Antwoord op vragen van het lid Aasted-Madsen-van Stiphout en van De Wit en Leijten over kwetsbare verdachten, getuigen en slachtoffers
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D12029, datum: 2008-10-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie ()
Onderdeel van zaak 2008Z02920:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: J.M.A.M. de Wit, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Onderdeel van zaak 2008Z03045:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: J.D.M.P. Aasted-Madsen-van Stiphout, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2008-10-21 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2009-04-14 16:00: Verhoren van kwetsbare verdachten en slachtoffers (Algemeen overleg), vaste commissie voor Justitie (2008-2010)
Preview document (🔗 origineel)
Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Telefoon (070) 3 70 79 11 Fax (070) 3 70 79 00 Datum 27 oktober 2008 Ons kenmerk 5570954/08 Uw kenmerk 2080900700 en 2080900850 Onderwerp Beantwoording vragen over kwetsbare verdachten, getuigen en slachtoffers. In antwoord op uw brieven van 24 en 25 september 2008, deel ik u mee dat de schriftelijke vragen van het lid Aasted-Madsen- van Stiphout (CDA) en van de leden De Wit en Leijten (beiden SP) van uw Kamer over het stoppen met de inzet van deskundigen bij het en verhoren van verstandelijk gehandicapten (ingezonden 24 september 2008) en over het horen en verhoren van kwetsbare verdachten en slachtoffers (ingezonden 23 september 2008), worden beantwoord zoals aangegeven in de bijlage van deze brief. De Minister van Justitie, Vragen van de leden De Wit en Leijten (beiden SP) aan de minister van Justitie over het verhoren van kwetsbare verdachten en slachtoffers. (Ingezonden 23 september 2008) 1 Wat is uw reactie op het plan van het Openbaar Ministerie om alle verhoren, ook die van kwetsbare verdachten, getuigen of slachtoffers, door rechercheurs te laten afnemen en niet langer door orthopedagogen en psychologen? 1) Is deze nieuwe richtlijn door u goedgekeurd en definitief? 2 Hoe verhoudt deze nieuwe richtlijn zich tot uw brief van 9 juli 2008 2), waarin u schrijft dat zodra er enige indicatie bestaat dat de verdachte medische hulp behoeft dan wel dat hij in een zodanige lichamelijke of psychische staat verkeert, dat twijfelachtig is of hij een verklaring in vrijheid kan afleggen, zal de politie het oordeel van een arts of andere deskundige inwinnen over de vraag of betrokkene kan worden verhoord? Wordt daarbij tevens nagegaan of de noodzaak bestaat om een deskundige of vertrouwenspersoon bij het verhoor uit te nodigen? 4 Deelt u de zorgen over het niet langer verhoren van kwetsbare verdachten, getuigen en slachtoffers door deskundigen, zoals orthopedagogen en psychologen, die direct een diagnose kunnen stellen, weten wat de betrokkene wel of niet begrijpt en hun communicatie daaraan kunnen aanpassen? Is het verhoren van mensen met een verstandelijke beperking niet juist een vak apart? Kunt u uw antwoord toelichten? 5 Wat is het bezwaar tegen het afnemen van deze verhoren door deskundigen uit de deskundigenpool? Wat is de reden daar in de toekomst rechercheurs voor in te schakelen? 6 Is het waar dat de deskundigen uit deze deskundigenpool er in getraind zijn verhoren af te nemen, en dat uit de evaluaties van deze verhoren blijkt dat de verhoren vrijwel steeds ook naar tevredenheid van de politie zijn verlopen? Heeft u in overweging genomen deze deskundigen zonodig bij te scholen om de bezwaren van het niet verhoren door een rechercheur te ondervangen? 7 Is het mogelijk en wenselijk om een verhoor door zowel een deskundige als een rechercheur gezamenlijk af te laten nemen? 8 Is de rechtspositie van verstandelijk beperkten naar uw mening voldoende gewaarborgd wanneer de verhoren niet langer door genoemde deskundigen plaatsvindt? Denkt u dat de expertise bij de politie voldoende is om deze verhoren zonder deskundigen af te nemen? Zo ja, waarop baseert u uw mening, gelet ook op het feit dat ook mensen bij de politie zich zorgen maken over het feit dat zij deze verhoren zelf af moeten gaan nemen? 1) 9 Welke maatregelen gaat u nemen om de huidige deskundigheid bij het verhoren van kwetsbare verdachten, getuigen en slachtoffers te behouden en te verbeteren? Bent u bereid de nieuwe richtlijn tegen te houden of aan te passen? Kunt u uw antwoorden toelichten? 10 Kunt u deze vragen beantwoorden voor 1 november 2008, de datum waarop deze nieuwe werkwijze mogelijk van start gaat? Zo neen, bent u bereid deze nieuwe werkwijze op te schorten tot na de beantwoording van deze vragen? Antwoord vragen 1-2 en 4-10 Het besluit van het College is verwerkt in de herziene Aanwijzing Opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik. Deze herziene Aanwijzing is mij voorgelegd. Ik heb daarin aanleiding gezien nader met het Openbaar Ministerie in overleg te treden. Dat overleg is nog niet afgerond. In afwachting daarvan wordt de aanwijzing niet vastgesteld en zal zij niet op 1 november aanstaande in werking treden. Ook zal ik in afwachting van het nadere overleg met het College over het voorgelegde concept niet nader op de vragen van het lid Aasted-Madsen- van Stiphout (CDA) d.d. 24 september 2008 en de vragen van de leden De Wit en Leijten (beiden SP) d.d. 23 september 2008 ingaan, voor zover deze de inhoud van de conceptaanwijzing betreffen. Het nadere overleg met het College vindt zo spoedig mogelijk plaats. Spoedig nadien zal ik bij nadere brief de vragen die nu nog niet beantwoord kunnen worden, alsnog beantwoorden. 3 Heeft u zicht op het aantal aangiften van verstandelijk beperkten dat jaarlijks in behandeling wordt genomen? Hoeveel van deze aangiften leiden daadwerkelijk tot een strafproces? Hoeveel daarvan leiden tot veroordelingen? Antwoord De registratiesystemen van de politie en het Openbaar Ministerie zijn niet zodanig ingericht dat een overzicht kan worden gegenereerd van alle aangiften die door verstandelijk beperkten zijn gedaan. Gelet hierop kan ik de door u gevraagde informatie niet geven. 1) ‘Met tekening uitleggen wat bloot is’, BN/de Stem, 22 september 2008; HYPERLINK "http://www.bndestem.nl/algemeen/binnenland/3750142/Met-tekening-uitlegg en-wat-bloot-is.ece" http://www.bndestem.nl/algemeen/binnenland/3750142/Met-tekening-uitlegge n-wat-bloot-is.ece 2) Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 31200 VI, nr. 180 Vragen van het lid Aasted-Madsen- van Stiphout (CDA) aan de minister van Justitie over het stoppen met de inzet van deskundigen bij het horen en verhoren van verstandelijk gehandicapten. (Ingezonden 24 september 2008) 1 Bent u op de hoogte van het feit dat het Openbaar Ministerie (OM) vanaf 1 november 2008 de inzet van deskundigen bij het horen en verhoren van verstandelijk gehandicapten wil schrappen? 1) Antwoord Ja. 2 Waarom heeft het OM dit besluit genomen? Waarom is in 1997 besloten om een deskundigenpool in te zetten bij het horen en verhoren van mensen met een verstandelijke beperking? 3 Wie zal in de toekomst bepalen of een slachtoffer of verdachte een verstandelijke beperking en mogelijke bijkomende psychiatrische stoornis heeft? 4 Acht u politierechercheurs deskundig genoeg om verhoren te doen met deze kwetsbare groep verstandelijke gehandicapten? Zal dat niet leiden tot een verslechtering van hun kwetsbare positie? 6 Bent u bereid om met het OM in overleg te treden om dit besluit nog eens kritisch tegen het licht te houden en de Kamer daarover te berichten voor 14 oktober 2008, dit in verband met de zeer spoedig geplande ingangsdatum van 1 november 2008? Antwoord Ik verwijs naar het antwoord op de vragen 1, 2 en 4 tot en met 10 van de leden De Wit en Leijten d.d. 23 september 2008. 5 Is over dit besluit overleg gevoerd is met de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, die in 1997 ook betrokken was bij de totstandkoming van de deskundigenpool? Antwoord Het College van procureurs-generaal heeft mij bericht dat dit overleg niet heeft plaatsgevonden. Wel is onder meer een gesprek gearrangeerd met deskundigen uit het veld, waaronder wetenschappers en de externe deskundigen zelf, zo is mij bericht. Ook dit punt zal ik met het College nader bespreken. 1) Limburgs Dagblad, 22 september 2008 Toelichting: Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van de leden De Wit en Leijten (beiden SP), ingezonden 23 september 2008 (vraagnummer 2008Z02920 / 2080900700) 5570954/08/27 oktober 2008 PAGE 4 / NUMPAGES 5 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen.