31528, bijgewerkt t/m nr. 15 (NvW d.d. 08-09-2009)
Wijziging van het Burgerlijk Wetboek (opneming verhuiskostenvergoeding bij renovatie)
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2008D16618, datum: 2009-09-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2007Z01104:
- Indiener: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Medeindiener: C.P. Vogelaar, minister voor Wonen, Wijken en Integratie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie (2008-2010)
- Voortouwcommissie: algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie (2008-2010)
- 2008-09-02 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2008-10-09 13:00: Procedurevergadering WWI (Procedurevergadering), algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie (2008-2010)
- 2008-10-30 12:00: Wijziging van het Burgerlijk Wetboek (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie (2008-2010)
- 2009-04-09 13:00: Extra-procedurevergadering WWI (Procedurevergadering), algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie (2008-2010)
- 2009-09-02 20:30: Wijz. BW; opneming verhuiskostenvergoeding bij renovatie (31 528) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2009-09-08 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2009-09-22 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2009-09-24 13:00: Procedurevergadering WWI (Procedurevergadering), algemene commissie voor Wonen, Wijken en Integratie (2008-2010)
- 2009-10-13 16:15: Wijz. BW; opneming verhuiskostenvergoeding bij renovatie (31 528) (heropening) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2009-10-15 17:30: Einde middagvergadering: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (š origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 15 (NvW d.d. 08-09-2009) 31 528 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek (opneming verhuiskostenvergoeding bij renovatie) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voor huurders die moeten verhuizen in verband met renovatie een verhuiskostenvergoeding in titel 4 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek op te nemen; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt gewijzigd: A Aan artikel 220 worden drie leden toegevoegd, luidende: 5. Indien verhuizing noodzakelijk is in verband met de voorgenomen renovatie, bedoeld in lid 2, derde zin, van woonruimte als bedoeld in artikel 233 draagt de verhuurder bij in de kosten die de verhuizing voor de huurder meebrengt. 6. De minimumbijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten voor de huurders van zelfstandige woningen als bedoeld in artikel 234, en woonwagens en standplaatsen als bedoeld in de artikelen 235 en 236, wordt bij ministeriĆ«le regeling van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie vastgesteld en zal jaarlijks voor 1 maart worden gewijzigd voor zover de consumentenprijsindex daartoe aanleiding geeft. Het in de eerste zin genoemde bedrag wordt afgerond op hele euroās. 7. De verhuurder kan eventuele door de gemeente aan de huurder te verstrekken bijdragen of vergoedingen voor verhuis- of inrichtingskosten in mindering brengen op de hoogte van de bijdrage, bedoeld in het zesde lid. B In artikel 253, vijfde lid, wordt āa en bā vervangen door: a. C Artikel 275 komt te luiden: Artikel 275 1. Indien de rechter een vordering tot beĆ«indiging van de huurovereenkomst op de gronden, bedoeld in artikel 274 lid 1 onder c en e toewijst, kan hij een bedrag vaststellen dat de verhuurder aan de huurder moet betalen ter tegemoetkoming in diens verhuis- en inrichtingskosten. 2. De rechter kan, voordat hij een beslissing geeft, waarin dit bedrag wordt vastgesteld, zijn voornemen ter kennis van partijen brengen en een termijn stellen waarbinnen de verhuurder de opzegging kan intrekken. Maakt de verhuurder van deze bevoegdheid gebruik, dan beslist de rechter uitsluitend over de proceskosten. 3. Bij beĆ«indiging van de huurovereenkomst op de gronden, bedoeld in artikel 274 lid 1 onder c in verbinding met lid 3 onder a en in artikel 274 lid 1 onder e, draagt de verhuurder bij in de kosten die de verhuizing voor de huurder meebrengt. 4. De minimumbijdrage in de verhuis- en inrichtingskosten voor de huurders van zelfstandige woningen, woonwagens en standplaatsen wordt bij ministeriĆ«le regeling van de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie vastgesteld en zal jaarlijks voor 1 maart worden gewijzigd voor zover de consumentenprijsindex daartoe aanleiding geeft. Het in de eerste zin genoemde bedrag wordt afgerond op hele euroās. 5. De verhuurder kan eventuele door de gemeente aan de huurder te verstrekken bijdragen of vergoedingen voor verhuis- of inrichtingskosten in mindering brengen op de hoogte van de bijdrage, bedoeld in het vierde lid. ARTIKEL II Deze wet is van toepassing op verhuizingen waarvan de datum op of na de datum van inwerkingtreding ligt. ARTIKEL III Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister van Justitie, De Minister voor Wonen, Wijken en Integratie, PAGE PAGE 1