[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Fritsma over het door Marokkanen plunderen van een supermarkt

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D16031, datum: 2008-11-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z03735:

Preview document (🔗 origineel)


	Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA DEN HAAG

	Bezoekadres

Schedeldoekshaven 100

2511 EX  Den Haag

Telefoon (070) 3 70 79 11

Fax (070) 3 70 79 00

Datum	14 november 2008

	Ons kenmerk	5571712/08

	Uw kenmerk	2080901830

	Onderwerp	Beantwoording Kamervragen van het lid Fritsma (PVV) aan de
Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over
het door Marokkanen plunderen van een supermarkt

























	

In antwoord op uw brief van 3 oktober jl., delen wij u mee dat de 

schriftelijke vragen van het lid Fritsma (PVV) van uw Kamer over het 

door Marokkanen plunderen van een supermarkt, worden beantwoord

zoals aangegeven in de bijlage van deze brief.

De Minister van Justitie,			

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

2080901830

Antwoorden van de Minister van Justitie en de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties op vragen van het lid Fritsma (PVV) over
het door Marokkanen plunderen van een supermarkt (ingezonden 3 oktober
2008).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht "Marokkaanse jeugd plundert filiaal van
Albert Heijn"?

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat van de vijftien daders slechts vijf zijn opgepakt en dat
twee van die vijf criminelen alweer zijn vrijgelaten? Zo ja, waarom is
niet de hele groep opgepakt en waarom zijn twee van de criminelen
alweer vrij?

Antwoord

Op zaterdagavond 20 september jongstleden is een groep jongeren een
filiaal van Albert Heijn in de Kleine Wittenburgerstraat te Amsterdam
binnengekomen. Zij hebben enkele spullen uit de schappen gepakt en
hebben zonder te betalen de winkel verlaten. Het winkelpersoneel heeft
hen daarop aangesproken. Drie dagen later zijn de jongeren teruggekomen
om verhaal te halen. De politie heeft vijf jongeren aangehouden. 

Van deze vijf personen zijn er twee door de politie heengezonden. Ten
aanzien van deze personen waren er onvoldoende redenen hen langer vast
te houden. De drie anderen zijn voorgeleid aan de rechter-commissaris.
De rechter-commissaris heeft de inbewaringstelling van Ă©Ă©n verdachte
afgewezen en heeft de inbewaringstelling van de andere twee verdachten
bevolen. Op 8 oktober jongstleden heeft de raadkamer de preventieve
hechtenis van deze twee verdachten verlengd met 30 dagen. 

Het strafrechtelijk onderzoek is nog niet afgerond. Het onderzoek is
erop gericht voldoende bewijzen te vergaren om individuele betrokkenheid
van verdachten bij de openlijke geweldpleging aan te kunnen tonen. Ook
worden inspanningen verricht om de identiteit van de circa tien andere
betrokkenen te achterhalen. 

Vraag 3

Hoe is het mogelijk dat u kennelijk nog steeds niet in staat bent
om Marokkaanse straatterroristen op te pakken en vast te zetten, zelfs
als ze plunderend, stenen gooiend en mensen bedreigend door het leven
gaan en daar ook foto's van zijn gemaakt? 

Antwoord

Plundering, bedreigingen en geweld kunnen, ongeacht door wie ze worden
gepleegd, niet worden gedoogd. Voor het kabinet is het
onaanvaardbaar wanneer mensen zich niet veilig voelen in de publieke
ruimte. Politie en Justitie dienen hier onverkort tegen op te treden.
Achter dit soort incidenten gaat een bredere problematiek schuil, die
vraagt om een brede aanpak, onder regie van de gemeente. Het Rijk
ondersteunt gemeenten hier in. Dit neemt niet weg dat het hier gaat om
crimineel gedrag, waartegen het OM dienovereenkomstig optreedt.

In de brief die wij mede namens de Ministers voor Wonen, Wijken en
Integratie en voor Jeugd en Gezin op 24 september 2008 naar uw Kamer
verzonden hebben, worden de acties van het kabinet op dit punt
uiteengezet. Kortheidshalve verwijzen we naar deze brief (Kamerstukken
II, 2008-2009, 28 684, nr. 169). Ook zijn wij op 22 oktober jongstleden
in overleg getreden met tien burgemeesters en vertegenwoordigers van OM
en politie over de aanpak van de overlast door Marokkaanse jongeren. De
Kamer is over de uitkomsten van dit overleg in de brief van 3 november
2008 nader geĂŻnformeerd.

Vraag 4

Zijn de daders bij politie en justitie bekend? Zo ja, op grond van
welke delicten en van welk aantal misdrijven?

Antwoord 

Van de vijf aangehouden personen heeft Ă©Ă©n persoon uitvoerige
antecedenten op het gebied van diefstal, openlijk geweld en
zaaksbeschadiging. EĂ©n persoon is eenmaal eerder met politie en
justitie in aanraking geweest wegens openlijk geweld en
zaaksbeschadiging. EĂ©n persoon is bekend ter zake van openlijk geweld
en straatschenderij (art. 424 Sr). De twee overige personen zijn
onbekend in het register van de justitiële informatiedienst.

Vraag 5

Wanneer gaat u de Marokkaanse gemeenschap eens duidelijk oproepen
respect te hebben voor de Nederlandse bevolking en samenleving? Hoe kan
het dat u autochtone Nederlanders wel om de haverklap vraagt respect
te hebben voor moslims, terwijl dat duidelijk minder relevant is?

Antwoord

In de brief die wij mede namens de Ministers voor Wonen, Wijken en
Integratie en voor Jeugd en Gezin op 24 september 2008 naar uw Kamer
verzonden hebben, geeft het kabinet aan dat zij van de
Marokkaans-Nederlandse gemeenschap verwacht dat zij bij de aanpak van
probleemjongeren een actieve rol op zich neemt. 

Het is van belang (sleutelfiguren in) de Marokkaans-Nederlandse
gemeenschap te betrekken in de lokale aanpak omdat zij inzicht hebben in
wat er speelt, welke drempels er zijn en hoe de aanpak op een goede
manier van de grond kan komen. Dit wordt ook vanuit de
Marokkaans-Nederlandse gemeenschap duidelijk aangegeven. 

Vraag 6

Realiseert u zich dat de Nederlandse bevolking de Marokkaanse intifada
spuugzat is en terecht een harde aanpak eist voor alle scheldende,
spugende, intimiderende, stenen gooiende, rovende criminelen? Zo ja,
erkent u eindelijk de noodzaak om volhardende Marokkaanse
straatterroristen uit Nederland te verwijderen, inclusief de ouders als
het minderjarigen betreft? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Het kabinet acht alle vormen van criminaliteit ontoelaatbaar. Een
kwalificatie daarvan als in de vraag is onjuist en misplaatst.
Nederlanders willen we en mogen we niet verwijderen, illegalen worden
wel verwijderd. Voor vreemdelingen die rechtmatig in Nederland
verblijven, geldt dat het verblijf kan worden beëindigd om redenen van
openbare orde. Hierbij wordt de duur van het verblijf van de vreemdeling
op grond van een verblijfsvergunning gerelateerd aan de ernst van de
inbreuk op de openbare orde (glijdende schaal). 

1) De Telegraaf, 2 oktober 2008

5563032/08/14 november 2008

  PAGE  2 /  NUMPAGES  4 



Ministerie van Justitie



Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving



Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden





Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts
Ă©Ă©n zaak in uw brief behandelen.

ïȘ