[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag houdende een lijst van vragen

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) en van de begrotingsstaat van het Waddenfonds voor het jaar 2009

Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden

Nummer: 2008D10057, datum: 2008-10-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z02466:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


Lijst van vragen ā€“ VROM-begroting 2009

Kamerstuknummer	:	31700XI

Vragen aan	:	Regering

Commissie	:	Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer



Nr	Vraag	Blz

van	

tot

1	Bent u van mening dat megastallen, die door de provincie Groningen
worden verboden,  gesitueerd zouden moeten worden op agrarische
vestigingsterreinen? Zo ja, gaat u beleid ontwikkelen om deze aan te
(laten) wijzen?	0	 

2	Gaat u beleid voor bedrijventerreinen, windmolens en agrarische
vestigingsterreinen opnemen in nationaal ruimtelijk beleid (AMvB Nota
Ruimte)?	0	 

3	Kunt u de Kamer informeren over de agrarische gronden die in eigendom
van Fortis zijn? 	0	 

4	Hoe gaan provincies thans om met het opstellen van structuurvisies? In
hoeverre stellen provincies thans structuurvisies op, die een hoge mate
van gedetailleerdheid kennen? Hoe beoordeelt u in het algemeen het feit
dat provincies gedetailleerde structuurvisies opstellen? Strookt dit met
de Wet ruimtelijke ordening?	0	 

5	Is het duurzame inkoopbeleid ook van toepassing op het benutten van
duurzame secundaire bouw- en/of grondstoffen in eigen werken? In welke
(nog te ontwikkelen) productgroep past dit?	0

	6	Is het waar dat de Europese Commissie een verzoek van Nederland heeft
afgewezen voor een experiment dat ter zake niet aan IPPC-bepalingen
hoeft te worden voldaan als gevolg van het hebben van NOx handel? Welke
gevolgen heeft dit voor de beleidsvoornemens op het gebied van
NOx-handel, mede in het licht van het streven naar een gelijk speelveld
binnen de Europese Unie?	0

	7	Hoe groot is het bedrag aan 'groene belastingen' dat door de staat
wordt geĆÆnd? Welk deel van het geĆÆnde bedrag komt ten goede aan het
milieubeleid en hoe groot is het bedrag dat naar de VROM-begroting is te
herleiden?	4	 

8	Bij de behandeling van het Jaarverslag 2007 in juni bleek dat het
ministerie van VROM wat betreft het stellen van doelen en
prestatie-indicatoren het duidelijk slechter deed dan andere
ministeries. Op welke manier is invulling gegeven aan de toen gedane
toezeggingen om hierin verbetering te krijgen? 	6	 

9	U kiest voor samenwerking met degene die met u samen willen werken,
maar wat is de lijn die u voorstaat richting degenen die niet mee willen
werken en de zogenaamde freeriders? 	9	 

10	Kunt u een overzicht geven met welke partijen uw ministerie
convenanten heeft afgesloten  en wat de inhoud is van deze convenanten? 
9	 

11	Wanneer worden de duurzaamheidsakkoorden met de sectoren verkeer en
vervoer en de energiesector gesloten?	10	 

12	Kunt u uiteenzetten hoe het advies van de commissie Alders over de
uitbreiding van de vluchten op de vliegvelden Schiphol (90.000 extra
vluchten per jaar), Eindhoven en Lelystad (70.000 extra vluchten per
jaar) zich verhoudt tot de doelstelling van het kabinet om een reductie
van dertig procent in de uitstoot van broeikasgassen in 2020 ten
opzichte van 1990 te realiseren?	10	 

13	Op welke wijze wordt de maatschappelijke acceptatie van Carbon
Capture and Storage CCS bevorderd? 	12	 

14	Worden in de verkenningen naar CCS ook de koolstofvastleggende
functies van olivijn en algen onderzocht? Zo ja, op welke wijze?	12	 

15	Hoe gaat u er concreet voor zorgen dat de doelen uit het
werkprogramma Schoon en Zuinig breed worden en blijven gesteund in de
samenleving?	12	 

16	Welke maatregelen heeft u achter de hand als de convenanten
onvoldoende resultaat hebben?	12	 

17	Hoeveel geld is er met CCS gemoeid op basis van de huidige CO2 prijs
en de in toekomst verwachte CO2 prijs? Hoeveel overheidsgeld is gemoeid
met de twee grootschalige demonstratieprojecten?	12	 

18	Jaarlijks wordt in september over de voortgang van het werkprogramma
Schoon en Zuinig gerapporteerd. Waarom is de rapportage over 2007-2008
nog niet verschenen en wanneer kan de Kamer deze alsnog tegemoet zien?
13	 

19	Hoeveel geld uit de VROM-begroting zal worden besteed aan onderzoeken
naar de ontwikkeling van emissiearm voer en stimulering van
precisielandbouw?	13	 

20	Voor welke maatregelen ter beperking van de broeikasgasuitstoot in de
landbouw krijgen bedrijven subsidie voor de gemaakte kosten en hoe hoog
is het totale subsidiebedrag?	13	 

21	Wat is het maximale subsidiebedrag dat een veehouderij kan krijgen
voor het nemen van maatregelen ter beperking van de broeikasgasuitstoot?
En om hoeveel bedrijven zal het naar verwachting gaan?	13	 

22	Wordt bij het bepalen van subsidiabele maatregelen ter beperking van
de broeikasgasuitstoot in de landbouw rekening gehouden met de mogelijke
effecten van de maatregelen op het welzijn van dieren? Zo ja, welke? Zo
nee, waarom niet?	13	 

23	Wordt bij het beoordelen van de maatregelen die worden genomen ter
beperking van de broeikasgasuitstoot, criteria op het gebied van
dierenwelzijn meegenomen? Zo ja, welke en in welke mate wordt beoordeeld
of het welzijn van dieren door het nemen van deze maatregelen niet wordt
aangetast? Zo nee, waarom niet en hoe wordt dan beoordeeld of het
welzijn van dieren door het nemen van deze maatregelen niet wordt
aangetast?	13	 

24	Wordt bij het bepalen van subsidiabele maatregelen ter beperking van
de broeikasgasuitstoot in de landbouw ook maatregelen in de vorm van een
krimp van de veestapel meegenomen? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?	13
 

25	Worden aan de subsidieverlening voor het onderzoek naar emissiearm
veevoer de voorwaarden op het gebied van dierenwelzijn gesteld? Zo ja,
welke? Zo nee, waarom niet en op welke wijze wordt voorkomen dat de
ontwikkeling van emissiearm voer een verslechtering van het welzijn van
de betrokken dieren veroorzaakt?	13	 

26	Wordt bij de subsidieverlening voor het onderzoek naar emissiearm
veevoer gekeken naar de mogelijke negatieve gevolgen van
klimaatverbetering via het voerspoor voor de weidegang van melkkoeien?
Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?	13	 

27	Hoe beĆÆnvloedt de huidige uitbreiding van het melkquotum en de
verwachte afschaffing in 2015 de realisatie van de klimaatdoelstellingen
voor de landbouw?	13	 

28	Aan welke ambities en reductiedoelstellingen denkt u bij de opmerking
dat het verminderen van de consumptie van dierlijke eiwitten belangrijk
is om de emissies van overige broeikasgassen te reduceren? 	13	 

29	Waarom is de beĆÆnvloeding van de eiwitconsumptie alleen mogelijk in
een geleidelijk proces? Wat wordt met deze aanname bedoeld en waar is
deze aanname op gebaseerd? 	13	 

30	Hoeveel geld wordt beschikbaar gesteld voor het onderzoek naar de
mogelijkheden van een transitie in consumptie van eiwitten, in het
bijzonder de consumptie van vlees?	13	 

31	Hoeveel geld wordt beschikbaar gesteld voor de milieu analyse naar de
beste mogelijkheden om eiwitten te vervangen?	13	 

32	Wat worden de kerndoelen in de beleidsvisie over het verminderen van
de consumptie van dierlijke eiwitten?	13	 

33	Wanneer zal er duidelijkheid zijn met betrekking tot de bestemming
van de opbrengst uit veilingen in het kader van
broeikasgasemissiehandel? Wanneer wordt precies vastgesteld welke
sectoren onder de vrijstelling zullen vallen in verband met ā€˜carbon
leakageā€™?	14	 

34	Wanneer kunnen de nieuwe duurzaamheidscriteria verwacht worden voor
de tweede generatie biobrandstoffen?  	15	 

35	Wat is de stand van zaken met betrekking tot de voortgang van
duurzaam inkopen? Voor hoeveel producten zijn de inkoopcriteria klaar?
Is hierover overeenstemming bereikt met het bedrijfsleven? Hoe wordt
geborgd dat inkopers ze toepassen?	16	 

36	Welke afwegingen rechtvaardigen het voor gemeenten om bepaalde
criteria voor duurzaam inkopen niet toe te passen, aan wie zullen ze
zich moeten verantwoorden voor die keuze en welke doorzettingsmacht
heeft die laatste partij? 	16	 

37	Op welke wijze heeft u het noodzakelijk maatschappelijk draagvlak in
acht genomen bij de invoering van de nieuwe vergroeningsmaatregelen per
1 januari 2009?	16	 

38	Wordt bij het stimuleren van duurzame consumptie en productie 
(doelstelling 22) ook aandacht besteed aan het verminderen van de
consumptie van dierlijke eiwitten? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom
niet en hoe verhoudt dit zich tot de doelstellingen voor het
werkprogramma Schoon en Zuinig?	16	 

39	Wordt bij het stimuleren van duurzame consumptie en productie
(doelstelling 22) ook aandacht besteed aan dierenwelzijnsaspecten van
productie en consumptie? Zo ja, op welke wijze en met welke insteek? Zo
nee, waarom niet en hoe wordt voorkomen dat duurzame consumptie
stimuleringsmaatregelen het welzijn van dieren zullen bijten?	16	 

40	Wordt bij het stimuleren van duurzame productie en consumptie ook
gekeken naar de milieu, klimaat, en dierenwelzijnsaspecten van de
veehouderij? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?	16	 

41	Biedt de doelstelling ā€˜stimuleren van duurzame consumptie en
productieā€™ (doelstelling 22) de duurzaamheidswinst van een krimp van
de veestapel meegenomen? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?	16	


42	Hoe is de ontwikkeling van de in 2009 voorziene duurzame ruimtelijke
hoofdstructuur aan de Kamer aangekondigd? Bestaat er een relatie met de
motie Van Bochove-Depla naar de ruimtelijke gevolgen van een
ā€˜worst-case klimaatscenarioā€™?	17	 

43	Behelst Mooi Nederland behalve herstructurering van
bedrijventerreinen en verspreid glas ook de landschappelijke inpassing
daarvan? Is er ook geld en aandacht voor landschapselementen, groen
langs de wegen en andere elementen die Nederland in de ogen van de
burger mooi maken?	17	 

44	Windmolens komen in concentratiegebieden. Welke zijn dit? Zou deze
functie gecombineerd kunnen worden met agrarische vestigingsterreinen?
17	 

45	Hoeveel geld is gemoeid met het stopzetten van de verrommeling? Op
welke wijze kunnen we u hierop afrekenen? Welke ontwikkelingen worden
stopgezet?	17	 

46	Kunt u in relatie tot uw opvattingen hierover een reactie geven op de
kritiek van het Bureau voor de Leefomgeving, geformuleerd in de
Milieubalans 2008 pagina 37, op de Cradle to Cradle filosofie? 	17	 

47	Wat zijn de concrete voornemens als het gaat om bundeling en
herstructurering van woonlocaties? Wat stelt u zich daarbij voor? 	17	 

48	Kan het Cradle to Cradle concept ook een stimulans zijn voor de
verduurzaming van de veehouderij? Zo ja, hoe wordt hier op ingezet? Zo
nee, waarom niet?	17	 

49	Hoort de veehouderij ook tot een van de sectoren waar het Cradle to
Cradle concept al door de branche organisatie actief wordt uitgedragen
naar de leden? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, waarom niet?	17	 

50	Op pagina 17 staat dat vanaf 2009 1000 tot 1500 hectares
bedrijventerrein geherstructureerd gaat worden. Op p 18 staat dat er in
dit kader sprake is van vijf pilotprojecten? Is dat Ć©Ć©n en hetzelfde
programma?	17	18

51	Sluit de planning in aantallen hectares te herstructureren
bedrijventerreinen aan bij de Taskforce Noordanus? Zo nee, kunt u
aangeven hoe paragraaf 5a wordt aangepast, eventueel na het vaststellen
van de kabinetsreactie?	18	 

52	Wanneer kunnen wij de lijst met locaties van de te herstructureren
hectares bedrijventerrein tegemoet zien? Op welke begrotingspost kunnen
we de kosten terugzien?	18	 

53	Wat kan de Kamer precies terugzien van de verbetering van de
ruimtelijke kwaliteit?	18	 

54	Kunnen de uitgewerkte kernkwaliteiten van nationale landschappen per
provincie verschillen over wat er wel en niet in gebouwd of aangelegd
mag worden? Kunnen kernkwaliteiten ook tegengesteld zijn per provincie?
18	 

55	Welke inspanningen verricht u om deskundigheid en slagkracht van de
gemeenten en provincies te vergroten met betrekking tot de inzet van
beleidsinstrumenten voor ruimtelijke ordening, zodat zij optimaal
belangen kan behartigen?	18	 

56	Bedoelt u met belangen die optimaal moeten worden behartigd specifiek
het algemeen belang? 	18	 

57	Hoeveel fte stelt u beschikbaar voor de ondersteuning en
deskundigheidsbevordering van gemeenten en provincies van de inzet van
beleidsinstrumenten voor ruimtelijke ordening?	18	 

58	Op welke wijze kunnen gemeenten en provincies een beroep doen op de
kennis en ondersteuning die uw ministerie aanbiedt bij de inzet van
beleidsinstrumenten voor ruimtelijke ordening? Zijn daar voor gemeenten
en provincie kosten aan verbonden?	18	 

59	Hoe groot is het gebrek aan kennis en menskracht bij gemeenten en
provincies voor uitvoering van beleidsinstrumenten voor ruimtelijke
ordening? Bij welke gemeenten komen deze gebreken voor?	18	 

60	Wat wordt verstaan onder een ā€œhogere ruimtelijke kwaliteitā€ van
bedrijventerreinen? Hoe kunt u daadwerkelijk bevorderen dat
bedrijventerreinen een ā€œhogere ruimtelijke kwaliteitā€ krijgen?	18	 

61	Is er een verschil tussen provincies als het gaat om de leegstand van
bedrijventerreinen? Zo ja, wat zijn die regionale verschillen?	18	 

62	Hoe wordt de regionale afstemming over de aanleg van nieuwe
bedrijventerreinen daadwerkelijk verbeterd? 	18	 

63	Hoe luiden de afspraken die in 2008 per provincie zijn gemaakt als
het gaat om de behoefte aan nieuwe bedrijventerreinen? 	18	 

64	Wat is de reactie van het kabinet op het rapport van de Taskforce
(her-)ontwikkeling bedrijventerreinen? 	18	 

65	U gaat in overleg met de G27 over de ontwikkeling in stedelijke
gebieden van bedrijventerreinen. Gaat u ook in overleg met de landelijke
gemeenten om te voorkĆ³men dat er nog meer bedrijventerreinen in de
groene ruimte worden gepland?	19	 

66	Is een goede en tijdige ontsluiting bij ruimtegebruik ook te vertalen
naar ā€˜eerst bewegen dan bouwenā€™? Met ander woorden eerst moet de
infrastructuur en het openbaar vervoer op orde zijn alvorens
bouwactiviteiten plaatsvinden. Zo nee, hoe is die goede en tijdige
ontsluiting dan bedoeld?	19 	 

67	Wat is het referentiekader waaraan u de groeiende tevredenheid van
Nederlanders over landschap toetst? 	19	 

68	Maakt de mogelijkheid van de inzet van restwarmte voor
stadsverwarmingsprojecten ook deel uit van het pilotproject met
betrekking tot restwarmte? Wordt daarbij in het licht van de positieve
kabinetsreactie op het WRR-rapport ā€˜Sturen op infrastructuren, een
investeringsopdrachtā€™ ook de opvatting meegenomen om als overheid
verantwoordelijkheid te nemen voor een infrastructuur voor
restwarmtelevering? Op welke manieren wordt investeerders een positieve
prikkel gegeven voor restwarmtelevering?	19

	69	Welke relatie bestaat er tussen de rijks- en provinciegelden voor de
aanpak van verspreid liggend glas?	20	 

70	Kan worden uiteengezet hoe het doel van behoud van een bepaald
percentage zeer open gebied aansluit bij de ideeƫn van burgers over
mooi landschap? Welk onderzoek ligt daaraan ten grondslag? Zou de
(her-)introductie van groene beplanting langs dijken en straten in de
momenteel als zeer open landschap gekwalificeerde gebieden aan die
gebieden deze kwalificatie kunnen ontnemen? Zo ja, is onderzocht of de
ontwikkeling van een coulisselandschap in momenteel zeer open
landschappen door burgers niet juist als kwaliteitsverbetering zou
worden ervaren?	20	 

71	Bedoelt u met campings, recreatieparken? Zo nee, wat is de reden om
hier specifiek van campings te spreken?	20	 

72	Op welke wijze is het zeer open landschap beschermd? Hoe garandeert u
dat die 119000 ha wordt gehandhaafd? Komt dit in een structuurvisie vast
te liggen? 	20	 

73	Waar wordt aan gedacht als het gaat om het vereenvoudigen van het
stelsel voor de landschappen van nationaal belang, zoals
Rijksbufferzones en Nationale Landschappen? 	20	 

74	Waar wordt aan gedacht als het gaat om het actualiseren van de
Samenwerkingsagenda Mooi Nederland? 	20	 

75	Op welke wijze wordt bij de klimaatbestendige inrichting en de
prestaties die voorzien zijn voor 2009 rekening gehouden met de
aanbevelingen van de Deltacommissie?	22	 

76	Waarom worden de aanpassingsstrategieƫn van bijvoorbeeld Rotterdam
en Haaglanden door het Rijk ontwikkeld en niet primair door de
provincie? Hoe verhoudt zich deze keuze tot de afgesproken taakverdeling
in de Nota Ruimte?	22	 

77	Welke begrotingsposten zijn gemoeid met investeringen in een
klimaatbestendige inrichting van Nederland? Hoe verhouden zich de
bedragen van 2009 tot 2008?	22	 

78	Heeft de Kamer een beslissende stem in de vaststelling van de vijf
iconen? Zo nee, waarom niet?	22	 

79	Welke knelpunten en randvoorwaarden ten aanzien van windenergie
zullen opgelost worden in 2009? Hoe verhoudt de doelstelling van 2000 MW
extra op land en 450 MW op zee zich tot de bestaande capaciteit en de
prestaties en doelstellingen van andere landen in Europa? Hoeveel
capaciteit is inmiddels vergund?	22	 

80	Wat wordt verstaan onder het opstellen van een ā€œruimtelijk
perspectiefā€ voor windenergie? Waarop baseert u dat er in streek- en
omgevingsplannen en in gemeentelijk beleid voldoende ruimte is om
windenergie tot stand te brengen? 	22	23

81	Hoe kunnen ontstane ruimtelijke knelpunten rond het plaatsen van
windturbines op land wordt opgelost? Komt de doelstelling van 500 Mw in
gevaar als gevolg van deze knelpunten? Op welke wijze biedt het
instrumentarium uit de nieuwe Wet ruimtelijke ordening
doorzettingsmacht?	23	 

82	Wie nemen zitting in de ondersteuningsteams? Op wiens bevel c.q.
verzoek worden zij ingezet? Op welke projecten in de pijplijn worden zij
ingezet?	23	 

83	Betekent concentreren van windmolenparken dat de taaktelling per
provincie komt te vervallen? Zo nee, waarom niet?	23	 

84	Waar hangt het van af of gebiedsprojecten in aanmerking komen voor
een bijdrage uit het Nota Ruimte-budget? 	23	 

85	Met welk doel en welke bestemming staat de Hoeksche Waard genoemd bij
het tweede aandachtsbolletje? 	24	 

86	Kan concreet worden aangegeven op welke punten en volgens welk
tijdpad uw ministerie de taakstelling van 25% vermindering van de
administratieve lasten voor deze kabinetsperiode gaat invullen? Een
verwijzing naar een nog aan te bieden werkprogramma is hiervoor
onvoldoende. 	26	 

87	De kostenbesparing voor het WABO-loket zijn opgeteld ca ā‚¬ 75
miljoen. Maar hoeveel extra kosten of besparingen levert de WABO op
achter het loket? 	26	 

88	Voor Mooi Nederland is in 20009 ā‚¬ 9,5 miljoen beschikbaar. Dit
bedrag loopt in de navolgende jaren af. Hoe gaat u structurele
financiering voor herstructurering van bedrijventerreinen en andere
doelen van Mooi Nederland regelen?	29	 

89	Welk deel van de Nederlandse overheidsbijdragen aan roetfilters,
luchtwassers en andere luchtkwaliteitsmaatregelen had kunnen worden
bespaard indien de Europese Unie tijdig bronmaatregelen met hetzelfde
effect had ingevoerd? Is dat kostenoverzicht ter informatie aan de
Europese Commissie verstuurd?	30	 

90	Wat verstaat u onder op ordentelijke wijze maken van ruimtelijke
afwegingen en welk mandaat heeft uw ministerie als
systeemverantwoordelijke meegekregen om andere overheden te sturen
danwel op te leggen die afwegingen ordentelijk te maken?	32	 

91	Hoe zal het Nederlandse ruimtelijk beleid op dat van de buurlanden
worden afgestemd? 	32	 

92	Is er inmiddels een ā€œex ante evaluatieā€ van de
Grondexploitatiewet gemaakt? Zo ja, hoe luiden de uitkomsten daarvan?
Wat is het standpunt van de regering t.a.v. die uitkomsten?	34	 

93	Zijn de artikelen 6.24 jo 6.25 Wet ruimtelijke ordening een goede
uitwerking van de in de Kamer aangenomen motie Geluk (Kamerstuk 29 435,
nr. 68)? Zo ja, kan dat nader worden toegelicht? Zo nee, is aanpassing
van de Wet ruimtelijke ordening, teneinde recht te doen aan de motie
Geluk, waarvan de tekst in de Nota Ruimte is opgenomen, noodzakelijk?

Klopt het dat de formulering van artikel 6.25 Wet ruimtelijke ordening
ertoe leidt dat de bevoegdheid van de provincie voor de toepassing van
de afdeling grondexploitatie pas ontstaat bij vaststelling van het
projectbesluit of het inpassingsplan, waardoor de anterieure fase voor
de provincie wordt afgesloten? Zo ja, waarom?	34	 

94	Hoeveel geld is er in de begroting eenmalig en structureel
gereserveerd voor de bouw en het beheer van Ruimteforum? Is dit
geĆÆntegreerd in de VROM-site of is dit een aparte site?	35	 

95	Hoe staat u tegenover de voorstellen voor een actieve adviestaak van
de Rijksbouwmeester in ruimtelijke ordeningsvraagstukken als het gaat om
landschappelijke inpassing en bescherming van het esthetische kwaliteit
van het landschap? 	38	 

96	Wanneer komt het nieuwe model behoefteraming bedrijventerreinen?	42	 

97	Ten opzichte van wat wordt het percentage plancapaciteit bepaald?
Moet dat percentage bij een lagere productie niet hoger zijn om
problemen bij een toenemende productie te voorkomen?	42	 

98	Hoeveel nationaal geld is er eventueel binnen het kader van andere
regelingen beschikbaar voor investeringen in Nationale Landschappen? 	45
 

99	Hoe wilt u de doelstelling ā€œAlle gemeenten van de G50 hebben meer
dan 75 m2 groen per woningā€ halen in steden die een verdichtingsopgave
hebben, momenteel relatief weinig groen hebben en reeds tot aan de
gemeentegrens zijn volgebouwd?	46	 

100	Hoe wilt u de prestatie-indicator voor zichtbaarheid panoramaā€™s
waarmaken? Klopt het dat deze indicator niet wordt gehaald als er 1 van
de ruim 1700 panoramaā€™s verdwijnt?	47	 

101	Wat wordt bedoeld met teruggaaf kerkgebouwen?	50	 

102	Kunt u aangeven welke subsidies aan wie en in welke omvang worden
uitgekeerd als onder beleidsartikel 3 onder het doel ā€˜realisatie van
de Kyoto-klimaatverplichtingenā€™ wordt gesproken over ā€˜subsidies in
relatie tot het nationaal klimaatbeleidā€™?	51	 

103	In grafiek 3.1 lijkt een groot deel van de middelen bestemd voor het
beperken van verzuring en grootschalige luchtverontreiniging nog niet
verplicht te zijn. Wordt dit anders als het Nationaal
samenwerkingsprogramma luchtkwaliteit is vastgesteld? Kan concreet
worden aangegeven welke onderzoeksprogrammaā€™s en
stimuleringsregelingen worden bedoeld?	51	 

104	Waarom staat hier dat het effect van het werkprogramma Schoon en
Zuinig slechts 2,6 Mton zal zijn?	53	 

105	Wanneer kan het eerste grootschalige CCS-project verwacht worden?	53
 

106	Wie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de GCN08-raming? Kan
op basis van deze raming de conclusie getrokken worden dat de
luchtverontreinigingsdoelen vermoedelijk gehaald gaan worden? 	58	 

107	Is de ontwikkeling van het instrument ā€˜digitaal bodemfunctie- en
bodemkwaliteitskaartsysteemā€™ vergelijkbaar met het digitale systeem
dat ontwikkeld is voor het Nationaal Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit (NSL)?	63	 

108	Wordt het te ontwikkelen instrumentā€˜digitaal bodemfunctie- en
bodemkwaliteitskaartsysteemā€™ voor iedereen toegankelijk? 	63	 

109	Komt de nadruk bij de afspraken in het  af te sluiten convenant te
liggen op bodemsanering boven bodembeheersing?	64	 

110	Op welke wijze dragen veroorzakers bij aan kosten voor
bodemsanering? Kunt u uiteenzetten welke bedragen daarmee gemoeid zijn
en welk percentage dat is van de totale kosten?	64	 

111	U streeft naar het 'zo veel als redelijkerwijs mogelijk is'
voorkomen van verontreiniging van het water en het ontstaan van
afvalwater. Wordt momenteel drinkwater gebruikt als industriewater? Zo
ja, in welke mate en hoe beoordeelt u dit? Hoe wordt hierop toegezien?
Hoe verhoudt in uw ogen de prijs van drinkwater in Nederland zich tot de
prijs van drinkwater in andere EU-landen en is deze prijs verklaarbaar
vanwege de milieueisen die aan drinkwater zijn gesteld?	68	 

112	In welk opzicht is in de waterketen meer transparantie nodig? Doel u
daarbij ook op (mogelijke) vermenging van publieke en private belangen
in de watersector?	68	 

113	In welk opzicht is in de waterketen meer transparantie nodig? Doelt
u daarbij ook op (mogelijke) vermenging van publieke diensten en
commerciƫle (door bedrijven betaalde activiteiten) in de watersector?
69	 

114	Kunt u uiteenzetten hoe u het oppervlak van bijna 180.000 ha
natuurgebied waarin de milieukwaliteit wat betreft verzuring en
vermesting matig tot zeer ernstig is, wilt terugbrengen tot 0 hectare
(ā€˜alles gewenste milieukwaliteitā€™) in 2027 (tabel 4.5, onder 2),
terwijl u niet streeft naar een vermindering van de veestapel, opnieuw
inzet op een derogatie en pleit voor een verdere verruiming van het
melkquotum? 	72	 

115	Wat voor ontvangsten vallen onder de ontvangsten die in tabel 5.1
voor een bedrag van ruim ā‚¬ 71 miljoen euro in 2009 worden begroot?	77	


116	Wat betekent de verlaging van het budget voor bevorderen van
duurzame mobiliteit? Welk beleid wordt gecontinueerd en welk niet?	77	 

117	Vallen innovaties op het gebied van verbetering van de lokale
luchtkwaliteit onder de kennisontwikkeling? 	79	 

118	Budgetten voor saneringsoperaties van Verkeer en Waterstaat (VW) en
VROM worden samengevoegd om de efficiency in de uitvoering te vergroten.
Om hoeveel geld gaat het concreet? Betekent dit ook dat de
verantwoordelijkheid voor de te realiseren doelen wordt overgeheveld? Zo
ja, waarom? Zo nee, waarom niet? Kunt u verantwoordelijk blijven als de
financiƫle sturingsmiddelen zijn overgeheveld?	80	 

119	Betekent de budgetverschuiving voor geluidsaneringsoperaties tevens
dat de eindverantwoordelijkheid ook naar het ministerie van VW overgaat?
Zo nee, welke invloed heeft u nog op het proces?	80	 

120	Wat is de stand van zaken m.b.t. het Amsterdamse
luchtkwaliteitsbeleid? Zullen oudere autoā€™s worden geweerd uit de
binnenstad? Zijn er ook andere gemeenten die een dergelijk gemeentelijk
luchtkwaliteitsbeleid willen gaan voeren en hoe gaat dit er uit zien? 
82	 

121	Waarom mogen de verkeersemissies van NHx, NMVOS en CO2 kennelijk
oplopen ten opzichte van het peiljaar 2006?	84	 

122	Aan welke concrete instrumenten wordt gedacht om invulling te geven
aan de sturing van afvalstoffenbeleid binnen het tweede Landelijk
Afvalbeheerplan (LAP)?	85	 

123	Kan worden uiteengezet welke activiteiten nog meer vallen onder
artikel 6, het veilig gebruik van chemische stoffen? Aan welke
activiteiten wordt gedacht onder de categorie ā€˜beleidsmatig
gebondenā€™? 	86	87

124	Kunt u uiteenzetten op welke punten de regelgeving rond de
toepassingen van nanotechnologie niet adequaat is en op welke wijze u
denkt dit met convenanten te ondervangen?	87	 

125	Kunt u omschrijven hoe REACH zich verhoudt tot overige regelgeving
m.b.t. stoffen? Kan REACH worden aangemerkt als kaderstellend in dit
verband?	88	 

126	Wordt het wetenschappelijk onderbouwde beoordelingskader waarin
REACH voorziet leidend in de vorming van beleid en regelgeving m.b.t.
stoffen in Nederland?	88	 

127	Hoe wordt voorkomen dat bij sectorale regelgeving wordt afgeweken
van de wetenschappelijke basis waarin REACH voorziet, bijvoorbeeld in
het kader van de Rohs-regelgeving?	88	 

128	Kunt u uiteenzetten wat de status is van het convenant binnenmilieu
scholen en wanneer dit zal worden ondertekend?	88	 

129	Kunt u uiteenzetten welk budget beschikbaar is om in 2009 200
scholen te voorzien van een advies ten behoeve van een gezonder
binnenmilieu?	88	 

130	Op welke gronden is het aantal van 200 scholen bepaald? Is hiermee
de doelstelling uit de Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid, om binnen
vijf jaar alle scholen met natuurlijke ventilatie van een advies te
voorzien, haalbaar?	88	 

131	Kan de implementatie van de gewijzigde EU kaderrichtlijn
afvalstoffen meerdere doelen dienen dan alleen het voldoen aan deze
nieuwe richtlijn? Welke doelen kunnen onderscheiden worden naast het
voor de hand liggende doel om de administratieve lasten te verlagen?	91	


132	Is de subsidieverlening via het Afvalfonds waarmee de VNG en het
verpakkende bedrijfsleven in staat worden gesteld opruimmaatregelen te
treffen voor de aanpak van het verpakkingenprobleem ook bedoeld voor het
opruimen van zwerfafval?	91	 

133	Aan welke concrete instrumenten of prikkels wordt gedacht om
invulling te geven aan de speciale aandacht voor de warmteafzet van
afvalverbrandingsinstallaties?	91	 

134	In hoeverre ziet u het verwerken van GFT als C2C en aan welke
maatregelen denkt u om de gescheiden inzameling van GFT verder te
bevorderen?	91	 

135	Kunt u uiteenzetten wat de ontwikkelingen zijn van de hoeveelheden
afvalstoffen die in- en uitgevoerd worden sinds het opheffen van de
landsgrenzen voor te verwijderen brandbaar afval op 1 januari 2007?	92	 

136	Kunt u tevens uiteenzetten hoeveel brandbare afvalstoffen met
ontheffing in Nederland worden gestort en wat daarbij de verwachting is
voor dit jaar?	92	 

137	Welke prioriteit wordt gegeven aan de implementatie van de Europese
Kaderrichtlijn Afvalstoffen? Waarom kan de energie-efficiƫnte formule
voor afvalverbrandingsinstallaties niet onmiddellijk worden
geĆÆmplementeerd in de Nederlandse wet- en regelgeving?	92	 

138	Kan een overzicht worden verstrekt van de contributies die Nederland
betaalt aan internationale organisaties voor 2009? Kan bij wijze van
voorbeeld worden uiteengezet waaruit ā€˜incidentele contributies aan
internationale organisatiesā€™ bestaan? Kan een nadere onderbouwing
worden gegeven van de reden waarom hiervoor ruim ā‚¬ 2,4 miljoen wordt
gereserveerd?	100	 

139	Hoeveel geld is voor welke organisaties in 2009 gereserveerd voor de
Subsidieregeling Maatschappelijke Organisaties en Milieu (SMOM)? Hoeveel
hiervan is al verplicht?	101	 

140	Acht u het draagvlak voor vergroening van het belastingstelsel
voldoende? Zo nee, wat gaat u aan draagvlakvergroting doen? Zo ja,
waarop baseert u dat?	102	 

141	Kan concreet worden aangegeven hoeveel geld is gereserveerd voor
voorlichting en het betrekken van burgers en maatschappelijke
organisaties bij milieubeleid? Wie voert deze activiteiten uit?	103	 

142	Zijn de bovenwettelijke maatregelen noodzakelijk voor het halen van
het nationale emissieplafond voor de uitstoot van zwaveldioxide of is
het vastgestelde nationale beleid hiervoor voldoende? 	107	 

143	Op welke wijze gaat de overheid bedrijven stimuleren om de eigen
verantwoordelijkheid  voor het nemen van bovenwettelijke maatregelen te
nemen?	107	 

144	Worden bij het registreren van risicoā€™s alleen de plaatsgebonden
risicoā€™s geregistreerd of ook de groepsrisicoā€™s?	111	 

145	Bij het bepalen van de aanvaardbaarheid van risicovolle situaties
wordt bij groepsrisicoā€™s de verantwoordingsplicht toegepast. Kan
verduidelijkt worden op welke gronden het groepsrisico maatschappelijk
en bestuurlijk aanvaardbaar is?	111	 

146	Hoeveel fte is inmiddels wegbezuinigd bij de VROM-Inspectie sinds de
bezuinigingstaakstelling is gestart en hoeveel fte resteert? Op welke
terreinen is daarmee aan kennis, capaciteit en kwaliteiten ingeboet?
Heeft dit consequenties voor de prioritering van aandachtsvelden voor
handhaving?	119	 

147	Op welke terreinen is behoefte bij de VROM-Inspectie aan het
aantrekken van extra personeel? 	119	 

148	In hoeverre weegt het algemeen belang nog mee in het streven naar
reductie van toezichtslasten waarin u zich geheel zegt de baseren op
hetgeen door bedrijfsleven en brancheverenigingen zelf aangeleverde
informatie?  	119	 

149	Kunt u een overzicht geven van alle actuele convenanten die de
VROM-Inspectie heeft afgesloten, met wie die zijn opgesteld en met welke
naleefresultaat?	119	 

150	Aan de hand van welke indicatoren bepaalt u wat zwakkere gemeenten
en provincies zijn als het gaat om thematische aanpak van risico's,
naleeftekorten en doelgroepen?	120	 

151	Hoeveel fte en middelen heeft de VROM-Inspectie beschikbaar om
zwakkere gemeenten en provincies te volgen en ondersteunen met kennis en
capaciteit in naleving? 	120	 

152	Welke gemeenten en provincies schaart de VROM-Inspectie onder de
categorie zwakkeren?	120	 

153	Op welke termijn is de registratie van natte koeltorens volledig?
125	 

154	Hoe worden de middelen (ā‚¬ 5 miljoen) die ter beschikking worden
gesteld aan de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB)
aangewend? Welke inkomstenbronnen heeft de StAB nog meer? Wie stuurt
deze stichting aan?	129	 

155	Hoe groot is het budget voor de afzonderlijke
geo-informatiediensten? Hoe groot is het budget dat beschikbaar is voor
integratie van de systemen? Welk deel van het budget wordt besteed aan
systeembeheer en de helpdesk?	134	 

156	Waarom is de taakstelling in artikel 92 nog niet verdeeld over de
diverse begrotingsonderdelen? Betekent dit dat prestaties en doelen als
gevolg van de nog toe te delen taakstelling alsnog in gevaar kunnen
komen? Mag ervan worden uitgegaan dat deze taakstelling de te leveren
prestaties ongemoeid laat? Kan worden uiteengezet hoeveel geld in 2009
is gereserveerd voor de inhuur van externen en hoe dit budget zich sinds
2007 heeft ontwikkeld?	138	 

157	Welke plannen zijn er m.b.t. de Rijksgebouwendienst? 	139	 

158	Kunt u een concrete datum noemen bij het begrip toekomst als het
gaat om prestatie-indicatoren die inzicht bieden in het bereiken van
operationele doelstelling? Welke informatie mist u nog om niet nu al
prestatie-indicatoren op te kunnen stellen? 	161	 

159	Welk percentage van de acties in de handhavingsmatrix richt zich op
interbestuurlijk toezicht?	173	 

160	Heeft u de provincies al een brief heeft gestuurd over het Besluit
financiƫle zekerheid en is het besluit al formeel ingetrokken? Zo nee,
wanneer gaat dit gebeuren?	222	 

161	Wat is de stand van zaken met betrekking tot motie over innovatieve
projecten met drinkwater, sanitatie en hergebruik regenwater (31200 XI,
nr.51)? Welke toezegging wordt bedoeld met ID 960?	223	 

162	Wat is de oorzaak van de vertraging met het bekendmaken van de Non
Trade Concerns?	233	 

163	Wanneer zal de nota over de WTO, non-trade concerns en border tax
adjustment naar de Kamer worden gestuurd?	233	 

164	Wat is de laatste stand van zaken rondom het dossier duurzaam
inkopen? Op welke wijze wordt er gewerkt aan het aanscherpen van de
criteria op het gebied van milieu en dierenwelzijn voor de inkoop van
schoonmaakmiddelen door de overheid?	234	 

165	Is het onderzoek naar de (nationale) effecten van de afschaffing van
het melkquotum reeds afgerond? Wanneer zal de Kamer over de uitkomsten
hiervan worden geĆÆnformeerd?	234	 

166	Kunt u in aanvulling op uw brief van 29 september 2008 (30015 nr.
27) naar aanleiding van uw toezegging van 17 januari 2008 nog willen
ingaan op de volgende vragen? Bent u voornemens om alsnog een
beleidskader of nadere regelgeving te ontwikkelen voor oude
stortplaatsen? Heeft u kennisgenomen van de voorlopige voorziening die
is getroffen voor de oude stortplaats Kempenbaan in Tilburg? Is het waar
dat Tilburg over haar aanpak overeenstemming had met uw ministerie en de
VROM-inspectie? Zo ja, hoe kan dat gezien de helderheid van voornoemde
(voorlopige) uitspraak van de Raad van State? Bent u bereid zorg te
dragen voor het ontstaan van een duidelijk regime bij de toepassing van
afval uit oude stortplaatsen, waarbij het uitgangspunt is dat de bodem
even goed wordt beschermd ongeacht de verontreinigingsbron, of dat nu
Ć©Ć©n of andere vorm van een werk of een voormalige stortplaats danwel
een stortplaats in exploitatie?	236	 

167	Kunt u inzicht geven in de opbrengsten van de NAzorg VOormalige
Stortplaatsen (NaVOS-heffing) die was ingesteld in het kader van de
nazorg van oude vuilstortplaatsen en de kosten van de onderzoeken? Kunt
u bevestigen dat op oude stortplaatsen vooral huishoudelijke en bouw- en
sloopafval is gestort? Kunt u tevens bevestigen dat dit afval nu
nauwelijks meer wordt gestort? Hoe gaat u er voor zorgen dat de
vervuilers betalen voor de eventuele saneringen van oude stortplaatsen?
236	 



  FILENAME  GRT_RGR_VROM_31700XI 		  PAGE  1 /  NUMPAGES  10