Antwoord op vragen van de leden Van Toorenburg en Karabulut over het sturen van Imams uit Marokko
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D03150, datum: 2008-09-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
Onderdeel van zaak 2007Z05082:
- Gericht aan: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
- Gericht aan: M.J.M. Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken
- Gericht aan: N. Albayrak, staatssecretaris van Justitie
- Indiener: M.M. van Toorenburg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2007Z05089:
- Gericht aan: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
- Indiener: S. Karabulut, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter, Hierbij bied ik u, mede namens de ministers van Buitenlandse Zaken en Justitie en de staatssecretaris van Justitie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen van Kamerleden Van Toorenburg (CDA, kenmerk 2070825870) en Karabulut (SP, kenmerk 2070826040) over het sturen van Imams uit Marokko. De Kamervragen zijn beide op 22 juli jl. ingezonden. 2070825870 (Van Toorenburg, CDA) Vraag 1: Heeft u kennisgenomen van het bericht “Marokko stuurt imams naar Europa”? 1) Antwoord 1: Ja. Vraag 2: Deelt u de mening dat deze bemoeienis van de Marokkaanse koning ongewenst is en niet bijdraagt aan de integratie van Marokkaanse Nederlanders, zeker gezien het feit dat deze imams geen Nederlands spreken en totaal onbekend zijn met de Nederlandse cultuur? Antwoord 2: Op verzoek van een deel van de Marokkaans Nederlandse islamitische gemeenschap komen ieder jaar enkele Marokkaans islamitische geestelijken gedurende de drukke periode van de ramadan (ca. 30 dagen) naar Nederland. Nederland kent vrijheid van godsdienst en scheiding van kerk en staat. Een fundamenteel onderdeel van de godsdienstvrijheid is de bevoegdheid van organisaties om naar eigen inzicht voorgangers aan te stellen. Nederland stelt wel voorwaarden aan de toegang tot Nederland van onder meer geestelijke bedienaren (zie antwoord vraag 3). Het kabinet stelt zich op het standpunt dat contacten tussen een vreemde mogendheid en haar (voormalige) onderdanen in Nederland louter op basis van vrijwilligheid mogen plaatsvinden en dat deze contacten de integratie niet mogen belemmeren. Er zijn geen aanwijzingen dat deze voorwaarden door de komst van de Marokkaanse islamitische geestelijken worden geschonden. Een deel van de Marokkaans Nederlandse gemeenschap, zoals het Samenwerkingsverband van Marokkanen in Nederland (SMN), heeft via de pers laten weten geen behoefte te hebben aan hun overkomst. Vraag 3: Aangezien voor Marokko een visumplicht geldt, bent u van plan om deze imams een visum te verlenen dan wel te weigeren? Antwoord 3: Islamitische geestelijken uit Marokko komen sedert jaren naar Nederland om tijdens de ramadan extra diensten te verzorgen. Dit heeft tot op heden niet tot problemen geleid. Indien aan de gebruikelijke visumvereisten wordt voldaan en er geen aspecten van openbare orde en/of nationale veiligheid in het geding zijn, is er geen grond om een islamitische geestelijke uit Marokko een visum te weigeren. Vraag 4: Bent u door de Marokkaanse regering gevraagd of de Nederlandse samenleving behoefte heeft aan de ondersteuning van deze imams ter bestrijding van de radicalisering? Zo ja, wat was uw reactie hierop? Antwoord 4: Nee. Vraag 5: Kunt u uiteenzetten in welke mate de Nederlandse imamopleiding in de behoefte voorziet om radicalisering van moslims te bestrijden en wanneer de eerste imams inzetbaar zullen zijn? Antwoord 5: Met de tijdelijke ontwikkelsubsidies voor drie Nederlandse imam- en islamopleidingen aan bestaande, bekostigde hogescholen en universiteiten (de Vrije Universiteit te Amsterdam, de Universiteit Leiden en de Hogeschool INHOLLAND te Amsterdam/ Diemen) zorgt het kabinet ervoor dat het mogelijk is dat islamitische geestelijke bedienaren worden opgeleid die op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in de Nederlandse samenleving en kennis hebben van de Nederlandse taal. Met deze kennis kunnen de in Nederland opgeleide islamitische geestelijke bedienaren gemakkelijker in Nederland woonachtige en opgegroeide moslimjongeren bereiken en vice versa. Jongeren die mogelijk ontvankelijk zijn voor radicalisering, zullen zich hierdoor naar verwachting minder snel wenden tot radicale bronnen. Het Kabinet zal uiterlijk 1 oktober a.s. een voortgangsrapportage naar uw Kamer zenden van de drie Nederlandse imam- en islamopleidingen aan de bestaande, bekostigde hogescholen en universiteiten. Hierin zult u bericht worden over de inzetbaarheid van de eerste aan deze opleidingen afgestudeerde geestelijke bedienaren. 1) HYPERLINK "\\\\nasvs2\\hulh1008$\\Mijn Documenten\\Vragen + brieven\\www.rtlnieuws.nl" \o "file://nasvs2/hulh1008$/Mijn Documenten/Vragen + brieven/www.rtlnieuws.nl" www.rtlnieuws.nl , 17 juli 2008 2070826040 (Karabulut, SP) Vraag 1: Wat is uw reactie op het bericht dat het Marokkaanse ministerie van Religieuze Zaken meer dan honderd imams naar Europa wil sturen, waarvan zeven naar Nederland, teneinde de Marokkaanse Nederlanders te behoeden voor extremistische preken, en hun wortels en tradities niet te doen vergeten? 1) Antwoord 1: Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag 2 van de Kamervragen van Kamerlid Van Toorenburg (CDA) met kenmerk 2070825870. Vraag 2: Hebben de Marokkaanse ministers van Justitie en Buitenlandse Zaken eerder aan de Nederlandse ambassadeur in Rabat laten weten dat Marokko niet gediend is van het Nederlandse plan de dubbele nationaliteit opnieuw aan te kaarten? 2) Deelt u de mening dat deze en eerdere uitlatingen, in combinatie met het sturen van eerder genoemde imams, op zijn minst de indruk wekken dat de Marokkaanse regering verregaande invloed wil houden op Marokkaanse Nederlanders? Zo ja,vindt u dat bevordelijk voor de integratie? Zo neen, wat gaat u doen om de Marokkaanse autoriteiten duidelijk te maken dat zij moeten ophouden met deze bemoeienis? Vraag 3: Bent u bereid beide hierboven genoemde kwesties met de regering van Marokko te bespreken en de Kamer hierover te informeren? Zo ja, wanneer? Zo neen, waarom niet? Antwoord 2 en 3: De Marokkaanse autoriteiten hebben in een gesprek met de Nederlandse ambassadeur in Rabat om een toelichting gevraagd op de brief van de Minister van Justitie van 3 juli jl. inzake de motie-Kamp. In reactie op deze toelichting hebben zij laten weten dat zij niet voornemens zijn op dit punt wijziging te brengen in de wetgeving inzake de Marokkaanse nationaliteit. Deze uitlatingen staan los van het sturen van Marokkaanse islamitische geestelijken tijdens de ramadan. Ik verwijs naar het antwoord op vraag 2 van de Kamervragen van het lid Van Toorenburg (kenmerk 2070825870). In een onderhoud met de Marokkaanse ambassadeur is op hoogambtelijk niveau nogmaals onderstreept dat contacten tussen een vreemde mogendheid en haar (voormalige) onderdanen in Nederland enkel op basis van vrijwilligheid mogen plaatsvinden en de integratie niet mogen belemmeren. Vraag 4: Kunt u de Kamer informeren met welk verblijfsdocument Marokkaanse imams de afgelopen jaren naar Nederland zijn gekomen? Zo ja, op wiens initiatief en met welk doel? Zo neen, waarom niet? Antwoord 4: Indien Marokkaanse islamitische geestelijken voor de periode van de ramadan naar Nederland komen, verblijven zij hier op een visum kort verblijf. Wordt een verblijf van meer dan 90 dagen beoogd, dan dienen zij in het bezit te zijn van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) op basis waarvan, na aankomst in Nederland, een verblijfsvergunning moet worden aangevraagd. Het initiatief voor de overkomst van een Marokkaans islamitische geestelijke ligt over het algemeen bij Marokkaanse moskeeën in Nederland met het doel de betrokken geestelijken religieuze lezingen te laten geven en diensten te laten leiden. 1) Reformatorisch Dagblad, 17 juli 2008 2) HYPERLINK "http://www.ad.nl/" \o "http://www.ad.nl/" www.ad.nl , 8 juli 2008 Hoogachtend, de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, drs. Ella Vogelaar Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie 9 september 2008 DGW/I&I2008080809 Pagina PAGE 4 / NUMPAGES 4 VROM verandert! Kijk voor meer informatie op HYPERLINK "http://www.vrom.nl" www.vrom.nl