Antwoord op vragen van de leden De Roon en Fritsma over Roemeense bendes die kinderen kopen om hen in te zetten als zakkenrollers
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2008D20434, datum: 2008-12-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie ()
Onderdeel van zaak 2008Z04127:
- Gericht aan: E.M.H. Hirsch Ballin, minister van Justitie
- Indiener: R. de Roon, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.R. Fritsma, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Telefoon (070) 3 70 79 11 Fax (070) 3 70 79 72 www.justitie.nl Onderdeel Directie Vreemdelingenbeleid Datum 5 december 2008 Ons kenmerk 5569051/08 Uw kenmerk 2080902300 Bijlage(n) 1 Onderwerp Vragen van de leden De Roon en Fritsma (beiden PVV) over Roemeense bendes die kinderen kopen om hen in te zetten als zakkenrollers. Hierbij zend ik u, mede namens de Staatssecretaris van Justitie, de antwoorden op de schriftelijke vragen (met nummer 2080902300) van de leden De Roon en Fritsma over Roemeense bendes die kinderen kopen om hen in te zetten als zakkenrollers. De Minister van Justitie, Antwoorden van de Minister van Justitie, mede namens de Staatssecretaris van Justitie, op de vragen van de leden De Roon en Fritsma over Roemeense bendes die kinderen kopen om hen in te zetten als zakkenrollers (ingezonden 9 oktober 2008). Vraag 1 Kent u het bericht “Bendes kopen zakkenrollertjes”? Antwoord 1 Ja. Vraag 2 Deelt u de mening dat de enige oplossing hiervoor is de leden van deze Roemeense bendes zwaar te bestraffen en tot ongewenst vreemdeling te verklaren? Antwoord 2 Het is staand beleid dat criminele vreemdelingen, na ommekomst van een eventuele gevangenisstraf, en na ongewenst te zijn verklaard, uit Nederland worden verwijderd. Voor zover sprake mocht zijn van vreemdelingen die op grond van de Vreemdelingenwet 2000 rechtmatig in Nederland verblijven, kan het verblijf worden beëindigd om redenen van openbare orde. Hierbij wordt de duur van het verblijf van de vreemdeling op grond van een verblijfsvergunning gerelateerd aan de ernst van de inbreuk op de openbare orde (glijdende schaal). De drempel voor het inzetten van vreemdelingenrechtelijke maatregelen tegen EU-onderdanen is hoog. Europese wetgeving (richtlijn 2004/38/EG) biedt namelijk een hoog niveau van bescherming tegen verwijdering. Zo moet het persoonlijk gedrag van betrokkene een actuele, werkelijke en voldoende ernstige bedreiging voor een fundamenteel belang van de samenleving vormen. Om het verwijderingenbeleid effectiever te maken is een pilot gestart inzake de ongewenstverklaring van criminele EU-onderdanen, bedoeld om kaders vast te kunnen stellen waarbinnen EU-onderdanen ongewenst kunnen worden verklaard . Dit beleid vindt steun in de afspraken die wij op 28 november 2008 in de JBZ-raad hebben gemaakt over de definitie en de toepassingsmogelijkheden van het openbare ordebegrip in richtlijn 2004/38/EG. Vraag 3 Hoeveel van deze mensenhandelaren zijn sinds 2004 aangehouden en hoeveel zijn er veroordeeld? Welke straffen zijn daarbij opgelegd? Hoeveel van deze misdadigers zijn sindsdien tot ongewenst vreemdeling verklaard? Antwoord 3 Sinds 1 januari 2005 is ook uitbuiting in andere sectoren dan de prostitutie komen te vallen onder het mensenhandelartikel 273f van het Wetboek van Strafrecht. Door het OM kunnen geen harde cijfers worden aangeleverd over het aantal aanhoudingen van dergelijke mensenhandelaren. De oorzaak hiervan ligt in het feit dat het ‘doel’ waarvoor de slachtoffers naar Nederland gehaald worden geen variabele is waarmee in het registratiesysteem van het OM kan worden gezocht. Uit een rondvraag onder officieren van justitie die gespecialiseerd zijn in mensenhandelzaken blijkt echter dat er nog geen veroordelingen in dit soort zaken zijn uitgesproken. Vraag 4 Heeft u ook afspraken gemaakt met de Roemeense justitiële autoriteiten over de aanpak van deze bendes in dat land? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat houden de afspraken in en wat zijn daarvan tot nu toe de effecten? Antwoord 4 Roemenië behoort tot de prioriteitslanden voor wat betreft de aanpak van mensenhandel. Daarom is in samenwerking met de Roemeense autoriteiten het ‘Project Mensenhandel 2006 – 2007’ opgezet tot versterking van de samenwerking bij de bestrijding van mensenhandel. Onderdeel van dit project is het trainen van rechters en officieren van justitie op het gebied van opsporing en vervolging van mensenhandelzaken. In april 2008 is een vervolgproject mensenhandel gestart, waarbij de nadruk ligt op het versterken van de regionale centra ter bestrijding van mensenhandel. Het gaat hier met name om de opvang en het signaleren van slachtoffers van mensenhandel. Vraag 5 Gaat u de opsporing en vervolging en uitzetting van de mensenhandelaren verder intensiveren? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke wijze? Antwoord 5 Mensenhandel is een van de zes landelijke speerpunten in de opsporing en vervolging van zware of georganiseerde criminaliteit. In de landelijke prioriteiten politie 2008-2011 (Programma Versterking Aanpak Georganiseerde Misdaad) is de aanpak van mensenhandel opnieuw als een van de speerpunten benoemd. Ook in de afspraken met het OM is mensenhandel als prioriteit opgenomen. Toezicht, informatie-uitwisseling tussen bestuur en politie en internationale samenwerking zijn de kernelementen bij het voorkomen en bestrijden van mensenhandel. Deze kernelementen worden gecombineerd toegepast in de programmatische aanpak. De programmatische aanpak wordt door het Openbaar Ministerie gebruikt om niet alleen strafrechtelijk op te treden tegen mensenhandelaren, maar ook andere partijen – zoals gemeenten en belastingdienst – te betrekken bij het ontwerpen van structurele drempels tegen mensenhandel. Om deze activiteiten een extra impuls te geven, hebben wij de ‘Task Force Aanpak Mensenhandel’ ingesteld. Deze Task Force, onder voorzitterschap van de procureur-generaal, portefeuillehouder aanpak mensenhandel, is bedoeld om knelpunten op te lossen, ervaringen uit te wisselen en de lokale/regionale aanpak te ondersteunen. Tevens is er het Expertisecentrum Mensenhandel en Mensensmokkel van de KLPD, waarin de Nationale Recherche, SIOD, IND en Koninklijke Marechaussee samenwerken, informatie vergaren, informatie analyseren en informatie uitzetten. HYPERLINK "http://www.parool.nl/parool/nl/4/AMSTERDAM/article/detail/36202/2008/10 /08/Bendes-kopen-zakkenrollertjes.dhtml" http://www.parool.nl/parool/nl/4/AMSTERDAM/article/detail/36202/2008/10/ 08/Bendes-kopen-zakkenrollertjes.dhtml Zie de brief van de Staatssecretaris van Justitie d.d. 13 augustus 2007; TK 2006-2007, 19 637, nr. 1168 TK 2007-2008, 29911, nr. 10 5569051/DVB/5 december 2008 PAGE 4 / NUMPAGES \* MERGEFORMAT 4 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Wetgeving, Internationale Aangelegenheden en Vreemdelingenzaken Directie Vreemdelingenbeleid Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen. a