[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van de leden Leijten en Agema over het vroegtijdig de zorg verlaten van verpleegkundigen

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D05917, datum: 2008-09-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2007Z05146:

Onderdeel van zaak 2007Z05193:

Preview document (🔗 origineel)


De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG





Ons kenmerk	Inlichtingen bij	Doorkiesnummer	Den Haag

MEVA-K-U-2873998

                                  23 sep. 08

Onderwerp	Bijlage(n)	Uw brieven

Kamervragen

	2	08 augustus 2008





20 augustus 2008



Hierbij zend ik u, mede namens de staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten
(SP) over het bericht dat jaarlijks duizenden ervaren verpleegkundigen
vroegtijdig de zorg verlaten (2070826980) en op de vragen van het
Kamerlid Agema (PVV) over het bericht dat het verlies van ervaren
personeel een acuut probleem is in de zorg (2070827510).

De Minister van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

dr. A. Klink

Antwoorden op Kamervragen van  REF bmkHetLidDeLeden  \* MERGEFORMAT  
het Kamerlid    REF bmkKamerleden  \* MERGEFORMAT  Leijten  over   REF
bmkOnderwerp  \* MERGEFORMAT  het bericht dat jaarlijks duizenden
ervaren verpleegkundigen vroegtijdig de zorg verlaten  (2070826980).

1

Wat is uw reactie op de uitkomsten van het onderzoek van de
beroepsverenigingen VenVN en Nu91, waaruit blijkt dat 50 plussers die in
de zorg werkzaam zijn de sector vroegtijdig verlaten? 1)

1

Het krantenbericht is niet gebaseerd op (recent) onderzoek, maar op
ervaringen van een aantal verpleegkundigen die de zorg verlaten hebben
en zich gemeld hebben bij het meldpunt van NU’91 betreffende de
arbeidsmarktproblematiek. 

Wat langer geleden heeft de V&VN een onderzoek onder 194 oudere
verpleegkundigen en verzorgenden in het noorden van het land uitgevoerd.
In dat onderzoek zijn geen gegevens opgenomen over de mate waarin
50-plussers daadwerkelijk de zorg voortijdig verlaten. Wel gaat het
onderzoek in op de werkbeleving en de knelpunten daarbij van deze groep
50-plussers. Het biedt daarmee goede aanknopingspunten voor de betrokken
zorginstellingen om tot een succesvol levensfasebewust personeelsbeleid
te komen. 

2

Wat is uw reactie op het bericht dat de kwaliteit van zorg, volgens deze
oudere en ervaren zorgverleners, slechter wordt, omdat zij door
tijdsgebrek ernstig tekort schieten in de zorgverlening? 

2

Berichten over tekortschietende kwaliteit van zorg moeten altijd serieus
genomen worden. Goede zorg is voor degenen die het nodig hebben zeer
belangrijk. In het artikel in het Nederlands Dagblad staan de meningen
en ervaringen van enkele medewerkers die de zorg verlaten hebben. Zonder
iets af te willen doen aan hun ervaringen, ben ik voor mijn
beleidsvorming aangewezen op meer gefundeerd onderzoek, bijvoorbeeld
onderzoek van de inspectie op basis van kwaliteitsnormen die inmiddels
zorgbreed ontwikkeld worden. Wanneer zorgprofessionals van mening zijn
dat ze de kwaliteit van zorg in hun organisatie zien verslechteren dan
kan men altijd een melding doen bij het loket van de IGZ.

3

Hoeveel 50- plussers verlaten op dit moment de zorg en om welke redenen?
Hoe hoog is het ziekteverzuim onder deze groep? Indien deze gegevens
niet voorhanden zijn, bent u dan bereid dit vanaf 1 september a.s. te
onderzoeken en te laten monitoren? Zo neen, waarom niet? 

3

Op basis van Prismant- cijfers (Arbeid in Zorg en Welzijn 2008, nog te
verschijnen) kan het volgende beeld worden geschetst. Van de 490.000
werknemers die als verpleegkundige of verzorgende werkzaam zijn in de
zorg is ruim een kwart ouder dan 50 jaar (132.000). Van deze 50-plussers
hebben in 2007 6.600 werknemers hun baan opgezegd. Daarvan zijn er 2.400
met (pré-)pensioen gegaan, 2.600 mensen zijn elders in de zorg gaan
werken en 1.600 personen zijn voortijdig gestopt met werken of zijn in
een andere sector gaan werken. Dit laatste aantal (1.600) is de laatste
jaren aanzienlijk gedaald en omvatte in 2007 circa 0,3% van het totaal
aan verpleegkundig en verzorgend personeel en circa 1% van alle werkzame
50-plussers.

Door deze 1.600 vertrekkers worden meer redenen genoemd voor hun
vertrek. Gezondheid en daaraan gerelateerde problemen worden het meest
genoemd (circa 50%). Veruit de grootste groep beschouwt het vertrek uit
de zorg als onvermijdbaar. Opvallend is overigens dat deze vertrekkers
gemiddeld een kleiner dienstverband hebben dan degenen die blijven
werken in de zorg.

Het ziekteverzuim (bron: Vernet) onder 55-plussers bedroeg in 2007 5,9%
en dat van 46-55-jarigen 5,6%. In 2002 was dat respectievelijk 7,0% en
7,4%. Het verzuim van deze twee leeftijdsgroepen ligt boven het
gemiddelde verzuim van 5,1% in de zorg. Dat is overigens ook voor andere
sectoren het gebruikelijke beeld.

Verder onderzoek is op dit moment niet aan de orde. Ik zal dit wel
blijven monitoren.

4

Erkent u dat, om zorgverleners te behouden voor de zorg (naast scholing,
carriĂšreperspectieven, goede secundaire voorwaarden, leeftijdsbewust
personeelsbeleid) ook maatregelen genomen dienen te worden om het fysiek
en geestelijk vol te houden, en dat deze maatregelen vooral liggen in
het verminderen van de werkdruk en het behouden en uitbreiden van de
mogelijkheden om goede kwaliteit van zorg te kunnen geven? Zo ja, welke
maatregelen gaat u treffen om er voor te zorgen dat de werkdruk naar
beneden gaat in de zorg en mensen die werkzaam zijn in de zorg in staat
worden gesteld hun beroep op de juiste wijze uit te kunnen voeren? Zo
neen, waarom niet?  

4

Gegeven de (toekomstige) krapte op de arbeidsmarkt is het belangrijk om
zorgverleners zoveel mogelijk te behouden voor de zorg. Meer aspecten
spelen daarbij een rol, onder andere de aspecten die in de vraag genoemd
zijn. Voor de werkgevers in de zorg is het belangrijk om te zorgen voor
een goede mix, mede afgestemd op de individuele wensen en behoeftes van
de medewerkers.

Het is niet de primaire verantwoordelijkheid van de overheid om hier
beleid op te voeren. Wel vind ik het belangrijk om de zorginstellingen
waar nodig te ondersteunen bij het levensfasebewust personeelsbeleid,
zoals ook al in de arbeidsmarktbrief 2007 is aangegeven en verder
uitgewerkt wordt in de brief die binnenkort naar de TK gestuurd wordt
naar aanleiding van de motie-Schippers.

 

5

Hoe verhouden de uitkomsten van het onderzoek en uw streven om meer
part-timers te stimuleren méér te gaan werken, zich tot elkaar? 

5

Er blijkt geen recent onderzoek te zijn, alleen een krantenbericht (zie
mijn antwoord op vraag 1). Het is inderdaad mijn streven om deeltijders
te stimuleren meer uren te werken. Ik weet niet (positief dan wel
negatief) wat de directe samenhang daarvan is met de uitkomsten in het
krantenbericht. Wel blijkt dat 50-plussers met kleine deeltijdbanen de
zorg relatief meer voortijdig verlaten (zie ook antwoord op vraag 3). 

6

Op welke wijze stimuleert u het voeren van een levensfasebewust
personeelsbeleid? Kunt u toezeggen dat in verdere plannen de oudere
werknemers eerder opgebouwde rechten behouden?  (2) 

6

Voor de wijze waarop ik het levensfasebewust personeelsbeleid stimuleer
verwijs ik naar het antwoord op vraag 4.

Het kamerstuk waar het tweede deel van de vraag betrekking op heeft
bevat geen 14 pagina’s en gaat niet over de eerder opgebouwde rechten
van oudere werknemers. Ik kan overigens niet toezeggen dat deze rechten
behouden blijven, omdat ik daar niet over ga. Het is een onderwerp voor
de CAO-tafel, waar de overheid niet bij betrokken is.

1) Nederlands Dagblad 5 augustus :   HYPERLINK
"http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=118911" 
http://www.nd.nl/Document.aspx?document=nd_artikel&id=118911 

2) Kamerstuk 29282 nr.16, pag. 14  

Antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Agema (PVV) over het bericht
dat het verlies van ervaren personeel een acuut probleem is in de zorg.

(19 augustus 2008)

1

Bent u bekend met de berichten "Verlies ervaring acuut probleem in zorg"
en "Ervaren, onmisbaar en opgebrand"? 1)

1

Zie mijn antwoord op vraag 1 van het Kamerlid Leijten.

2

Wat is uw reactie op het feit dat ouder verpleegkundig personeel de zorg
verlaat omdat het werk fysiek en mentaal te zwaar is geworden, terwijl
deze mensen vanwege hun ervaring juist onmisbaar zijn?

2

Zie mijn antwoorden op de vragen 2 en 3 van het Kamerlid Leijten.

3

Hoe gaat u bewerkstelligen dat aan deze zeer onwenselijke uitstroom van
ervaren personeel een eind komt? 

Zie mijn antwoord op vraag 4 van het Kamerlid Leijten.

4

Deelt u de mening dat het de hoogste tijd is voor een 'noodplan
zorgpersoneel', met landelijke plannen van aanpak voor de verschillende
problemen die spelen rond personeel in de zorg?

4

Ik deel uw mening niet dat er een ‘noodplan zorgpersoneel’ dient te
komen. Wel ben ik van mening dat het belangrijk is dat in de zorg
geĂŻnvesteerd wordt in het behouden, werven en opleiden van goed
personeel. In het zorgveld wordt daar inmiddels het nodige aan gedaan.
In de arbeidsmarktbrief 2007 heb ik medegedeeld op welke wijze de
overheid dat kan en gaat ondersteunen. In de brief die ik binnenkort
naar aanleiding van de motie-Schippers stuur wordt dat verder
uitgewerkt.

1) ‘Verlies ervaring acuut probleem in zorg’, Nederlands Dagblad, 5
augustus 2008 en ‘Ervaren, onmisbaar en opgebrand’, Nederlands
Dagblad, 5 augustus 2008

Postbus 20350

2500 EJ  DEN HAAG

Telefoon (070) 340 79 11

Fax (070) 340 78 34	Bezoekadres:

Parnassusplein 5

2511 VX  DEN HAAG	Correspondentie uitsluitend richten aan het postadres
met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief	Internetadres:

www.minvws.nl



  IF   DOCPROPERTY "propArchiefkopie"  Fout! Onbekende naam voor
documenteigenschap.  = "Archiefkopie"   AUTOTEXT sysArchiefkopie 
AANGETEKEND  ""