[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Koser Kaya over de niet-reanimeerpenning

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2008D18124, datum: 2008-11-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z04626:

Preview document (🔗 origineel)


De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA  DEN HAAG





Ons kenmerk	Inlichtingen bij	Doorkiesnummer	Den Haag

DLZ-K-U-2887885

                                 26 nov. 08

Onderwerp	Bijlage(n)	Uw brief

Kamervragen

	1	20 oktober 2008







Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Koser Kaya
(D66) over de niet-reanimeerpenning (2080903100).

De Staatssecretaris van Volksgezondheid,

Welzijn en Sport,

mw. dr. J. Bussemaker

Antwoorden op kamervragen van  REF bmkHetLidDeLeden  het Kamerlid Koser
Kaya   REF bmkKamerleden    over   REF bmkOnderwerp  de
niet-reanimeerpenning .

(2080903100)

1

Bent u bereid uw standpunt over de rechtskracht van de
niet-reanimeerpenning, zoals beschreven in uw antwoord op eerdere
vragen, actief onder de aandacht te brengen van AmbulanceZorg Nederland?
Zo neen, waarom niet?

1

Ja, begin december vindt er op mijn ministerie een overleg plaats met
AZN over dit onderwerp.

2

Kunt u ervoor zorgen dat de richtlijnen voor Nederlands
ambulancepersoneel rekening houden met de door u bevestigde rechtskracht
van de niet-reanimeerpenning? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2

De inhoud van richtlijnen voor Nederlands ambulancepersoneeel is de
verantwoordelijkheid van de professionele organisaties voor deze
beroepsgroepen. Dat de niet-reanimatiepenning moet worden gezien als een
wilsverklaring in het kader van de wet zal ik onder de aandacht van deze
organisaties brengen.

Op grond van artikel 450 van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek is voor
het instellen van een behandeling de toestemming van de patiënt
vereist. Op grond van het derde lid van dit artikel moet de hulpverlener
in het geval waarin een patiënt van zestien jaar of ouder niet in staat
is tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake van de
behandeling rekening houden met de kennelijke opvatting van de patiënt
die in schriftelijke vorm heeft geuit toen hij nog wel in staat was tot
een redelijke waardering van zijn belangen. De hulpverlener kan van de
in schriftelijke vorm geuite wil afwijken als hij daartoe gegronden
redenen aanwezig acht.

 Antwoord op Kamervragen 2080900870.

Postbus 20350

2500 EJ  DEN HAAG

Telefoon (070) 340 79 11

Fax (070) 340 78 34	Bezoekadres:

Parnassusplein 5

2511 VX  DEN HAAG	Correspondentie uitsluitend richten aan het postadres
met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief	Internetadres:

www.minvws.nl



  IF   DOCPROPERTY "propArchiefkopie"  Fout! Onbekende naam voor
documenteigenschap.  = "Archiefkopie"   AUTOTEXT sysArchiefkopie 
AANGETEKEND  ""