Invoering van het capaciteitstarief
Schriftelijke vragen
Nummer: 2008D19403, datum: 2008-12-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.F.C. (Paulus) Jansen, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z08223:
- Gericht aan: M.J.A. van der Hoeven, minister van Economische Zaken
- Indiener: P.F.C. (Paulus) Jansen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
2008Z08223 / 2080906720 Vragen van het lid Jansen (SP) aan de minister van Economische Zaken over de invoering van het capaciteitstarief. (Ingezonden 2 december 2008) 1 Hoeveel appartementcomplexen in Nederland beschikken -bij benadering- over een lift met een zware elektriciteitsaansluiting? 2 Is het waar dat de bewoners van dergelijke complexen door de invoering van het capaciteitstarief (via hun servicekosten) veel meer gaan betalen, omdat bij een lift een zware aansluiting gepaard gaat aan een relatief laag verbruik? Zo ja, kunt u uiteenzetten hoeveel de gemiddelde stijging bedraagt per aansluiting en per huishouden en hoe groot de bandbreedte van de stijging is? 3 Onderschrijft u dat deze stijging op gespannen voet staat met de toelichting in het wetsvoorstel capaciteitstarief/slimme meters (31374) dat de gemiddelde consument er door de invoering van het capaciteitstarief er niet op voor- of achteruit zou gaan? Waarom is dit effect voor zo’n grote groep huishoudens niet vooraf gemeld? 4 Bent u bereid om te laten onderzoeken of het mogelijk is om het piekgebruik van liftinstallaties door een technische aanpassing te verminderen, waardoor volstaan kan worden met een lichtere aansluiting en twee vliegen in één klap geslagen worden: een lagere elektriciteitsrekening voor de bewoners en een bijdrage aan de energiebesparingdoelstelling van het kabinet? 5 Ben u bereid om een ex ante evaluatie te laten uitvoeren naar de effecten van de invoering van het capaciteitstarief, waardoor een nauwkeuriger inzicht ontstaat in de omvang van de voorziene en onvoorziene financiële effecten van de nieuwe tariefstructuur?