Antwoord op vragen van het lid Van Velzen over het gebrek aan regelgeving voor de brandveiligheid van stallen
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D05211, datum: 2008-09-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
Onderdeel van zaak 2007Z05073:
- Gericht aan: G. Verburg, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: K. van Velzen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Geachte Voorzitter, Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen van het lid Van Velzen (SP) over het gebrek aan regelgeving voor de brandveiligheid van stallen. Vraag 1 Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen over brandgevaar in schuren en stallen waarin u uiteenzette dat niet in alle gevallen het onderzoek is afgerond, dus nog niet gezegd kan worden wat de oorzaak van de branden in grote veestallen is? Zijn deze onderzoeken inmiddels wel afgerond en wat is de conclusie? Antwoord op vraag 1 Uit de onderzoeken is geen nadere informatie over de oorzaak van de betreffende branden naar voren gekomen. Dit betekent dat de brand in De Woude is veroorzaakt door blikseminslag, de brand in Scheemda is veroorzaakt door overslag van een brand in het woongedeelte van de boerderij, de brand in Deurne mogelijk is ontstaan door een defecte gasbrander en de brand te Nijkerk een onbekende oorzaak heeft. Vragen 2 en 3 Op welke informatie baseert u zich als u stelt dat de investeringen in sprinklerinstallaties en apparatuur om de brandveiligheid in stallen te verbeteren niet in verhouding staan tot de geringe kans dat brand uitbreekt in stallen en tot de dood van grote aantallen dieren leidt? Hoe groot is de kans dat een brand uitbreekt volgens u dan? Wanneer is er volgens u sprake van “grote aantallen” dieren? Kunt u een overzicht geven van de branden die in de eerste helft van dit jaar zijn uitgebroken en hoeveel dieren hierbij zijn omgekomen? Is het aantal dieren dat bij stalbranden omkomt gestegen ten opzichte van eerdere jaren? Antwoord op vragen 2 en 3 Afgaande op gegevens van de Dierenbescherming over stalbranden in de afgelopen 2,5 jaar komt in ons land jaarlijks gemiddeld 0.03% van de 450 miljoen bedrijfsmatig gehouden dieren om door een stalbrand. Voor zover mij bekend hebben in de eerste helft van dit jaar acht stalbranden met dodelijke veeslachtoffers plaatsgevonden, waarbij in totaal ongeveer 110.000 dieren de dood hebben gevonden. Dat aantal slachtoffers is evenwel sterk beïnvloed door een stalbrand waarbij ongeveer 60.000 kippen zijn omgekomen. Wanneer die brand wordt meegerekend, is in de eerste helft van dit jaar sprake van een toename met 66% ten opzichte van het halfjaarlijkse gemiddelde. Wanneer die brand buiten beschouwing wordt gelaten, ligt het aantal veeslachtoffers in de eerste helft van dit jaar 25% onder het halfjaarlijkse gemiddelde. Vraag 4 Bent u bereid om de brandveiligheidsvoorschriften en/of het Bouwbesluit 2003 en/of gemeentelijke bouwverordeningen zo aan te laten passen dat zij niet alleen als doel hebben personen te beschermen, maar voortaan ook als doel hebben om alle levende have adequaat te beschermen? Zo neen, waarom niet? Bent u bereid alsnog een sprinklerinstallatie voor stallen verplicht te stellen? Antwoord op vraag 4 Het percentage veeslachtoffers (0.03%) rechtvaardigt naar mijn mening geen generieke aanscherping van het beleid en de regelgeving. Ik overweeg derhalve ook niet om een sprinklerinstallatie voor stallen verplicht te stellen. Nog los van het kostenaspect zijn er verschillende manieren om brand te voorkomen dan wel de schade zo beperkt mogelijk te laten zijn wanneer er brand uitbreekt. Ik vind het primair een verantwoordelijkheid van de ondernemer en eventueel van verzekeraars om te kijken hoe met maatwerk het mogelijke risico van schade door brand verder kan worden beperkt. Daarbij moet worden bedacht dat bij een brand naast vuur ook giftige rookgassen of stress tot de dood van dieren kunnen leiden. Een sprinklerinstallatie zal giftige rookgassen vaak niet kunnen voorkomen en kan soms juist tot stress bijdragen. De geringe omvang van het percentage veeslachtoffers neemt niet weg dat het aantal dieren dat omkomt bij brand mij – mede gelet op door de ernst en duur van het lijden en de gevolgen van een brand voor mens en dier (stress, effect op gezondheid) - zorgen baart. Daarom ben ik bereid om samen met de Dierenbescherming, LTO Nederland, de brandweer, de brandverzekeraars en het Ministerie van LNV te bezien hoe het aantal stalbranden langs andere wegen kan worden beperkt. Hoogachtend, de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, drs. Ella Vogelaar Aanhangsel Handelingen nr. 2429, vergaderjaar 2007-2008. Aanhangsel Handelingen nr. 1832, vergaderjaar 2006-2007. htpp://www.dierenbescherming.nl/dierenbescherming/nieuws/1876. Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie 18 september 2008 SB2008090658 Pagina PAGE 2 / NUMPAGES 2 Afschrift aan Paraaf cmBK Directoraat-Generaal Wonen, Wijken en Integratie Directie Stad en Bouw Paraaf Cluster Bouwkwaliteit dS&B Rijnstraat 8 Paraaf Postbus 30941 De Voorzitter van de Tweede Kamer BDG 2500 GX Den Haag der Staten-Generaal Interne postcode 220 Postbus 20018 Paraaf 2500 EA 's-Gravenhage dgWWI Telefoon 070-3393939 www.vrom.nl Paraaf BSG Kamervragen over het gebrek aan regelgeving voor de brandveiligheid van stallen Datum Kenmerk 18 september 2008 SB2008090658 Uw kenmerk 2070825600