Preview document (🔗 origineel)

---

	Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500  EH  DEN HAAG

	Bezoekadres

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Telefoon (070) 3 70 79 11

Fax (070) 3 70 79 00

Datum	3 november 2008

	Ons kenmerk	5572102/08

	Uw kenmerk	2080900540

	Onderwerp	Beantwoording Kamervragen van het lid De Pater-van der Meer
(CDA) inzake het niet effectief bestrijden van de illegale escortservice
in de prostitutiebranche

























	

In antwoord op uw brief van 23 september 2008 2008, deel ik u mee dat de
schriftelijke vragen van het lid De Pater-van der Meer (CDA) van uw
Kamer over het niet effectief bestrijden van de illegale escortservice
in de prostitutiebranche (ingezonden 22 september 2008) worden
beantwoord 

zoals aangegeven in de bijlage bij deze brief.

De Minister van Justitie,

Antwoorden van de minister van Justitie op vragen van het lid De
Pater-van der Meer (CDA) over het niet effectief bestrijden van de
illegale escortservice in de prostitutiebranche. (Ingezonden 22
september 2008; nr 2080900540)

1

Heeft u kennisgenomen van het bericht 1) dat deskundigen van mening zijn
dat de illegale escortservice in de prostitutiebranche niet effectief
wordt bestreden?

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat gemeente en politie geen enkele greep heeft op deze
sector?

Vraag 3

Heeft de politie mogelijkheden om slachtoffers van mensenhandel, zowel
minderjarigen als meerderjarigen, die gedwongen in deze sector werken op
te sporen? Worden deze mogelijkheden voldoende benut?

Vraag 4

Wat kan op korte termijn aan effectieve bestrijding van illegaliteit in
deze sector worden gedaan?

Antwoord vraag 2, 3 en 4

Voor gemeenten en politie zijn er verschillende mogelijkheden om
controle op de escortbranche uit te oefenen en slachtoffers van
mensenhandel op te sporen.

Gemeenten kunnen ervoor kiezen om de escortbranche vergunningplichtig te
maken. Zij hebben dan de mogelijkheid om vergunningvoorwaarden aan deze
escortbedrijven te stellen en deze te controleren. Een gemeente kan
hierbij ook voorwaarden opnemen die het toezicht vergemakkelijken, zoals
bijvoorbeeld de eis dat de escortexploitant in alle advertenties een
vast telefoonnummer opneemt. Afhankelijk van de vergunningvoorwaarden
kan het toezicht plaatsvinden. Het is evident dat er bij dergelijke
controles scherp wordt gelet op signalen die kunnen duiden op
mensenhandel.

De stelling dat de gemeente en de politie geen enkele greep zouden
hebben op deze sector onderschrijf ik om bovenstaande redenen dan ook
niet. 

Dit neemt niet weg dat, zoals reeds aangegeven in de brief aan uw Kamer
dd. 16 mei 2008, met name de escortbranche een deel van de
prostitutiebranche is waarop weinig zicht is. De mobiliteit van dit deel
van de sector zorgt voor een eigen soort problematiek. Om, onder andere,
het zicht op de escortbranche te verbeteren wordt het ontwerp van het
wetsvoorstel ‘regulering prostitutie’ door de Minister van BZK in
nauwe samenwerking met mij opgesteld. 

Met dit wetsvoorstel wordt het onderscheid tussen legale en illegale
prostitutie duidelijker voor zowel de branche, de klant, de prostituee
als ook voor de toezichthouders. 

Met de invoering van de wet zal er een einde komen aan de situatie
waarbij het mogelijk is dat een bedrijf legaal opereert zonder
vergunning. Iedere exploitant van een seksbedrijf, waaronder een
escortbedrijf, wordt immers vergunningplichtig en moet aan een aantal
gedragsvereisten voldoen. Daarnaast zal in het wetsvoorstel worden
aangegeven aan welke vergunningvoorwaarden in ieder geval voor het
uitoefenen van die bedrijvigheid moet worden voldaan. Voor de
escortbedrijven betekent dit onder andere dat de bedrijvigheid zo
‘lokatie-gebonden’ mogelijk zal worden gemaakt. Deze maatregelen
zullen voor meer duidelijkheid en transparantie zorgen. Waar toezicht op
escortbedrijven nu nog bemoeilijkt wordt doordat zij in de ene gemeente
wel en in de andere gemeente niet vergunningplichtig zijn, en het voor
de toezichthouder niet mogelijk is om de opgelegde vergunningvoorwaarden
makkelijk te controleren zal dit onder de nieuwe wetgeving anders zijn. 

Ter versterking van de informatiepositie van de toezichthouder zal een
landelijk register worden opgezet met betrekking tot escortvergunningen.
Een toezichthouder kan hiermee, onafhankelijk van de vraag waar de
vergunning afgegeven is, inzicht krijgen in de vergunning en de daaraan
gestelde voorwaarden. De verwachting is dat het wetsvoorstel het laatste
kwartaal van 2008 in consultatie zal gaan. 

1) De Telegraaf, 14 september 2008

 Kamerstukken II 2007-2008, 25437 nr. 56

5572102/08/3 november 2008

  PAGE  3 /  NUMPAGES  3 



Ministerie van Justitie



Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving



Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden





Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts
één zaak in uw brief behandelen.

