Antwoord op vragen van het lid Jasper van Dijk inzake de sponsoring van medische televisieprogramma's
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D19675, datum: 2008-12-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.H.A. Plasterk, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z06555:
- Gericht aan: R.H.A. Plasterk, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: J.J. (Jasper) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk van uw Kamer inzake de sponsoring van medische televisieprogramma's. De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met kenmerk 2008Z06555 / 2080904980. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, dr. Ronald H.A. Plasterk Antwoorden op de schriftelijke vragen van het Kamerlid Jasper van Dijk van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ingezonden d.d. 12 november 2008, kenmerk 2008Z06555 / 2080904980) Vraag 1: Wat is uw oordeel over het bericht “Sponsorregels medische televisie overtreden”? 1) Antwoord 1: Sponsoring van medische televisieprogramma’s door farmaceutische bedrijven is bij de publieke omroep verboden. Daarom maakt het genoemde bericht nieuwsgierig naar de volledige inhoud van het rapport van het Commissariaat voor de Media. Ik voeg dit rapport als bijlage bij deze beantwoording. Vraag 2: Is het handhavingsbeleid voldoende, waarom zijn er bijvoorbeeld geen boetes opgelegd terwijl sponsorregels grof zijn overtreden en zijn de potentiële boetes voldoende hoog om effectief te kunnen zijn? Antwoord 2: Ja. Het Commissariaat voor de Media geeft in het onderzoeksrapport afgewogen aan waarom het allereerst kiest voor een indringend gesprek over de resultaten van het onderzoek. Daarna zal het beslissen of verder handhavend optreden nodig is. De reacties van betrokken omroepen geven reeds aan dat het effect van dit onderzoek groot is. Mogelijke boetes zijn aanzienlijk en het boetemaximum wordt in de nieuwe Mediawet bijna verdubbeld. Vraag 3: Waarom zendt de publieke omroep programma’s uit die volledig of gedeeltelijk worden betaald door derden (bijvoorbeeld door de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie en het farmaceutisch bedrijf Roche)? Is dit vanwege tekortschietend budget? Hoort een volledig of deels gesponsord programma volgens u thuis op de publieke omroep? Zo neen, wat gaat u hieraan doen? Vraag 4: Deelt u de mening van het Commissariaat voor de Media dat het gevaarlijk is voor de redactionele onafhankelijkheid van de omroep, wanneer productiekosten van het programma bijna volledig gedekt worden door sponsorgeld? 2) Zo ja, bent u bereid de regels zo aan te passen dat er nooit meer dan bijvoorbeeld 10% vanuit niet-particuliere instellingen gesponsord mag worden? Zo neen, welke maatregelen gaat u dan nemen? Antwoorden 3 en 4: Het budget van de publieke omroep is op zich voldoende om goede informatieve programma’s te maken. Financiering door sponsoring en bijdragen van ideële sponsors kunnen een welkome aanvulling op het budget zijn. Door de bijdrage van derden is het mogelijk een diepgravender of mooier programma te maken. Dat moet wel op een verantwoorde en transparante manier. Er gelden hiervoor dan ook strikte regels. Daarbij behoort ook de verantwoording over de redactionele onafhankelijkheid zoals die in de richtlijnen voor goed bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep is opgenomen. Wanneer een programma volledig door derden wordt betaald kan dit het vertrouwen in de onafhankelijkheid aantasten. Ik zal daarom, in lijn met de opmerkling van het Commissariaat voor de Media, de raad van bestuur vragen om in de desbetreffende richtlijn een minimumpercentage voor financiering met eigen middelen op te nemen. Vraag 5: Bent u bereid de regels tevens zo aan te passen dat publieke omroepen verplicht worden te achterhalen wat de herkomst is en wat de afspraken zijn met betrekking tot financiële bijdragen van instellingen en de uitkomsten daarvan te melden aan het Commissariaat voor de Media die deze meldingen vervolgens steekproefsgewijs toetst en indien nodig boetes uitdeelt? Zo ja, wanneer kan de Kamer een wetswijziging verwachten? Zo neen, op welke manier gaat u dan voorkomen dat de regels in zo'n grove mate worden geschonden? Antwoord 5: Publieke omroepen zijn reeds verplicht in hun contracten met sponsors een ‘kettingbeding’ op te nemen voor melding van de herkomst van de middelen die voor het programma’s zijn ontvangen. Verder zijn zij wettelijk verplicht een overzicht met een motivering van alle bijdragen van derden bij hun jaarverslag te voegen ten behoeve van het toezicht door het Commissariaat. Het onderhavige onderzoek van het Commissariaat is mede op deze meldingen gebaseerd. Ook het Commissariaat vindt het bestaande instrumentarium voor het toezicht afdoende. Vraag 6: Bent u bereid onderzoek te doen naar sponsoring van alle medische programma’s van het afgelopen jaar, aangezien nu uit een kleine steekproef van 11 - van de ruim duizend medische programma’s die de publieke omroep jaarlijks uitzendt - blijkt dat in ruim 25 procent de regels worden overtreden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dat doen? Antwoord 6: Ik stel vast dat het verrichte onderzoek reeds een belangrijke preventieve werking heeft en wacht verdere stappen van het Commissariaat af. Overigens is hier geen sprake van een aselecte steekproef maar van een zeer gericht onderzoek. Ook betreft het aantal van duizend programma’s een veel ruimere categorie (gezondheid, zorg en opvoeding) dan alleen de medische programma’s en bovendien zitten daar herhalingen bij. Vraag 7: Ontvangt de stichting Nygio, financieel verstrekker van de special over baarmoederhalskanker, subsidie van Glaxo Smith Kline? Zo ja, waarom wordt dit niet vermeld in het onderzoek van het Commissariaat en zijn alle subsidies wel voldoende grondig nagetrokken? Antwoord 7: De stichting Nygio ontvangt inderdaad bijdragen uit de farmaceutische industrie. Dat is onderzocht en er is niet gebleken dat Nygio gerichte bijdragen heeft ontvangen voor dit programma. Vraag 8: Deelt u de mening dat de bevolking, zeker wat betreft medische onderwerpen, er op moet kunnen vertrouwen dat (publieke) omroepen alle elementen evenwichtig en onafhankelijk wegen en dat geen elementen worden verduisterd door financiële belangen, bijvoorbeeld doordat via (indirecte) sponsoring de farmaceutische industrie een voet tussen de deur heeft? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dat realiseren? Antwoord 8: Ja. De bestaande regels hebben ten doel de onafhankelijkheid ten opzichte van derden bij het maken van programma’s te garanderen. Daarbij gaat het naast de specifieke bepalingen over sponsoring om de taakopdracht voor de publieke omroep, het verplichte redactiestatuut en de richtlijn voor goed bestuur over co-financiering. Het is verder van groot belang dat de toezichthouder actief de naleving van de wettelijke regels controleert. Een minimumpercentage voor eigen financiering (zie vragen 3 en 4) en meer transparantie vind ik van belang om het vertrouwen van het publiek nog te versterken. Ik zal de raad van bestuur vragen in de code goed bestuur een dergelijk percentage op te nemen. 1) Trouw, 17 november 2008 “Sponsorregels medische televisie overtreden” 2) http://www.cvdm.nl/content.jsp?objectid=8364 blad PAGE 4 / NUMPAGES 4 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl Den Haag DOCPROPERTY _onskenmerk Ons kenmerk MLB/M/84.577 DOCPROPERTY _uwbriefvan Uw brief van DOCPROPERTY uwbriefvan 19 november 2008 DOCPROPERTY _uwkenmerk Uw kenmerk DOCPROPERTY uwkenmerk 2008Z06555 / 2080904980 3 december 2008 Onderwerp DOCPROPERTY _bijlagen Bijlage(n) 2 Vragen over de sponsoring van medische televisieprogramma’s Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70-4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl DOCPROPERTY adres De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DOCPROPERTY docnr OCW 11446