Lijst van vragen
Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Bahrein tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen, met Protocol; ’s-Gravenhage, 16 april 2008
Lijst van vragen
Nummer: 2008D06393, datum: 2008-09-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2008Z01947:
- Indiener: M.J.M. Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2008-09-10 15:30: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2008-09-17 13:35: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2008-09-24 14:00: Inbreng schriftelijk overleg Financiën belastingverdragen met Ghana, Qatar en Bahrein (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Financiën
- 2008-09-25 10:00: Procedurevergadering Financien (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2008-10-08 16:30: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2012-05-16 13:55: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008-2009 31 591 Verdrag tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van het Koninkrijk Bahrein tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen, met Protocol; ’s-Gravenhage, 16 april 2008 Nr. VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld … september 2008 Binnen de vaste commissie voor Financiën is de wens geuit om in een schriftelijke vragenronde enkele vragen en opmerkingen voor te leggen over het belastingverdrag met Bahrein. De vragen en opmerkingen zijn op 25 september 2008 aan de staatssecretaris van Financiën voorgelegd. Bij brief van ... zijn ze door de staatssecretaris beantwoord. De voorzitter van de commissie, Blok De griffier van de commissie, Berck I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP Omdat de behandeling van belastingverdragen meestal plaatsvindt met stilzwijgende goedkeuring, onttrekt het zich enigszins aan het zicht van de Tweede Kamer en is de informatie vaak zeer beknopt. De vragen over het belastingverdrag met Bahrein zijn mede ingegeven door het feit dat Bahrein bekend staat als een belastingparadijs. Er wordt geen vennootschapsbelasting geheven en de inkomstenbelasting bedraagt maar één procent. Is het waar dat daarnaast voor velen ook nog het tarief van nul procent geldt? Hoeveel mensen betalen in Bahrein überhaupt inkomstenbelasting? Hoeveel procent van het inkomen wordt er in Bahrein gemiddeld aan inkomstenbelasting betaald? Wat is eigenlijk het voordeel van het sluiten van een verdrag om dubbele belasting te voorkomen wanneer er in het andere land vrijwel geen belasting wordt betaald? Wie heeft het initiatief genomen tot het sluiten van dit verdrag? Bahrein is één van de 35 landen op de lijst met belastingsparadijzen die de OESO in 2000 publiceerde. Sindsdien zijn bijna alle landen van die lijst geschrapt, niet omdat ze ineens niet meer kwalificeren als belastingparadijs, maar omdat ze zich coöperatief opstellen richting de OESO. Indien deze landen kunnen aantonen dat ze belastingverdragen sluiten, ziet de OESO dat als een welwillende opstelling. Daarom vragen de leden van de SP-fractie de staatssecretaris of Nederland door het sluiten van een belastingverdrag niet juist het voortbestaan van een belastingparadijs mogelijk maakt. Zou het zo kunnen zijn dat mede door onze legitimatie Bahrein zich kan onttrekken aan de lijst met belastingparadijzen? Ziet de staatssecretaris Bahrein zelf als een belastingparadijs? Welke definitie hanteert het kabinet om een land te classificeren als belastingparadijs? Toen Nederland vorig jaar een belastingverdrag sloot met Arabische Emiraten kwamen er enkele berichten naar buiten waarin werd gesteld dat belastingontwijking door dit verdrag gemakkelijker is geworden. Met name in Dubai wordt nauwelijks belasting betaald. Kan de staatssecretaris deze berichten ontkrachten? Kan de staatssecretaris zien welk effect dat belastingverdrag heeft gehad op de belastinginkomsten? Is er een duidelijke stijging te zien in het aantal bedrijven dat door Nederlanders is opgericht in Dubai sinds de inwerkingtreding van het verdrag? Hoeveel bedrijven uit Dubai hebben zich sindsdien in Nederland gevestigd? Wat vindt de staatssecretaris overigens van organisaties die hulp aanbieden bij belastingontwijking en daar openlijk op internet mee adverteren? Zijn de afspraken in het verdrag met Bahrein met betrekking tot de overdracht van informatie vergelijkbaar met het standaardmodel voor TIEA’s van de OESO? In hoeverre is daar van afgeweken? Zal de informatie-uitwisseling altijd plaatsvinden op aanvraag of zijn er ook afspraken gemaakt over spontane uitwisseling van gegevens of automatische informatie uitwisseling? Moet er bij een informatieaanvraag sprake zijn van een strafbaar feit of een aantoonbaar vermoeden van belastingontduiking of kan er ook informatie worden opgevraagd bij de belastingautoriteiten van Bahrein ter controle of bepaalde organisaties of personen voldoen aan hun belastingplicht? Hoeveel TIEA’s zijn er inmiddels door Nederland gesloten? Hoeveel informatieverzoeken zijn er uitgegaan in het kader van deze TIEA’s? Aan hoeveel van die informatieverzoeken werd gehoor gegeven en in hoeveel gevallen was de informatie die daar uit voortkwam bruikbaar? Wat zijn de gevolgen als er niet voldaan wordt aan een informatieverzoek? De toelichtende nota meldt dat het verdrag aansluit bij het streven naar een uitbreiding van het verdragennet in de regio Midden Oosten? Wat is de achterliggende gedachte waarom er specifiek voor deze regio is gekozen? Op verzoek van Bahrein is er in plaats van het woord ‘interest’ de term ‘income from debt claims’ gebruikt in verband met de op de sharia gebaseerde wetgeving in Bahrein. Volgens de toelichting maakt dat inhoudelijk geen verschil. Waar is vastgelegd dat er in beide landen inhoudelijk geen verschil is tussen interest en ‘income from debt claims’? Hoe kan het dan dat de Central Bank of Bahrein wel een Interest Rate Policy heeft? Artikel 16 zorgt er in overeenstemming met het Nederlandse verdragsrecht voor dat bestuurders worden belast in de staat waar het lichaam is gevestigd waarvan hij bestuurder is. Zijn daar volgens het Nederlandse verdragsrecht nog verdere voorwaarden aan verbonden? Bijvoorbeeld een minimum aantal dagen dat de bestuurder daar ook daadwerkelijk moet werken? Heeft men in andere verdragslanden waar dit al van kracht is inzicht in de hoogte van de directeursbeloningen van Nederlanders die in die landen lid zijn het bestuur? Volgens de toelichting kan er over de omvang van de budgettaire gevolgen nog geen concrete aanwijzing worden gegeven. Is het werkelijk zo dat daar ook geen inschatting van is gemaakt? Het Ministerie van Financiën is wel in staat te melden dat het verdrag bij toenemende activiteiten en investeringen in Bahrein positief zal uitwerken. Voor wie gaat het positief uitwerken en op welke manier? Volgens artikel 22 lid 2 kunnen inkomsten die een inwoner van Nederland in Bahrein verkrijgt worden vrijgesteld in Nederland wanneer deze in Bahrein mogen worden belast. Om hoeveel belastingplichtigen zal dit naar schatting gaan? Hoe groot is de geschatte grondslag die hierdoor in Bahrein zal worden belast in plaats van in Nederland? In maart dit jaar kreeg de Hoge Raad het advies van de advocaat-generaal dat de fiscus geen conserverende aanslag mag opleggen over de pensioenrechten en lijfrentes van emigranten. Heeft de staatssecretaris er zicht op wanneer het besluit van de Hoge Raad zal vallen? Dit advies had ook betrekking op emigratie naar verdragslanden. Houdt het sluiten van een verdrag met een land als Bahrein niet in dat er nu nog een land is bijgekomen waar gepensioneerden straks mogelijk belastingvrij van hun pensioen kunnen genieten terwijl ze eveneens hebben mogen genieten van de pensioenpremieaftrek? Zou het daarom niet raadzaam zijn om het besluit van de Hoge Raad eerst af te wachten? Deelt de staatssecretaris de zorgen van de leden van de fractie van de SP dat het niet kunnen opleggen van een conserverende aanslag kan leiden tot kapitaalvlucht naar landen waar nauwelijks belasting wordt betaald? Kan hij een inschatting maken van het mogelijk verlies aan overheidsinkomsten op de korte termijn, maar ook op langere termijn? Belastingverdragen zijn zelden onderwerp van discussie in de Tweede Kamer. Het onderwerp is daarom in de ogen van de leden van de SP-fractie onderbelicht en moet alleen al om die reden de aandacht krijgen die het verdient. Daarom vragen deze leden de staatssecretaris ter wille van de inzichtelijkheid de beantwoording niet te doen door slechts te verwijzen naar andere documenten. Ook indien er sprake is van gangbaar beleid stellen de leden van de SP-fractie een onderbouwing van het gevoerde beleid op prijs. Tot slot verzoeken deze leden de staatssecretaris de gestelde vragen te beantwoorden vóór 8 oktober 2008, in verband met het verstrijken van de termijn voor het doorbreken van de stilzwijgende goedkeuring. II Reactie van de staatssecretaris van Financiën Hier tekst invoegen. PAGE PAGE 4