Antwoord op vragen van het lid Bouwmeester over de negatieve effecten van het zero tolerance beleid op grote dansfeesten
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D08363, datum: 2008-10-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2007Z05197:
- Gericht aan: G. ter Horst, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Gericht aan: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: L.T. Bouwmeester, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (š origineel)
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag VGP-K-U-2873973 3 okt. 08 Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Kamervragen 1 20 augustus 2008 Hierbij zend ik u, mede namens de Minster van Justitie en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bouwmeester (PvdA) over de negatieve effecten van het zero tolerance beleid op grote dansfeesten (2070827550). De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dr. A. Klink Antwoorden op kamervragen van REF bmkHetLidDeLeden het Kamerlid Bouwmeester REF bmkKamerleden over REF bmkOnderwerp de negatieve effecten van het zero tolerance beleid op grote dansfeesten ( REF bmkNummer 2070827550 ). 1 Hoe beoordeelt u de uitspraak van verslavingszorginstelling Novadic-Kentron, dat het voeren van een zero tolerance-beleid op grote dansfeesten tot kamikazegebruik onder bezoekers kan leiden? 2 Beschikt u over gegevens of kent u signalen dat bezoekers van dance-feesten al voordat zij naar dat feest gaan Ā«grote hoeveelhedenĀ» genotmiddelen innemen? Zo ja, wat zijn die gegevens of signalen? Houdt dit gebruik vooraf verband met het zero tolerance-beleid? 3 Kan het Ā«kamikazegebruikĀ» voorafgaand aan een dance-feest tot grotere gezondheidsschade leiden dan regulier gebruik gedurende een dance-feest? Zo ja, acht u het dan mogelijk dat het zero tolerance-beleid voor wat betreft het voorkomen van gezondheidsproblemen dan eerder averechts werkt? Zo ja, is dit voor u aanleiding om dit beleid te heroverwegen? Zo neen, waarom niet? 1, 2 en 3. De uitspraak dat ābezoekers al vĆ³Ć³r de ingang een grotere hoeveelheid aan genotmiddelen nemen dan normaalā is verontrustend. Indien mensen er inderdaad toe overgaan meer drugs te gebruiken alvorens ze naar een dance-feest gaan, dan lopen zij daardoor grotere gezondheidsrisicoās. Mij zijn echter geen cijfers bekend die deze uitspraak ondersteunen. Ik zal de UvA (Criminologisch instituut Bonger) vragen om aandacht te geven aan zero tolerance beleid in zijn tweejaarlijkse kwalitatieve monitor van drugsgebruik in het uitgaansleven. Het gevoerde beleid bij dancefeesten geschiedt binnen de kaders van de richtlijnen van het Openbaar Ministerie. 4. Wat is uw mening over de verklaring volgens Novadic-Kentron dat bezoekers op grote dance-feesten die drugs gebruiken en zich niet goed voelen, de EHBO post vermijden uit angst opgepakt te worden? 4. De reactie van mensen om zich minder snel te melden bij een EHBO-post uit angst voor aanhouding is niet nodig. Het feit dat drugsgebruik niet bij wet verboden is draagt er toe bij de drempel naar de hulpverlening zo laag mogelijk te houden en de mogelijkheden voor harmreduction en preventie te vergroten. 5. Deelt u de mening dat het beperken van gezondheidsschade als gevolg van drugsgebruik nog steeds uitgangspunt dient te zijn van het Nederlands drugsbeleid? Zo ja, hoe verhoudt het zero tolerance-beleid zich tot dit uitgangspunt, dit mede in het licht van het genoemde krantenbericht? 5. Zoals ik in maart 2008 heb gezegd tijdens het debat met de Tweede Kamer over het Nederlandse drugsbeleid, is de hoofddoelstelling van het Nederlandse drugsbeleid het voorkomen van drugsgebruik en het beperken van de risico's voor het individu, zijn of haar directe omgeving en de samenleving als geheel. Die doelstelling maakt een uitgebalanceerde, afgewogen aanpak van vraag- en aanbodbeperking waarbij preventie, zorg en harm reduction samengaan met bestrijding van drugscriminaliteit en āoverlast, noodzakelijk. Wanneer in de praktijk verschillende belangen te veel met elkaar conflicteren prevaleert de bescherming van de volksgezondheid. 6. Bent u nog steeds van mening dat het testen van pillen en geven van voorlichting over drugs en drugsgebruik op grote feesten mogelijk moet blijven? 6. Het testen van pillen gebeurt niet meer op de dancefeesten zelf. In het kader van het Drugs Informatie en Monitorings systeem (DIMS) kunnen gebruikers wel drugs laten testen bij locaties van instellingen voor verslavingszorg, verspreid over heel Nederland. Het geven van voorlichting over drugsgebruik dient mogelijk te blijven op grote feesten. 7. Kennen alle politiekorpsen hetzelfde beleid ten aanzien van het gebruik van genotsmiddelen op dance-feesten? Geldt het zero tolerance-beleid voor alle politiekorpsen? Zo neen, waaruit bestaan de verschillen tussen het beleid bij de diverse politiekorpsen en waarom bestaan die verschillen? 7. Binnen de wettelijke kaders en de richtlijnen van het Openbaar Ministerie is deĀ verdere invulling van beleid ten aanzien van het in bezit hebben van genotmiddelen op dance-feesten een aangelegenheid van het lokale gezag. Wij hebben geen inzicht in eventuele regionale verschillen. 8. Deelt u de zorgen van VU promovendus Jan Krul, dat het aantal drugsgerelateerde incidenten na een jarenlange daling door het zero tolerance-beleid weer zal stijgen? Zo ja, wat gaat u dan doen om te bewerkstelligen dat het aantal drugsgerelateerde incidenten blijft dalen? Zo neen, waarom niet? 8. De cijfers uit dit onderzoek laten zien dat er op grote(re) dancefeesten en festivals de afgelopen jaren zeer weinig levensbedreigende situaties zijn voorgekomen, die kunnen worden gerelateerd aan drugsgebruik. De veronderstelling dat deze cijfers zullen veranderen naar aanleiding van het op sommige plaatsen gevoerde zero tolerance-beleid is voorbarig. Mij zijn geen gegevens bekend die deze veronderstelling ondersteunen. 9. Deelt u de mening van de heer Krul dat zorgen over de gezondheid niet de voornaamste reden voor het kiezen voor een zero tolerance-beleid zijn? Zo ja, leidt dit tot heroverweging van dit beleid? Zo neen, waarom niet? 9. Naar ik heb begrepen betreft het hier een uitspraak van de heer Dorpmans van Novadic-Kentron waarbij hij zegt dat āzorgen over de gezondheid niet de voornaamste reden zijn waarom gemeente, politie en justitie vaker kiezen voor een zerotolerancebeleid. Het heeft alles te maken met de uitstraling naar buiten toe. Op zulke grootschalige evenementen scoort de politie gemakkelijk publiciteit.ā Ik heb geen aanwijzingen dat gemeente, politie en justitie kiezen voor een zero tolerance beleid op grond van overwegingen van publiciteit. Voor het tweede deel van uw vraag verwijs ik naar het antwoord op vraag 5. 10. Welke mogelijkheden ziet u om negatieve effecten van het zero tolerance-beleid te voorkomen? 10. Mocht blijken dat er gezondheidsbedreigende situaties ontstaan die een directe relatie hebben met in bepaalde regioās gevoerde zero tolerance beleid op dancefeesten, dan zal ik in overleg met betrokken instanties bekijken hoe dergelijke situaties het beste kunnen worden voorkomen. Er zijn mij geen gegevens bekend waaruit zou blijken dat de drugscontroles in het uitgaanscircuit contraproductieve effecten hebben. Toelichting Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Halsema en Azough (beiden GroenLinks), ingezonden 15 augustus 2008 (vraagnummer 2070827480) en het lid Van der Ham (D66), ingezonden 19 augustus 2008 (vraagnummer 2070827500). Drugsbeleid dance-feesten is gevaarlijk en zinloosĀ», de Volkskrant, 14 augustus 2008. Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Telefoon (070) 340 79 11 Fax (070) 340 78 34 Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG Correspondentie uitsluitend richten aan het postadres met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief Internetadres: www.minvws.nl IF DOCPROPERTY "propArchiefkopie" Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. = "Archiefkopie" AUTOTEXT sysArchiefkopie AANGETEKEND ""