[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Het veiligheidsbed in justitiële jeugdinrichtingen

Schriftelijke vragen

Nummer: 2008D23736, datum: 2008-12-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z10137:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2008Z10137 / 2080908360

Vragen van de leden Langkamp en Van Velzen (beiden SP) aan de
staatssecretaris van Justitie en de minister voor Jeugd en Gezin over
het veiligheidsbed in justitiële jeugdinrichtingen (ingezonden 22
december 2008)

1. Erkent u dat door gebruik te maken van het veiligheidsbed terwijl er
geen wettelijke basis voor was, sprake was van een onrechtmatige
situatie? Wat is uw oordeel over deze gang van zaken? 1)

2. Deelt u de mening dat de stelling in uw beantwoording de kern van het
advies van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming is
gevolgd niet juist is, aangezien de kern van het advies duidelijk is en
dat de Raad de mogelijkheid tot toepassing van het zogenaamde
veiligheidsbed afwijst als een te extreem middel, dat het veiligheidsbed
te extreem van aard is en dat er voor deze problematiek een ander pad
bewandeld dient te worden?

3. Is het waar dat de Foba-afdeling in de gesloten jeugdzorginstelling
Harreveld sector Alexandra, in tegenstelling tot de Foba- afdeling van
justitiële jeugdinrichting De Hartelborgt geen gebruik maakt van het
veiligheidsbed? Zo ja, hoe komt het dat de Foba-afdeling op Harreveld
geen gebruik maakt van dit middel en de Foba-afdeling van justitiële
jeugdinrichting De Hartelborgt wel? 

4. Wat is het verschil in behandeling en begeleiding van de
civielrechtelijk geplaatste jongeren in de Foba-afdeling van Harreveld
sector Alexandra in tegenstelling tot de Foba- afdeling van de
Hartelborgt? Hoe verhoudt zich dit tot het gebruik van het
veiligheidsbed?

5. Heeft u naast het zoeken naar een ander mechanisch middel voor het
veiligheidsbed ook andere mogelijkheden gezocht bijvoorbeeld in de
begeleiding en behandeling van deze jongeren, zodat het veiligheidsbed
niet ingezet hoeft te worden? Zo ja, kunt u hiervan verslag doen? Zo
nee, bent u bereid dit alsnog te onderzoeken? 

6. Waarom wordt voor deze civiel rechtelijk geplaatste jongeren nu wel
het veiligheidsbed toegepast en per 2010 niet meer? 

7. Kunt u garanderen dat er voor alle civielrechtelijk geplaatste
jongeren met psychiatrische problematiek, waarbij onberekenbare
(agressieve) impulsdoorbraken kunnen voorkomen, straks een
behandelmogelijkheid is in 2010? Zo ja, waar kunnen deze jongeren vanaf
2010 terecht? Zo nee, waarom niet?

8. Is het waar dat deze civielrechtelijk geplaatste jongeren met
psychiatrische problematiek waarbij onberekenbare (agressieve)
impulsdoorbraken kunnen voorkomen, vanaf 2010 allemaal in een gesloten
jeugdzorginstelling geplaatst worden? Zo ja, moet het aantal Foba-
afdelingen dan niet uitgebreid worden? Zo nee, waarom niet?

9.  Deelt u de mening dat deze jongeren met zeer ernstige psychiatrische
problematiek eigenlijk in de GGZ thuis horen? Zo ja, waarom worden deze
jongeren dan nu (vaak) geweigerd door de GGZ? Zo nee, waarom niet?

10. Bent u bereid te onderzoeken hoe deze jongeren met zeer ernstige
psychiatrische problematiek toch de juiste psychiatrische zorg kunnen
ontvangen in de GGZ? Zo ja, wanneer kan de Kamer dit onderzoek
verwachten? Zo nee, waarom niet?

1) Zie het antwoord van staatssecretaris van Justitie en de minister
voor Jeugd en Gezin op vragen van de leden Langkamp en van Velzen over
de invoering van het veiligheidsbed in justitiële jeugdinrichtingen.
(vraagnummer: 2080905270)

veiligheidsbed