[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

31562, bijgewerkt t/m nr. 12 (Tweede NvW d.d. 28 november ’08)

Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met een herziening en vereenvoudiging van de voertuigregelgeving, ter implementatie van richtlijn nr. 2007/46/EG betreffende de goedkeuring van voertuigen en enkele andere technische wijzigingen

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2008D16619, datum: 2008-11-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2008Z01408:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 12 (Tweede NvW d.d. 28 november ’08)



31 562	Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met een
herziening en vereenvoudiging van de voertuigregelgeving, ter
implementatie van richtlijn nr. 2007/46/EG betreffende de goedkeuring
van voertuigen en enkele andere technische wijzigingen



	Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ter uitvoering van het deel
van het programma tot herijking van de wet- en regelgeving van het
ministerie van Verkeer en Waterstaat dat ziet op de voertuigregelgeving
met als doel die wetgeving te herzien en te vereenvoudigen en ter
implementatie van richtlijn nr. 2007/46/EG, een kaderrichtlijn die ziet
op de goedkeuring van voertuigen, een wijziging van de Wegenverkeerswet
1994 noodzakelijk is;

	Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

	De Wegenverkeerswet 1994 wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

	1. In onderdeel s wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken of voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers.

	2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel s door een
puntkomma, worden de volgende onderdelen toegevoegd: luidende:

	t. fabrikant: persoon of instantie die tegenover een
goedkeuringsinstantie verantwoordelijk is voor alle aspecten van een
typegoedkeurings- of toestemmingsprocedure en instaat voor de
overeenstemming van de productie met de verleende goedkeuring of
toestemming;

	u. schadevoertuig: voertuig dat ten gevolge van een beschadiging niet
langer deugdelijk van bouw en inrichting is. 

B

	In artikel 2, vierde lid, wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers.

C

	Artikel 4b, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onderdeel a komt te luiden:

	a. het in het kader van de toelating tot het verkeer op de weg verlenen
van typegoedkeuringen voor voertuigen, systemen, onderdelen, technische
eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming van
weggebruikers en passagiers, het verlenen van individuele goedkeuringen
voor voertuigen, alsmede het intrekken van typegoedkeuringen,.

	2. Onderdeel a1 komt te luiden:

	a1. het ter uitvoering van verdragen of besluiten van volkenrechtelijke
organisaties of van één of meer instellingen van de Europese Unie, al
dan niet gezamenlijk, verlenen van typegoedkeuringen voor voertuigen,
systemen, onderdelen, technische eenheden, uitrustingstukken en
voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers,.

	3. Na onderdeel a1 wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

	a2. het verlenen van toestemming om onderdelen of uitrustingsstukken te
verkopen, te koop aan te bieden, of het in het verkeer brengen, alsmede
het intrekken van toestemmingen,. 

	4. Onderdeel b komt te luiden:

	b. het houden van toezicht op het overeenstemmen van voertuigen,
systemen, onderdelen, technische eenheden, uitrustingstukken en
voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers met het
type waarvoor de goedkeuring is verleend en op het overeenstemmen van
onderdelen en uitrustingsstukken waarvoor een toestemming is verleend
met de verleende toestemming,.

	5. Na onderdeel b wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

	b1. het houden van toezicht op het terugroepen van reeds in de handel
gebrachte voertuigen, onderdelen of uitrustingsstukken door de
fabrikant,.

	6. In onderdeel c wordt na “het ongeldigverklaren van
kentekenbewijzen” ingevoegd: , het geldig verklaren van
kentekenbewijzen.

	7. In onderdeel n wordt na “29, tweede lid, ” ingevoegd: 30, 31,.

	8. In onderdeel n wordt na “106, eerste lid,” ingevoegd: 106a,
derde lid, jo. 101, eerste lid, respectievelijk jo. 102, eerste lid,.

D

	Artikel 4aa, wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid wordt “de artikelen 71a, 84, eerste lid, en
artikel 101, eerste lid,” vervangen door: de artikelen 71a, 84, eerste
lid, 101, eerste lid, en 106a, derde lid, jo. 101, eerste lid,. 

	2. In het eerste lid, wordt “aangewezen onderzoeksgerechtigden
”vervangen door: erkende onderzoeksgerechtigden en instellingen,.

	3. In het tweede, derde en vijfde lid, wordt “keuringsinstellingen en
onderzoeksgerechtigden” vervangen door: keuringsinstellingen,
onderzoeksgerechtigden en instellingen.

Da

	Artikel 12, derde lid, onderdeel d, komt te luiden:

	d. de aanstelling van verkeersregelaars, de verlenging en intrekking
van die aanstelling, de afgifte van het bevoegdheidsbewijs aan
verkeersregelaars, de schorsing van de aanstelling van verkeersregelaars
in gevallen waarin het verkeer in gevaar is of kan worden gebracht,
alsmede de aanstelling van verkeersbrigadiers;.

E

	Het opschrift van hoofdstuk III komt te luiden:

HOOFDSTUK III. TOELATING EN GOEDKEURING

F

	Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid komt te luiden:

	1. Bij ministeriële regeling aan te wijzen categorieën van
voertuigen, systemen, onderdelen, technische eenheden, uitrustingstukken
en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers dienen
te zijn goedgekeurd voor toelating tot het verkeer op de weg. 

	2. Het derde lid komt te luiden:

	3. Bij ministeriële regeling aan te wijzen productieprocessen van
bepaalde categorieën voertuigen, systemen, onderdelen, technische
eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming van
weggebruikers en passagiers dienen te zijn goedgekeurd alvorens de
producten voortkomend uit die productieprocessen worden toegelaten tot
het verkeer op de weg.

G

	Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het tweede lid, onderdeel a, komt te luiden:

	a. die is verleend door het daartoe bevoegde gezag in een andere
lidstaat van de Europese Unie of in een andere Staat die partij is bij
de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en die is
verleend overeenkomstig de op het betrokken voertuig, systeem,
onderdeel, technische eenheid, uitrustingsstuk of voorziening ter
bescherming van weggebruikers en passagiers betrekking hebbende, in het
kader van de Europese Unie tot stand gekomen voorschriften, of die is
verleend door het daartoe bevoegde gezag in Zwitserland indien dit
voorvloeit uit de op 21 juni 1999 te Luxemburg tot stand gekomen
Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat
inzake de wederzijdse erkenning van de overeenstemmingsbeoordeling (PbEG
L 114);.

	2. In het derde lid wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers. 

	3. Het vierde en vijfde lid komen te luiden: 

	4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met
betrekking tot in het kader van een typegoedkeuringsprocedure op basis
van in het kader van de Europese Unie tot stand gekomen voorschriften op
de Dienst Wegverkeer of de fabrikant van een voertuig, systeem,
onderdeel, technische eenheid, uitrustingstuk of voorziening ter
bescherming van weggebruikers en passagiers rustende verplichtingen.

	5. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met
betrekking tot op voertuigen, systemen, onderdelen, technische eenheden,
uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers, behorende tot een goedgekeurd type, aan te brengen
keurmerken, aanduidingen of gegevens.

H

	In artikel 22a wordt “het voertuig, voertuigonderdeel,
uitrustingsstuk of de voorziening ter bescherming van een weggebruiker
of passagier” vervangen door: het voertuig, het systeem, het
onderdeel, de technische eenheid, het uitrustingstuk of de voorziening
ter bescherming van weggebruikers en passagiers. 

I

	In de artikelen 22a, eerste lid, 25a, eerste lid, 145a, en 149b,
zevende lid, wordt “bij regeling van Onze Minister” vervangen door:
bij ministeriële regeling.

J

	Artikel 23, eerste lid, eerste en tweede volzin, komt te luiden: 

	1. De Dienst Wegverkeer houdt toezicht op het overeenstemmen van
voertuigen, systemen, onderdelen, technische eenheden, uitrustingstukken
en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers, die
doorgaan voor goedgekeurd, met het type waarvoor de goedkeuring is
verleend. Tot dit toezicht kan behoren het steekproefsgewijs keuren van
tot een type waarvoor de goedkeuring is verleend, behorende voertuigen,
systemen, onderdelen, technische eenheden, uitrustingstukken en
voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers.

K

	Artikel 25, tweede lid, onderdeel a, komt te luiden:

	a. degene aan wie de goedkeuring is verleend een voertuig, systeem,
onderdeel, technische eenheid, uitrustingstuk of voorziening ter
bescherming van weggebruikers en passagiers doet of laat doorgaan voor
goedgekeurd, terwijl dat voertuig, dat systeem, dat onderdeel, die
technische eenheid, dat uitrustingstukken of die voorziening ter
bescherming van weggebruikers en passagiers niet overeenstemt met het
type waarvoor de goedkeuring is verleend,.

L

	Artikel 25a wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de eerste volzin van het eerste lid wordt “het voertuig, het
voertuigonderdeel, het uitrustingsstuk of de voorziening ter bescherming
van een weggebruiker of passagier” vervangen door: het voertuig, het
systeem, het onderdeel, de technische eenheid, het uitrustingstuk of de
voorziening ter bescherming van weggebruikers en passagiers.

	2. In de tweede volzin van het eerste lid, wordt “het voertuig,
voertuigonderdeel, uitrustingsstuk of de voorziening ter bescherming van
de weggebruiker of passagier” vervangen door: het voertuig, het
systeem, het onderdeel, de technische eenheid, het uitrustingstuk of de
voorziening ter bescherming van weggebruikers en passagiers.

	3. In het tweede lid, onderdeel a, wordt “voertuigonderdeel,
uitrustingsstuk of voorziening ter bescherming van een weggebruik of
passagier” vervangen door: systeem, onderdeel of de technische
eenheid.

	4. In het derde lid wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers.

	5. Het vierde lid komt te luiden:

	4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met
betrekking tot op voertuigen, systemen, onderdelen, technische eenheden,
uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers, die zijn vervaardigd overeenkomstig het goedgekeurde
productieproces, aan te brengen keurmerken, aanduidingen of gegevens.

M

	In artikel 25b, eerste lid, wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers.

N

	In artikel 25c wordt “Bij of krachtens algemene maatregel van
bestuur” vervangen door: Bij ministeriële regeling. 

O

	Artikel 25d, tweede lid, wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onderdeel a komt te luiden:

	a. degene aan wie de goedkeuring is verleend een voertuig, systeem,
onderdeel, technische eenheid, uitrustingstuk of voorziening ter
bescherming van weggebruikers en passagiers doet of laat doorgaan voor
vervaardigd volgens een goedgekeurd productieproces, terwijl dat
voertuig, dat systeem, dat onderdeel, die technische eenheid, dat
uitrustingsstuk of die voorziening ter bescherming van weggebruikers en
passagiers niet is vervaardigd overeenkomstig het goedgekeurde
productieproces,.

	2. In onderdeel b wordt “artikel 22c” vervangen door: artikel 25b.

P

	Na artikel 25d wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 25e

	1. Wanneer een fabrikant reeds verkochte, geregistreerde of in het
verkeer gebrachte voertuigen, dan wel reeds verkochte onderdelen of
uitrustingsstukken, waarvoor een overeenkomstig in het kader van de
Europese Unie tot stand gekomen voorschriften afgegeven typegoedkeuring
is verleend, op grond van artikel 21, tweede lid, van de Warenwet dient
terug te roepen omdat het voertuig een ernstig gevaar vormt voor de
verkeersveiligheid, de volksgezondheid of het milieu, stelt de fabrikant
de goedkeuringsinstantie die de typegoedkeuring heeft verleend hiervan
onmiddellijk in kennis.

	2. De fabrikant stelt de goedkeuringsinstantie maatregelen voor om het
in het eerste lid bedoelde gevaar te neutraliseren.

	3. De Dienst Wegverkeer houdt toezicht op het terugroepen van
voertuigen, onderdelen en uitrustingsstukken.

	4. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld ter
uitvoering van het tweede lid.

Q

	Het opschrift van paragraaf 4 vervalt.

R

	Artikel 27 vervalt.

S

	Artikel 28 vervalt.

T

	Artikel 29 vervalt.

U

	Na hoofdstuk III, § 4, wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 4a. Toestemming onderdelen en uitrustingstukken.

Artikel 30

	1. De toestemming voor een onderdeel of uitrustingsstuk dat op grond
van artikel 34 zonder een dergelijk toestemming niet mag worden verkocht
of in het verkeer mag worden gebracht, wordt op aanvraag en tegen
betaling, op de door de Dienst Wegverkeer vastgestelde wijze, van het
daarvoor door deze dienst vastgestelde tarief door deze dienst verleend
indien het onderdeel of uitrustingsstuk waarvoor de toestemming wordt
gevraagd, bij een door de dienst verrichte keuring heeft voldaan aan de
bij ministeriële regeling vastgestelde eisen. Deze eisen kunnen
betrekking hebben op het proces volgens hetwelk de aanvrager zijn
werkzaamheden met betrekking tot de productie van het onderdeel of
uitrustingsstuk verricht.

	2. Met een toestemming voor de verkoop of in het verkeer brengen van
een onderdeel of uitrustingsstuk wordt gelijkgesteld een toestemming die
is verleend door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van
de Europese Unie of in een andere Staat die partij is bij de
Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en is verleend
overeenkomstig de op het betrokken onderdeel of uitrustingstuk
betrekking hebbende, in het kader van de Europese Unie tot stand gekomen
voorschriften.

	3. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld betreffende
de organisatie van de aanvrager, het door de aanvrager van de
toestemming ter beschikking stellen van onderdelen en
uitrustingsstukken, het door de aanvrager overleggen van bescheiden en
verstrekken van inlichtingen alsmede betreffende de wijze waarop de
keuring van het onderdeel of uitrustingsstuk wordt verricht.

	4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met
betrekking tot op onderdelen en uitrustingsstuken, waarvoor een
toestemming is verleend om deze te verkopen of in het verkeer te
brengen, aan te brengen keurmerken, aanduidingen of gegevens.

Artikel 31

	1. De Dienst Wegverkeer houdt toezicht op het overeenstemmen van
onderdelen en uitrustingsstukken waarvoor een toestemming is verleend
met de verleende toestemming. Tot dit toezicht kan behoren het
steekproefsgewijs of periodiek controleren van de organisatie van degene
aan wie de toestemming is verleend alsmede van het productieproces.
Degene aan wie de toestemming is verleend, is gehouden aan voor het
houden van het toezicht noodzakelijke werkzaamheden medewerking te
verlenen.

	2. Degene aan wie een toestemming is verleend, is gehouden tot
betaling, op de door de Dienst Wegverkeer vastgestelde wijze, van het
door deze dienst ter zake van de kosten van het toezicht vastgestelde
tarief.

	3. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld
betreffende de wijze waarop het toezicht wordt gehouden en de
verplichting tot medewerking daaraan van degene aan wie een toestemming
is verleend.

Artikel 32

	1. De Dienst Wegverkeer trekt de toestemming voor de verkoop of in het
verkeer brengen van een onderdeel of uitrustingstuk in, indien degene
aan wie de toestemming is verleend, daarom verzoekt.

	2. De Dienst Wegverkeer kan een toestemming intrekken, indien:

	a. degene aan wie de toestemming is verleend een onderdeel of
uitrustingsstuk doet of laat doorgaan als met toestemming verkocht of in
het verkeer gebracht, terwijl hiervoor geen toestemming is verleend,

	b. degene aan wie de toestemming is verleend, de verplichting, vervat
in artikel 31, tweede lid, niet nakomt,

	c. degene aan wie de toestemming is verleend, handelt in strijd met een
of meer andere uit de toestemming voortvloeiende verplichtingen, of

	d. blijkt dat de toestemming ten onrechte is verleend.

V

	In paragraaf 5 wordt voor artikel 34 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 33

	1. Het is de eigenaar of houder van een voertuig dat ingevolge artikel
21, eerste lid, dient te zijn goedgekeurd voor toelating tot het verkeer
op de weg verboden dit voertuig te laten staan op de weg of daarmee over
de weg te rijden alsmede de bestuurder daarmee over de weg te laten
rijden, indien het voertuig niet is goedgekeurd voor toelating tot het
verkeer op de weg. 

	2. Het eerste lid is niet van toepassing op een voertuig dat ingevolge
artikel 21, eerste lid, dient te zijn goedgekeurd voor toelating tot het
verkeer op de weg, maar waarvoor een kentekenbewijs is afgegeven. 

W

	In artikel 35 wordt “een voertuig, voertuigonderdeel, uitrustingsstuk
of voorziening ter bescherming van een weggebruiker of passagier, welk
voertuig, voertuigonderdeel of uitrusting dan wel welke voorziening”
vervangen door: een voertuig, systeem, onderdeel, technische eenheid,
uitrustingstuk of voorziening ter bescherming van weggebruikers en
passagiers, welk voertuig, systeem, onderdeel, technische eenheid,
uitrustingstuk of voorziening ter bescherming van weggebruikers en
passagiers.

X

	In artikel 35a wordt “voertuigen, voertuigonderdelen,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers” vervangen door: voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingstukken en voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers.

Y

	Na artikel 48 wordt een artikel ingevoegd, luidende: 

Artikel 48a

	De Dienst Wegverkeer brengt aantekeningen aan op dan wel verwijdert
aantekeningen van het kentekenbewijs voor zover dat bij of krachtens
deze wet is voorgeschreven of mogelijk wordt gemaakt, dan wel voor de
goede uitvoering van deze wet wenselijk is.

Z

	Artikel 53, onderdeel a, komt te luiden:

	a. het voertuig is onderworpen aan een onderzoek dat ten minste een
controle inhoudt op de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid, en.

Aa

	Artikel 58 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het tweede lid, onderdeel d, komt te luiden:

	d. indien het voertuig waarvoor het kentekenbewijs is afgegeven een
schadevoertuig betreft dat voldoet aan bij ministeriële regeling
vastgestelde kenmerken, dan wel indien het voertuig na herstel van de
schade niet voldoet aan de bij ministeriële regeling te stellen eisen
ten aanzien van de wijze waarop de schade is hersteld.

	2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

	4. De Dienst Wegverkeer kan een ongeldig verklaard kentekenbewijs
geldig verklaren, dan wel geldig verklaren voor het rijden over de weg,
indien de reden voor ongeldigverklaring is komen te vervallen.

Ab

	Artikel 60 wordt als volgt gewijzigd: 

	1. Het eerste lid, onderdeel c, komt te luiden:

	c. het voertuig waarvoor het kentekenbewijs is afgegeven een
schadevoertuig betreft dat voldoet aan bij ministeriële regeling
vastgestelde kenmerken, dan wel indien het voertuig na herstel van de
schade niet voldoet aan de bij ministeriële regeling te stellen eisen
ten aanzien van de wijze waarop de schade is hersteld.

	2. In het derde lid wordt “bij algemene maatregel van bestuur”
vervangen door: bij ministeriële regeling.

	3. Het vijfde lid komt te luiden:

	5. De Dienst Wegverkeer geeft het kentekenbewijs of de ingevorderde
delen daarvan terug: 

	a. in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, indien ter
zake van het voertuig alsnog de verschuldigde belastingen en rechten
zijn voldaan; 

	b. in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, indien het
voertuig ter zake van de eisen waaraan het niet voldeed, alsnog is
goedgekeurd; 

	c. in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, indien het
schadevoertuig is goedgekeurd ingevolge bij ministeriële regeling
vastgestelde eisen omtrent de wijze waarop de schade is hersteld; 

	d. in het geval, bedoeld in het tweede lid, indien alsnog wordt voldaan
aan de krachtens artikel 52, tweede lid, in het kentekenbewijs vermelde
voorschriften. 

	4. Het zesde lid komt te luiden:

	6. De Dienst Wegverkeer geeft bij de teruggave van het kentekenbewijs
of de ingevorderde delen daarvan tevens een keuringsbewijs voor het
betrokken voertuig af, indien:

	a. het kentekenbewijs is ingevorderd omdat het voertuig niet voldoet
aan de eisen bedoeld in het eerste lid, onderdeel b;

	b. het voertuig is onderworpen aan een onderzoek dat ten minste een
controle inhoudt op de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid; en

	c. artikel 72 voor dat voertuig geldt en binnen een jaar zal gelden.

	5. In het achtste lid wordt “Bij regeling van Onze Minister”
vervangen door: Bij ministeriële regeling.

Ac

	Artikel 71a komt te luiden:

Artikel 71a

	Bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat:

	a. het voldoen aan de in artikel 71 bedoelde voorschriften wordt
aangetoond door middel van in die regels voorgeschreven apparatuur,

	b. die apparatuur is goedgekeurd door een door Onze Minister aangewezen
keuringsinstelling,

	c. die apparatuur alleen kan worden goedgekeurd indien de in die regels
genoemde technische specificaties van die apparatuur die noodzakelijk
zijn om het periodiek onderzoek, bedoeld in onderdeel d, uit te kunnen
voeren, op de in die regels aangegeven wijze bekend worden gemaakt,

	d. die apparatuur met een in die regels vast te stellen periodiciteit
is onderzocht door deze keuringsinstelling, dan wel door een door Onze
Minister of door deze keuringsinstelling erkende onderzoeksgerechtigde
en dat middelen die worden gebruikt om die apparatuur voor gebruik
geschikt te maken, zijn gecertificeerd door een door die
keuringsinstelling erkende instelling, en

	e. bij de erkenning van een onderzoeksgerechtigde of instelling als
bedoeld in onderdeel d, wordt voldaan aan de in die regels opgenomen
voorschriften. 

Ad

	In artikel 72, tweede lid, onderdeel a, “bij ministeriele regeling”
vervangen door: door de Dienst Wegverkeer.

Ae

	In artikel 73, eerste lid, onderdeel a, vervalt “onderdeel a,”.

Af

	Artikel 75, eerste lid, komt te luiden: 

	1. Een keuringsbewijs wordt door degene die ingevolge artikel 78 met de
afgifte van keuringsrapporten is belast, afgegeven op aanvraag en tegen
betaling op de door deze vastgestelde wijze van het door deze
vastgestelde tarief indien het motorrijtuig of de aanhangwagen heeft
voldaan aan de eisen die ingevolge artikel 71, onderdeel c, aan dat
voertuig worden gesteld, voorzover deze eisen niet ingevolge het tweede
lid buiten toepassing blijven. Het hiervoor bedoelde tarief omvat mede
een door de Dienst Wegverkeer vastgesteld bedrag ter zake van het
attenderen door deze dienst op de in 

artikel 72 opgenomen verplichting. Indien degene die met de afgifte van
keuringsrapporten is belast een persoon is als bedoeld in artikel 78,
eerste lid, onder b, draagt deze dit bedrag af aan de Dienst Wegverkeer
op de door deze dienst vastgestelde wijze.

Ag

	Aan artikel 84, eerste lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: Bij
ministeriële regeling kan worden bepaald dat middelen die worden
gebruikt om deze apparatuur voor gebruik geschikt te maken zijn
gecertificeerd door een door die keuringsinstelling erkende instelling
en kunnen regels worden vastgesteld met betrekking tot die erkenning.

Ah

	Artikel 86, vierde lid, komt te luiden:

	4. De geldigheid van het keuringsbewijs vervalt indien de eigenaar of
houder niet voldoet aan de in het tweede lid bedoelde verplichtingen of
indien het motorrijtuig of de aanhangwagen bij de herkeuring niet
voldoet aan de eisen, bedoeld in artikel 75, eerste lid.

Ai

	In artikel 87, tweede lid, onderdelen b en e, vervalt “onderdeel
a,”.

Aj

	Artikel 99 wordt als volgt gewijzigd:

	1. Het eerste lid komt te luiden:

	1. Goedkeuring wordt op aanvraag en tegen betaling op door de Dienst
Wegverkeer vastgestelde wijze, van het daarvoor door deze dienst
vastgestelde tarief door deze dienst verleend, indien de aangebrachte
wijziging bij een door deze dienst verrichte keuring heeft voldaan aan
de ingevolge hoofdstuk III en hoofdstuk V voor deze goedkeuring
vastgestelde eisen. De keuring kan mede omvatten die delen van het
voertuig waarvoor de aangebrachte wijziging gevolgen heeft.

	2. In het derde lid wordt “bij algemene maatregel van bestuur”
vervangen door: bij ministeriële regeling.

Ak

	In artikel 100, eerste lid, wordt “de in hoofdstuk III voor de
toelating tot het verkeer op de weg gestelde eisen en de geboden
waarborgen ten minste gelijkwaardig zijn aan een keuring door de Dienst
Wegverkeer” vervangen door: de ingevolge hoofdstuk III en hoofdstuk V
voor deze goedkeuring vastgestelde eisen. 

Al

	Aan artikel 101, eerste lid, wordt een volzin toegevoegd, luidende: Bij
ministeriële regeling kan worden bepaald dat middelen die worden
gebruikt om 

deze apparatuur voor gebruik geschikt te maken zijn gecertificeerd door
een 

door die keuringsinstelling erkende instelling en kunnen regels worden
vastgesteld met betrekking tot die erkenning.

Am

	Aan artikel 102 wordt een lid toegevoegd, luidende:

	4. De kennisgeving van het verscherpen van het toezicht kan
plaatsvinden door middel van datacommunicatie. In dat geval wordt de
kennisgeving na daartoe strekkend verzoek van de belanghebbende in een
beschikking vastgelegd.

An 

	Het opschrift van paragraaf 9 komt te luiden:

§ 9. Keuring na ongeldigverklaring of invordering kentekenbewijs

Ao

	Artikel 105 komt te luiden:

Artikel 105

	Indien het voor een motorrijtuig of een aanhangwagen afgegeven
kentekenbewijs ingevolge artikel 58, tweede lid, onderdeel b of d,
ongeldig is verklaard of is ingevorderd ingevolge artikel 60, eerste
lid, onderdeel b of c, dient het voertuig alvorens het kentekenbewijs
door de Dienst Wegverkeer geldig kan worden verklaard of kan worden
teruggegeven, te zijn goedgekeurd.

Ap

	Artikel 106, eerste lid, komt te luiden:

	1. De goedkeuring wordt op aanvraag en tegen betaling, op de door de
Dienst Wegverkeer vastgestelde wijze, van het daarvoor door deze dienst
vastgestelde tarief door deze dienst verleend, indien het voertuig bij
een door de dienst verrichte keuring heeft beantwoord aan de bij of
krachtens deze wet vastgestelde eisen.

Aq

	Na paragraaf 9 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:

§ 9a. Erkenningsregeling keuring van schadevoertuigen.

Artikel 106a

	1. De goedkeuring van een schadevoertuig na ongeldigverklaring of
invordering van het kentekenbewijs kan door de Dienst Wegverkeer worden
verleend zonder dat de in artikel 106 bedoelde keuring heeft
plaatsgevonden, indien door een daartoe door de Dienst Wegverkeer
erkende natuurlijk persoon of rechtspersoon wordt gewaarborgd dat het
voertuig voldoet aan de eisen, bedoeld in artikel 106, eerste lid. 

	2. De erkenning geldt voor de in de erkenning aangegeven werkzaamheden
ter zake van voertuigen die behoren tot een in de erkenning aangewezen
groep. De erkenning kan gelden voor bepaalde of onbepaalde tijd.

	3. De artikelen 100, derde lid, en 101 tot en met 103 zijn van
overeenkomstige toepassing.

Artikel 106b

	Het is een ieder aan wie niet een erkenning als bedoeld in artikel 106a
is verleend, verboden zich op zodanige wijze te gedragen, dat daardoor
bij het publiek de indruk kan worden gewekt, dat zodanige erkenning aan
hem is verleend.

Ar

	In artikel 145e “Bij regeling van Onze Minister” vervangen door:
Bij ministeriële regeling.

As

	Artikel 177 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt na “12, eerste lid,”
ingevoegd: 33,.

	2. In het tweede lid wordt “66, 70g, 89 en 104” vervangen door: 66,
70g, 89, 104 en 106b.

ARTIKEL II 

	De wet van 2 november 2006 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994
en enkele andere wetten op een aantal punten van uiteenlopende aard
(Stb. 616) wordt als volgt gewijzigd:

A 

	Artikel I, onderdeel H, onder 1, komt te luiden: 

	1. Het eerste lid komt te luiden:

	1. Een typegoedkeuring wordt op aanvraag en tegen betaling, op de door
de Dienst Wegverkeer vastgestelde wijze, van het daarvoor door deze
dienst vastgestelde tarief door deze dienst verleend indien het
voertuig, het systeem, het onderdeel, de technische eenheid, het
uitrustingstuk of de voorziening ter bescherming van weggebruikers en
passagiers waarvoor de goedkeuring wordt gevraagd, bij een door de
dienst verrichte keuring heeft voldaan aan de bij ministeriële regeling
vastgestelde eisen met betrekking tot de toelating tot het verkeer op de
weg. Deze eisen kunnen betrekking hebben op de technische staat, de
specificaties, de prestaties of de uitrusting van het voertuig, het
systeem, het onderdeel, de technische eenheid, het uitrustingstuk of de
voorziening ter bescherming van weggebruikers en passagiers.

B 

	In artikel I, onderdeel J, wordt “Bij of krachtens algemene maatregel
van bestuur” vervangen door: Bij ministeriële regeling. 

C 

	Artikel I, onderdeel M, onder 1, komt te luiden:

	1. De zinsnede “bij algemene maatregel van bestuur” wordt vervangen
door: bij ministeriële regeling. 

D

	Artikel I, onderdeel O, komt te luiden:

O

	Artikel 34 komt te luiden:

Artikel 34 

	1. Het is verboden bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen
categorieën voertuigen, systemen, onderdelen, technische eenheden,
uitrustingsstukken en voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en
passagiers, die niet ingevolge artikel 22, 25a of 26 zijn toegelaten tot
het verkeer op de weg, of andere voorzieningen die zijn bestemd om de
opsporing van bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde misdrijven of
overtredingen te belemmeren, te vervaardigen, in te voeren, in voorraad
te hebben, te koop aan te bieden, af te leveren of te vervoeren.

	2. Het is verboden bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen
categorieën onderdelen en uitrustingsstukken te verkopen, te koop aan
te bieden of in het verkeer te brengen, tenzij hiervoor ingevolge
artikel 30 toestemming is verleend.

	3. Ter uitvoering van verdragen of van besluiten van volkenrechtelijke
organisaties of van één of meer instellingen van de Europese Unie, al
dan niet gezamenlijk, worden voor verboden als bedoeld in het eerste en
tweede lid, de categorieën aangewezen bij ministeriële regeling.

	4. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld
betreffende de categorie van voertuigen, systemen, onderdelen,
technische eenheden, uitrustingsstukken of voorzieningen ter bescherming
van weggebruikers en passagiers of de andere voorzieningen die zijn
bestemd om de opsporing van bij of krachtens deze wet strafbaar gestelde
misdrijven of overtredingen te belemmeren, waarop het verbod betrekking
heeft, de handelingen waarop het verbod betrekking heeft alsmede de
uitzonderingen op het verbod. 

E

	Artikel I, onderdeel Y, komt te luiden:

Y

	Artikel 71 komt te luiden:

Artikel 71

	Bij ministeriële regeling worden regels gesteld omtrent:

	a. de eisen waaraan voertuigen moeten voldoen waarmee over de weg wordt
gereden, waarbij onderscheid kan worden gemaakt tussen verschillende
wegen;

	b. de inrichting van voertuigen die op de weg staan;

	c. de eisen waaraan voertuigen moeten voldoen voor de afgifte van een
keuringsbewijs;

	d. de eisen waaraan ter uitvoering van verdragen of van besluiten van
volkenrechtelijke organisaties of van één of meer instellingen van de
Europese Unie, al dan niet gezamenlijk, moet worden voldaan met
betrekking tot het uitvoeren van onderhoud aan voertuigen. 

F

	Artikel I, onderdeel Ae komt te luiden:

Ae

	In artikel 98 wordt “voorzover zulks bij algemene maatregel van
bestuur is bepaald” vervangen door: voorzover dit bij ministeriële
regeling is bepaald.

ARTIKEL IIA

	De Invoeringswet Wegenverkeerswet 1994 wordt als volgt gewijzigd:

A

	De artikelen 29 en 30 vervallen.

B

	In de artikelen 38a en 60a wordt de zinsnede “motorrijtuigen als
bedoeld in artikel 9.1 van het Voertuigreglement” telkens vervangen
door: bij ministeriële regeling aangewezen motorrijtuigen die zijn
ingericht voor het vervoer van een gehandicapte.

ARTIKEL IIB

	De Wet wegvervoer goederen wordt als volgt gewijzigd:

A

	In artikel 2.1 wordt "de bij de vrijstellingsrichtlijn voor het
wegvervoer behorende bijlage" telkens vervangen door: de bij de
vrijstellingsrichtlijn voor het wegvervoer behorende bijlage I.

B

	Artikel 2.5 komt te luiden:

Artikel 2.5

	Het is verboden om bij het verrichten van beroepsvervoer anders dan
bedoeld in artikel 2.1, tweede, derde, vierde of vijfde lid, in strijd
te handelen met artikel 3, eerste lid, artikel 5, vierde lid, of artikel
6, vierde lid, van de marktverordening voor het wegvervoer. 

C

	In artikel 2.9, derde lid, wordt “en behoeve van de definitieve
voortzetting van vervoeractiviteiten” vervangen door: ten behoeve van
de definitieve voortzetting van vervoeractiviteiten.

D

	Artikel 2.10 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het achtste lid wordt "voor de toepassing van het vierde lid"
vervangen door: voor de toepassing van het zevende lid.

	2. In het negende lid wordt "voor de toepassing van het vierde lid"
vervangen door: voor de toepassing van het zevende lid.

	3. In het tiende lid wordt "document of verklaring als bedoeld in het
vierde lid" vervangen door: document of verklaring als bedoeld in het
zevende lid.

E

	In artikel 4.4, zesde lid, wordt “op eerste dag van het kalenderjaar
en op de laatste dag van het voorafgaande kalenderjaar” vervangen
door: op de eerste dag van het kalenderjaar en op de laatste dag van het
voorafgaande kalenderjaar. 

F

	Artikel 5.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onderdeel b vervalt.

	2. Onderdeel c wordt geletterd onderdeel b. 

G

	Artikel 6.2, tweede lid, komt te luiden:

	2. In artikel 1, onder 4° van de Wet op de economische delicten wordt
in de alfabetische rangschikking ingevoegd:

de Wet wegvervoer goederen, de artikelen 2.3, eerste, derde, vijfde en
zesde lid, 2.5, 2.6, 2.7 en 2.13 alsmede - voor zover aangeduid als
strafbare feiten – artikel 2.3, vierde lid;.

H

	Artikel 8.4, onderdeel C, komt te luiden:

C

	In artikel 11, eerste lid, onderdeel a, wordt zowel de zinsnede “uit
de accountantsverklaring, bedoeld in artikel 10,”, als de zinsnede
"uit de accountantsverklaring" vervangen door: uit de
verantwoordingsinformatie,  bedoeld in artikel 17a, eerste lid, van de
Financiële-verhoudingswet, onderscheidenlijk uit de
verantwoordingsinformatie.

ARTIKEL III

	In artikel 1, onder 3, van de Wet op de economische delicten wordt
“de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 34, eerste lid, en 35;”
vervangen door: de Wegenverkeerswet 1994, de artikelen 34, eerste tot en
met vierde lid, en 35;.

ARTIKEL IIIA

	In onderdeel B van de bijlage behorende bij de Algemene douanewet wordt
“Wet goederenvervoer over de weg” vervangen door: Wet wegvervoer
goederen.

ARTIKEL IV

	De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle 

ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan
de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

 PAGE    

 PAGE   15