Antwoord op vragen van het lid Van der Ham inzake het hoofddoel van het Nederlandse drugsbeleid
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D07511, datum: 2008-09-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie ()
Onderdeel van zaak 2007Z05208:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: B. van der Ham, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (đ origineel)
Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Telefoon (070) 3 70 79 11 Fax (070) 3 70 79 00 Datum 29 september 2008 Ons kenmerk 5565418/08 Uw kenmerk 2070827670 Onderwerp Antwoorden Kamervragen van het lid Van der Ham (D66) inzake het hoofddoel van het Nederlandse drugsbeleid In antwoord op uw brief van 20 augustus 2008 deel ik u mee dat de vragen van het lid Van der Ham (D66) van uw Kamer over het hoofddoel van het Nederlandse drugsbeleid (ingezonden op 19 augustus 2008) worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage van deze brief. De Minister van Justitie, Antwoorden van de Minister van Justitie op vragen van het lid Van der Ham (D66) over het hoofddoel van het Nederlandse drugsbeleid. (Ingezonden 19 augustus 2008; nr. 2070827670) Vraag 1 Hoe beoordeelt u de uitspraak van het parket Haarlem âDat mensen hun hele voorraad in Ă©Ă©n keer opsnoepen is niet onze verantwoordelijkheidâ, op de vraag of het huidige drugsbeleid leidt tot meer gezondheidsrisicoâs en een hoger drugsgebruik? 1) Antwoord 1 De geciteerde uitspraak van de officier van justitie dient te worden geplaatst in het verband waarin deze is gedaan. Het Openbaar Ministerie heeft mij bericht dat de officier van justitie het volgende tot uitdrukking heeft willen brengen. Eenieder mag bekend worden verondersteld met de gevaren en risicoâs van drugsgebruik. Het feit dat iemand ervoor kiest de voorraad drugs die hij bij zich heeft vanwege de controle âaan de deurâ dan maar in Ă©Ă©n keer te gebruiken komt niet voor rekening en risico van het Openbaar Ministerie. Dergelijk handelen kan en mag niet tot gevolg hebben dat er geen controles meer zouden kunnen worden uitgevoerd. Het wettelijk verbod op (onder meer) het bezit van drugs, dat met name is gebaseerd op de gezondheids- en veiligheidsrisicoâs die het gebruik ervan met zich meebrengen, dient gehandhaafd te worden. Controles vormen een essentieel onderdeel van de handhaving. Uiteraard dienen bij de keuze voor de wijze waarop wordt gehandhaafd ook de mogelijke gezondheidsrisicoâs te worden meegewogen. Zie hiervoor ook mijn antwoord op vraag 3. Vraag 2 Deelt u de mening dat de beperking van de volksgezondheidschade nog steeds het hoofddoel is van het Nederlandse drugsbeleid? Antwoord 2 Zoals de minister van VWS in maart 2008 tijdens het debat met de Tweede Kamer over het Nederlandse drugsbeleid heeft gezegd, is de hoofddoelstelling van het Nederlandse drugsbeleid het voorkomen van drugsgebruik en het beperken van de risico's voor het individu, zijn of haar directe omgeving en de samenleving als geheel. Die doelstelling maakt een uitgebalanceerde, afgewogen aanpak, noodzakelijk van vraag- en aanbodbeperking waarbij preventie, zorg en harm reduction samengaan met bestrijding van drugscriminaliteit en âoverlast. Vraag 3 Deelt u de mening dat politie en justitie rekening moeten houden met het effect van de manier waarop ze de wet handhaven op het gedrag van drugsgebruikers? Antwoord 3 Ja. Van de bij de besluitvorming betrokken autoriteiten, verantwoordelijk voor het bepalen van de inzet bij dergelijke handhavingsacties en de wijze waarop deze geschieden, mag verwacht worden dat zij alle relevante belangen zorgvuldig afwegen. 1) de Volkskrant, 15 augustus 2008 Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van de leden Halsema en Azough (beiden GroenLinks), ingezonden 15 augustus 2008 (vraagnummer 2070827480), van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 19 augustus 2008 (vraagnummer 2070827500) en van het lid Bouwmeester (CDA), ingezonden 19 augustus 2008 (vraagnummer 2070827550) 5558049/08/29 september 2008 PAGE 3 / NUMPAGES 3 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts Ă©Ă©n zaak in uw brief behandelen. ïȘï±