[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Aan stas BHO - Bevindingen rapporteurs bij begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp 2026

Bijlage

Nummer: 2025D53283, datum: 2025-12-18, bijgewerkt: 2025-12-18 16:33, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Bijlage bij: Aan stas BHO - Bevindingen rapporteurs bij begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp 2026 (2025D53268)

Preview document (🔗 origineel)


Bevindingen van de rapporteurs

De afgelopen jaren hebben verschillende rapporteurs namens de commissie BHO veel aandacht besteed aan de verbetering van de verantwoordingssystematiek en de werkwijze rond revolverende fondsen voor BHO. Dit heeft geleid tot een concreet verbetervoorstel van het kabinet. Volgens de rapporteurs vraagt dit traject echter nog om verdere implementatie, consistentie en duidelijke afspraken over indicatoren en streefwaarden.

De commissie heeft besloten het mandaat van de rapporteurs te verlengen voor de behandeling van de verantwoordingstukken 2025, en ze gevraagd om in lijn met de eerder werkwijze het gesprek te voeren met het ministerie, de Algemene Rekenkamer en zo nodig deskundigen.

De commissie verzoekt de staatssecretaris:

  1. Toe te zeggen een werksessie te organiseren met de rapporteurs rond de verbetering van de verantwoordingssystematiek en revolverende fondsen en de Algemene Rekenkamer daarin te betrekken, en deze bijeenkomst te organiseren voorafgaand aan de aangekondigde brief bij de 1e suppletoire begroting 2026.

  2. Schriftelijk te reageren op onderstaande verzoeken vóór het einde van het kerstreces, zodat de leden dit bij hun inbreng voor de plenaire begrotingsbehandeling kunnen betrekken.

  3. De Kamer, in de aangekondigde brief bij de 1e suppletoire begroting BHO 2026 met elementen van de exitstrategie, ook te informeren over de verdere uitwerking van de informatievoorziening over de revolverende fondsen en daarbij in te gaan op een aantal specifieke aspecten.

De verzoeken worden hieronder nader toegelicht.

Verantwoordingssystematiek

In de begroting voor 2026 zijn de eerder aangekondigde verbeteringen nog niet zichtbaar en het ministerie werkt nog aan implementatie van de verbetervoorstellen. Met het oog op de voortgang legt de commissie de volgende verzoeken aan de staatssecretaris voor:

  • Kunt u een stand van zaken geven met betrekking tot de voortgang van het verbetertraject en toelichten op welke wijze de verbeteringen voor de Kamer zichtbaar worden bij de begroting 2027?

  • Kunt u toelichten, nu in de begroting 2026 de tabel met indicatoren is opgenomen, hoe de verantwoording over 2026 wordt ingericht, en welke plek deze indicatoren daarin hebben? En kunt u toelichten op welke wijze de nieuwe systematiek in het jaarverslag vorm krijgt terwijl de begroting voor 2026 nog niet op die manier is ingericht?

  • Kunt u voorafgaand aan een nog te plannen werksessie een brief sturen met een verdere uitwerking van de verbeterplannen?

Revolverende fondsen

Bij de behandeling van de Verantwoording over 2024 zijn door de Kamer twee moties rond revolverende fondsen aangenomen: 1) de motie Ram/Hirsch over de Kamer beter informeren over de ontwikkelingen en besluitvorming rond revolverende fondsen (Kamerstuk 36725 XVII, nr. 38) en de motie Ram over een heldere exitstrategie voor de twaalf revolverende fondsen Kamerstuk 36725 XVII, nr. 39).

Op 15 december heeft u een brief gestuurd waarin u de aangenomen moties bespreekt en afwegingen toelicht. De rapporteurs gaan graag met het ministerie en de Rekenkamer in gesprek over het vervolg en verdere uitwerking.

Ter voorbereiding hierop legt de commissie aan de staatssecretaris voor:

Kunt u in de aangekondigde brief bij de 1e suppletoire begroting nader ingaan op de revolverende fondsen die uit de begroting van BHO worden gefinancierd, en daarbij laten zien hoe de Kamer bij begroting en verantwoording inzicht krijgt in de resultaten, de mate waarin een fonds revolveert en de aansluiting van de cijfers bij begroting en jaarverslag?

Kunt u in de aangekondigde brief bij de 1e suppletoire begroting 2026, in aanvulling op in uw brief van 15 december genoemde zaken, de volgende aspecten betrekken:

  • Het bespreken van verschillende financiële opties bij beëindiging van een fonds (zoals ontvangst in de begroting, schenking, verkoop aan fondsbeheerder of geleidelijke afbouw), en de gevolgen voor de begroting en ODA-toerekening, en de afspraken met het ministerie van Financiën in het kader van de begrotingsspelregels, en

  • Inzicht in de uitvoeringskosten van de verschillende fondsen.