[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 zoekmachine] [wat is dit?]

Toelichting subsidiariteitsprocedure

Brief lid / fractie

Nummer: 2008D02728, datum: 2008-09-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document, link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z01783:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tijdelijke Gemengde Commissie Subsidiariteitstoets





Den Haag, 3 september 2008

TGCS 



Aan:	De voorzitters van de vaste commissies van de Tweede Kamer voor:

- Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 

- Economische Zaken

- Financiën

- Justitie

- Sociale Zaken en Werkgelegenheid

- Volksgezondheid, Welzijn en Sport



Onderwerp:	Toelichting subsidiariteitsprocedure  



Geachte collega’s,

Vlak voor het zomerreces is een aantal Europese voorstellen ingediend
die in beide Kamers aan de subsidiariteitstoets worden onderworpen. Uw
commissies hebben inmiddels een adviesaanvraag ontvangen van de
tijdelijke gemengde commissie subsidiariteitstoets (TGCS).

Graag informeer ik u over de bij de subsidiariteitsprocedure te volgen
werkwijze c.q. procedure. Deze procedure is eind 2005 door beide Kamers
vastgesteld en weergegeven in (pagina 7 e.v. van) kamerstuk 30 389, nr.
1. Daarin zijn ook de bij de toets te hanteren termijnen weergegeven;
deze sluiten aan bij de Europese regeling van de subsidiariteitstoets in
(een protocol bij) het Verdrag van Lissabon. Deze regeling was ook al
bij de Europese Grondwet opgenomen en vormde de basis voor de door de
Kamers vastgestelde procedure.

Kortweg houdt de procedure in dat een door de Kamers voor de
subsidiariteitstoets geselecteerd Europees wetgevingsvoorstel door de
TGCS wordt voorzien van een preadvies ofwel adviesaanvraag aan de
verantwoordelijke vakcommissies van beide Kamers. Deze commissies wordt
verzocht om (in de regel) binnen vier weken na ontvangst van de
adviesaanvraag een gemotiveerd advies te geven over de vragen of voor
het wetgevingsvoorstel voldoende rechtsgrondslag in het EG-Verdrag
bestaat en of met het voorstel is voldaan aan de vereisten van
subsidiariteit en proportionaliteit (artikel 5 EG-Verdrag). De
gemotiveerde adviezen vormen de basis voor een definitief advies aan
beide Kamers. Dit definitieve advies wordt opgesteld door de TGCS. Voor
eventuele verschillen van mening tussen beide vakcommissies is in de
subsidiariteitsprocedure voorzien in een afstemmingsoverleg waarin deze
verschillen worden behandeld en zo mogelijk opgelost. De opgestelde
definitieve adviezen worden aan beide Kamers ter stemming voorgelegd. De
resultaten daarvan worden kenbaar gemaakt aan de Europese Commissie, het
Europees Parlement, de Raad en de regering.

In Europees verband is de subsidiariteitsprocedure in het leven geroepen
om de rol van de nationale parlementen van de lidstaten te vergroten en
deze direct te betrekken bij het Europese wetgevingsproces. Uitgangspunt
bij de in Nederland ontworpen subsidiariteitsprocedure is dat de
vakcommissies van beide Kamers primair inhoudelijk bevoegd zijn bij de
behandeling van Europese (wetgevingsvoorstellen). Dit betreft ook de
beantwoording van de subsidiariteits- en proportionaliteitsvraag.

De TGCS stelt zich daarom terughoudend op. Het preadvies, ofwel de
adviesaanvraag, bevat geen oordeel van de TGCS over subsidiariteit en
proportionaliteit; dat wordt overgelaten aan de vakcommissies. Wel bevat
het een korte samenvatting van de inhoud van het voorstel, een opgave
van de aangevoerde rechtsgrondslag, de argumentatie Europese Commissie
m.b.t. subsidiariteit en proportionaliteit, het behandelingstraject en
mogelijk een aantal aan de vakcommissies voor te leggen vragen. De
commissieadviseurs en de staf van de TGCS bieden de vakcommissies
inhoudelijke ondersteuning bij de behandeling van de adviesaanvraag.

Voor de inhoudelijke invulling van de toets is een leidraad opgesteld,
waarin de verschillende subsidiariteits- en proportionaliteitsaspecten
zijn opgenomen. Deze is als bijlage bij deze brief gevoegd.

Ook de wijze waarop de adviesaanvraag in commissieverband wordt
behandeld blijft de primaire bevoegdheid van de vakcommissies. Deze
kunnen de aanvraag bijvoorbeeld in een aparte procedurevergadering
behandelen of als agendapunt op een reguliere procedurevergadering. Ook
bij de inhoudelijke behandeling van het advies kunnen de commissies
gebruik maken van de hun ter beschikking staande parlementaire middelen.
Wel dient daarbij de voor het uitbrengen van het gemotiveerde advies
gestelde termijn in acht genomen te worden.

Ik hoop u hiermee naar behoren te hebben geïnformeerd. Uiteraard zijn
de staf van de TGCS en ik beschikbaar voor een nadere toelichting of
vragen. 

Met vriendelijke groet,

Jan Jacob van Dijk,

voorzitter van de tijdelijke gemengde commissie subsidiariteitstoets

Bijlage

Leidraad toetsing van het voorstel aan de beginselen van subsidiariteit
en 

proportionaliteit

I. Voorvragen

Attributie van bevoegdheden: bestaat er voor de na te streven
doelstelling van het voorgenomen optreden een bevoegdheidstoekenning in
het EG-Verdrag?

Toepasselijkheid subsidiariteit in strikte zin:

Behoort het voorgenomen optreden tot de exclusieve bevoegdheid van de
Gemeenschap?

Nee, dan zijn de lidstaten bevoegd is de toets negatief

Ja, ga verder naar vraag 4

II. Subsidiariteit

Optreden van de Gemeenschap is alleen gerechtvaardigd als aan beide
aspecten van het subsidiariteitsbeginsel is voldaan: 

de doelstelling van het overwogen optreden kan niet voldoende door de
lidstaten worden verwezenlijkt in het kader van hun nationaal
grondwettelijk stelsel, en 

de doelstelling kan derhalve beter door de Unie worden verwezenlijkt.

Om na te gaan of aan deze voorwaarde is voldaan, worden de volgende
richtsnoeren gehanteerd:

Behelst de betrokken kwestie transnationale aspecten die door een
optreden van de lidstaten niet bevredigend kunnen worden geregeld?

Is het optreden van lidstaten alleen of het niet optreden van de
Gemeenschap in strijd met de voorschriften van het EG-verdrag (zoals de
noodzaak om concurrentievervalsing tegen te gaan of verkapte
handelsbeperkingen te voorkomen of de economische en sociale samenhang
te versterken) of zou dit op een andere manier de belangen van de
lidstaten aanzienlijk schaden?

Zal een optreden op communautair niveau vanwege de schaal of de gevolgen
ervan duidelijke voordelen opleveren ten opzichte van een nationaal
optreden? (d.w.z. is het optreden op EG-niveau effectiever vergeleken
met:

Gezamenlijk of afzonderlijk nationaal optreden,

optreden in andere internationale fora (zoals in internationale fora
overeengekomen regelgeving waaraan het grootste deel van de lidstaten al
is gebonden),

in het geheel niet optreden (zelfregulering, afspraken - codes - tussen
marktpartijen of sociale partners)

Als toetsing aan de hierboven genoemde elementen een overwegend negatief
resultaat oplevert, kan in beginsel worden volstaan met de conclusie
“negatief”. 

Bij twijfel of bij een positief resultaat moet vervolgens worden
getoetst aan het proportionaliteitsbeginsel (vraag 4 e.v.)

III. Proportionaliteit, inclusief deregulering/handhaafbaarheid/
fraudegevoeligheid

Nu de wenselijkheid en de mogelijkheid tot enige vorm van EG-optreden
zijn vastgesteld, moet vervolgens gevraagd worden of dat een juridisch
algemeen verbindende regeling rechtvaardigt. Daarbij moet in overweging
genomen worden of het voorstel uitvoerbaar, handhaafbaar of
fraudebestendig is:

Nee, dan ligt een Aanbeveling van de Commissie of een Raadsresolutie
meer voor de hand

Ja, ga verder naar vraag 5

Is de vorm van het optreden van de Gemeenschap zo eenvoudig mogelijk
zonder een bevredigende verwezenlijking van de doelstelling en een
doeltreffende tenuitvoerlegging in de weg te staan? (Voorkeur voor
richtlijn boven verordening en kaderrichtlijn boven gedetailleerde
maatregel).

Laat de maatregel van de Unie voor wat betreft aard en omvang van het
optreden zoveel mogelijk ruimte voor nationale besluiten, in
overeenstemming met het doel van de maatregel en met inachtneming van de
voorschriften van het Verdrag?