[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Dibi en van het lid Dezentjé Hamming-Bluemink inzake een weggestuurde leerlinge van het Hanze College in Oosterhout

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D09288, datum: 2008-10-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z03282:

Onderdeel van zaak 2008Z03355:

Preview document (🔗 origineel)


  DOCPROPERTY adres  De Voorzitter van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal

Postbus 20018 

2500 EA  DEN HAAG 



	  DOCPROPERTY plaats  Den Haag 	  DOCPROPERTY _onskenmerk  Ons kenmerk 
  DOCPROPERTY _uwbriefvan  Uw brief van 	  DOCPROPERTY _uwkenmerk  Uw
kenmerk 

8 oktober 2008 	  DOCPROPERTY onskenmerk  JOZ/61681 	  DOCPROPERTY
uwbriefvan  26 september 2008 

29 september 2008	  DOCPROPERTY uwkenmerk  2080901270 

2080901390



  DOCPROPERTY _onderwerp  Onderwerp 	  DOCPROPERTY _bijlage   

Kamervragen lid Dibi (GroenLinks) en lid Dezentjé Hamming-Bluemink
(VVD)	  DOCPROPERTY bijlage_fmt   



Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het kamerlid Dibi en
van het kamerlid Dezentjé Hamming-Bluemink van uw Kamer inzake het een
weggestuurde leerlinge van het Hanze College in Oosterhout.

De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brieven met
kenmerken 2080901270 en 2080901270.  DOCPROPERTY aanhef   

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart

Antwoorden op de schriftelijke vragen van het kamerlid Dibi
(GroenLinks) van de Tweede Kamer der Staten-Generaal  aan de
staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Van
Bijsterveldt-Vliegenthart d.d. 26 september 2008.

Vraag: Kent u het bericht 1) dat een leerlinge van een Oosterhoutse
school naar huis is gestuurd omdat de schoolleiding vreest voor haar
veiligheid?

Antwoord: Ja.

Vraag: Hoe vaak komt het voor dat leerlingen voor hun veiligheid van
school worden gestuurd? Bestaan er voor dit soort situaties richtlijnen
waaraan schoolbesturen moeten voldoen? Zo ja, wie houdt precies toezicht
op de naleving van deze richtlijnen? Zo neen, bent u het met mij eens
dat schoolbesturen moeten weten hoe te handelen bij uit de hand gelopen
pestgedrag?

Antwoord: Alvorens ik antwoord geef op uw vragen, wil ik graag eerst de
werkelijke situatie schetsen. Navraag bij de Inspectie en de betreffende
school leert dat in dit specifieke geval een leerling gepest werd
voordat het incident plaatsvond. De school heeft deze pesterijen
gesignaleerd. Als reactie heeft de school haar verantwoordelijkheid
genomen en het pestprotocol in gang gezet, waarbij gesprekken zijn
gevoerd tussen betrokken leerlingen en ouders/verzorgers. Twee weken
later zijn op het schoolplein de betreffende leerlingen elkaar in de
haren gevlogen. Aanleiding voor dit conflict waren pesterijen buiten
school. Ik betreur het dat deze situatie uit de hand gelopen is, echter
de school heeft op voorhand niet kunnen inschatten dat een dergelijke
schermutseling zou ontstaan. De schoolleiding heeft vervolgens besloten
om beide leerlingen die middag naar huis te sturen om af te koelen en de
rust in de school te laten terugkeren. Vervolgens zijn gesprekken
gevoerd tussen ouders/verzorgers, leerlingen en schoolleiding. Beide
leerlingen zijn inmiddels weer op school aanwezig. Aanvullend is door de
school interne en externe hulp ingeschakeld om de situatie te
verbeteren. De school en het schoolbestuur hebben hiermee de
verantwoordelijkheid genomen om het veilig schoolklimaat te herstellen
en vervolgens te behouden, hetgeen ik een goede zaak vind.

Er bestaan geen gegevens over hoe vaak leerlingen voor hun veiligheid
van school worden gestuurd. Indien een leerling langer dan één dag
wordt geschorst, hetgeen in dit geval niet aan de orde was, dient de
school de Inspectie van het Onderwijs en de leerplichtambtenaar te
informeren. Daarnaast moet de school de leerlingen en de
ouders/verzorgers schriftelijk in kennis stellen.  De Inspectie houdt
toezicht op deze procedure. Tevens houdt de Inspectie toezicht op hoe
scholen hun ‘pestbeleid’ vormgeven en hier in de praktijk mee
omgaan. De Inspectie maakt daarbij gebruik van het reguliere
toezichtinstrumentarium. 

Vraag: Wat zijn de effecten van het landelijke pestbeleid tot nu toe? In
hoeverre is het pestgedrag afgenomen?

Antwoord: Hoewel het fenomeen pesten helaas van alle tijden is, is
structurele aandacht voor pesten, voor de slachtoffers van pesten en het
voorkomen van pestgedrag van groot belang. Het is een randvoorwaarde
voor een verantwoord pedagogisch schoolklimaat. 

Uit de gegevens van meest recente veiligheidsmonitor van het Primair
Onderwijs en de veiligheidsmonitor van het MBO van vorig jaar blijkt een
licht positieve trend: het aantal incidenten daalt licht en het gevoel
van veiligheid neemt toe.  Dit jaar verschijnt de veiligheidsmonitor van
het Voortgezet Onderwijs. De resultaten daarvan zullen onderdeel
uitmaken van de brief over de voortgang van veiligheidsbeleid in en om
de school, die ik voor het eind van dit jaar naar de Tweede Kamer zal
sturen. 

Vraag: Kent u de berichten 2) over andere van school gepeste kinderen?
Bent u met mij van mening dat het voorkomen van dit soort excessen niet
alleen de verantwoordelijkheid van scholen is, maar ook uw
verantwoordelijkheid? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen om de
veiligheid van ieder kind te waarborgen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord: Ik ken de beide genoemde berichten over andere van school
gepeste kinderen en ik ben van mening dat pestgedrag, of het nou om
excessen gaat of niet, niet te accepteren is. Scholen zelf zijn
verantwoordelijk voor het creëren van een veilig schoolklimaat,
waaronder ook het zorgen voor een pestvrije school valt. Scholen kunnen
dit echter niet alleen. Er bestaan veel ondersteuningsmogelijkheden voor
scholen als het gaat om het creëren van een veilig schoolklimaat. Zo
zijn er  ondersteuningsprogramma’s beschikbaar voor de aanpak van
pesten. Scholen kiezen zelf programma’s die het beste bij de school,
de leerlingen en docenten passen en die toegespitst zijn op de lokale
situatie. Veel scholen voeren anti-pestbeleid uit en hebben een protocol
tegen pesten. De keuze is aan de scholen. Staatssecretaris Dijksma en ik
ondersteunen scholen op het gebied van sociale veiligheid onder andere
door middel van het gesubsidieerde Centrum School en Veiligheid ( 
HYPERLINK "http://www.schoolenveiligheid.nl"  www.schoolenveiligheid.nl 
en   HYPERLINK "http://www.pestweb.nl"  www.pestweb.nl ). Tevens
ontvangen alle scholen in het voortgezet onderwijs sinds 2005 extra
middelen voor de versterking van de leerlingbegeleiding.

Daarnaast kunnen scholen in het basis-, voortgezet-, speciaal onderwijs
en het MBO vanaf dit schooljaar een beroep doen op één van de
Kwaliteitsteams Veiligheid. Deze  Kwaliteitsteams Veiligheid bestaan uit
veiligheidsdeskundigen uit diverse sectoren, zoals het onderwijs, bureau
HALT, jeugdzorg en politie. Doel is om scholen die daar behoefte aan
hebben te helpen bij het verbeteren van de sociale veiligheid, zodat
leerlingen en docenten zich veiliger voelen op en rond scholen. Zo kan
het veiligheidsteam ter plekke een quick scan uitvoeren om te bepalen of
een school voldoende veiligheidsmaatregelen heeft genomen. Ook
ondersteunen en adviseren de teams bij de totstandkoming van afspraken
tussen scholen, Zorg- en Advies Teams, politie en gemeenten ter
verbetering van de veiligheid en hulpverlening. Het instellen van de
Kwaliteitsteams Veiligheid is één van de maatregelen die wordt genomen
om scholen veiliger te maken.

Vraag: Vindt u het ook niet principieel onacceptabel dat slachtoffertjes
van pestgedrag van school gestuurd worden, terwijl de daders op school
kunnen blijven? Welke mogelijkheden, variërend van hulpverlening tot
het van school verwijderen, bestaan er ten aanzien van de pestende
leerlingen en bestaat er zicht op de toepassing ervan?

Antwoord: Ik verwacht van scholen dat zij hun verantwoordelijkheid nemen
in het creëren van een veilig schoolklimaat en dat scholen derhalve
passende maatregelen nemen richting daders van pestgedrag. In dit
specifieke geval heeft de school besloten een korte time-out voor beide
leerlingen in te lassen. Vervolgens is besloten zowel interne als
externe hulp in te schakelen (opnieuw voor beide leerlingen) om hiermee
het veilige schoolklimaat te herstellen en vervolgens te behouden.

In het algemeen heeft de school verschillende mogelijkheden richting
daders van pestgedrag. Die mogelijkheden lopen inderdaad uiteen van
allerlei vormen van hulpverlening tot uiteindelijk schorsing en
verwijdering. De school maakt hierin zelf keuzen, in overleg met
betrokkenen, zoals bijvoorbeeld de Inspectie, zorg, leerplichtambtenaar
en leerlingbegeleider.

1) ‘Gepest meisje weggestuurd van school’,   HYPERLINK
"http://www.nu.nl"  www.nu.nl  25 september 2008

2) ‘Pispaal omdat je geen moslim bent’, Algemeen Dagblad 24
september 2007 en ‘Turkse kinderen van school na lang getreiter’,
NRC Handelsblad 23 mei 2008



Antwoorden op de schriftelijke vragen van het kamerlid Dezentjé
Hamming-Bluemink (VVD) van de Tweede Kamer der Staten-Generaal  aan de
staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Van
Bijsterveldt-Vliegenthart d.d. 29 september 2008.

Vraag: Bent u op de hoogte van het bericht over een 15-jarige scholiere
van het Hanze College in Oosterhout die door de schoolleiding naar huis
gestuurd is, omdat haar veiligheid niet kan worden gegarandeerd? 1)

Antwoord: Ja.

Vraag: Hoe oordeelt u over deze gang van zaken? Bent u voornemens om de
schoolleiding hierop aan te spreken? Hoe heeft de schoolleiding
gereageerd op het feit dat de moeder van de scholiere al meerdere keren
heeft aangegeven dat haar dochter werd gepest? 

Antwoord: Alvorens ik antwoord geef op uw vragen, wil ik graag eerst de
werkelijke situatie schetsen. Navraag bij de Inspectie en de betreffende
school leert dat in dit specifieke geval een leerling gepest werd
voordat het incident plaatsvond. De school heeft deze pesterijen
gesignaleerd. Als reactie heeft de school haar verantwoordelijkheid
genomen en het pestprotocol in gang gezet, waarbij gesprekken zijn
gevoerd tussen betrokken leerlingen en ouders/verzorgers. Twee weken
later zijn op het schoolplein de betreffende leerlingen elkaar in de
haren gevlogen. Aanleiding voor dit conflict waren pesterijen buiten
school. Ik betreur het dat deze situatie uit de hand gelopen is, echter
de school heeft op voorhand niet kunnen inschatten dat een dergelijke
schermutseling zou ontstaan. De schoolleiding heeft vervolgens besloten
om beide leerlingen die middag naar huis te sturen om af te koelen en de
rust in de school te laten terugkeren. Vervolgens zijn gesprekken
gevoerd tussen ouders/verzorgers, leerlingen en schoolleiding. Beide
leerlingen zijn inmiddels weer op school aanwezig. Aanvullend is door de
school interne en externe hulp ingeschakeld om de situatie te
verbeteren. De school en het schoolbestuur hebben hiermee de
verantwoordelijkheid genomen om het veilig schoolklimaat te herstellen
en vervolgens te behouden, hetgeen ik een goede zaak vind.

Er bestaan geen gegevens over hoe vaak leerlingen voor hun veiligheid
van school worden gestuurd. Indien een leerling langer dan één dag
wordt geschorst, hetgeen in dit geval niet aan de orde was, dient de
school de Inspectie van het Onderwijs en de leerplichtambtenaar te
informeren. Daarnaast moet de school de leerlingen en de
ouders/verzorgers schriftelijk in kennis stellen.  De Inspectie houdt
toezicht op deze procedure. Tevens houdt de Inspectie toezicht op hoe
scholen hun ‘pestbeleid’ vormgeven en hier in de praktijk mee
omgaan. De Inspectie maakt daarbij gebruik van het reguliere
toezichtinstrumentarium. 

Vraag: Welke sancties zou een school moeten krijgen die verzuimt om een
effectief anti-pestbeleid te voeren?

Antwoord: De Inspectie houdt toezicht op hoe scholen hun
‘pestbeleid’ vormgeven en hoe scholen hier in de praktijk mee
omgaan. De Inspectie maakt daarbij gebruik van het reguliere
toezichtinstrumentarium. 

Vraag: Deelt u de mening dat het wegsturen van een slachtoffer echt de
wereld op z’n kop is? 

Antwoord: Ik verwacht van scholen dat zij hun verantwoordelijkheid nemen
in het creëren van een veilig schoolklimaat en dat scholen derhalve
passende maatregelen nemen richting daders van pestgedrag. In dit
specifieke geval heeft de school besloten een korte time-out voor beide
leerlingen in te lassen. Vervolgens is besloten zowel interne als
externe hulp in te schakelen (opnieuw voor beide leerlingen) om hiermee
het veilige schoolklimaat te herstellen en vervolgens te behouden. 

Vraag: Wat gaat de school nu doen om de veiligheid van dit meisje te
garanderen en hoe gaat de school er nu voor zorgen dat de scholiere haar
schooltijd voortaan zonder gepest te worden  op een veilige manier kan
voortzetten?

Antwoord: Zie antwoord op vraag 4.

 

Vraag: Hoe gaat u ervoor zorgen dat dit kabinet een verantwoord
schoolklimaat garandeert waarin pestgedrag wordt voorkomen, zo snel
mogelijk wordt gestopt en het slachtoffer zo min mogelijk schade
ondervindt?

Antwoord: Ik ben van mening dat pestgedrag, of het nou om excessen gaat
of niet, niet te accepteren is. Scholen zelf zijn verantwoordelijk voor
het creëren van een veilig schoolklimaat, waaronder ook het zorgen voor
een pestvrije school valt. Scholen kunnen dit echter niet alleen. Er
bestaan veel ondersteuningsmogelijkheden voor scholen als het gaat om
het creëren van een veilig schoolklimaat. Zo zijn er
ondersteuningsprogramma’s beschikbaar voor de aanpak van pesten.
Scholen kiezen zelf programma’s die het beste bij de school, de
leerlingen en docenten passen: die toegespitst zijn op de lokale
situatie. Veel scholen voeren anti-pestbeleid uit en hebben een protocol
tegen pesten. De keuze is aan de scholen. Staatssecretaris Dijksma en ik
ondersteunen scholen op het gebied van sociale veiligheid onder andere
door middel van het gesubsidieerde Centrum School en Veiligheid ( 
HYPERLINK "http://www.schoolenveiligheid.nl"  www.schoolenveiligheid.nl 
en   HYPERLINK "http://www.pestweb.nl"  www.pestweb.nl ). Tevens
ontvangen alle scholen in het voortgezet onderwijs sinds 2005 extra
middelen voor de versterking van de leerlingbegeleiding.

Daarnaast kunnen scholen in het basis-, voortgezet-, speciaal onderwijs
en het MBO vanaf dit schooljaar een beroep doen op één van de
Kwaliteitsteams Veiligheid. Deze  Kwaliteitsteams Veiligheid bestaan uit
veiligheidsdeskundigen uit diverse sectoren, zoals het onderwijs, bureau
HALT, jeugdzorg en politie. Doel is om scholen die daar behoefte aan
hebben te helpen bij het verbeteren van de sociale veiligheid, zodat
leerlingen en docenten zich veiliger voelen op en rond scholen. Zo kan
het veiligheidsteam ter plekke een quick scan uitvoeren om te bepalen of
een school voldoende veiligheidsmaatregelen heeft genomen. Ook
ondersteunen en adviseren de teams bij de totstandkoming van afspraken
tussen scholen, Zorg- en Advies Teams, politie en gemeenten ter
verbetering van de veiligheid en hulpverlening. Het instellen van de
Kwaliteitsteams Veiligheid is één van de maatregelen die wordt genomen
om scholen veiliger te maken.

1)  HYPERLINK http://www.nu.nl/news.jsp?n=1761318&c=12 
http://www.nu.nl/news.jsp?n=1761318&c=12 

 HYPERLINK
http://www.brabantsdagblad.nl/regios/brabant/3766891/Gepest-meisje-van-s
chool-gestuurd.ece 
http://www.brabantsdagblad.nl/regios/brabant/3766891/Gepest-meisje-van-s
chool-gestuurd.ece 

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid
Dibi (GroenLinks), ingezonden 26 september 2008 (vraagnummer 2008Z03282
/ 2080901270)

  DOCPROPERTY _pagina  blad    PAGE  1 /  SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT 
1 

  DOCPROPERTY e_organisatienaam  Ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap 

  DOCPROPERTY v_adres  Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den
Haag  T   DOCPROPERTY e_telefoon_org  +31-70-412 3456  F   DOCPROPERTY
e_fax_org  +31-70-412 3450  W   DOCPROPERTY e_website_org  www.minocw.nl


  DOCPROPERTY _pagina  blad    PAGE  2 /  SECTIONPAGES   \* MERGEFORMAT 
7 

 

  DOCVARIABLE clausule