[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

nader rapport

Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het financieel toezicht ter uitvoering van richtlijn nr.2007/36/EG van het Europees Parlement en de raad van de Europese Unie van 11 juli 2007 betreffende de uitvoering van bepaalde rechten van aandeelhouders in beursgenoteerde vennootschappen

Nader rapport

Nummer: 2008D10847, datum: 2008-10-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z04657:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


	Aan de Koningin







Onderdeel	Directie Wetgeving

Contactpersoon	mw. mr. L.D.V.M. Kompier

Registratienummer	5565749/08/6

Datum	9 oktober 2008

Onderwerp	Nader rapport inzake het voorstel van wet tot wijziging van
boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op het financieel toezicht
ter uitvoering van richtlijn nr. 2007/36/EG van het Europees Parlement
en de Raad van de Europese Unie van 11 juli 2007 betreffende de
uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders in beursgenoteerde
vennootschappen (PbEU L 184)



	

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 23 juli 2008,
nr. 08.002202, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies
inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen
toekomen. Dit advies, gedateerd 8 september 2008, nr. W03.08.0341/II,
bied ik U hierbij aan.

1. De richtlijn schrijft voor dat de aandeelhouders van
beursvennootschappen het recht moeten hebben om een punt op de agenda
van de algemene vergadering te plaatsen, onder de voorwaarde dat het
agendapunt wordt gemotiveerd of vergezeld gaat van een ontwerpbesluit
(artikel 6 van de richtlijn). Een motiveringsvereiste is momenteel niet
in de wet opgenomen. Op dit punt is ons agenderingsrecht dus niet in
overeenstemming met de richtlijn en is aanpassing noodzakelijk. Door de
verplichting zijn agendapunt te motiveren, moet de aandeelhouder inzicht
geven in zijn beweegredenen. Hij moet het agendapunt toelichten. Dit
stelt het bestuur in staat om een duidelijke agenda op te stellen.
Hierdoor kunnen de aandeelhouders zich goed op de vergadering
voorbereiden. De wetswijziging komt tegemoet aan de behoeften van de
praktijk.

Thans is in de wet opgenomen dat agendapunten kunnen worden afgewezen op
grond van een zwaarwichtig belang van de vennootschap. In de richtlijn
is een dergelijke weigeringsgrond niet opgenomen. Handhaving van het
zwaarwichtig- belangcriterium in combinatie met het nieuwe
motiveringsvereiste sluit niet aan bij de opzet van de richtlijn. De
huidige wettelijke regeling verplicht de vennootschap om elk agendapunt
inhoudelijk te toetsen aan het zwaarwichtig belang van de vennootschap,
terwijl de richtlijn zo’n toets niet toelaat. Op grond van de
richtlijn kan slechts bij grote uitzondering een rechtvaardiging bestaan
voor de weigering van een agendapunt. Zou zo’n geval zich voordoen,
dan is de toetsing aan de norm van de redelijkheid en billijkheid op dat
moment niet bezwaarlijk. Ik neem het voorstel van de Raad daarom niet
over. De memorie van toelichting is op dit punt aangevuld. Voor de
volledigheid merk ik nog op dat de Commissie Vennootschapsrecht zich
positief heeft uitgelaten ten aanzien van de voorgestelde wetswijziging.


2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen (de agenda)
evenals de registratiedatum bekend gemaakt. Over onderwerpen waarvan de
behandeling niet bij de oproeping of op dezelfde wijze is aangekondigd
met inachtneming van de voor de oproeping gestelde termijn, kan niet
wettig worden besloten (vgl. artikel 2:114 en 119 BW). Ter uitvoering
van de richtlijn wordt voorgesteld te bepalen dat de oproeping bij
beursvennootschappen niet later dan op de dertigste dag voor die van de
vergadering geschiedt (vgl. het voorgestelde artikel 2:115 BW). Dit
vloeit voort uit de keuze voor een registratiedatum die ligt op de
eenentwintigste dag voor die van de vergadering en het vereiste in de
richtlijn dat er een termijn van ten minste acht dagen ligt tussen
oproeping en registratie (artikel 7 lid 3 richtlijn). 

De definitieve agenda moet op grond van het voorgaande dus 30 dagen voor
de algemene vergadering van een beursvennootschap beschikbaar zijn en
daarmee vóór de registratiedatum. Hoewel een beursvennootschap op
grond van het wettelijke systeem zou kunnen kiezen voor een
agenderingstermijn die korter is dan de wettelijke oproepingstermijn,
zou een dergelijke keuze er toe kunnen leiden dat er over de onderwerpen
die na de oproepingstermijn nog aan de agenda worden toegevoegd, niet
wettig kan worden beslist tijdens de vergadering. Aan de
beursvennootschappen kan worden overgelaten dat zij met deze
consequentie rekening houden. Omdat de registratiedatum altijd na de
minimale oproepingstermijn ligt, bestaat er geen gevaar dat niet wordt
voldaan aan het vereiste in artikel 6 lid 4 van de richtlijn. Dit is in
de memorie van toelichting verduidelijkt.

3. Ook voor de algemene vergadering, waaraan door middel van
elektronische middelen mag worden deelgenomen, geldt dat de
aandeelhouder via elektronische weg aan de vennootschap kennis moet
kunnen geven van de volmachtverlening. Het voorstel van wet en de
memorie van toelichting zijn daarom overeenkomstig het voorstel van de
Raad aangevuld. Gelijk de voorgestelde aanvulling van lid 6 van artikel
2:117 BW geldt deze verplichting tot het aanbieden van een elektronische
weg van kennisgeving van de volmacht alleen voor nv’s met een
beursnotering.

4. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt het voorstel van wet en de
memorie van toelichting op enkele technische punten aan te passen. Met
de redactionele kanttekeningen van de Raad van State is rekening
gehouden. 

Ik moge U, mede namens de Minister van Financiën, verzoeken het hierbij
gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van
toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De Minister van Justitie,

 

5565749/08/6/9 oktober 2008

  PAGE  2 /  NUMPAGES  \* MERGEFORMAT  3 



Ministerie van Justitie







	j1