelijkheid tot consignatie bestaat. Die behoefte bestaat bijvoorbeeld bij nalatenschappen waarbij een deel van de erfgenamen onbekend of onvindbaar is. Ik onderzoek of ik bij de vernieuwing van de Wcg in deze behoefte aan een grondslag voor consignatie kan voorzien. Daarnaast onderzoek ik of er andere gevallen zijn waarin maatschappelijke behoefte bestaat voor een grondslag voor consignatie.

 

  1. Overbodige grondslagen voor consignatie

Tot slot bestaan er grondslagen voor consignatie die in de praktijk niet (meer) gebruikt worden. Dat geldt bijvoorbeeld voor de grondslagen voor consignatie in de Wet op de lijkbezorging3 voor de afkoopsom voor de schadeloosstelling in verband met het verbod op begraven in kerkgebouwen en in de Wet op de strandvonderij met betrekking tot aangespoelde zaken. Deze grondslagen zijn in de afgelopen decennia niet meer gebruikt en het ligt daarom voor de hand om te onderzoeken of deze grondslagen geschrapt kunnen worden.

 


Planning vernieuwing Wet op de consignatie van gelden

Ik bereid een wetsvoorstel voor waarin bovenstaande knelpunten worden opgelost. Dit zal ik doen in nauwe afstemming met de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid.

Hoogachtend,

de minister van Financiën,

E. Heinen


  1. Stb. 1980, 473.↩︎

  2. Zie bijvoorbeeld artikel 3 en artikel 8 Wcg.↩︎

  3. Op dit moment is een wetsvoorstel in voorbereiding dat de Wet op de lijkbezorging vervangt door de Wet bestemming lichamen van overledenen. In het kader daarvan wordt de noodzaak van de grondslag voor consignatie onderzocht.↩︎