Bekostiging toezicht financiële markten
Hervorming van het toezicht op de financiële marktsector
Lijst van vragen
Nummer: 2008D11893, datum: 2008-10-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A. Blok, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: W.J. Bos, minister van Financiën (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.J.P. Basten, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2008Z03499:
- Indiener: W.J. Bos, minister van Financiën
- Volgcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2008-10-07 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2008-10-08 16:30: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2008-10-23 14:00: Bekostiging toezicht financiële markten (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Financiën
- 2008-12-18 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2010-03-04 14:00: Extra procedurevergadering Financiën (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2010-10-28 14:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008-2009 28 122 Hervorming van het toezicht op de financiële marktsector Nr. VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld … 2008 Binnen de vaste commissie voor Financiën hebben enkele fracties de behoefte om over de brief van de minister van Financiën d.d. 30 september 2008 inzake bekostiging toezicht financiële markten (Kamerstuk 28122, nr. 27), enkele vragen en opmerkingen voor te leggen. De vragen en opmerkingen zijn op 24 oktober 2008 aan de minister voorgelegd. Bij brief van ... zijn ze door de minister van Financiën beantwoord. De voorzitter van de commissie, Blok De adjunct-griffier van de commissie, Basten I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties Vragen en opmerkingen vanuit de fractie van het CDA De leden van de fractie van het CDA hebben kennisgenomen van de brief van de minister over de uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Genoemde leden achten effectief toezicht op de financiële markten van groot belang voor het goed functioneren van de financiële sector. Onder effectief toezicht verstaan deze leden een duidelijke verdeling en afbakening van taken van de toezichthouders, waarbij doorberekende kosten aan marktpartijen op een zorgvuldige manier zijn onderbouwd. De uitspraken van het CBb tonen eens te meer aan dat de transparantie over de kosten van het toezicht die aan het bedrijfsleven worden doorberekend te wensen over laat. Uit genoemde brief blijkt dat meer kosten voor rekening van de Staat zullen komen. Zijn de tarieven voor het doorlopende toezicht voor 2008 inmiddels vastgesteld? Kan aangeven worden welke extra kosten als gevolg van de uitspraak van het CBb ten laste van de Staat zullen komen? Kan daarnaast inmiddels aangeven worden welke gevolgen de uitspraak heeft voor de vaste bijdrage die Staat levert voor de bekostiging van het toezicht? De minister geeft aan dat de mogelijkheid bestaat dat er nog andere activiteiten zijn dan de activiteiten ter voorbereiding van wet- en regelgeving die niet in aanmerking komen voor doorberekening aan marktpartijen. Representatieve organisaties hebben deze activiteiten naar voren gebracht. Kan aangeven worden welke activiteiten het hier betreft? De leden van de fractie van het CDA maken zich enige zorgen over de eventuele toename van heffingen voor kleine beleggingsondernemingen als gevolg van een nieuwe heffingsmaatstaf. Is er inmiddels een nieuwe heffingsmaatstaf ter consultatie voorgelegd? Zo ja, welke gevolgen heeft deze voor kleine beleggingsondernemingen? De minister geeft aan dat hij niet uitsluit dat een herbezinning van de bekostigingssystematiek op langere termijn aan de orde kan zijn. Mede in het licht van de huidige situatie op de financiële markten lijkt een herbezinning op het financieringsproces noodzakelijk. Kan aangeven worden op welk moment hij een aanpassing van de bekostigingssystematiek verwacht? Vragen en opmerkingen vanuit de fractie van de PvdA De leden van de fractie van de PvdA hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de minister van 30 september. Zij hebben daarover enkele vragen. Hoe hoog zal de totale extra overheidsbijdrage zijn, als gevolg van de uitspraak van het CBb? Hoe hoog zal het bedrag zijn dat de financiële instellingen dus niet meer hoeven te betalen? Is het juist dat niet alleen de vier beleggingsondernemingen die betrokken waren bij het proces, maar alle onder toezicht staande financiële instellingen hiervan mee profiteren? Kan ten aanzien van 2005, 2006 en 2007 gesteld worden dat de bedrijven die wel bezwaar en beroep hebben aangetekend, nu ineens een concurrentievoordeel hebben ten opzichte van bedrijven die dat niet hebben gedaan? Is dat wel te rechtvaardigen, afgezien van het door de regering gehanteerde juridische argument? Wanneer zal het onderzoek afgerond worden, dat een antwoord moet geven op de vraag welke kostensoorten wel of niet aan marktpartijen doorberekend mogen worden? Zullen de heffingen voor de kleine ondernemingen nu toenemen? Met hoeveel procent? Vragen en opmerkingen vanuit de fractie van de SP De leden van de fractie van de SP hebben met interesse kennis genomen van de brief van de minister over de hervorming van het toezicht op de financiële sector. De leden hebben de volgende vragen en opmerkingen. Het puur en alleen kijken naar kosten van het toezicht, zonder te kijken naar de baten van het toezicht vinden de leden weinig zinvol. Bij de internationale vergelijking tussen toezichthouders werden appels met peren vergeleken, omdat de verschillende toezichthouders niet hetzelfde doen. Het zou daarom goed zijn om beter inzicht te krijgen in de taakafbakening van de verschillende toezichthouders. Met andere woorden: wie houdt waar precies toezicht op? Tot nu toe blijft er onduidelijkheid bestaan over de precieze taakafbakening van de AFM. Verder zou het goed zijn wanneer de prestaties van de AFM beter zouden kunnen worden afgemeten aan de hand van de prestatie-indicatoren. Nu is vergelijking met voorgaande jaren niet mogelijk aangezien de AFM in de jaarverslagen steeds andere kerncijfers en prestatie-indicatoren presenteert. Is de regering bereid hier meer consistentie in te laten aanbrengen? Is de regering het met de leden van de fractie van de SP eens dat niet elke wetswijziging of reorganisatie kan worden aangegrepen om de prestaties weer op een geheel andere wijze te presenteren? In de beantwoording op de vragen over het AFM jaarverslag wordt gemeld dat de toename van de kosten is beperkt tot 1 procent, terwijl het aantal fte’s met 5 procent is toegenomen. Gezien het feit dat de personeelskosten een groot deel uitmaken van de totale toezichtkosten, vragen de leden zich af hoe het kan dat de toename in de kosten toch zo beperkt is gebleven. Is de generieke tariefsverlaging voor alle onder toezicht staande instellingen het gevolg van de uitspraken door het CBb? De kosten die gemoeid zijn met de tariefsverlaging komen van een verhoging van de overheidsbijdrage. Om hoeveel geld gaat het? Waar komt dat geld vandaan? Wordt er extra geld vrijgemaakt voor de AFM of moet de AFM het geld intern heralloceren. Kan de regering de leden van de fractie van de SP verzekeren dat het niet ten koste gaat van het repressief toezicht? Hoe hoog is het bedrag dat de staat bijdraagt aan preventieve handhaving? Wat bedoelt de minister ermee dat de uitspraken van het CBb lijkt te nopen tot een nieuwe heffingsmaatstaf voor beleggingsondernemingen? Onderzoekt de regering al de mogelijkheden daartoe? Waarom zouden de heffingen voor kleine beleggingsondernemingen daardoor automatisch toenemen? Is dat niet een keuze die de minister van Financiën of de AFM zelf kan maken? Is het niet zo dat de kleine beleggingsondernemingen nu al relatief veel betalen? De regering zou naar aanleiding van een eerder debat over de toezichtkosten zich buigen over de vraag of er niet een wijziging moet komen in het feit dat het bedrag dat wordt opgehaald door boetes weer terug wordt gestort aan de onder toezicht staande instellingen door een verlaging van de tarieven. Wat is daarvan de uikomst? Wordt de voorgestelde nieuwe heffingsmaatstaf die ter consultatie wordt voorgelegd aan de brancheorganisaties openbaar gemaakt? Wanneer kunnen we deze verwachten? Vragen en opmerkingen vanuit de fractie van de VVD De leden van de fractie van de VVD hebben kennis genomen van de brief van de minister van Financiën over de bekostiging van het toezicht op de financiële markten. De leden vragen of er een overzicht kan worden verstrekt van de geschatte kosten die voor rekening van de Staat komen als gevolg van de door de minister van Financiën genoemde acties onder (i), (ii) en (iii) in zijn brief. De leden van de fractie van de VVD kunnen zich niet vinden in de toepassing van de ‘leer van de formele rechtskracht’ voor marktpartijen waarvan het heffingsbesluit over 2005, 2006 en/of 2007 al onherroepelijk vaststaat. Waarom wordt afgezien van een ‘hardheidsclausule’ voor deze gevallen? Wat zou het de Staat aanvullend kosten om ook voor deze marktpartijen de kosten ter voorbereiding van wet- en regelgeving door de toezichthouders te restitueren? De leden van de fractie van de VVD zijn van mening dat vergelijkbaar aan de “Woekerpolisoplossing” niet slechts klagers gecompenseerd moeten worden, maar tegelijkertijd ook alle andere vergelijkbare gevallen, of de bezwaartermijn nu is verlopen of niet. Het gaat er volgens de aan het woord zijnde leden om dat de toezichthouder een “faire” rekening zou hebben moeten sturen naar alle onder toezicht gestelden, en niet alleen naar hen die geklaagd hebben over de hoogte van de rekening. Nu de rechter heeft bepaald dat een creditnota moet worden opgemaakt omdat de rekening niet “fair”was, dient die ook naar alle onder toezicht gestelden een creditnota te worden gezonden. Anders heeft de toezichthouder zich ongerechtvaardigd verrijkt. Waarom is niet meteen voor een billijke oplossing gekozen? De leden van de fractie van de VVD zijn voorts bezorgd over de vermelding dat een nieuwe heffingsmaatstaf tot mogelijk gevolg heeft dat de toezichtskosten voor kleine beleggingsondernemingen toenemen. De Minister geeft hierbij aan dat indien een nieuwe heffingsmaatstaf zou leiden tot een plotselinge en betekenisvolle stijging van de toezichtskosten, bezien zal worden of de Staat een deel van deze kosten op kan vangen gedurende een beperkte overgangstermijn. Kan worden aangeven wanneer hij sprake acht van een ‘betekenisvolle’ stijging? Waarom worden kleine beleggingsinstelling indien er sprake is van een betekenisvolle stijging slechts tijdelijk gecompenseerd en niet durabel? Aan wat voor overgangstermijn wordt in dit verband gedacht? Ten slotte vragen de leden van de fractie van de VVD wanneer de consultatie van de (branche)organisaties gepland staat, alsmede om een overzicht van de te consulteren organisaties. II Reactie van de minister Hier tekst invoegen. PAGE PAGE 1