Het kopen van een baby via internet
Schriftelijke vragen
Nummer: 2008D18820, datum: 2008-11-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K. Arib, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z07978:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Gericht aan: A. Klink, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: K. Arib, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2009-02-12 13:00: Commercieel draagmoederschap en verkopen van baby's (Algemeen overleg), vaste commissie voor Justitie (2008-2010)
Preview document (🔗 origineel)
2008Z07978 / 2080906460 Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de ministers van Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het kopen van een baby via internet. (Ingezonden 28 november 2008) 1 Kent u de berichten over het via internet kopen van een baby in België door een Nederlands echtpaar? 1) 2 Kent u de eerdere berichten over Nederlandse paren die via een Amerikaans bedrijf tegen betaling kinderen krijgen door middel van commercieel draagmoederschap? 2) 3 Wat is uw mening over het tegen betaling van ongeveer 100.000 tot 150.000 dollar aan een kind komen via buitenlandse bedrijven door middel van commercieel draagmoederschap? 3) 4 Deelt u de mening dat hiermee de regels met betrekking tot draagmoederschap in Nederland worden omzeild en via buitenlandse bureaus makkelijk commerciële draagmoeders kunnen worden gebruikt om aan een kind te komen? Zo ja, wat gaat u hieraan doen? 5 Wat is de stand van zaken omtrent het al dan niet vervolgen van het Nederlands echtpaar voor het kopen van een baby via internet in België? Indien zij vervolgd worden, van welke feiten worden zij verdacht? Indien zij niet vervolgd worden, welke overwegingen liggen daaraan ten grondslag? 6 Is er verschil tussen de Belgische en Nederlandse strafbepalingen ten aanzien van mensenhandel? Zo ja, waar bestaan die uit? 7 Laat interpretatie van de Nederlandse definitie van mensenhandel, zoals vastgelegd in artikel 273f Wetboek van Strafrecht, ruimte voor het bepalen dat het kopen van een enkel kind (al dan niet in het buitenland) op basis van dat artikel strafbaar is? Zijn daarbij de beweegredenen van de natuurlijke ouders danwel de “koopouders” van belang? 8 Kan het verkopen en kopen van een kind, anders dan bijvoorbeeld voor seksuele uitbuiting of kinderarbeid, toch worden geïnterpreteerd als uitbuiting van een kind? Zo ja, op welke wijze? Zo neen, waarom niet? Bent u bereid dit alsnog bij wet te regelen? 9 Is in de zaak Baby Donna overwogen om de ouders die deze baby kochten te vervolgen op basis van artikel 273f? Zo ja, waar hebben deze overwegingen toe geleid? Zo neen, waarom niet? 10 Zijn er andere wettelijke bepalingen op grond waarvan het kopen van een baby strafbaar is? Zo ja, welke bepalingen zijn dat? 11 Indien artikel 273f naar uw mening niet geschikt blijkt te zijn als basis voor het vervolgen van het kopen van een baby, bent u dan bereid de wet zodanig aan te passen dat dit wel strafbaar wordt? Zo ja, op welke wijze gaat u dit doen? Zo neen, waarom niet? 12 Zijn er redenen om naar aanleiding van onderhavige zaak en de zaak baby Donna om beleid dan wel wetgeving dienaangaande te ontwikkelen of aan te passen? Zo ja, waar denkt u aan? Zo neen, waarom niet? 13 Deelt u de mening dat - na de zaak baby Donna - het bij de Nederlandse “kopers” laten van de baby een ongewenste precedentwerking ten aanzien van het kopen van baby’s kan uitgaan? Zo neen, waarom niet? 14 Deelt u de mening dat in het geval dat er een baby wordt gekocht, het belang van dat kind boven alles moet prevaleren? Zo ja, hoe kunt u garanderen dat dat het geval zal zijn, en op welke wijze wordt aan het belang van het kind uitdrukking gegeven? Zo neen, waarom niet? 15 Hoe verhoudt het kopen van kinderen c.q. het commerciële draagmoederschap zich tot het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind, waarin is vastgelegd dat elk kind het recht heeft zijn ouders te kennen en door hen te worden verzorgd (artikel 7), en om bij zijn ouders te leven of in persoonlijk contact met heb te blijven (artikel 9)? 16 Klopt het dat in de praktijk iedereen die zich kan legitimeren een geboorteaangifte kan doen? Klopt het dat een ambtenaar van de burgerlijke stand eventueel kan vragen naar een verklaring die door een verloskundige of door een arts die bij de geboorte van het kind aanwezig was? Zo ja, is het wel eens voorgekomen dat een ambtenaar daadwerkelijk naar een dergelijk verklaring heeft gevraagd? 17 Klopt het dat het straks mogelijk wordt om digitaal aangifte te doen van een geboorte of overlijden? Zo ja, in hoeverre wordt daardoor de mogelijkheid om valse aangiftes op het spoor te komen verder bemoeilijkt? 1) Netwerk d.d. 24 november 2008 2) NRC-Handelsblad, 4 oktober 2008 3) AD, Parool, Telegraaf, 25 november 2008 Toelichting: deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van het lid De Pater-van der Meer (CDA), ingezonden 28 november 2008 (vraagnummer 2008Z07975 / 2080906440) en van de leden De Wit en Langkamp (beiden SP), ingezonden 28 november 2008 (vraagnummer 2008Z07976 / 2080906450)