[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nader rapport

Wijziging van de Algemene wet gelijke behandeling, het Burgerlijk Wetboek, de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte, de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid en de Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen (aanpassing definities van direct en indirect onderscheid aan richtlijnterminologie)

Nader rapport

Nummer: 2008D24207, datum: 2008-12-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2008Z10374:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 17 juli 2008,
nr. 08.002159, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies
inzake het bovenvermeld voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen
toekomen. 

Dit advies, gedateerd 14 augustus 2008, nr. W04.08.0284/I, bied ik U
hierbij aan.

Naar aanleiding van het advies wordt het volgende opgemerkt.

Noodzaak van correcte implementatie

Met de Raad van State acht het kabinet correcte implementatie van groot
belang. Uitgangspunt van het kabinet is daarbij, dat aangesloten zal
worden bij de terminologie van de Europese richtlijnen. Mede naar
aanleiding van de in eerdere adviezen van de Raad van State
gesignaleerde discrepantie tussen de richtlijnterminologie en de
terminologie in de Nederlandse gelijkebehandelingswetgeving, heeft het
vorige kabinet besloten hierop ten gronde nader in te gaan in het kader
van de tweede evaluatie van de Algemene wet gelijke behandeling (Awgb).
Dit kabinet heeft dit voornemen overgenomen. Dat neemt niet weg dat de
Nederlandse wetgeving naar de mening van het kabinet materieel voldoet
aan de eisen die de kaderrichtlijn stelt. Over de omschrijvingen van
‘direct’ en ‘indirect’ onderscheid’ had het kabinet reeds
eerder besloten dat deze zouden worden aangepast . Het met redenen
omkleed advies van de Europese Commissie leidde tot het voornemen, deze
aanpassingen versneld door te voeren. Daarbij speelde een belangrijke
rol, dat deze aanpassingen eenvoudig zijn aan te brengen en geen
(inhoudelijke) gevolgen hebben voor de inhoud en de samenhang van de
gelijkebehandelingswetten. Het kabinet is van mening dat het, mede tegen
de achtergrond van de ingebrekestelling niet wenselijk is deze
aanpassingen te laten wachten tot er een omvangrijker wijziging kan
worden doorgevoerd, waarvan de voorbereiding gecompliceerder is. De
memorie van toelichting is op dit punt aangevuld.

a. Definitie van discriminatie

De Raad van State constateert terecht dat dit wetsvoorstel geen
volledige aansluiting bij de richtlijnterminologie bewerkstelligt. Een
volledige aansluiting bij de richtlijnterminologie raakt aan de
structuur en de inhoud van de gelijkebehandelingswetgeving, ook voor
zover het de overgang van ‘onderscheid’ naar ‘discriminatie’
betreft. Dat heeft te maken met het neutrale karakter van het begrip
onderscheid, terwijl ‘discriminatie’ in de Nederlandse taal een
pejoratieve connotatie heeft. Een en ander heeft noodzakelijkerwijs
gevolgen voor de formulering van het onderhavige wetsvoorstel. Zoals
opgemerkt, hebben de thans voorgestelde wijzigingen van de definities
van indirect onderscheid geen materieelrechtelijke gevolgen. In de tekst
is zo veel mogelijk aangesloten bij de definitie van indirect
onderscheid zoals deze voorkomt in de Europese richtlijnen over gelijke
behandeling (zoals Richtlijn 2000/43/EG, PbEG 2000 L 180). Verschil met
de Europese definitie, naast het verschil tussen de begrippen
“onderscheid” en “discriminatie”, is dat in de Europese
definitie sprake is van indirect onderscheid als personen van -
bijvoorbeeld - een bepaald ras “bijzonder worden benadeeld in
vergelijking met andere personen”. Omdat het systeem van de
Nederlandse gelijkebehandelingswetgeving is opgezet rond het centrale
begrip ‘onderscheid’, ontbreekt het benadelingsvereiste. Zoals in
het kabinetsstandpunt bij de eerste evaluatie van de Awgb is aangegeven
(Kamerstukken II 2001/02, 28 481, nr. 1, p. 16) is het, gelet op het
neutrale karakter van het begrip onderscheid in de Awgb, niet wenselijk
dit vereiste op te nemen in de definitie van indirect onderscheid. Er is
in dit wetsvoorstel gekozen voor de formulering “indien een
ogenschijnlijk neutrale bepaling [etc.], personen met een bepaald
[kenmerk] in vergelijking met andere personen bijzonder treft”. Met
deze formulering vallen alle rechtens relevante verschillen die,
indirect, zowel een benadelend als een bevoordelend effect hebben op
groepen met bepaalde persoonskenmerken onder de definitie van het
neutrale begrip indirect onderscheid. 

b. Uitzonderingen op het discriminatieverbod

In het kabinetsstandpunt betreffende de tweede evaluatie van de Awgb
wordt ingegaan op de door de Raad genoemde uitzonderingen op het
discriminatieverbod. 

Het met redenen omkleed advies van de Europese Commissie en de
kanttekeningen van de Raad van State raken overigens voor een belangrijk
deel aan de in de Awgb gekozen balans tussen de grondrechten. Daarom
heeft het kabinet besloten aan de Raad van State advies te vragen over
de mogelijkheden om de artikelen van de Awgb waarin de zogenoemde
enkele-feitconstructie voorkomt, zodanig aan te passen aan de
terminologie en / of de strekking van de Europese richtlijn 2000/78/EG
dat de enkele-feitconstructie geschrapt wordt, terwijl de destijds in de
Awgb neergelegde balans tussen grondrechten - in het bijzonder de balans
tussen het nondiscriminatiebeginsel en de vrijheid van godsdienst en de
vrijheid van onderwijs - behouden blijft. 

Ik moge U, mede namens de Minister van Justitie, de Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid, de Minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en
de Minister voor Wonen, Wijken en Integratie verzoeken het hierbij
gevoegde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan
de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,

Mevrouw dr. G. ter Horst





  DOCPROPERTY  Datum_kop  \* MERGEFORMAT  Datum 

  DOCPROPERTY  Datum  \* MERGEFORMAT  22 december 2008 

  DOCPROPERTY  Kenmerk_kop  \* MERGEFORMAT  Kenmerk 

  DOCPROPERTY  Kenmerk  \* MERGEFORMAT  2008-0000619741 







  DOCPROPERTY  Rubricering  \* MERGEFORMAT   

  DOCPROPERTY  Rubricering  \* MERGEFORMAT   	Pagina   PAGE   \*
MERGEFORMAT  2  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  3 







  DOCPROPERTY  Directie  \* MERGEFORMAT  Directie Constitutionele Zaken
en Wetgeving 

  DOCPROPERTY  Onderdeel  \* MERGEFORMAT  Afdeling Wetgeving
Staatsinrichting en Grondrechten 

  DOCPROPERTY  Bezoekadres  \* MERGEFORMAT  Schedeldoekshaven 200

2511 EZ  Den Haag 

  DOCPROPERTY  Postadres  \* MERGEFORMAT  Postbus 20011

2500 EA  Den Haag 

  DOCPROPERTY  InternetAdres  \* MERGEFORMAT  www.minbzk.nl 

  DOCPROPERTY  Contactpersoon_kop  \* MERGEFORMAT  Contactpersoon 

  DOCPROPERTY  CPNaam  \* MERGEFORMAT  mr. G.J. Boon  

  DOCPROPERTY  T_kop  \* MERGEFORMAT  T    DOCPROPERTY  CPTel  \*
MERGEFORMAT  (070) 426 7508 

  DOCPROPERTY  CPEmail  \* MERGEFORMAT  gerard.boon@minbzk.nl 



  DOCPROPERTY  Kenmerk_kop  \* MERGEFORMAT  Kenmerk 

  DOCPROPERTY  Kenmerk  \* MERGEFORMAT  2008-0000619741 

  DOCPROPERTY  UwKenmerk_kop  \* MERGEFORMAT   

  DOCPROPERTY  UwKenmerk  \* MERGEFORMAT   

  DOCPROPERTY  Bijlagen_kop  \* MERGEFORMAT  Bijlagen 

  DOCPROPERTY  AantalBijl  \* MERGEFORMAT  4 







  DOCPROPERTY  Retouradres_kop  \* MERGEFORMAT  > Retouradres   
DOCPROPERTY  Retouradres  \* MERGEFORMAT  Postbus 20011 2500 EA  Den
Haag 

  DOCPROPERTY  Rubricering  \* MERGEFORMAT   

  DOCPROPERTY  Aan  \* MERGEFORMAT  Aan de Koningin 



  DOCPROPERTY  Datum_kop  \* MERGEFORMAT  Datum 	  DOCPROPERTY  Datum 
\* MERGEFORMAT  22 december 2008 

  DOCPROPERTY  Onderwerp_kop  \* MERGEFORMAT  Betreft 	  DOCPROPERTY 
Onderwerp  \* MERGEFORMAT  Nader rapport inzake het voorstel van wet tot
wijziging van de Algemene wet gelijke behandeling, het Burgerlijk
Wetboek, de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische
ziekte, de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid  



  DOCPROPERTY  Rubricering  \* MERGEFORMAT   	Pagina   PAGE   \*
MERGEFORMAT  1  van   NUMPAGES   \* MERGEFORMAT  3