[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid De Wit over het uitzetten van een Pakistaanse vrouw.

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D09600, datum: 2008-10-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2007Z05183:

Preview document (🔗 origineel)


	Postadres: Postbus 20301, 2500 EH  Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer 

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA DEN HAAG

	Bezoekadres

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Telefoon (070) 3 70 79 11

Fax (070) 3 70 79 72

www.justitie.nl

Onderdeel	Directie Vreemdelingenbeleid

	Datum	9 oktober 2008

	Ons kenmerk	5561804/08/DVB

	Uw kenmerk	2070827400

	Bijlage(n)	1

	Onderwerp	Beantwoording vragen van het lid De Wit (SP) over het
uitzetten van een Pakistaanse vrouw.

















	

Hierbij treft u aan de beantwoording van de vragen van het lid De Wit
(SP) aan de Staatssecretaris van Justitie over het uitzetten van een
Pakistaanse vrouw (ingezonden 14 augustus 2008, nr 2070827400).   

De Staatssecretaris van Justitie, 



Antwoorden van de Staatssecretaris van Justitie op de vragen van het lid
De Wit (SP) over het uitzetten van een Pakistaanse vrouw (ingezonden 14
augustus 2008, nr. 2070827400)

Vraag 1

Bent u op de hoogte van de aanstaande uitzetting van de Pakistaanse
vrouw J., welke is gepland voor woensdag 13 augustus 2008 om 11.00 uur

Antwoord 1

Ja. Zoals u inmiddels bekend is heb ik het voorgenomen vertrek uit
Nederland geannuleerd. Dientengevolge is de inbewaringstelling op 13
augustus jl. opgeheven. 

Vraag 2 

Is het u bekend dat J. 10 jaar in Nederland verblijft en in het bezit
was van een verblijfsvergunning maar verzuimd heeft deze tijdig te
verlengen?

Antwoord 2

Ja

Vraag 3

Is het u voorts bekend dat de man en de twee minderjarige kinderen van
J. inmiddels de Nederlandse nationaliteit bezitten?

Antwoord 3

Ja

Vraag 4 

Waarom moest J. in vreemdelingenbewaring worden genomen en dreigt zij nu
te worden uitgezet, terwijl het u bekend is dat zij doende is het
aanvragen van een Machtiging Voorlopig Verblijf (MVV) in Pakistan te
regelen?

Antwoord 4

De inbewaringstelling en voorgenomen verwijdering waren rechtmatig,
gelet op het feit dat betrokkene niet meer rechtmatig in Nederland
verbleef en derhalve verwijderbaar was. 

Vraag 5 

Is de voorgenomen uitzetting niet in strijd met het sinds jaar en dag
geldende principe dat gezinnen niet worden gescheiden ? Zo neen, waarom
niet?

Antwoord 5

Nee. Iedere vreemdeling van wie de verblijfsvergunning verloopt wordt
door de IND gewezen op het belang van het tijdig indienen van een
aanvraag voor verlenging van deze vergunning. Indien buiten de redelijke
termijn van een half jaar na het beëindigen van het rechtmatig verblijf
om voortzetting van het verblijf wordt gevraagd, is het mvv-vereiste
opnieuw van toepassing. In de onderhavige zaak was de termijn van zes
maanden zeer ruim overschreden. 

Het stellen van het mvv-vereiste betekent niet dat uitoefening van het
gezinsleven hier te lande niet meer zal worden toegestaan. Het gezin
wordt in beginsel slechts voor de duur van de behandeling van de
aanvraag van de mvv gescheiden.  

Vraag 6

Bent u bereid met spoed de voorgenomen uitzetting te heroverwegen?

Zo neen, waarom niet?

Antwoord 6

Zie het antwoord op vraag 1.

1) Naam en IND-nummer per apart schrijven ter griffie gedeponeerd.

5561804/08/DVB/9 oktober 2008

  PAGE  3 /  NUMPAGES  3 



Ministerie van Justitie



Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en
Vreemdelingenzaken



Directie Vreemdelingenbeleid





Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts
één zaak in uw brief behandelen.

