Antwoord op vragen van het lid Neppérus over het nieuwe Besluit ruimtelijke ordening
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D02466, datum: 2008-09-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.M. Cramer, minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
Onderdeel van zaak 2007Z05189:
- Gericht aan: J.M. Cramer, minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Indiener: H. Neppérus, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter, Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Neppérus, onder nummer 2070827470. 1 Bent u er mee bekend dat het nieuwe Besluit ruimtelijke ordening bij gemeenten vragen oproept met betrekking tot de uitleg van bepaalde artikelen? Ja. Overigens is sinds 1 maart 2008 de Helpdesk Wro in de lucht. Gemeenten kunnen bij de Helpdesk terecht met al hun vragen over (de invoering van) de Wet ruimtelijke ordening (Wro). De Helpdesk voorziet hen van een antwoord op maat. 2 Wat wordt er volgens u bedoeld met de term ”onafhankelijke instantie” in artikel 1.3.1, waar het gaat om advisering bij de voorbereiding van een nieuwe structuurvisie of bestemmingsplan? Wie bepaalt of een instantie onafhankelijk is of niet en wat zijn de criteria? De regeling, bedoeld in artikel 1.3.1 Bro, is geënt op de regeling van artikel 7.11c Wet milieubeheer. Artikel 7.11c Wet milieubeheer bepaalt dat in de kennisgeving van het voornemen tot het voorbereiden van een plan vermeld wordt of de commissie (mer) of een andere onafhankelijke instantie in de gelegenheid wordt gesteld advies uit te brengen over dat voornemen. Artikel 1.3.1 Bro bepaalt dat de kennisgeving van een voornemen dient aan te geven óf een onafhankelijke instantie in de gelegenheid wordt gesteld hierover advies uit te brengen. Er gelden geen criteria voor het bepalen van ‘onafhankelijkheid’. Het bestuursorgaan bepaalt zelf of zij advies inwint en zo ja, door welke instantie. 3 Bent u bereid alsnog een nadere uitleg te geven, zodat de voorbereiding van plannen niet onnodig wordt vertraagd? Gelet op mijn beantwoording van vraag 2 acht ik nadere uitleg niet nodig. Van onnodige vertraging bij de voorbereiding van plannen hebben mij tot op heden geen signalen bereikt. Hoogachtend, de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, dr. Jacqueline Cramer Ministerie van VROM 4 september 2008 2008086633 Pagina PAGE 2 / NUMPAGES 2 VROM verandert! Kijk voor meer informatie op HYPERLINK "http://www.vrom.nl" www.vrom.nl