Advies Raad van State
Goedkeuring van de op 9 juli 2008 te Brussel totstandgekomen Protocollen bij het Noord-Atlantisch Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Albanië en de Republiek Kroatië (Trb. 2008, 162)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2008D03461, datum: 2008-09-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2008Z02015:
- Indiener: M.J.M. Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken
- Medeindiener: E. van Middelkoop, minister van Defensie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2008-09-10 12:30: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2008-09-24 16:00: Toetredingsverdrag Albanië en Kroatië tot NAVO (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2008-10-23 13:00: Procedurevergadering Buitenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2008-10-29 14:40: Aanvang middagvergadering: regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2008-12-09 16:00: Goedkeuring van Protocollen bij het Noord-Atlantisch Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Albanië en de Republiek (31 590) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2008-12-16 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W02.08.0350/II 's-Gravenhage, 30 juli 2008 Bij Kabinetsmissive van 29 juli 2008, no.08.002237, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Defensie, bij de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet houdende goedkeuring van de op 9 juli 2008 te Brussel totstandgekomen Protocollen bij het Noord-Atlantisch Verdrag inzake de toetreding van de Republiek Albanië en de Republiek Kroatië, met memorie van toelichting. Het voorstel van wet geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. Hij geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Gelet op artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, is het college van oordeel dat openbaarmaking van dit advies achterwege dient te blijven. De waarnemend Vice-President van de Raad van State, PAGE 1 AAN DE KONINGIN ........................................................................ ...........