[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

VSO inzake herallocatie bij invoering zorgzwaartebekostiging

Modernisering AWBZ

Lijst van vragen

Nummer: 2008D07641, datum: 2008-09-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z00723:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


26 631		Modernisering AWBZ

Nr. XXXXX

 

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld ā€¦ā€¦ā€¦ā€¦. 2008

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond er
bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te
leggen aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
over de brief van 5 augustus 2008 inzake de herallocatie bij invoering
zorgzwaartebekostiging (26 631, nr. 272).

De op 30 september 2008 toegezonden vragen zijn met de door de
staatssecretaris bij brief van ā€¦ā€¦.. 2008 toegezonden antwoorden
hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Smeets

Adjunct-griffier van de commissie,

Sjerp

Inhoudsopgave									               blz.	

I. 	Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

II. 	Reactie van de staatssecretaris

I. 	Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de CDA-fractie 

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van
de brief van de staatssecretaris en hebben naar aanleiding daarvan een
aantal vragen.

De staatssecretaris kiest voor het uitgangspunt van een stapsgewijze
overstap naar een vraaggestuurde herallocatie, waarbij het budget van
instellingen ā€“ zoals het regiobudget ā€“ gebaseerd wordt op objectieve
kenmerken en niet langer op historische budgetten. Kan per
zorgkantoorregio worden aangegeven in hoeverre het budget zal
verschillen van het budget volgens het ā€œoude systeemā€?

In het algemeen overleg van 19 juni 2008 is naar voren gekomen dat een
aantal instellingen nog niet op orde is om de ZZP goed in te voeren.
Genoemde leden vragen naar de huidige stand van zaken. Hoeveel
instellingen hebben dit nog niet op orde? Is er sprake van een
ā€œinhaalraceā€ bij diverse instellingen?

Kan uiteen worden gezet hoeveel instellingen na de aanpassing van de
maatwerkregeling hiervoor extra in aanmerking komen?

Sluiten de ZZP-indicaties en voorlopige prijzen aan bij de verschillende
soorten ouderinitiatieven, waar zowel de staatssecretaris als deze leden
aan hechten? Komen deze kleinschalige initiatieven financieel uit met de
ZZP? 

Is er voor kleinschalige (ouder-)initiatieven sprake van een cumulatie
van effecten als gevolg van de veranderingen in de indicatie en
bekostiging van begeleiding? Zo ja, wat zijn hiervan mogelijk de
effecten? 

Is het waar dat de ZZP-indicatie uitgaat van voordelen die door de
organisatorische inbedding (schaalgrootte) te halen zijn en hoe verhoudt
zich dit tot de ouderinitiatieven?

Heeft de staatssecretaris inmiddels overeenstemming bereikt met de
betrokken organisaties over de uitgangspunten voor het berekenen van het
tarief voor dagbesteding, zoals toegezegd in het algemeen overleg van 19
juni 2008? Zo nee, waarom niet?

Waarom acht de staatssecretaris het verantwoord om tijdens de
herallocatieperiode van 2009-2011 ook nog maximaal 2% onder de
maximumprijs te laten contracteren, hetgeen voor zorgaanbieders toch een
extra herallocatie met zich mee kan brengen? 

Hoe staat het met de inrichting van het herallocatiemodel voor
PGB-houders? Kennen PGB-houders een vergelijkbaar afbouwpercentage van
2% in 2009, 4% daarbovenop in 2010 en nog eens 7% daarbovenop in 2011?
Zo nee, waarom niet? Wanneer kan de staatssecretaris hierover helderheid
en zekerheid verschaffen?

Is er inmiddels duidelijkheid over de bijbehorende prijzen en de
regeling extreme zorgzwaarte, ook voor de PGB-houders? Zo nee, waarom
niet en wanneer kan deze duidelijkheid wel worden gegeven? 

Vragen en opmerkingen van de PvdA-fractie 

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van
de brief van de staatssecretaris aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)
over de herallocatie bij de invoering van de zorgzwaartebekostiging. Zij
zullen apart reageren op de beleidsmatige consequenties van de invoering
van de zorgzwaartebekostiging zoals verwoord in de voorhang-brief van 22
september 2008. Genoemde leden delen de mening dat het van groot belang
is dat er zo snel mogelijk duidelijkheid komt over de (financiƫle)
gevolgen van de invoering van de zorgzwaartebekostiging voor alle
partijen. Zij zijn van mening dat het toewerken naar een systeem van
persoonsvolgende bekostiging een belangrijke stap is om er voor te
zorgen dat cliƫnten de voor hen noodzakelijke zorg ontvangen. Deze
leden vinden het belangrijk dat cliƫnten die op een bepaald moment
zwaardere zorg nodig hebben deze zorg ook zo snel mogelijk kunnen
krijgen, zonder dat daar allerlei bureaucratische vertragingen bij
optreden. 

Zorgvuldigheid, geleidelijkheid

Genoemde leden hechten aan een monitoring van de wijze van invoering.
Zij vragen de staatssecretaris wie zitting hebben in de
begeleidingscommissie, hoe de vertegenwoordiging van verschillende
partijen hierin is vormgegeven en welke werkwijze zal worden gehanteerd.
Wat wordt verstaan onder ā€œactieveā€ bewaking van de wijze waarop de
invoering plaatsvindt en de effecten die dit oproept? 

Sectorspecifieke aspecten

De leden van de PvdA-fractie vragen in hoeverre de maatwerkregeling
toereikend is. Hoe is het percentage van 15% (in de voorhang wordt meer
dan 13% gehanteerd) tot stand gekomen? Waarop is het besluit om in
plaats van 15% voor de maatwerkregeling, te kiezen voor 13% tijdens de
maartronde van 2009 precies gebaseerd? Hoeveel meer afbouwers kunnen
daarmee gebruik maken van de maatwerkregeling? Wat betekent dit concreet
voor instellingen die bijvoorbeeld met een verandering van 13% van hun
budget te maken krijgen? Deze leden menen dat bij een budgetkorting van
bijvoorbeeld 12% bezuinigingen op personeel onontkoombaar zal zijn.
Welke personele gevolgen kunnen zich voordoen en welke gevolgen kan dit
hebben voor de kwaliteit van de zorg? 

Voorts vragen genoemde leden of uiteen kan worden gezet hoe het aantal
opbouwers en het aantal afbouwers zich tot elkaar verhouden en welke
gevolgen dit heeft voor individuele instellingen, bij gelijkblijvend
totaal budget. Welke gevolgen kan dit hebben voor de kwaliteit van de
zorg, voor afbouwers, bijvoorbeeld een instelling met hoge
kapitaallasten die ten gevolge van de herallocatie verder moet
bezuinigen? Deze leden vragen in hoeverre zich een kanteling zou kunnen
voordoen, waarbij instellingen die momenteel een krap budget hebben,
opeens meer geld krijgen (opbouwers) en kunnen investeren in meer
kwaliteit. Terwijl anderzijds instellingen die momenteel beschikken over
een ruim budget, waarmee zij een goede kwaliteit van zorg kunnen
leveren, achteruitgaan in budget en dus zullen moeten gaan bezuinigen,
met gevolgen voor de kwaliteit van zorg in deze instellingen. Genoemde
leden vragen aan welke sectorvreemde ZZPā€™s wordt gedacht ten aanzien
van een eventuele uitzondering op de spelregel dat maximaal 2% onder
maximumprijs mag worden gecontracteerd? 

De leden van de fractie van de Partij van de Arbeid zijn verheugd over
het feit dat de staatssecretaris het voorstel van de NZa overneemt om te
komen tot vermindering van de administratieve lasten door de
budgetrondes in lijn te brengen met de jaarverantwoording van de
zorgaanbieders. Deze leden vragen in dit kader of  de
verantwoordingsafspraken met accountants meegenomen kunnen worden in
deze vermindering van de administratieve lasten. Voorts vragen zij of
geƫist wordt dat de administratieve organisatorische interne controle
van instellingen door de accountant op cliƫntniveau plaatsvindt of dat
verantwoording wordt afgelegd door te werken met gemiddelden van een
groep cliƫnten. Indien dit niet het geval is zou dat volgens deze leden
toch betekenen dat wanneer een cliƫnt een oplopende zorgzwaarte heeft
iedere keer gekeken zal moeten worden wanneer de cliƫnt precies in een
volgende zorgzwaartecategorie valt. Tevens zal er voortdurend moeten
worden gemonitord hoeveel uren precies aan deze cliƫnt wordt besteed,
met alle administratieve belasting tot gevolg. 

Duidelijkheid over de prijzen

De leden van de PvdA-fractie hechten aan de mogelijkheid voor
logeercliƫnten en stemmen in met de bestaande werkwijze voor 2009. Zij
vragen wanneer duidelijkheid geboden kan worden over de aan- en
afwezigheidsdagen na 2009.

GGZ

Wanneer is het aanvullende onderzoek beschikbaar naar de stelling van
GGZ Nederland dat de pakketten en de prijzen onvoldoende stabiel zijn om
daarop een herallocatietraject te baseren? Heeft de sector reeds
informatie aangeleverd? 

Toezicht en spelregels voor zorgkantoren

In hoeverre heeft er inmiddels een overleg plaatsgevonden met partijen
over het toezicht op de inkoop van intramurale zorg en welke partijen
zijn daarbij betrokken? Welke zekerheden zijn ingebouwd om ervoor te
zorgen dat geen ongewenste effecten ontstaan ten gevolge van de
mogelijkheid om regionaal snellere op- en afbouw af te spreken? 

Contracteerplicht

Deze leden delen de mening dat het zorgplan voor een cliƫnt centraal
staat en nooit vervangen kan worden door een indicatie in uren en
euroā€™s. 

Vragen en opmerkingen van de SP-fractie 

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van
de brief van de staatssecretaris en hebben naar aanleiding daarvan een
aantal vragen.

Is de staatssecretaris van mening dat het maken van een zorgplan vooraf
moet gaan aan de bepaling van de zwaarte van een pakket? Zo ja, waarom
is de huidige praktijk dan andersom? Zo nee, hoe kunt u spreken dat de
zorgbehoevende centraal centraal staat als het zorgplan wordt opgesteld
na bepaling van de financiering en de inhoud van de zorg daar uiteraard
op wordt aangepast?

Waarom heeft de staatssecretaris de problemen die boven zijn gekomen bij
het schaduwdraaien nog niet opgelost? Deze leden doelen onder andere op
de klachten over het bedreigen van kleinschalige woonvoorzieningen voor
dementerenden, het probleem met ZZP10 dat enkel wordt afgegeven als een
instelling een palliatieve afdeling heeft, de onzekerheid over de hoogte
van de prijzen voor pakketten, de aanpassingen die nodig zijn voor
mensen met extreme zorgzwaarte, de bureaucratie, enz. 

Hoeveel maatwerkregelingen zijn er getroffen voor zorginstellingen die
bedreigd worden in hun continuĆÆteit? Wanneer vindt de staatssecretaris
een langer traject aanvaardbaar? Welke criteria worden gehanteerd?

Vindt de staatssecretaris het afgeven van de prijzen drie maanden voor
de inwerkingtreding verantwoord? 

Hoe gaan de nieuwe bezuinigingen in de AWBZ werken in de ZZPā€™s? Zijn
die al opgenomen? Zo ja, merkt u ook dat zorginstellingen al anticiperen
op de bezuinigingen? Zo nee, waarom gaat de staatssecretaris volgend
jaar dan weer morrelen aan de ZZPā€™s?

Hoe gaat de staatssecretaris voorkomen dat met de ZZPā€™s die de
zorgbehoevende keuzevrijheid belooft wachtlijsten ontstaan, omdat er
toch nog wordt vast gehouden aan de contracteerruimte?

Waarom wordt in de brief niet gerept over PGBā€™s? Is de
staatssecretaris bereid op heel korte termijn duidelijkheid te geven aan
cliƫntenorganisaties en budgethouders over de toekomst van hun
zorgfinanciering? Zo ja, wilt u dan alle gestelde vragen van de bij u
bekend veronderstelde brieven van PerSaldo en Platform VG beantwoorden
met een afschrift aan de Kamer? Zo nee, waarom niet?

Wat is uw oordeel over de bevindingen in het rapport over de ZZP in de
GGZ (http://www.zorggeenmarkt.nl/pdf/0809-zzp-vanpatientnaarpakket.pdf)
en de uitspraak dat het systeem van de ZZPā€™s niet uitgaat van
preventie, maar dat er enkel naar de zorg wordt gekeken en niet naar de
begeleiding? 

II. 	Reactie van de staatssecretaris

 PAGE    

 PAGE   1