Antwoord op vragen van het lid Dezentjé Hamming-Bluemink inzake het van school sturen van een autistisch meisje omdat ze dusdanig gepest wordt dat haar veiligheid niet langer kan worden gegarandeerd.
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D20306, datum: 2008-12-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2008Z06404:
- Gericht aan: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: I. Dezentjé Hamming-Bluemink, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
DOCPROPERTY adres De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG DOCPROPERTY adres DOCPROPERTY plaats Den Haag DOCPROPERTY _onskenmerk Ons kenmerk DOCPROPERTY _uwbriefvan Uw brief van DOCPROPERTY _uwkenmerk Uw kenmerk 5 december 2008 DOCPROPERTY datum DOCPROPERTY onskenmerk JOZ/81035 DOCPROPERTY uwbriefvan 11 november 2008 DOCPROPERTY uwkenmerk 2080904810 DOCPROPERTY _onderwerp Onderwerp DOCPROPERTY _bijlage DOCPROPERTY onderwerp_fmt Kamervragen lid Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD) DOCPROPERTY bijlage_fmt Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het kamerlid Dezentjé Hamming-Bluemink van uw Kamer inzake het van school sturen van een autistisch meisje omdat ze dusdanig gepest wordt dat haar veiligheid niet langer kan worden gegarandeerd. De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met het kenmerk 2080904810. De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sharon A.M. Dijksma Antwoorden op de schriftelijke vragen van het kamerlid Dezentjé Hamming-Bluemink van de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw Dijksma d.d. 11 november 2008. Vraag: Kent u het artikel ‘Kind uit onveilige klas’? 1) Antwoord: Ja. Vraag: Is het waar dat een twaalfjarig autistisch meisje uit Someren naar huis is gestuurd omdat de school haar veiligheid niet meer kon garanderen? Zo ja, wat vindt u hiervan? Antwoord: Navraag bij de Inspectie en de betreffende school leert dat de leerling al gepest werd voordat het incident plaatsvond. Deze pestproblematiek speelde niet alleen op school, maar ook in de buurt. De school heeft deze pesterijen gesignaleerd. Als reactie heeft de school haar verantwoordelijkheid genomen en het pestprotocol in gang gezet. Tevens heeft de school een externe deskundige ingeschakeld en zijn er gesprekken gevoerd met leerlingen en ouders. Ondanks deze inspanningen is de situatie geëscaleerd. In overleg tussen de ouders van de gepeste leerling en de school is, ook in het belang van de leerling, besloten tot een tijdelijke time-out om de rust te laten wederkeren. Ik betreur het dat zo’n time-out noodzakelijk bleek. Naar mijn mening heeft de school met deze acties haar verantwoordelijkheid genomen om het veilig schoolklimaat te herstellen. Inmiddels is de leerling, opnieuw na overleg met de ouders, geplaatst op een cluster 4 school. Vraag: Deelt u de mening dat autisme in geen geval een excuus mag zijn voor pestgedrag, geweld en zelfs doodsbedreigingen? Zo ja, hoe kan het dan toch gebeuren dat in dit geval de ‘hufters’ het van de ‘helden’ hebben gewonnen en het slachtoffer naar huis is gestuurd? Antwoord: Ik ben van mening dat pestgedrag niet te accepteren is, ongeacht wat de aanleiding is. Geen enkele vorm van autisme of andere beperkingen kunnen en mogen dus een excuus vormen voor pestgedrag. Op basis van de informatie van de Onderwijsinspectie en de school is er echter in deze situatie geen sprake van een klassiek geval van pesten. Het gaat eerder om afwijkend gedrag van de leerling als gevolg van haar stoornis (een autismespectrum stoornis) waar haar klasgenoten, leerlingen met vaak ook sociaal-emotionele problematiek, niet goed mee om konden gaan. De leerling en haar klasgenoten reageerden over en weer op elkaar. Daarom heeft de Brigantijn ervoor gekozen om geen actie te ondernemen richting één of meerdere leerlingen, maar om in de gehele klas gesprekken te voeren over sociale vaardigheden en is er extra aandacht besteed aan de actuele situatie van hun klasgenoot. Daarnaast is er een ouderavond georganiseerd voor de ouders van de groep waar de leerling in zat. Vraag: Is het waar dat de school na het wegsturen van dit meisje alleen oplossingsscenario’s bedacht buiten haar school om en niet onderzocht of het meisje met een aangepast programma kon terug keren? Antwoord: De leerling is in januari 2008 met een cluster 4 indicatie op de Brigantijn gekomen. Zij was door haar ouders al aangemeld op een cluster 4 school, maar stond daar op de wachtlijst. De Brigantijn heeft zich opengesteld als gastvrije school en haar binnen de mogelijkheden van de school vervolgens de zorg gegeven die ze nodig heeft, totdat er plaats zou zijn op een passende school. Daarom lag het meer in de lijn om een goede en passende plek te vinden voor deze leerling op een cluster 4 school, dan de situatie op de oude school aan te passen. Ik ben dan ook blij dat zij inmiddels een plek heeft gevonden op een cluster 4 school en ik hoop dat ze daar haar schooltijd op een goede manier kan voortzetten. Vraag: Vindt u dat de school in samenwerking met politie en justitie naar oplossingen had moeten zoeken om het meisje in school te houden? Zo ja, waarom is dit niet gebeurd? Zo neen, waarom niet? Bent u bereid om samen met de school en de gemeente alsnog naar een oplossing te zoeken? Antwoord: Bij de aanpak van pesten liggen de acties die de school heeft ondernomen (het actief hanteren van het pestprotocol, het vragen van advies aan een deskundige en het actief betrekken van ouders en leerlingen) meer voor de hand. De wijkagent is wel betrokken bij het onderzoek naar aanleiding van de aangiftes die de betrokken ouders hebben gedaan. Tevens voert de wijkagent gesprekken met ouders en kinderen die een grens dreigen over te gaan buiten de school. Scholen zijn zelf verantwoordelijk voor het creëren van een veilig schoolklimaat, waaronder ook het zorgen voor een pestvrije school valt. Het is niet wenselijk en ook niet mogelijk dat ik zelf elke individuele casus ga oplossen, hoe schrijnend de situatie soms ook is. Zoals eerder aangegeven, is de school in overleg met andere betrokkenen inmiddels tot een goede oplossing gekomen. Vraag: Heeft de school in kwestie een pestprotocol? Zo ja, staat hier iets in opgenomen over de rol van de school om de veiligheid van het slachtoffer van ernstig pestgedrag te garanderen? Zo neen, vindt u dat wel zo zou moeten zijn? Antwoord: Ja, de betreffende school heeft een pestprotocol. In dit pestprotocol wordt een stappenplan geschetst dat aangeeft hoe gehandeld moet worden als er sprake is van (een vermoeden van) pestgedrag. Hierbij is aandacht voor het signaleren en aanpakken van pesten, het inschakelen van de ouders en het geven van hulp aan zowel het slachtoffer van pestgedrag als aan de pester. Dit alles met als doel een veilig schoolklimaat voor alle betrokkenen te creëren, herstellen of te behouden. Overigens heeft de Onderwijsinspectie in het kader van haar reguliere kwaliteitstoezicht de school afgelopen week bezocht. De indicator voor het waarborgen van sociale veiligheid is daarbij door de Onderwijsinspectie als voldoende beoordeeld. Vraag: Vindt u een pestprotocol überhaupt een nuttig instrument of blijkt dit in de praktijk slechts een papieren tijger? Antwoord: Ik ben van mening dat een pestprotocol een zeer nuttig instrument is, mits het protocol niet alleen maar op papier staat, maar er ook echt iets mee wordt gedaan. Dit betekent dat het besproken moet worden in de klas, dat onmiddellijk moet worden opgetreden bij (vermoeden van) pestgedrag, dat leerlingen en ouders actief moeten worden betrokken en dat indien nodig verdere stappen moeten worden ondernomen. Vraag: Onderkent u de ernst van de pestproblematiek en bent u voornemens hier nieuw, effectiever beleid op te formuleren? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? Antwoord: Ja, ik onderken de ernst van de pestproblematiek. Daarom ondersteun ik samen met staatssecretaris van Bijsterveldt scholen, via verschillende instrumenten, in hun aanpak van pesten. Ik heb niet de illusie dat pesten daarmee volledig kan worden voorkomen. Pesten is immers van alle tijden. Wel vertrouw ik erop dat scholen met deze ondersteuning en in goed overleg met alle betrokkenen in staat zijn om de geconstateerde problemen aan te pakken. Deze ondersteuning krijgt vorm middels het gesubsidieerde Centrum School en Veiligheid ( HYPERLINK "http://www.schoolenveiligheid.nl" www.schoolenveiligheid.nl en HYPERLINK "http://www.pestweb.nl" www.pestweb.nl ). Hier kunnen scholen, leerlingen en ouders terecht voor informatie en concrete handreikingen op het terrein van sociale veiligheid in het onderwijs, waaronder de aanpak van pesten. Daarnaast kunnen scholen in het basis-, voortgezet-, speciaal onderwijs en het MBO vanaf dit schooljaar een beroep doen op één van de Kwaliteitsteams Veiligheid. Deze Kwaliteitsteams Veiligheid bestaan uit veiligheidsdeskundigen uit diverse sectoren, zoals het onderwijs, bureau HALT, jeugdzorg en politie. Doel is om scholen die daar behoefte aan hebben te helpen bij het verbeteren van de sociale veiligheid. Zo kan het veiligheidsteam ter plekke een quick scan uitvoeren om te bepalen of een school voldoende veiligheidsmaatregelen heeft genomen. Ook ondersteunen en adviseren de teams bij de totstandkoming van afspraken tussen scholen, Zorg- en Advies Teams, politie en gemeenten. Niet alleen vanuit OCW, maar ook vanuit de landelijke ouderorganisaties worden scholen ondersteund in het tegengaan van pesten. De landelijke ouderorganisaties werken hierbij samen met het informatiepunt 5010 en Pestweb. DOCPROPERTY _pagina blad PAGE 1 / SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 1 DOCPROPERTY e_organisatienaam Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap DOCPROPERTY v_adres Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T DOCPROPERTY e_telefoon_org +31-70-412 3456 F DOCPROPERTY e_fax_org +31-70-412 3450 W DOCPROPERTY e_website_org www.minocw.nl DOCPROPERTY _pagina blad PAGE 2 / SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 4 DOCVARIABLE clausule